Speelgoed kopen eist inzicht en overleg Zaterdag 23 mei 1964 Pagina 4 Canadees voorbeeld ook voor ons leerzaam Kinderen zijn vaak goede jury-leden (Bijzondere medewerking) ,.OOM JAN, heb je weer zo'n mooi cadeautje meegebracht?" ,,Maar Riet dan toch", vermaant Moeder, ,,je weet toch, dat je niet vragen mag om een cadeautje!" ,,Ik vraag er ook niet om, Mammie", antwoordt Riet niet hele maal oprecht, ,,ik wou alleen maar zeggen, dat oom Jan altijd van die leuke dingen kiest!" ALS Riet een half uurtje later naar haar bedje is gebracht en Mamma en oom Jan een kopje thee drinken, zegt Mamma: „Ja, broer, Riet heeft eigenlijk wel gelijk. Je hebt een goede neus voor speelgoed en zoekt altijd dingen uit, die de kinderen aardig vinden. Ze zijn over jouw cadeautjes vaak veel meer opgetogen dan over duurdere of meer ingewikkelde stukken speel. goed Ach, Mies antwoordt Jan dat heb ik zo'n beetje geleerd, toen ik vorig jaar in Canada was. Weet je, dat ze daar erg veel speelgoed maken en verkopen? Zo'n kleine veertig gulden per jaar per kind. En er zijn in Canada zo om en nabij de zes miljoen kinderen, die nog op een speelgoedleeftijd zijn. Tijdens mijn besprekingen in Ottawa leerde ik een onderwijzer kennen, die mij veel over speelgoed wist te vertellen. Hij zei maar dat wist ik natuurlijk al dat speelgoed belangrijk kan zijn voor de ontplooiing van een kind en dat speelgoed gekozen moet worden naar gelang van aard, de aanleg en de gezondheidstoestand van een kind. Evenals in Nederland hebben ook Canadese ouders, tantes en ooms het niet altijd gemakkelijk, als ze uit de tegenwoordige speel goedovervloed een keuze moeten doen. En als ze dan kiezen, kiezen zo vaak iets, dat ze zelf mooi von den. Nu, dat was allemaal niet zo nieuw voor mij. Maar wel hoorde ik op, toen die onderwijzer mij ver. telde, dat er ln Canada een speciale „Speelgoed-Raad" bestaat. Hij telt achttien leden, allen vrijwilligers en vrijwilligsters. Zij doen alle werk om niet. Die Raad ontstond ruim tien Jaar geleden uit een „speel goedcommissie" van de Canadese Consumenten-Bond. Hij heet de „Toy Testing Council"* Het hele jaar door keurt deze Raad speelgoed op alle mogelijke eigenschappen: kwaliteit, duur zaamheid, prijs, uiterlijke verzor- Kom er ACHT-er 1. zwemmer links boven 2 armen boven water. 2. V op zeil i.p.v. 1. 3. molenwieken andere stand. 4. struikgewas links loopt door. 5. meer golven op het water. 6. dak huis rechts. 7. staart vis anders. 8. geen kurk op de fles. ging en last but not least speelwaarde. Als ik zeg „keurt", druk ik mij onvolledig uit. Want de Raad laat ook keuren. Door de kinderen zelf vooral. Er is, ver zekerde die onderwijzer mij, geen betere jury voor speelgoed dan een aantal kinderen. Zij weten in de regel precies, wa.t „mooi" is en wat niet! MAAR, Jan, hebben de kin deren dan het hoogste en laatete woord?" „Nee, Mies, zo is het niet. Natuur lijk niet. Maar wel wordt aan hun keuze veel aandacht besteed." De resultaten van de onderzoe kingen van de „Toy Testing Coun cil" zijn samengevat in een boekje. Dit werd verzorgd door mevrouw Kassirer, een pionierster in speel- goedland, om het dan eens mooi te zeggen. Het boekje heet „What's what for Children". Het bevat veel wenken en suggssties. Ouders, op voeders, winkeliers en fabrikanten kunnen er veel nuttige dingen uit putten. En dat doen ze ook! Die onderwijzer vertelde mij voorts, dat vooral ook de speelgoed fabrikanten veel belangstelling heb. bén voor het werk van de „Toy Testing Council" en dat zij steeds kennis nemen van de door die Raad verstrekte adviezen. Trouwens, ook uit den vreemde krijgt de „Toy Testing Council" menig verzoek om raad en inlichtingen. Er zijn landen Engeland en de Verenigde Staten bijvoorbeeld die ten behoeve van industrie en handel eveneens speel goedstudiën laten verrichten, maar zo veelomvattend als in Canada is die studie bij mijn weten nergens elders ter wereld. „Zeg, Jan, dat is interessant! Ik zal proberen dat boekje „What's what for Children" eens te pakken te krijgen!" ,,Ja, interessant is het. Ik heb na dat gesprek met die onderwijzer nog het een en ander gelezen over die Speelgoed-Raad. Misschien dank ik het daar wel aan. dat ik volgens Riet altijd zoiets aardigs kies Er zijn overigens ook zakelijke aanwijzingen, dat die Canadese „Toy Testing pouncil" goed werk doet. De Canadese speelgoedindus trie is er deels dank zij de adviezen van de Speelgoed-Raad in geslaagd om buiten Canada afzetgebieden voor Canadees speelgoed te vinden. Op het ogenblik zijn er meer dan dertig landen, die speelgoed uit Canada importeren. Stel je Japanse en Afrikaanse meisjes gaan 's avonds slapen met Cana dese poppen in haar armen!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1964 | | pagina 10