_EEN „T" IN PLAATS VAN_ EEN HAKENKRUIS... Expositie Galerie Charpentier: grenzen figuratief-abstract JEUGD EN KERK <v> omaanslagen in bergen manen tot spoed en redelijkheid Hergroepering van de Ecole de Paris'9 A loof it! Infer nationale aspecten i SCHILDERKUNST IN PARIJS j WOORD VAN BEZINNING lerdag 30 november 1963 Pagina 1 (Van onze reisredacteur, W. L. Brugsma) ILZA-JO Aan de bomen en huizen van - lid'Tiol hangen aanplakbiljetten. Een T in icirkl beduidt, dat zij afkomstig zijn van de uidtfoolse Vrijheidsstrijders". Zij zeggen: uidtroolse meisjes. Bezin je op je volksdom vermaad iedere verhouding met de Italiaan- veiciders! Die worden je noodlot en ver- tigm je toekomst. Gemengde huwelijken be- ieitn volksdood!". Men hoeft de T slechts door een hakenkruis en „Italiaans" door „joods" te vervangen om te weten waar dez etekst vandaan komt. Zoals de Duitse voorvechter van het zelfbeschikkings recht, de eerder aangehaalde Franz Burri, schrijft: „Wat in het bloed ligt, laat zich niet overwinnen". zano slechts een sub-autonomie te laten. Als de Oostenrijkers dit een advocaten-truc noemen, hebben zij misschien gelijk, maar verdrags breuk is het niet. De Gasperi had deze mogelijkheid tegenover Gruber uitdrukkelijk opengelaten en de Oostenrijkse minister (zelf Noord- tiroler) heeft dit in zijn memoires even uitdrukkelijk erkend. Samenvattend kan men stellen, dat Italië het akkoord redelijk loyaal is nagekomen en dat al mankeren er nog een paar uitvoe ringsbesluiten Zuid-Tirol de autonomie heeft gekregen waarop het onder het akkoord van 1946 recht had. Maar die formele stelling verbergt niet de werkelijkheid dat deze autonomie onvoldoende is, dat zij in het licht van de historische, cultuerele en sociaal-economische tegenstellingen tussen Tirolers en Italianen en door het uitblijven van een verenigd Europa een on bevredigende toestand heeft gescha pen, een kloof van onbegrip, een minderheidsneurose. Een zo een voudig feit als dat Italië niet altijd even briljant en eerlijk geregeerd wordt, krijgt in de Dolomieten ter stond het karakter van een be doeld affront tegen de Zuidtirolers. Het is onder deze omstandig heden in het lokale, het nationale en het Europese belang, dat de Oostenrijkse en Italiaanse regerin gen tot een loyaal en royaal verge lijk komen en dat zij hun hele ge wicht in de schaal werpen om het niet alleen naar de lettter, maar ook naar de geest nageleefd te krijgen. Eenvoudig zal dat niet zijn. Het probleem is op zich zelf al niet ge ring. Het is aan beide kantvn on derdeel van de binnenlands-poli tieke strijd geworden. Het heeft in Oostenrijk de redelijke Gruber poli tiek de nek gebroken. Wenen heeft zich nota bene in prof. Gschnitzer een „staatssecretaris voor Zuid- tiroolse aangelegenheden" aange meten. hoewel het heeft erkend dat het gebied tot Italië behoort, en dat is een man wiens politieke gezichts kring hij de Tiroler bergen eindigt. En een hele serie Italiaanse rege ringen heeft het in het gezicht van andere problemen comfortabel ge vonden het probleem Zuid-Tirol met juridische chicanes dan met groot beleid te lijf gaan. Dit is wat zij hebben Het wapenarsenal van ..Frei- heitskampfer" Georg Klotz. Dit zijn de meisjes van Tirol. Burri, e in Sudetenland. st-Polc en Oost-Duitsland - e g een tar territoriale eisen e s zijn lit heeft, klaagt ook: <em :dere h:l of half wilde „nig- r-stam" krijgt zelfbeschik- igsrech maar de Duitsers :t. Er ;n geheime machten krachn aan het werk om JJJ litslancde weg uit de ver- derinqe versperren". Hut om er helemaal geen ijfel ai te laten bestaan, lke we hij op het oog heeft, agt h zich af wie er nu nofjenlijke meerderheid in de iehi :reni9c Naties heeft, ,,de ■Tim Isjewien uit Moskou of de de grenzen heen te propageren, —v v M 11^ n J I n t I n .1.1 nl If O imfl* men binnen die arbitraire grenzen vreedzaam samenlevende staatsbur gers te maken en ze voor de berei den op de verre pan-Afrikaanse toekomst. Een soortgelijke doelstel ling zal, naar men mag hopen, ook de Italiaanse en Oostenrijkse mi nisters van Buitenlandse Zaken voor ogen staan, nu zij in Genève hun onderhandelingen over de kwestie Zuid-Tirol hebben her opend. Eén plicht Oostenrijkse en Italiaanse Euro peanen hebben in de kwestie-Zuid- Tirol maar één plicht: alles te laten wat het nationalisme der Tiroler minderheid kan aanwakkeren, want dat is al hevig genoeg. Oostenrijk moet nalaten de verbondenheid over Ita- ophouden. Alsof de Oostenrijkse re gering Journalisten en terroristen aan de lijn had! Inzicht 234 itocran uit het Westen" zen ■- ut Is van de internationale "a, ectenan de kwestie Zuid-Tirol. ooi Duit Bondsregering heeft er jh li tot u toe wijselijk buiten ge- raa't iden, iaar uit de Duitse pers lek* zelfsilt zulke onverdachte or- t len a de Frankfurter Allgemel- en B Spiegel klinken groot- kkel Use 'nen. Want in het achter- ifd m de muzikanten resoneert ge), gedihte: „Als wij van de bond- 1 Dottalië de hereniging van Ti- asf nlf6edaan kunnen krijgen, hoe aS ine wij dan van de Russische K mander de Duitse hereniging én' nden?". 0dat men over het zwarte na- rdor isme wel en over het Duitse pet hoofd schudt, moge men erwegen; de grenzen der Afri- Koloniën zijn arbitrair ge in door de Europese kolonisa- 49 k, en meestal dwars door be- ide stamgebieden. De meerder- E. r) der Afrikaanse staatslieden ant Tanganjika's Njerere tot Gui- Sekou Toure beoogt van de jjj ir vaak vijandig gezinde stam- lië moet nauwlettend elke vorm van discriminatie jegens de Tirolers ver mijden. Die wederzijdse politieke verplich ting heeft een Juridische basis: het Gruber-de Gasperi-akkoord van 1946. In dat akkoord zag Oostenrijk af van territoriale aanspraken, het legde zich vrijwillig bij Italië's in lijving van Zuid-Tirol neer. Italië verplichtte zich niet alleen om de Tirolers volledige rechtsgelijkheid met andere Italianen te geven, maar tevens de etnische, culturele en economische ontwikkeling van de Zuidtiroler volksgroep te waarbor gen en het gebied autonomie te geven. Het is op grond van dit verdrag, dat in feite Oostenrijk het recht geeft voor de belangen der Zuid tirolers op te komen, dat er weder om onderhandeld wordt. Het ge schiedt nu tegen een achtergrond van bomaanslagen, hoewel Italië lange tijd heeft gesteld dat het niet zou onderhandelen voordat de ter- reur-aanslagen en de Oostenrijkse perscampagne tegen Italië zouden Maar goed. Italië is blijkbaar tot het inzicht gekomen, dat het door die voorwaarde het spel der terro risten meespeelde. Want dezen pro beerden steeds weer de Oostenrijks- Italiaanse onderhandelingen door een golf van bomaanslagen te tor pederen, omdat zij niet een redelijke autonomie voor Zuid-Tirol verlan gen, maar een „Anschluss" bij Oos tenrijk. De Oostenrijkse pers stelt zich in middels ten doel te bewijzen dat de Italianen het akkoord van 1946 niet zijn nagekomen. Het voornaamste punt van beschuldiging is, dat Ita lië de autonomie van Zuid-Tirol (lees:de provincie Bolzano) van elke inhoud heeft ontdaan door de wer kelijk autonomie toe te kennen aan de provincies Bolzano en Trentino samen (waarin de Italianen een meerderheid hebben) en aan Bol- Van onze.Parijse correspondent) M te pogen eens een nieuw doorbraakje te forceren via de ideologische grenzen of tolmuren waardoor de ..figuratie- ven'' nog steeds, althans theoretisch, van de ..abstracten" worden gescheiden, heeft directeur Macenta van de beroemde Galerie Charpentier bij de voorbereiding van zijn laatste expositie die aan de ..Ecole de Paris" met een aanhangwagen van Israëlische gasten is gewijd, weer eens een andere dan de gangbare weg gevolgd. Niet van een thema, een groep, een stroming, een esthetiek, een ..formule" ging hij uit. Maar hij koos een elftal schilders, die zeker wel als representatief voor een richting en in elk geval voor een niveau beschouwd konden worden, om vervolgens elk hunner de vrij heid te geven ook nog acht andere kunstenaars te inviteren. De tentoonstelling omvat zo een kleine 100 doeken die bijna st.uk voor stuk de moeite van het zien ruimschoots lonen. Haar bijzondere attractie is echter wel. dat elke ..meester", over het algemeen, wel jongere schilders uitkoos waar mee hij een zekere geestelijke ver wantschap gevoelde, doch dat die keuze toch zelden of nooit door be krompen dogmatisme, en nog min der door ..lüiekjesgeest" scheen te worden bepaald. Zo kon het dan gebeuren dat door en in deze hergroepering van de ..Ecole de Paris" waarbij theoretische of formalistische maat staven door de persoonlijke voor keuren van kunstenaars van for maat werden vervangen, de wacht woorden en de slogans der mani festen en der schriftgeleerden veel. en soms alles, van hun waarde verloren: een verlies dat de kunst zelf slechts tot winst kon zijn. De Zuidtiroler si dit is wat zij willen zijn* In vier korte artikelen werd geschreven over de kerk de jeugddienst en het jeugdwerk daar omheen. Tenslotte nu nog iets over de „kerk-mens". die in het jeugdwerk leiding geeft. In allerlei beschouwingen over de functie van de jeugdleider wordt misschien bi) eerste aanhoren wat verwonderlijk, maar op den duur toch wel be grijpelijk nog al eens gebruik gemaakt van benamingen uit de scheepvaart, om op die manier vergelijkenderwijs de methode van leiding geven te kunnen aanduiden. De eerste van deze benamin gen is „hofmeester". De jeugd leider, die zich hiermee wil ver- als men maar een bewuste keuze doet en daardoor volwaardig in de maatschappij zal staan. Wie zich als jeugdleider hier mee niet tevreden stelt, zal zich liever vergelijken met een ..loods". Zon loods immers brengt Je naar een van te voren opgegeven haven, en zo'n jeugd leider zal dus zijn programma's en in zijn persoonlijke gesprek ken de jongens en meisjes de weg willen wijzen naar een nauw keurig omschreven doel, een zeer bepaalde levensovertuiging. Het ligt. voor de hand, dat lei ders in christelijk jeugdwerk, die zich beschouwen als vertegen woordigers van dc kerk. hun taak het liefst op deze derde manier omschreven nen. Want krijgen, zal zU aan die wens tot vrijblijvendheid moeten voldoen. Dat betekent, dat zij een jeugd leider aan het werk moet zet ten. die in de eerste plaats hof meester is en zijn bezoekers vrij laat. Maar en dat is het kern punt wanneer die hofmeester met zijn bezoekers tot een eer lijk gesprek komt. zal hij voor zijn christen-mening mogen (en moeten) uitkomen en dan, wan neer de bereidheid tot luisteren er ia, zal hij een loods kunnen zijn. een verwijzer naar het ge loof in God. Het is niet moeilijk, deze me thode in een paar zinnen weer te geven. De praktijk echter leert dat het beslist niet meevalt om zo te werken. Maar al te vaak wordt het alleen-maar- dienst-verlenen gebruikt als een lokmiddel om, wanneer de be- gelijken, ziet dus zijn taak als „service-verlenen" aan jongeren. Hij brengt de clubzaal in gereed heid. verkoopt flesjes limonade lan 'zijn bezoekers en ruimt na afloop de rommel op. Leiding geven in de sterkste zin van het woord, doet hij niet. Hij organi seert geen programma's, maar laat de jongeren vrij. Hij zorgt alleen voor onderdak. De tweede benaming is „navi gator". De jeugdleider, die daar mee zijn taak omschrijft, wil meer dan alleen maar dienst verlenen en onderdak verschaf fen. Hij wil ook om nog even bij de scheepvaart-termen te blijven de verschillende ha vens wijzen aan zijn bezoekers. Hij wil in zijn programma's voorlichting geven, opdat men bewust een standpunt zal gaan innemen t a v. de in het leven belangrijke vraagstukken; welk standpunt is niet van belang. de Jongeren, met wie zij te ma ken krijgen, moeten mede dank zij hun leiding, gevormd worden tot christenen. Deze driedeling schijnt op een gemakkelijke wijze duidelijk te maken, hoe men vanuit prin cipieel verschillende overtuigin gen Jeugdwerk kan bedrijven: de ongodsdienstige mens zal kie zen voor de hofmeester-metho de, de vrijzinnige leider zal een navigator willen zijn en de or thodoxe christen zal kiezen voor het loods-systeem. Maar zo een voudig is de situatie beslist niet. In eén van de vorige artikel tjes werd al geschreven, dat vele jongeren niet bereid zijn lid te worden van een christelijke ver eniging. omdat zij weigeren zich in een bij voorbaat vastgestelde haven, c.q. kerk. binnen te laten „loodsen". Zij willen voorlopig i vrijblijvend zijn. En als de kerk toch met deze jeugd contact wil zoekers eenmaal binnen zijn, een „bekeringsaanval" op hen te doen. Dan blijkt de hofmeester een gecamoufleerde loods te zijn en dus Iemand, die zich oneerlijk gedraagt tegenover zijn mede mensen. De enig verantwoorde hou ding, die de christen-Jeugdleider kan aannemen, berust op twee bijbelse uitgangspunten: het die nen van medemensen heeft op zich zelf volle waarde, en: het geloof kan slechte verkondigd worden aan mensen, die willen luisteren. Hofmeester-zijn is dus bijbels verantwoord, maar als dat bij de bezoekers tot gevolg heeft een vertrouwen en een be reidheid om dieper door te pra ten. moet in dat persoonlijke ge sprek de leider een loods zijn naar God. A. J. LAMPING, Jeugdpredikant te Leiden. Protest tegen tIe hokjes''* Het is natuurlijk onzin te ont kennen dat er figuratieven en ab stracten zijn. Maar het getuigt van gemakzucht of onkunde te veron derstellen dat met die aanduidin gen het laatste woord is gezegd. Niettemin worden door dat onder scheid de activiteiten van een groot deel der Paryse kunstgalerijen zo niet der critici nog steeds be paald, en laat dientengevolge een ruime sector van het publiek, waar men in de eerste plaats prijs stelt op een „houvast", de blik door die zelfde betiteling begrenzen. Wanneer ge echter met de schil ders zelf spreek,t danm erkt ge doorgaans alras dat hun abstracte ders zelf spreekt, dan merkt ge loofsbelijdenis geenszins in gewa pend beton is vastgelegd, en dat ze zich alle vrijheden voor verdere ontwikkelingen en zelfs terug keren, toch wel gaarne wensen voor te behouden. Variaties in het standpunt die door de officiële vaandeldragers en spreekbuizen der beide kampen dan vlot als een ver raad aan de collectieve waarheid of als de desertie van een rente- gaat worden uitgekraamd. Ge moet al wel Picasso heten en dan nogom als uitzondering op die regel te mo gen fungeren. De samenstelling van deze expositie kan men dus zien als een indirect en verzwegen protest tegen die al te vlotte rubri cering en hokjes, die nu door een frissere en onpartijdiger wind weer eens wat overhoop en door elkaar worden geblazen. Elf „meesters" De „elf meesters" dragen namen als: Bissière. Civet, Corneille (die met zijn 41 jaren de Benjamin is), Dunoyer de Segnnzac. Garbell, La- poujade, Legueult. Matta. Messa- gier. Pignon en Gerard Schneider. Men vindt onder hen dus (libe rale) traditionalisten als De Se gnnzac, naast onverdachte abstrac ten als Schneider, een informalist als Messagier, een „nieuwe realist" als Lapujade, een surrealist als Matta. een progressist als Pignon en een eenzame zoeker als Bissière. Hun opvattingen of ambities blijven soms ook nog wel vaaglijk te herkennen in de doeken van „hun" gasten, die niettemin onder ling in de allerbeste artistieke ver standhouding blijken te verkeren. Zo had Terechkowitch als de in vité van Legueult. voorman der „poëtische realisten", met een stil leven van een met bloemen bedekte tafel zich net zo goed in de groep van Desnoyer kunnen bevinden. En zo lijkt t een persoonlijk spel van het toeval dat Schneider's Pro tege Olivier Debré (broer van de voormalige minister-president) met een helder en „mathematisch blauw doek zich ln de plaats van Karei Appel wiens bekende vlie gende vogelkoppen men met genoe gen terugziet, niet in de kring var» Messagier's „informelen" heeft ge schaard. Inplaata van zulke, niettemin wel instructieve vragen op te wer pen, nemen andere exposanten lie ver een loopje met de wereld en met henzelf zoals een Gaston Chaissac, strijdmakker van de vermaarde Dubuffet. die zijn primitieve totem als „Chaissac de Bidonville" signeert of een Herve Telemaque uit Haiti die onder hel opschrift „A main Armée (Gewa- pender hand) een luguber en enigszins .surrealistisch beeld geeft van de gevolgen van een oorlog of een revolutie. Israëlische genodigden De Israëliërs dig als buiten lander# dft keer de eer van een invitatie genoten zitten onder tussen, wat scheef in deze lijst. Naar hun collectieve fnsending te oordelen, verkeren ze nog volop in een heel andere fase van ontwikkeling waarin Fran se en Duitse invloeden In de Is raëlische smeltkroes om de voorrang strijden. Het moment van hun doorbraak toenadering of synthese schijnt zo nog niet te zijn gekomen. Bekeken van uit een andere hoek, het zoeken van al deze joodse „emigran ten" uit Polen. Roemenië, Tsje- choslowakije, Litauen, Jemen, Frankrijk naar een picturale en gemeenschappelijke Israëlische gevoelsband, levert ook deze tentoonstelling zeker boeiende gezichtspunten en wel ook vra gen op, die men niettemin en als gezegd liever los van dit ex periment van de Parijse school had willen aanvatten. Oorlogsimpressie van Hervé Têlêmagne.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1963 | | pagina 7