WORDT VERPLICH
ZOEKLICHT
DIAKONIE
De leeuwerik kan zijn
nest goed verbergen
A(ansprakelijkheid)
Wet maakt einde aan
veel onnodig leed
De grasmachine is
dreigend gevaar
Zaterdag 30 mei 1964 Pagina 1
(Van onze parlementaire medewerker)
Volgend jaar zullen alle bezitters van auto's, motoren, scooters en tractoren
verplicht verzekerd moeten zijn tegen wettelijke aansprakelijkheid voor schade,
die met het motorrijtuig aan anderen is toegebracht. Het is namelijk vrijwel
leker dat de wet, die deze verplichting regelt, op 1 januari 1965 in werking zal
treden, voorzover het kentekenplichtige motorrijtuigen betreft. De verwachting
bestaat dat de verplichte W.A.-verzekering voor bromfietsers, die technisch meer
voorbereiding vergt, een jaar later zal worden ingevoerd.
Het schadeverzekeringsbedrijf, dat zich met de verplichte W.A.-verze
kering voer motorrijtuigen belast, wacht nog steeds op definitieve beslis
van de regering inzake de uitvoering van de wet. Eerst als de
1 uitvoeringsmaatregelen bekend zijn, kunnen de maatschappijen zich op de
l nieuwe situatie instellen. Aangezien reeds 95 procent van de automobilisten
vrijwillig een verzekering hebben afgesloten, is het probleem niet zozeer
j' j d« administratieve verwerking van de 50.000 resterende auto's, maar meer
le polisverstrekking aan een half miljoen bromfietsers, die nog niet ver-
G| «ekerd zijn.
°<T» Bromfiets
Bovendien zal het verzekerlngs-
''tbedrijf de bezitters van een brom
fiets (naar globale schatting een
miljoen) waarschijnlijk hebben te
voorzien van een gekleurd plaatje,
dat ergens op de bromfiets moet
worden aangebracht. Het zal een
lettercombinatie en een nummer be
vatten, waaruit de politie kan op
maken bij welke maatschappij en
onder welk nummer de bromfiets
is verzekerd. Doordat de kleur van
het plaatje van jaar tot jaar zal
verschillen, kan in een oogopslag
worden geconstateerd of de premie
op tijd is betaald. Bovendien kan
de identiteit van de bromfietser, zo
dat nodig mocht zijn, op eenvoudige
wijze worden achterhaald. In West-
Duitsland, waar men ook met deze
nummerplaatjes werkt, heeft men
met dit systeem gunstige ervaringen
opgedaan.
Automobilisten, zowel als brom
fietsers zullen, voorzover zij dan nog
niet verzekerd zijn, hun verzekering
door tussenkomst van een erkende
assurantiebemiddelaar kunnen on
derbrengen bij één van de 119 toe
gelaten maatschappijen, die samen
het schadeverzekeringsbedrijf vor
men. Een weloverwogen keuze blijft
geboden omdat de maatschappijen
met onderling verschillende voor
waarden en premies blijven werken.
Hun polissen moeten slechts vol
doen aan bepaalde miniimum-voor-
waarden, zoals de wet die voor-
Philip Mechanicus. „In
Dépot. Dagboek van Wes-
terbork". Polak en Van
Gennep. Amsterdam C.
Ofschoon er langzamerhand niet
jifveel meer onbekend is gebleven
itrent de lotgevallen van hen, die
de gesel van het hakenkruis
17 [getroffen zijn, wordt men iedere
keer, als men weer een authentiek
„„(Verslag daarover in handen krijgt,
efjtot in het merg geraakt. Telkens
defweer staat
mogelijk
uien als
t fctaat me
f'Jitomd o'
Wendeel
rille va,
verstomd dat dit
in deze eeuw
nen er weer aan denkt
ti eigenlijk nog meer ver-
er het feit, dat het me-
ran de mensheid, om der
i gewin waarschijnlijk of
onjuiste neiging tot ge-
zo gauw mogelijk ver
nieten, kan doen alsof dat allemaal
uuciet gebeurd is. Dit is een naieve
vtoverweging; ik weet het, maar in
lijn naïveteit maar al te waar.
Het thans gepubliceerde dagboek
m de journalist Philip Mechani-
ïs (18891944) is qua inhoud
reker niet het schokkendste, dat ik
jjj inder ogen heb gekregen. Het is
Afschuwelijk dat een mens zelfs op
iiiddit terrein maatstaven moet gaan
I Aanleggen van meer en minder erg,
l> maar het is nu eenmaal zo. Wes-
erbork was geen Mauthausen of
.Auschwitz, maar het was op een
'.Andere manier bar. Het komt mo-
e, gelijk omdat de ellende van de
de; mensen, die daar opgesloten heb-
No: ben gezeten, binnen de perken van
de menselijke verbeelding blijft,
dat dit dagboek zozeer treft. Wij
kunnen er ons een voorstelling van
.maken wat het geweest moet zijn
.®p maanden en jarenlang op elkaar
gepropt in barakken te worden on
dergebracht met alle afschuwelijke
rp(_ gevolgen en alle kwellingen, licha-
Ïd! melijke en geestelijke, van dien.
gi Wij kunnen ons nog indenken
wat het betekent om iedere week
opnieuw in doodsangst voor depor
tatie te leven en na de bnheilsdins-
dag een zucht van verlichting
te slaken. Maar wij kunnen ons
ternauwernood een gaskamer voor-
ie6ji «tellen en wat daarbinnen gebeurt
me: of mishandelingen en verhonge-
'est ring tot de dood er op volgt. Daar
Weigert het voorstellingsvermogen
"1 men kan alleen rillen.
Philip Mechanicus heeft zijn
igboek binnen de grenzen van het
menselijk voorstelbare gehouden
J, om de eenvoudige en tragische re
ide den, dat ook hij nog onbekend was
Me met de ware aard van de vernie-
iut tigingskampen en, zoals ik reeds
daardoor treft het des te die
per voor ons die nu alles weten.
Van dag tot dag heeft de schrij
ver de gebeurtenissen in Wester-
bork opgetekend. Hijzelf is opge
4 pakt in 1942, omdat hij op de tram
stond en ook nog zonder jodenster.
Waarschijnlijk verraden door een
medepassagier. Hij vertelt dat het
Vo< doorgangskamp Westerbork, opge-
:chi Ticht door de Nederlandse regering
o°1: om er de Duitse vluchtelingen van
na 1933 in onder te brengen, be-
a. heerd werd door die Duitsjoodse
ent vluchtelingen, de Alte Lagerinsas-
6en. Over hen schrijft hij
Nederlanders en Duitsers
haten gemeenschappelijk de Duit
sers met een haat, zo fel rood. dat
niets in staat is die te blussen,
s-'falaar de Nederlanders haten de
Duitse joden met een haat, die bij
na even gloeiend is als de eerst
genoemde haat, omdat de Duitse
joden met hetzelfde sop overgoten
*Ün als de niet-joodse Duitsers."
Nu maakt Mechanicus via dit ge-
schrift de indruk een oprecht, rus-
oul tig en intelligent mens te zijn met
een minimum aan emotionele haat.
EEN
'iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
OP DE BOEKENMARKT
Hij heeft zijn lot met wijsgerigheid
aanvaard en wijsgerig bekijkt hij
over het algemeen ook de daden
van zijn medegevangenen. Een
dergelijke uitspraak krijgt in dit
dagboek zodoende groot gewicht en
men kan er de conclusie uit trek
ken dat „Deutschtum" besmette
lijk is.
Met bewondering leest men zijn
verslag over idiote voorvallen zoals
b.v. de schoenenpoetsinspectie door
de commandant, de Obersturmfuh-
rer, zelf. Niet behoorlijk gepoetste
schoenen werden door die heer zelf
overgepoetst, zo ..dat de barak
die
schoenen de dood in. Te zeggen dat
zo'n mens krankzinnig is, is veel
te simpel. Trouwens, naast de klei
ne krankzinnigheid de grote; het
medisch uitstekend geoutilleerde
Westerbork, waar de zieken wer
den weggehaald om regelrecht
naar Polen en de dood te gaan.
Mogelijk zijn er mensen, die zich
afvragen of het nodig is dit dag
boek te publiceren. Het is nu een
maal zo in deze wereld, zal men
zeggen, dat wij ons weer moeten
aansluiten bij degenen, die de gesel
over west-Europa gebracht hebben.
Goed, maar dat. is nog geen reden
om de ogen stijf dicht te knijpen
en te doen alsof wij van de mof
der en
bi ll1
el!
Kent u het verhaal van het
diakenhuismannetje uit de
Camera Obscura? Het is een
triest verhaal van Hildebrand,
waarin iets zichtbaar wordt van
het verval van de diakonie in
de vorige eeuw. Het was een
een akelig, naar bedelingsinsti
tuut geworden en veel diakene
nen moeten in die jaren mensen
zijn geweest met eelt op hun
ziel. Een mens, die aan de dia
konie „vervallen" was en dat
waren er vele duizenden was
allerminst te benijden. Wie wist
in die jaren onder de diakenen
nog, dat Jezus, van Wie ze op
de catechesatie leerden, dat Hij
is onze hoogste Profeet, Priester
en Koning, zich zelf zo nooit
heeft genoemd, maar dat Hij
van zich zelf gezegd heeft
dat Hij in ons midden een dia
ken was, één die dient?
De eerste christelijke gemeen
te heeft dat geweten. Het valt
op dat een van de kenmerken
van de gemeente, die op de
pinksterdag in Jeruzalem was
ontstaan, de diakonie was. Ze
hielpen elkaar en zorgden er
voor dat niemand gebrek had.
En toen de apostelen het vele
werk niet meer aankonden,
zorgden ze er voor dat er spe
ciale diakenen gekozen werden.
In de kring van deze diakenen
is de eerste martelaar gevallen,
Stefanus.
Nog altijd behoort de diakonie
tot het wezen der christelijke
gemeente en in iedere kerk
dienst worden dan ook giften
voor haar werk ingezameld. In
stilte wordt daarmee gewerkt.
In mijn Drentse gemeente, waar
iedereen iedereen kende, g:ng de
diaken by voox-keur op donkere
avonden bij nieuwe maan op
stap om te doen wat zijn hand
vond om te doen. Hij was een
flinke veenarbeider en als hij
zo rond ging een goede dienaar
van zijn Heer. die alleen maar
blij was als hy mensen helpen
WOORD
V Ai\
BEZIINNING
kon, met geld, maar ook dik
wijls met goede raad.
Dat er door dit werk, dat in
stilte gebeurt in de gemeente
bijzondere dingen kunnen op
bloeien. moge uit het volgende
blijken.
Èen jaar of twintig geleden
stierf er ergens op een dorpje
in Friesland een weduwe, die
jarenlang door de diakonie was
verzorgd. Toen ze dood was,
vond men in haar huisje de
volgende brief.
„Van de f 500,- die ik inder
tijd de diakonie geschonken
heb, heeft u voor mij f 100,-
op de spaarbank gezet, waar
voor ik kleren zou hebben. Dat
blijft voor u, diakonie, ik geef
aan u terug, hetgeen er nog is
als ik overleden ben.
f 40,- heb ik overgehouden
van mijn man's graf, als ik het
niet heb verbruikt als ik over
leden ben, is het ook voor u,
diakonie.
De f 83,- die de diakonie bij
mijn overlijden ontvangt van de
levensverzekering, daar wilde ik
graag een kist voor hebben en
de begrafenis er van betalen.
Mijn doodskleed moet er voor
gekocht worden en u wilt de
familie, die komt, wel goed be
handelen en niet zonder eten
naar huis zenden.
Mijn kast met kleren is voor
de familie van beide zyden,
dus wel begrepen ook voor mijn
man's familie.
Wilt u zo goed zyn, diakonie,
en zeggen aan mijn familie, dat
zy niet om myn kleren mag
twisten. De diakonie heeft het
alles te zeggen.
De familie van weerszijden
ontvangt mijn kast met kleren,
maar de kast zelf geef ik de
diakonie. Ik moest veel van de
diakonie ontvangen en de fami
lie mag mij dat dus niet kwa
lijk nemen.
Heb dank, diakonie, dat u zo
goed voor mij hebt gezorgd, dag
dominee, dag diakenen, dag
ouderlingen, groet heel de ge
meente op de dag des Heren in
het openbaar en zeg hun dat ik
naar mijn lieve Heer en Heiland
ben heen gegaan".
Het is goed dat er sociale
wetten zijn, dat de volksge
meenschap zich verantwoordelijk
weet voor de nood van de arme
in haar midden. Daarnaast zal
in de gemeente van Christus
blijven de arbeid der diakenen,
mannen en tegenwoordig geluk
kig ook vrouwen, die in hun
zorgen met de daad iets laten
zien van de barmhartigheid
waarmee de grote Diaken, Jezus
Christus, over deze wereld be
wogen was.
P. J. Mackaay,
hervormd predikant te
Oegstgeest.
men daarnaast nog een verzekering
wil afsluiten voor de auto of brom
mer zelf Is een beslissing, die ieder
een in vrijheid kan nemen.
Nieuw
Nieuw in de wettelijke regeling is
dat he>t slachtoffer zijn eis tot scha
devergoeding niet. langer behoeft in
te dienen bij de schuldige, maar
zich rechtstreeks kan wenden tot
diens verzekeringsmaatschappij.
Kon tot dusver de maatschappij
bijvoorbeeld bij rijden zonder rij
bewijs of onder invloed een uit
kering weigeren, volgens de nieuwe
regeling moet het slachtoffer on
middellijk schadeloos worden ge
steld. Eerst daarna kan de maat
schappij de uitgekeerde schadever
goeding van de verzekerde, die zich
niet aan de polisvoorwaarden heeft
gehouden, terugvorderen.
Franchise
schrijft. Eén van die voorwaarden
is, dat de afgesloten verzekering
tenminste een aansprakelijkheid tot
f250.000 dekt.
Geen risico's
Het doel van de reeds in 1961 in
gediende en inmiddels door het par
lement goedgekeurde wettelijke re
geling is ervoor te zorgen dat
slachtoffers van verkeersongelukken
waarvoor een gemotoriseerde weg
gebruiker verantwoordelijk is, onder
alle omstandigheden hun schade
vergoed krijgen. Zolang de verzeke-
ringsplichit niet bestaat, loopt men
namelijk het risico slachtoffer te
worden van iemand die niet verze
kerd is en wellicht zelf niet in staat
is zijn slachtoffer schadeloos te stel
len. Aan deze onbevredigende toe
stand, die al veel onnodig leed heeft
veroorzaakt, gaat de wet definitief
een einde maken.
De wettelijke regeling stelt uit
sluitend verzekering tegen schade,
door een gemotoriseerde weggebrui
ker aan anderen toegebracht, ver
plicht. Het is dus bepaald geen al
gemene ongevallenverzekering. De
wet geldt slechts in die gevallen,
waarbij de schuld van automobilist
of bromfietser voor schade aan an
deren toegebracht, is bewezen. Of
Tot teleurstelling van het schade
verzekeringsbedrijf is in de wet. niet
het zogenaamde eigen risico (thans
minimaal vijftig gulden) gehand
haafd, maar Is 'n franchiseregeling
ingevoerd. Die regeling houdt in dat
assuradeuren de benadeelden volle
dig schadeloos moeten stellen (dus
met inbegrip van de eerste vijftig
gulden) wanneer de totale schade
meer dan f 50,bedraagt. Blijft de
totale schade beneden de f 50.(en
dat zal als gevolg van deze regeling
wel nauwelijks meer voorkomen)
dan behoeven de maatschappijen
geen uitkering meer te doen aan de
benadeelden, die voor dit bedrag de
schuldigen zullen moeten aanspre
ken. Het schadeverzekeringsbedrijf
dat nu in 90 procent van de geval
len de uitkering met f 50— moet
worden verhoogd. In theorie zouden
de maatschappijen die f 50.weer
op de verzekerde kunnen verhalen.
maar in de praktijk is zulk een te
rugvordering niet erg best verkoop
baar. Hoewel over het al dan niet
terugvorderen van de eigen risico
nog geen beslissing is genomen, ziet
het er naar uit dat het amende
ment het schadeverzekeringsbedrijf
miljoenen gaat kosten, zolang ten
minste geen compensatie kan wor
den gevonden In een premieverho
ging.
Waarborgfonds
Voorts voorziet de wet in de stich
ting van een fonds, dat gevoe-d
door de maatschappijen de bena
deelde onder alle omstandigheden
vergoeding van de opgelopen schade
waarborgt.
Zou bijvoorbeeld de gemotori
seerde weggebruiker, die een onge
luk veroorzaakt, onbekend blijven,
dan kan het slachtoffer zich met
zijn claim tot het waarborgfonds
wenden. Ook zyn gevallen denk
baar, waarbij schade is toegebracht
met een gestolen auto of brommer
of door een weggebruiker die zijn
verzekeringsplicht niet is nageko
men. Het fonds zal voorts worden
gevoed door de bijdragen van auto
mobilisten of bromfietsers, die op
Hogere premie
Wanneer de verplichte WA-verze
kering voor motorrijtuigen van
kracht wordt, moet op een hogere
premie worden gerekend, dan thans
gemiddeld door het schadeverzeke
ringsbedrijf voor een vrijwillige polis
wordt verlangd. Het is immers wel
duidelijk dat de wet kosten en ri-
sicoverzwarende elementen bevat,
waarvoor in de tariefstelling com
pensatie moet worden gevonden.
Voor wat de personenauto's betreft
rekent het schadeverzekeringsbe
drijf op een toevloed van kneusjes
voor de sector van de bromfietsen
speelt de omvangrijke administra
tor den verwacht dat de
voering van de wet invloed zal heb
ben op de hoogte van de door de
geen kwaad weten. Ach ja, de han
del moet bloeien, deviezen zijn
troef en de NAVO zal zyn nut ook
enige andere lezen,
maar om onszelf te waarschuwen
niet al te goed van vertrouwen te
zijn. Dat is west-Europa welgeteld
al driemaal opgebroken en iedere
keer was het erger.
Abel J. Herzberg. „Brie
ven aan myn kleinzoon".
Bakker/Daamen. Den
In nauw verband met het voor
gaande is het stellig belangrijk
deze brieven te lezen, daar zij een
heldere bijdrage zijn tot begrip
van de aard en de geest van het
joodse volk. Zij geven de geschiede
nis weer van een joodse emigran
tenfamilie. die in de tijd van de
pogroms in Rusland aan het eind
van de vorige eeuw zich in Neder
land gevestigd heeft. Een in zyn
eenvoud historisch belangrijk ge
schrift. dat, hoewel voor een kind
geschreven, stellig niet kinderach
tig is.
CLARA EGGIN'K
HET lag prachtig verborgen onder een overhangende gras
zode, dat kuifleeuweriknest, en zo uitstekend gecamou
fleerd, dat niemand ook maar het minste vermoeden kan heb
ben, dat daar op de grens van gazon en rozenperk op 4 geel
witte bruingestipte eitjes een vogel zat te broeden. Een onop
vallende grauwbruine vogel, die bovendien nog de gewoonte
had, een heel eind van zijn nest pa op te vliegen of neer
te strijken.
Geen enkel vermoeden! Waarom
zou men ook, de hele lange winter
waren ze aanwezig geweest, twee
vertrouwelijke diertjes. Over de
asfaltstraat hadden ze gerend,
krieuw-krieuw! Op 't nippertje
voor de fietsers uit, op de platte
grintdaken van de moderne hui
zenblokken hadden ze gezonnebaad
en nu hadden ze een huishouden
opgezet, in een uitgekrabd kuiltje
onder een graspol.
Toen kwam er op een zekere dag
de grasmachine aandenderen. De
machine was gelukkig van klein
formaat; de man, die hem bedien
de. kon zijn ogen over een korte
afstand goed de kost geven. Tuin
lui zijn gewend, op kleine dingen
te letten, dus de man zag de ver
schrikte vogel met hangende vleu
gels voor hem uit strompelen, hij
kende deze afleidingsmanoeuvre
van een dier, dat z'n eigendom be
dreigd ziet.
Vandaar dat juist op tijd
zwijgen van de nietsontziende
messen. Vandaar de aandacht van
de man voor dat kuiltje met eitjes.
Toen na enige tijd het grasveld in
de zon lag te geuren, stond er aan
de rand van het rozenperk een
kuifje gras onaangeroerd, een
plukje bescherming boven het
broedsel en de man zei: „Ziezo
jongens, en nou maar gauw groot
worden".
Maar.er was een „maar"
bij. Het rozenperk en het gras be
hoorden tot de entourage van een
schoolgebouw, ze grensden aan een
betegeld plein, waar dagelijks hon
derden voeten holden, liepen,
schuifelden. Dus kreeg ik al gauw
een deputatie van een paar beste
knullen van 17 jaar, om mij te
vragen, of meneer wel wist
Ja, meneer wist het al, maar
en toen hebben we het krijgsplan
ontworpen, dat eigenlijk heel sim
pel was: nergens naar kijken, ner
gens over praten, rustig afwach
ten, misschien viel het mee.
gespierde poten en hun kleur ls
van een stoffige zandige bodem
niet te onderscheiden. Dit ver
klaart wel heel duidelijk, hoe het
mogelijk was, dat zo'n heel klein
leeuwerikje in een hoekje achter
een steen of een regenpijp wegge
drukt kon zitten, zonder dat ook
maar één van de honderden pas
serende scholieren het opmerkte.
Als het tegelplein verlaten lag,
's morgens in de koele vroegte of
's middags blakend in het licht,
steeds was het gekuifde vogelpaar
present, aanvankelijk nog getwee-
en. maar al spoedig in gezelschap
van het eerste uitgevlogen jong.
„Uitgevlogen" is wat te mooi
gezegd, want als een leeuwerik zijn
nest verlaat, is 't nog maar een
stuntelig huppen, gesteund door
gefladder van de vleugelstompjes.
Een kuifleeuwerik is van huis
uit een steppebewoner (Azië en
Oost-Europa), die de vele bodem
gevaren moet kunnen ontkomen
door grote snelheid en door
een wonderbaarlijk camouflagever
mogen. Ze beschikken over sterke
door Sjouke van der Zee
kluitje. De vlakke grond is
jonge dieren wel de gevaarlijkste
plaats, die zich laat denken. Van
daar de korte nesttijd, bij de kuif
leeuwerik slechts negen dagen,
vandaag ook een snel optredende
onverdraagzaamheid en de daaruit
voortvloeiende zucht, zo ver moge
lijk van elkaar af te vluchten. Die
gevaren zijn vele: zwervende kat
ten en honden, een speurende we
zel, een bunzing of uit de lucht
een uil, een sperwer.
Zo'n beestje kan immers niet al
tijd doodstil zitten, het moet toch
ook eens een zandbad kunnen ne
men, zoals steppevogels gewend
zijn, ter verdrijving van mogelijk
ongedierte.
Lekkere hapjes
Publiek geheim
Toch wel fijn, dacht ik, dat je 't
met jongelui van deze leeftijd op
een bepaald punt zo geweldig eens
kunt zijn!
Ze hebben het geheim bewaard,
hoewel ze dagelijks zagen, wat ik
ook zag: twee vogels, die voortdu
rend om en bij hun nest opereer
den, jagend achter vlinders,
rennend over het gras of ze op
wieltjes gingen, helder seinend
naar het toefje gras, waar hun ge
heim lag, dat bijna publiek geheim
was geworden.
Nieuwe bezorgdheid ontstond
toen een andere tuinman met een
spuitapparaat verscheen, klaar om
de luizen op de rozenstruiken on
derhanden te nemen. „Meneer",
zei hij, „maak u geen zorgen, we
hebben er al van gehoord, het komt
in orde".
„Dik in orde", zeiden de jongens,
toen de spuiter bij zyn arbeid het
ongeschoren grashoofd netjes ont
week. De geheime dienst had dus
goed gewerkt en zo kon het grut
opgroeien, met hun ouders volko
men onbewust van 't feit, dat zij
leefden bij de gratie van de goede
In hun schuilhoekjes nu zoch
ten ze met hun honger-
kreetjes contact met de ouders, die
feilloos en onafgebroken hun lek
kere hapjes op de juiste plaats wis
ten af te leveren.
Wat die hapjes zyn? Vrywel al
les, wat er in en boven het gras en
de grond beweegt aan insekten en
hun larven, dus vlinders, kevers,
sprinkhanen e.d. En een drift,
waarmee ze zo'n onfortuinlijk
uiltje stukhamerden met hun ste
vige snavel! Die snavel is geschikt
voor het uitpeuteren van allerlei
zaden van grassen, van granen,
terwijl in het voorjaar ook wel
jonge plantjes worden aangepikt.
Dat de kuifleeuwerik vanouds
een stadbewoner is geweest, houdt
verband met de omstandigheid, dat
hij door het zoeken van niet ver
keerde haverkorrels uit paar-
demest, ook gedurende een lange
winter zich van voedsel kon voor-
Het is dan ook geen toeval,
dat hij de laatste jaren uit het
stadsbeeld is verdwenen, omdat de
benzinemotor allerwegen de haver-
motor heeft verdrongen.
Alleen waar de periferie van dor
pen en steden aan landbouwgebie
den grenst, daar kunnen we ze nog
vinden. Gelukkig, mag ik wel zeg
gen, want ik vind het zulke aardige
vogels, die „straatleeuweriken" met
hun parmante kuifje, hun doodge
wone zang en vooral hun ver
trouwdheid met de mensen.
Daarom ben ik blij, dat de kuif
leeuwerik tot de vogels behoort, die
dan één legsel per seizoen
hun rekening nemen. Dat
kan, als alles gunstig is, wel twee-
a driemaal gebeuren. Wel, dan
hebben we nog wat te goed. Enfin,
ze zijn welkom, dat is wel geble
ken en de vrijwillige, nooit opge
richte, maar prima werkende
..bond tot bescherming van niet
afgeschoren grondnesten" is bereid
tot onmiddellijke actie over te
gaan. Dus zien we de toekomst met
vertrouwen tegemoet!