ZOEKLICHT
„Burgtheaterbi j drage"
Holland Festival
aan
NIEUWE BRONNEN AANGEBOORD
gelukkige keus
Geen
met eminente acteurs
Nederlands team stelt
in New York teleur
Capablanca's drama
in St. Petersburg
NIET VOOR HALFZACHTEN
I
1
1
1
u
MM
a
a
r
K/f
Zaterdag 6 juni 1964
Pagina 2
(Van onze Weense correspondent)
Onvoorziene omstandigheden zijn er de oorzaak avn dat het
Burgtheater te Wenen zijn programma voor het Holland Festi
val moest veranderen en nu definitief optreedt met „Waozeck"
van Büchier en „Einen Jux will er sich machen" van Nestroy,
dat de plaats inneemt van „Juffrouw Julia" van Strindberg. Dit
laatste stuk zal ook tijdens het Holland-Festival in ons land op
gevoerd worden. Hoe men het keert of draait: over deze keuze
kan men nauwelijks gelukkig zijn. Het schijnt alsof het reper
toire van dit ensemble, dat voor het buitenland geschikt zou zijn.
de bodem van zijn laatste reserves heeft bereikt. Tot nu toe vond
het Burgtheater in ons land altijd een goed onthaal, zolang het
putte uit het werk van Schnitzler, Hofmannsthal en Bahr, maar
nu de laatste voorraad is opgebruikt, moet men andere bronnen
aanboren
„Woyzeck"niet
Oostenrijks
De keuze van „Woyzeck" is niet
bijzonder gelukkig, want vooreerst
is dit geen typisch Oostenrijks
stuk, maar vooral blijkt het in ons
land algemeen bekend te zijn en
vooral was de jongste TV-opvoe-
ring volgens de algemene kritiek
een tegenvaller. Het Burgtheater
zal het moeilijk krijgen om in dit
oordeel verandering te brengen.
Het drama van Büchner maakt
deel uit van het vaste Burgtheater
repertoire, maar het wordt slechts
Onze bridgerubriek
Bridgevraag dezer week:
Zuid gever, NZ kwetsbaar.
Zuid heeft:
Biedverloop: zuid één rui
ten west past noord
twee schoppen oost past
wat moet zuid doen?? Ant
woord elders op deze blad
zijde.
Italië is wederom als de grote -
overwinnaar uit de bridgestrijd
van 29 landen tevoorschijn ge
komen. Zij die in New York het
spel der Italianen hebben ge
zien, weten dat de titel in goede
handen is gekomen. Het spel der
overwinnaars ivas doorlopend
van hoge kwaliteit en op som
mige ogenblikken zelfs geniaal.
Engeland, dat in de demi-finale
onfortuinlijk tegen Italië lootte
en met slechts 6 matchpunten
verloor, ontging de verdiende
tweede plaats die nu bij de Ver
enigde Staten terecht kwam.
Engeland werd derde en Canada
vierde.
Nederland heeft, na een uitste
kende start, tenslotte toch teleur
gesteld. Ons team eindigde op de
20ste plaats, wat zeker tien plaatsen
lager is dan waarop men had ge
hoopt en feitelijk had verwacht.
Ondanks het feit, dat dit Neder
landse team in tegenstelling tot on
ze afvaardiging der laatste jaren
met vele goede zorgen werd om
ringd en het zowel bij de supporters
als in de Nederlandse pers op sym
pathie en steun kon bogen, hebben
onze spelers het er maar matig af
gebracht. In feite is de totaal-pres
tatie niet veel beter dan van vroe
gere .verguisde teams. Slechts aan
het feit, dat een flink aantal zwak
ke niet-Europese landen in New
York deelnam, heeft Nederland het
te danken, dat het nog enige af
stand van de rode lantaarn kon
houden.
De voortreffelijke start in aan
merking genomen, kan men niet
anders concluderen, dat de spelers
de latere tegenslagen mentaal niet
voldoende konden opvangen. Ook
deze tekortkoming signaleert men
niet voor de eerste maal bij Neder
landse bridgespelers.
Biedmethodes
Evenmin blUkt het veel geholpen
te hebben, dat enkele Nederlandse
paren biedmethodes gebruikten,
waarmede Italiaanse en Franse
grootmeesters successen hebben ge
boekt. Wéér blijkt dus de stelling
waar dat het de spelers zijn, die de
waarde van een systeem bepalen
en dat het bepaald niet het systeem
is dat, hoe voortreffelijk ook in
theorie, de waarde van een bridge-
paar uitmaakt. De algemene indruk
van hen, die de Nederlandse ver
richtingen in New York hebben ge
volgd is, dat het bieden van onze
spelers vèr beneden de maat was
in elk geval zéér ver beneden de
maat van de landen, die de hogere
plaatsen op de ranglijst voor zich
opeisten.
Een spel dat ik typerend vindt
voor deze Nederlandse tekortko
ming, is het volgende gespeeld in
de wedstrijd tegen Zwitserland,
WEST OOST
Sch A V B Sch H 8 6 4 2
Ha Ha 10 4 3
Ru A H V B 10 8 Ru 6 5
KI B 10 7 3 KI AH6
Volgens de toemooireportage open
de west met twee ruiten NZ pas
ten oost twee schoppen west
vyf klaver oost zes klaver west
zeven schoppen. Wests bod van vijf
klaver is een „vraagbod" naar kla
vercontrole. Zes klaver toont kla
veraas, waarop west dus tot groot
slem schoppen besloot. De uitkomst
was hartenheer, in west moest met
een hoge honneur worden getroefd.
De troeven zaten by NZ 4 1 tegen
en OW gingen dus down.
Men kan dit ongelukkig noemen,
maar evenzeer kan men over een
slecht eindcontract spreken, daar
zeven ruiten vrijwel onverlies-
De principiële fout is tweeledig:
ten eerste heeft west veel te haastig
aangenomen dat schoppen de goede
troefkleur moest zijn ten tweede
verloor het vijf-klaver vraagbod zo
veel kostbare biedronden. dat men
het gebruik van deze conventie ook
in theorie reeds als onvolwaardig
had moeten bestempelen. Misschien
is zeven ruiten moeilijk te bereiken
(Zwitserland bood zes) maar ze
ker had west door het uitwisselen
van méér informaties van zeven
schoppen kunnen afblijven. Volgens
Acol kan men bieden: west twee
ruiten oost twee schoppen ten
minste een honneur in schoppen,
lengte in die kleur en zijkracht)
west vier ruiten (onaantastbare
kleur) oost vijf klaver (aas)
west vijf harten (eerste controle)
oost zes klaver (heer) waarna
west gemakkelijk kan berekenen
dat zeven ruiten veiliger zal zijn
dan zeven schoppen. Elke wed
strijd in de voorronde te New York
bestond uit slechts 18 spellen; één
of twee van dergelijke rampen als
het Nederlandse zeven schoppenbod
waren er voldoende voor een nieu
we nederlaag.
H. W. FILARSKI.
Antwoord op bridgevraag:
Velen maken de principiële
fout een spel als dat van zuid
te bekijken als een „mini
mum" (13 punten) en dat
dan kenbaar te maken met
een bod van twee Sans Atout.
Daar de partner een dwang-
bod deed, natuurlijk sterk is
en het initiatief tot een hoog
contract nam, moet men dit
zuidspel niet omschrijven als
een minimum, doch als een
spel met normale schoppen-
steun. Het enige juiste bod is
dan ook drie schoppen. Hier
na is het bijna onmoge
lijk het groot-slembod te mis
sen, daar de partner had Sch
H B 10 8 7 6 2, Ha A .Ru
KI A H 10 3 2. Tjjdens de
match IsraëlNed. Antillen,
gespeeld bij de Bridge Olym
piade 1964, maakte beide
zuidspelers de fout „eerst'
twee Sans te bléden. Hoewel
zij later de schoppenkleur
steunden, voelden geen der
twee noordspelers er nu nog
wat voor groot-slem te bie
den de latere schoppensteun
zou ook op Aas, tweede geba
seerd kunnen zijn, in welk
geval het groot-slembod te
riskant wordt door het ge
vaar, een troefslag te verlie
zen.
Meinrad ook by ons bewondert.
Martha Wallner als Marie is be
ter, maar men voelt dat deze be
gaafde tragedienne hier te weinig
kans krijgt om haar talenten te
ontplooien.
Zodra zich een zweem van een
climax vertoont, breekt Büchner
opeens de spanning af en volgt er
onmiddellijk een nieuw tafereel.
De enige figuur die relief vertoont
en die ook een opmerkelijke inter
pretatie vindt is de „dokter", ge
speeld door Joseph Offenbach, een
uitstekend acteur, die echter uit
Duitsland komt en eerst kortgele
den lid van het Burgtheater is ge
worden.
Het toneelstuk veroorzaakt vooral
in Wenen daarom een zekere te
leurstelling, omdat de gelijknamige
opera met de onheilspellende mu
ziek van Alban Berg véél en véél
sterker is.
Einen Juxklucht
Het stuk van de Oostenrijkse
schrijver Nestroy „Einen Jux will
er sich machen" is een klucht, een
typisch Oostenrijks produkt met
veel woordspelingen, de nodige tra
vesties, veel „gijn" en niet onaar
dige Weens coupletten die als ver
binding tussen de bedrijven worden
gezongen. Het is een oud stuk
waarvan de première reeds in 1842
werd opgevoerd.
De toeschouwer die een beetje
met het Weense dialect vertrouwd
is, kan de grappen en woordspelin
gen wel voor een gedeelte volgen,
maar de rest gaat onherroepelijk
verloren Dat is jammer, om
dat hierin veel eenvoudige maar
diepe menselijke wijsheid verborgen
ligt. Het blijft echter de vraag of
de gemiddelde toeschouwer in ons
land hiervan het nodige meekrijgt
en of hij niet geïrriteerd wordt
door deze wel aardige, maar toch
onschuldige grapjes met een die
pere achtergrond.
Even problematisch zou het zijn,
wanneer een Nederlands ensemble
in het buitenland met een stuk van
Pieter Langendyk of Van Bredero
zou optreden. Zelfs de Duitse na
buren kunnen de opvoering maar
moeilijk in alle finesses volgen en
daarom is bijv. de uitgave in de
bekende Reclam-serie voorzien van
twee bladzijden woordverklaringen,
waarin speciale Weense uitdruk
kingen worden uitgelegd.
Burgerlijke
volkswijsheid
Tegenover deze uiterlijke bezwa
ren staat het optreden van twee
uitstekende acteurs die ook in ons
land reeds lang bekend zijn en die
hier zelfs een grote sympathie heb
ben verworven. In de hoofdrollen
spelen namelijk Josef Meinrad als
eerste verkoper in de kruideniers
zaak van Zangier en Inge Konradi
in een travestirol als zijn
hulpje en Manusje van alles.
Van subtiel of zelfs van „absurd"
theater valt in deze onschuldige
klucht natuurlijk geen spoor te
ontdekken, maar wat men hier ge
presenteerd krijgt, is echt Weense
burgerlijke volkswijsheid, die ver
pakt is in een gemoedelijkheid en
aantrekkelijkheid die men ook van
daag nog in burgerlijke kringen en
in kleine winkelbedrijven die
steeds meer verdwijnen ontdek
ken kan. Hier leert men een stuk
Oostenrijk kennen dat wel veel ge
zonder is dan de atmosfeer uit
de fin-de-siècle-stukken van een
Schnitzler of zelfs van Hofman-
sthal („Der Schwierige" of „Der
Unbestechliche" i die in ons land
zoveel succes hebben gehad. Aan
dit zogenaamde „decadente" Oos
tenrijk van kort voor de ondergang
van de monarchie hebben wij nog
herinneringen en dit is het .image'
van "Oostenrijk dat ook in ons land
nog leeft. Doch men moet toege
ven dat dit een eenzijdig beeld is.
In ieder geval ontdekt men van
dit verval geen zweem in de klucht
van Nestroy.
Een lichtpunt
Het stuk weerspiegelt de toestan
den uit het midden van de vorige
eeuw, doch wanneer deze atmosfeer
wordt vertolkt door twee uitste
kende acteurs, leert men niet al
leen een stuk Oostenrijks verleden
kennen, maar toch ook wel iets
van het tegenwoordige Oostenrijk.
Want men leeft langzaam in dit
gemoedelijke land en bepaalde toe
standen weten zich hier zo hard
nekkig te handhaven, dat men ze
in het dagelijkse leven nog her
haaldelijk ontmoet. Dat is ook de
reden waarom Wenen somtijds met
recht de grootste provincie-stad
van Europa wordt genoemd. Maar
in onze koortsachtige tijd kan de
kennismaking hiermee de nodige
herademing brengen.
Onze schaakrubriek
Toen ik de jongste opvoering bij
woonde, die als een soort generale
repetitie moest dienen voor het
Holland Festival, was de zaal voor
een derde leeg. Ik vraag mij af of
sterkere spelers een diepere indruk
zouden hebben achtergelaten, maar
bij nader inzien liggen de zwakke
punten toch voornamelijk in het
stuk zelf. Van de andere kant geeft
Bruno Dallansky als Woyzeck wel
een goede vertolking, maar men
mist hier toch het Burgtheater
niveau dat men bijvoorbeeld in een
Lindner, Attila, Hörbirger of
EEN
OP DE BOEKENMARKT
Barbarber,
dertig
Amsterdam.
keuze uit
Querido.
Theun de Vries..
Onvolwaardig
Kampen. Amsterdam.
Het eigenlijk nog steeds enigma
tische, maar stellig getourmenteer
de leven van de schilder Vincent
van Gogh (1853—1890) heeft al
vele schrijvers geinspireerd. Daar
komt bij dat de drie delen brief
wisseling met zijn broer Theo
de beeldhouwer Zadkin heeft niet
ten onrechte van Vincent en Theo
een dubbelbeeld gemaakt voor
een ieder te lezen zijn, zodat men
over veel gegevens beschikt. Deson
danks blijft het leven van deze
uitzonderlijke mens raadselachtig
en dat begrijpt men des te beter
naarmate men zijn werk beter leert
kennen.
Dat de P. C. Hooftprijswinnaar
van 1963, Theun de Vries, zich
verdiept heeft in het speciale as
pect van Van Gogh, die een vrouw
van de straat opraapt in de hoop
haar tot een beter levensniveau te
brengen, ligt voor de hand. Dit is
een diep dramatische periode uit
Van Goghs tragische leven en het
kenmerkt hem als de mens die, zelf
lichamelijk en geestelijk worste
lend. een ander de steun wil geven
van zijn eigen worsteling omhoog.
Het leven met de vrouw Sien Hoor-
nik en haar beide onwettige kin
deren valt samen met de tijd waar
in Vincent werkt als een razende
om te bereiken wat hij ziet als
een visioen; de mens in zijn le
vensstrijd. Hij tekent bij zon en
ontij; nettenboeters, oude man
netjes, kolensjouwers. Hij tracht
door te dringen in de ziel van de
noodlijdenden men houde de
tijd in het oog met zijn teken-
stift. Ondertussen zit de felle klauw
van de armoede in zijn eigen nek
tezamen met het verlammende on
begrip van Sien voor iets anders
dan een borrel en een sigaar.
Zonder twijfel heeft De Vries
deze krankzinnig moeilijke periode
uit Vincents leven uitstekend be
schreven. Hij heeft zich in de
schilder ingeleefd en met hoofd en
hart gevat wat er in de man om
gegaan moet zijn. Zwakker lijkt
mij de uitwerking van de figuur
Sien. Niet De Vries 'opvatting van
deze vrouw, maar zijn uitwerking
van deze vrouw en haar omgeving.
Om dit soort mensen, het toenma
lige grotestadsproletariaat, met
hun onbegrip voor zonde en ver- f
wording, werkelijk tot leven te f
brengen, moet men hen beter ken-
nen dan Theun de Vries doet. Men i
zou bv.v. hun taal, het Haagse dia-
lect. moeten kennen indien men i
hen wil laten spreken. Het is niet
voldoende woorden zoals „lijen",
„pokkeleven" en „kotertjes" te ge- f
bruiken. WeUicht had De Vries er f
beter aangedaan de gespreksvorm l
te vermijden, iets wat hem met
zijn talent bepaald niet moeilijk f
zou zijn gevallen. Maar als geheel i
is „Ziet, een mens" interessant en J
diep doordacht. Een goede bijdrage J
tot betere kennis van de zo gecom-
pliceerde figuur van Vincent van f
Gogh.
R. J. Seghers. „De Zingen
de Kat". Wereldbibliotheek.
Amsterdam.
„De zingende Kat" is een rare-
kiek waar men zich best mee amu
seren kan. In het müieu van de
show-business leeft de goochelaar
Carabas, een heer van middelbare
leeftijd en avontuurlijk van aan
leg. Hij is een echte tovenaar, het
welk zeer uitzonderlijk. Hij kan
mensen in dieren veranderen. Dat
hij dat talent bezit, heeft hij ge
merkt toen hij een door hem ver
leid meisje, dat vreselijk jammer
de, in gedachten alleen nog maar
„een schaap" vond. Ziedaar, zij
werd een schaap. Als hij met de
jeugdige zangeres Catherina
trouwt, maakt hij haar deelgenoot
van zijn geheim. Zij maken samen
een nummer waarbij Catherina.
veranderd in een kat, haar liede
ren zingt. Dat is nogeens wat an
ders dan een konijn in een hoed.
Doch het konijn blijkt niet afwe
zig. Het schokkende element komt
metde trapezewerker Skampi. Ca-
ranas denkt dat Skampi achter
zyn vrouw aan zit, ten onrechte
overigens, en uit jaloezie verandert
hij hem in een konijn. De gevol
gen zijn hoogst ingewikkeld. Het
scheelt een haar of Catherina zal
de botten van haar vermeende
minnaar gebraden afkluiven. Een
zotte geschiedenis, met voldoende
ernst voorgedragen om heel verma
kelijk te zijn.
Barbarber schijnt een blad te
zijn, dat gestencild wordt uitgege
ven door J. Bernlef, G. Brands en
K. Schippers. „Tijdschrift voor tek
sten" is de ondertitel. „Het gekste
blad ter aarde" zegt Simon Car-
miggelt en naar wat ik hier zie in
deze bloemlezing, geloof ik dat hij
gelijk moet hebben. Ik heb zelden
zo'n hoeveelheid intelligente kolder
bij elkaar gezien, alleen door het
drukken van allerlei teksten van
verschillende geaardheid. Vooral de
laatste brief heeft me de lach-
kramp bezorgd. Of men zich kan
abonneren op dit vermaak is mij
niet bekend, maar dat lijkt mij ge
makkelijk te achterhalen.
CLARA EGGINK
In Amsterdam is het Interzonale
toernooi van de Wereldschaakbond
aan de gang. Niet minder dan vier
entwintig topspelers van de wereld
moeten onderling uitmaken, wie
van hen tot de zes deelnemers zul
len behoren, die met Keres en Bot-
winnik of Geiler het in 1965 te
spelen kandidatentoernooi zullen
vormen. Een schaakevenement van
de bovenste plank.
Vijftig jaar geleden, ook in mei,
bestreden de toen grootsten elkaar
in Sint-Petersburg (Leningrad). De
inzet daar was geen kandidatuur
voor de wereldtitel. Er was ook nog
geen wereldschaakbond. Reeds toen
stond het Russische schaakkunnen
in hoog aanzien. Ondanks de po
litieke dreigingen, die al spoedig
tot wereldoorlog I zouden leiden,
slaagden de Russische schaakorga
nisatoren er in een groot en kost
baar toernooi te doen houden. Toe
gelaten werden alleen die meesters,
welke minstens een keer een eerste
prijs in een belangrijke wedstrijd
hadden gewonnen. Typerend voor
de politieke verhoudingen was. dat
geen van de groten uit het toen
malige Oostenrijk-Hongarije werd
uitgenodigd! Schlechter, Duras en
Maroszy waren dus niet van de
party. Waar de schaakwereld met
grote spanning naar uitzag, dat was
de ontmoeting tussen de wereld
kampioen dr. Emanuel Lasker en de
kandidaten Capablanca en Rubin
stein.
Spanning
Vooral het duel LaskerCapa.
blanca werd met spanning tegemoet
gezien. De jonge Cubaan was eer
ste geworden in San Sebastiaan
1911 waar, behalve Lasker, de bloen
van de Europese schaakmeesten
aan deel had genomen; hy had 4
grote Amerikaan Frank Marshal
verslagen in een match met
tegen 1 en hy was ruim twüitli
jaren jonger dan de wereldkanii
pioen.
Het toernooi bestond uit tw«
gedeelten; in het eerste ontmoet
ten elkaar de elf deelnemers lede
een keer, de 5 hoogst uitgekomen-
den vormden een nieuwe groep
waarin men een dubbele ronai
speelde. De behaalde punten uit hei
eerste gedeelte bleven meetellen
By het begin van dit tweede deeT
was Capablanca 1 punt vóór op
Lasker! Na de eerste heltl van hel
tweede gedeelte was Capablanca
met nog vier partyen voor de boeg
een punt vóór. Alles hing af vati
die laatste ontmoeting tussen df
beide grootmeesters. En op 18 mei,
voltrok zich het drama voor de to;
op deze dag nog ongeslagen Cubaan
„Onschuldig"
Lasker koos de afruilvariant vat
de Spaanse party, een van de ogen-
schünlyk onschuldigste speelwyzea
maar mogeiyk ook een van de ge-
vaariykste in handen van de groot,
meesters. Langzaam maar onaf.
wendbaar werd de zwarte stelling,
ingesnoerd, een poging tot een'
tegenoffensief op de damesvleuge!
verydeld en op de 42ste zet moest
Capablanca capituleren, zijn stel.
ling was onhoudbaar geworden.
Ontgoocheld door deze nederlaag
verloor hy ook in de volgen ronde
van Tarrasch en zo werd Lasker di
winnaar van dit laatste vóór-oor.
logse toernooi (het toernooi te 1
Mannheim in augustus 1914 werd,
door het uitbreken van de oorloa
niet beëindigd).
Dit grootse duel, 50 Jaar geleden, i
volgt hier.
Wit: dr. Em. Lasker (t 1S-1-'41)J
Zwart: R. J. Capablanca
(t 8-3-'42)
1. e2e4, e7—e5; 2. Pgl—f3. Pb8
é6; 3. Lflb5, a7a64. Lb5xc6,:
d7 x c65. 62d4, e5xd4; 6 Ddl *-
d4, Dd8xd4; 7. Pf3xd4, Lf8—d6; 8.
Pblc3, Pg8e7; 9. 0—0, 0—0; 10.
f2—f4, Tf8e8; 11. Pd4—b3, f7—f6
(een onnodige verdedigingszet; ge-J
zien zyn gunstige toernooistand,1
speelt Capablanca op remise en dat
wordt hem juist noodlottig)12. f4
—f5 (verrassend), b7—b6; 13 Lel
—f4. Lc8b7; 14. Lf4 x d6, c7x!6'
de dubbelpion is opgelost maar vid 1
d6 wordt verzwakt); 15 Pb3—14, 1
Ta8d8; 16. Pd4^-e6, Td8—d7;I7. I'
Tal—dl, Pe7c8; 18. Tfl—f2; b— 1
b5; 19. Tf2d2, Td7—e7; 20 B— 1
b4 (tegen c6—c5 gericht), Kg&-f7:
21. a2—a3, Lb7—a8; 22. Kgl-f2, l
Te7a7; 23. g2g4 (wit gaa op
de koningsvleugel doorbrcen,
waartegenover zwart het op de
damesvleugel probeert; dit lstste
plan mislukt echter), h7—h( 24
Td2d3, a6a5; 25. h2—h4a5x
b4; 26. a3xb4, Ta7—e7; 21.112
f3, Te8g8; 28. Kf3—f4, g7—f; 29.
Td3g3, g6—g5t; 30. Kf4—fi Pc8
b6; 31. h4xg5, h6xg5; 31 A3—
h3, Te7d733. Kf3—g3!
Stelling na 33. Kg3.
mm WËL
A
11 11
éi
im
1
m
m
m
m
-■
$f
ZEILEN is veler lust en
leven
Zodra de liefhebbers de
kans zien, tuigen ze hun boot
op en klieven door het water.
Zon is welkom, wind mag niet
deren, hoe meer zelfs hoe beter,
sportiever en gezonder, want de
spieren worden er door gestaald
Foto Leidsch Dagblad
Een voorbereidingszetvoor de
slotcombinatie. Na e4-< mag de
koning niet door c6— schaak-
komen te staan. 33. Kf7—e8;
34. Tdl—hl, La8—b7;5. e4—e5!
(de beslissende doorbrit). 35
d6 x e5; 36. Pc3—e4, >6—d5; 37.
Pe6c5, Lb7c8 (zwt moet de
kwaliteit opgeven, op*xL; TxP
zou 39. Pd6t een toréinnen); 38.
Pc5xd7, Lc8xd7; Th3—h7,
Tg8—f8; 40. Thl—al.Ce8—d8; 41
Tal—a8t Ld7—c8; Pe4—c5 eii
zwart gaf op.
Lasker, ongetwyfe de grootste
schaakmeester aller den was de
practicus. Hy heeft schts zelden
aan theorie-studies gaan of com
posities gemaakt.
Van hem is de vende studie
bekend
de
heersen.
leren zich be-
r ET de vissers bevolken de
zeilers nu de meren.
D» eerste categorie tuurt
in stille concentratie voor zich
uit en men hoort byna geen
woord.
Met de zeilers is het anders
gesteld.
By hen constante beweegiyk-
heid: zy het vóór de „start",
wanneer alles en dat is hèèl
wat voor de tocht in orde
gemaakt moet worden
te houden.
En dat er dan wel eens een
hard woord valt, dat eventueel
zelfs door de televisie verboden
zou worden, begrypt een kind
ZEILEN is intussen de beste
remedie tegen alles wat
slapheid of decadentie in
houdt.
Zy, die er zich met ongekende
hartstocht, met bezetenheid zelfs
aan overgeven, moeten spieren
als kabeltouwen hebben, over
een groot uithoudingsvermogen
beschikken en niet bang zyn
voor een onverwachte duik in
het water.
Want als de wind de zeilen
goed vangt, kan van alles ge
beuren
Wie daarop niet geducht ge
prepareerd is, kan beter thuis
blyven.
EILEN is dan ook, zeker
niet by storm en onty, een
sport voor de halfzachten.
Er zyn kerels van stavast
voor nodig en omdat de Hol
landers met het water door en
door vertrouwd zyn, hebben de
wedstrydleiders geen last van
te weinig inschryvers. Steeds
meer enthousiasten melden zich
ieder jaar aan. U moet deze
zomer maar eens op de Kaag
gaan kyken.
Het zal er weer van de boot
jes in allerlei klassen en stan
den wemelen, als 't er om gaat
met verbetenheid een eerste
prys in de wacht te slepen.
Deze jongens zyn er al vroeg
by en zullen straks hun man
netje best staan.
Maar dan met niet meer dan
een, hoogstens twee in de boot.
Anders hebben ze geen schyn
Wit aan zet, w.
De oplossing: 1. Ka.87 Tc2—
b2+; 2. Kb7—a6, Tb2—C3' Tg7—
g4t, Ka4a3 (3. >3? dan
Kb7)4. Ka6b6 (drelTxg2).
Tc2b2t; 5. Kb6—aS, T-c2; 6
Tg4g3t, Ka3—a2j 7. ltg2 eri
wint,