Beroemde schepping van
architect Victor Horta
ZOEKLICHT
h'
GEVLEUGELDE RAKET VEILIG
TERUG VAN 100 km. HOOGTE
in KAMER en TUIN
Te klein en niet
geschikt voor doel
i SLOPING BRUSSELSE VOLKSHUIS
PROEFLANCERING IN 1965
Zaterdag 18 november 1963
Pagina 2
toonstelling ran 1925, het Brug- organisatie» herbergt. De grote zaal
(Van onze Brusselse correspondent)
TT\E Belgen zijn onbekommerde slopers van oude bouwwerken.
Dat zou niet zo erg zijn wanneer zij er meesterwerken van
architectuur voor in de plaats zouden zetten. Daaraan ontbreekt
het echter nogal eens. In de Brusselse binnenstad, zo rondom die
befaamde Grote Markt, mag alleen maar ..in oude stijl" worden
gebouwd. Wat is het gevolg? Men breekt vier of vijf 17de eeuwse
of 18de eeuwse huizen af. zet een grote betonconstructie ervoor
in de plaats en bekleedt die aan de voorkant met quasi-oude
gevels. Dan schijnt aan de bepalingen voldaan. Hoe het resultaat
is kan men zich denken.
Overeenkomstig Horta's opvattingen heeft hij ook alle onder
delen van het Brusselse Volkshuis zelf ontworpen. Zoals de in
gangspoort voor de grote zaal met alle smeedijzeren hekken,
waaraan zijn schepping nogal rijk is.
EEN
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHII
OP DE BOEKENMARKT
Johan ran der Wonde. „De
Erfdochter". N(jgh en
Van Ditmar. Den Haag-
*.J.
Een historische roman, staat er
op de omslag van de nieuwe ro
man van de interessante en
vruchtbare schrijver Johan van der
Woude. Maar kan men dit boek
wel zo noemen? Wanneer men deze
uitdrukking wenst op te vatten als
betekenende: „een roman die in
een verleden tijd speelt", dan zou
men die vraag kunnen beantwoor
den met: „Waarom niet?" En dat
antwoord zou dan terecht zijn.
Men heeft echter de gewoonte aan
genomen een roman historisch te
noemen als deze gegrondvest is op
Jaartallen en in het verleden ge
beurde (en vervolgens bewezen)
feiten. „De Erfdochter" echter
wjjst slechts in zoverre de periode
aan. waarin de figuren geleefd
moeten hebben, dat men met aan
zekerheid grenzende waarschijn
lijkheid kan aannemen, dat de ge
schiedenis op het huis Welle in de
Achterhoek zich afgespeeld moet
hebben na 1713 (Vrede van
Utrecht) en niet later dan 1801.
Want als ik mij niet vergis, was
de Gelderse Achterhoek na dat
jaar met meer in Pruisisch bezit
en zou het dus niet mogelijk heb
ben kunnen zijn, dat de koning
van Pruisen boete oplegde aan de
eigenaar van Welle.
Ik acht het een gelukkige greep
van Van der Woude, dat hij zijn
historische gegevens heeft losgela
ten. Had hij dat niet gedaan, dan
zou er nooit zulk een zuiver crea
tief stuk proza voor den dag zijn
gekomen. Door de distantie, die hij
genomen heeft van bijzonderheden
en Jaren, is het hem gelukt zijn
verhaal te schrijven zoals een tijd
genoot dat gedaan zou heb
ben. Deze laatste opmerking slaat
natuurlijk niet op het procédé:
niet op de vorm en niet op de stijl.
Deze beide de vorm van de korte
tafrelen, de stijl wijzend op een
zeer eigen, maar zuivere zinscon
structie zijn twintigste-eeuws.
Wat ik bedoel te zeggen is, dat
Iemand, die geleefd zou hebben in
de tijd toen de broeders Nicolaas
en Gijsbert Hondius eigenaars wa
ren van het huis Welle en de Ho-
vings op Sinthorst woonden. die
vervolgens een helder inzicht zou
hebben gehad in de motieven ach
ter de menselijke handelingen en
gesteld dat hij over een geta
lenteerde pen beschikte, deze
tragi-komedie te boek gesteld zou
kunnen hebben: nogmaals mutatis
mutandis. Dit houdt op zichzelf
een grote lof in voor de heden
daagse schrijver, want het bete
kent dat hjj er voortreffelijk in is
geslaagd, echte, levende mensen te
scheppen binnen en ondanks het
achttiende-eeuw se de cor.
Het heeft geen zin de hele groep
mannen en vrouwen, die in deze
roman optreden, stuk voor stuk op
hun mérites te toetsen. Hun méri
tes als romanfiguren zijn boven
leder» twijfel verheven, zoals ik
reeds uit de doeken gedaan heb.
Er is evenwel iets. dat mij uiter
mate verbaasd heeft In de flap
tekst wordt Gijsbert Hondius aan
geduid als „een seniele grijsaard".
Nu vind ik deze Gysbert. een inte
ressante en zeer ontroerende grijs
aard. Van der Woude heeft hier
zeer subtiel de gestalte gete
kend van een mens. dat zijn leven
lang heeft moeten doen wat hij
niet wilde. Een man. die als de
lastigen hem te na kwamen,
vluchtte in een soort depersonali
satie en zelfs in de ziekte. Een
man echter ook. die zichzelf blijft
ondanks alles, die niet hecht aan
de indruk, die hij op anderen maakt
en nog minder hecht aan bezit.
Het is nog duidelijk dat hij gebo
ren is als een mens met een groot
en gevoelig hart. maar nu verdrukt
en versuft is door een heel leven
van frustratie. Een prachtige fi
guur heeft Van der Woude van
hem gemaakt met behulp van niet
anders dan kleine, maar essentiële
trekken. Ik kan mij dan ook niet
voorstellen, dat hijzelf de term „se
niel" gebruikt zou hebben. De oude
Gijsbert moge dan op oppervlakki-
gen die indruk maken de schrij
ver heeft hem zo bepaald niet ge
geven. In kleine, maar essentiële
trekken, zei ik. Dit is één van de
grote waarden van deze roman. In
korte, beweeglijke, zeer levendige
tafrelen opgezet, heeft het boek
meer menselijke diepgang dan me
nige tot vervelende langdradigheid
uitgesponnen psychologische ro
man.
Johan Fabricus. „Herinne
ringen van een oude
Pruik". Leopolds uit-
geversmU. Den Haag 1963.
Duidelijk is het historische fond
van de roman, die Johan Fabricius
geschreven heeft over het leven
van Goldoni, de Venetiaanse co-
medie-schrijver. Wederom staan
we in de achttiende eeuw. Maar
thans in het Italië van de come-
dianten in de eerste plaats en in
dat van de gegoede burger in de
tweede. Fabricius heeft Goldoni
sprekend of schrijvend ingevoerd,
iets dat bij een zo lijvig boek de
aandacht niet altijd gespannen
kan houden en zeker niet wanneer
de opsomming van de talloze to
neelstukken aan de orde komt. De
kabbelende verteltoon werkt ook
niet verlevendigend met de ouder
wetse uitdrukkingen zoals: mijn
Rosalba, mijn Nieolette. een poeze
lig handje, een lieftallige jongeda
me, het uur van mijn schande, de
ganse waarheid, de roes van het
carnaval, lauweren geoogst, aan de
goede zorgen toevertrouwen e.d. Ik
begrip natuurlijk wel dat men
Goldini geen dynamische nozem-
taal in de mond kan leggen, maar
dit zo negentiende-eeuws aandoen
de Nederlands lijkt mij toch ook
niet het juiste medium Dat het
ook anders kan. heel anders, heeft
het hierboven besproken boek van
Johan van der Woude. „De Erf
dochter", bewezen.
CLARA EGGINK
Niet alleen in de oude stad maar
ook in andere wijken viert het af
breken van kapitale of minder
kapitale panden hoogtij. Er komen
flatgebouwen van tien of meer
verdiepingen voor in de plaats. Erg
mooi zijn ze al» regel niet maar het
is wel zo dat het silhouet van de
stad er wat bij wint. Bij dat af
breken gaan echter veel panden
van rond 1900, dus uit de tijd van
„Art Nouveau" en „Jugendstil" te
grande. Brussel heeft in die periode
een aantal bouwmeesters gekend,
die belangrijk zijn geweest.
Zo bijv. Jules Brunfaut, Van
Rysselberghe, Saintenoy, Rosen -
boom, Hanikar, Vizzavona en als de
belangrijksten zeker Victor Horta
en iet» later Henry van de Velde.
De laatste heeft echter bijna altijd
in het buitenland gewerkt.
Lange reeks
bouiviverken
VICTOR HORTA, sedert 1928
baron Victor Horta, te een
voorloper geweest. HU werd
in 1861 te Gent geboren, weinige
maanden voor de drie andere be
kende figuren, die Frans spre
kend in de stad zUn geboren en
die in de kunst beroemd zouden
worden: de dichters Charles van
Lerberghe en Maurice Maeterlinck
en de schilder Theo van Ryssel
berghe. Na studies te Gent en te
ParUs bouwde hij een paar huizen
te Gent. HU vestigde zich te Brus
sel (hU ontmoette er Vincent van
Gogh), trok weer naar Parijs, waar
de machinegaierU de wereld
tentoonstelling en de Eifeltoren
diepe indruk op hem hebben ge
maakt.
Omstreeks 1892 begint dan de
lange reeks bouwwerken, waarin hij
het ijzer in de constructie opneemt
en waarvan de gevel» die combina
tie van ijzer en natuursteen duide
lijk tonen. Dat is enige jaren voor
Van de Velde zijn huis de bloemen.
werf liet neerzetten. Horta heeft
veel gebouwd, o.a. het huis voor de
familie Solvay aan de Avenue
Louise en ontelbare huizen voor
andere gefortuneerde Belgische in
dustriëlen. Voor zichzelf bouwde hU
twee huizen aan de Amerikaanse
straat, welke hU ook inrichtte met
door hemzelf ontworpen meubelen
en andere gebruiksvoorwerpen. Uit
zijn eerste periode dateert ook het
Brusselse Volkshuis, dat thans zal
worden afgebroken. Van 1916 tot
1919 verbleef hU in de V.S. en dat
verblUf heeft zijn karakter en dus
ook zUn Ideeën over de architec
tuur sterk beïnvloed.
Na zijn terugkeer volgen dan
enige grote werken zoals het Bel
gische paviljoen op de Parftse ten.
mamuriekenhute te Brussel (be
gonnen in 1912, voltooid in 1924),
hei Palete voor Schone Kunsten
(lWft—1928) en bei Centraal Sta
tion (1936—1945). Elf september
1947 te hU te Brussel overleden
Historische plek
y ET Volkshui» heeft in zijn tijd
bfl de architecten veel op
zien gebaard. Naderhand is
men het al» een der „klassieken"
van de bouwkunst der „nieuwe
«tUl" gaan beschouwen. Van heinde
en verre komen belangstellenden
naar de Belgische hoofdstad om het
te bezichtigen. Na bijna 70 Jaar is
het nog steeds een indrukwekkend
gebouw, dat de kantoren van aller -
lie socialistische instellingen en
wordt door de Belgische socialisten
al» een historische plek beschouwd.
Voor zover zU althans voor historie
gevoelig zUn.
Het Volkshuls aal echter worden
afgebroken en door een veel groter,
modern pand worden vervangen.
Daarvoor *Un twee redenen i het
1» te klein en niet meer geschikt
voor het doel, waarvoor het moet
dienen en: het is bouwvallig.
Waarschijnlijk heeft men er in der -
tUd niet genoeg aan kunnen spen
deren. In de laatste tien jaar heeft
men er voor meer geld herstellin
gen aan moeten verrichten dan de
bouw van een nieuw pand van
dezelfde grootte thans zou kosten.
Dat hebben althans de huidige
bezitters onlangs verklaard. Er is
geen reden hen niet te geloven.
Protesten, vooral van de
van de architecten en van
wonderaars van Horta's kunst k
ben niet mogen baten. Ree,),
enige later bygetrokken
gesloopt en de coöperatieve
zUnen, die in het gebouw ook
gevestigd, houden hun ,.v^
wingsuitverkoop" en kondig
opening van een „superma)
aan.
DUITSE BIJDRAGE TOT RUIMTEVAART
Begin 1965 zal op het eiland Sardinië een Duitse onderzoe
kingsraket van een geheel nieuw type gelanceerd worden. Wan
neer deze lancering slaagt, heeft de jarenlange research van een
groep leidende wetenschapsmensen en technici haar eerste resul
taten geboekt. Twee jaar wordt er al door deze mensen, die allen
werkzaam zijn bij ..Dornier-System" onder leiding van dr. Heinz
Busch aan dit project gewerkt. Het bijzondere van deze onderzoe
kingen is het pogen door toepassing van het ..glijvluchtprincipe"
een raket onbeschadigd naar de aarde te laten terugkeren. Het
onderzoek is reeds in een ver gevorderd stadium, want het is
dankzij het wetenschappelijk en technisch speurwerk in theorie
reeds mogelijk een ééntrapsraket na de vrije val door de ruimte in
een glijvlucht te brengen en onder menselijke controle te houden
voor een landing.
Veel verlies
Wanneer het vele werk van deze
groep mannen door een succesvolle
lancering zal worden bekroond,
dan heeft West-Duitsland daarmee
een wezenhjke bUdrage geleverd tot
het internationale onderzoek op het
gebied van de ruimtevaart. De VS
en de Sowjet-Unie, de beide grote
concurrenten in het ruimte-onder
zoek. hebben echter een voorsprong
die door Europa met zyn aanmer-
kelyk geringere financiële midde
len nauwelyks meer in te halen is.
Dit neemt volgens dr. Heinz Busch
echter niet weg. dat er op het ge
bied van de rakettechniek nog vele
problemen bestaan, die op een op
lossing wachten. Tot heden is het
bijvoorbeeld niet mogelUk gebleken
een raket In zUn geheel weer onge
schonden te laten landen. Slecht»
de capsule met de belangryke
meetapparatuur komt aan een pa
rachute weer veilig terug, de raket
zelf wordt vernietigd. De waarde
volle Instrumenten gaan echter ook
nog al eens verloren, wanneer er
zich bU het parachutesysteem com
plicaties voordoen.
borgen. In het middelste ge»
van het rakctlichaam zUn
tweetal gemetaliseerde kuiua
draagvlakken geconstrueerd,
door hun buigzaamheid eenvn
op te vouwen zUn en door klq
in de raketwand van de bui
wereld zijn afgesloten. Wa:
het projectiel de aarde nader
zijn weg verder in glijvlucht
vervolgen, worden door een
mando van de grond af de q
vouwen draagvlakken door
van pneumatisch kracht uit
kamers gedrukt De „vleu
spreiden zich uit en door de ge
dige luchtstroming krijgen q
vorm van conisch gevormde i
muisvlerken.
Glijvlucht beqini
12 km hot
Het is de bedoeling het proje
bij zyn terugkeer naar do aaró
een hoogte van 10 tot 12 kilo»
zyn spiraalvormige glijvluchti
verzekerd door stabilisatlevlK
en een door Dormer ontwM
en gepatendeerde methode os
zwaartepunt van de raket ty
de daling te wyzigen. Uit pm
mingen in de verschillende o::
kelingsfasen. die dezer dage:
eindigd zullen worden, za!
kunnen zien of er nog beltn
Anthurium scherzerianum of
flamingoplant wordt heel veel
als kamerplant gekweekt. Het
is een prima plant, waarvan
men by een goede verzorging
jarenlang plezier kan hebben.
De plant is uit tropische stre
ken afkomstig en verlangt dus
een vochtige atmosfeer. Ze moet
derhalve in de wintermaanden
in een normaal verwarmde ka
mer gekweekt worden en men
dient voor een vochtige atmos
feer te zorgen; veel sproeien is
dus gewenst. Dat dient men
met lauw water te doen. Het
water zo uit de kraan is veel
te koud; doe er daarom een
FLAMINGOPLANT
scheut warm water doorheen.
De plant kan in deze tUd van
het jaar de volle zon hebben en
het is nuttig haar dus in de
vensterbank op het zuiden te
zetten. Na half april kan ze
daar echter niet onbeschermd
biyven staan en moet men haar
bU voorkeur voor een venster
op het oosten zetten. Ook daar
moet men ze tegen tien uur ln
de morgen beschermen.
De plant kan het best volgens
de zogenaamde „diepe bord"-
methode gekweekt worden, dat
wil dus zeggen: ln een diep bord
met water komt een omgekeerd
theeschoteltje zó dat de bodem
Juist boven het water uitkomt
Op dat eilandje staat de plant
dan met de voet vlak boven,
doch niet in het water.
Als er verpot moet worden,
mag men dat in geen geval vlak
vóór de bloei doen, doch steeds
na die tyd. Men moet er niet
de gewone bloemistengrond voor
gebruiken, doch een mengsel
van bloemistengrond, gehakt
veenmos en half verteerde beu
kenbosgrond. Vergeet niet dat
onder in de pot scherven moeten
komen; het afvoergaatje mag
ln geen geval verstopt raken.
G. KROMDIJK.
In Amerika werkt men aan
een verder stadium van ..ge
vleugelde rakettendie meer
de vorm van een ruimtevlieg
tuig krijgen. Dit model van drie
op en aan elkaar gemonteerde
raketten met vaste vleugels is
bedoeld voor ..geregelde dien
sten" tussen de aarde en be
mande ruimtestations. Het is
een ontwerp van Lockheed, dat
over tien jaar in gebruik kan
zijn. Het toestel kan op een
normaal vliegveld starten en
landen. Aan boord is plaats
voor tien passagiers.
Klein prototype
De door Eiornier ontwikkelde ra
ket vertoont uiteriyk geen noe
menswaardige opvallende vernieu
wingen. Met een stuwkracht van
2.5 ton en een startgewicht van 110
kilogram zal het 5.20 meter lange
projectiel een hoogte van circa
km kunnen bereiken.
Het werkelyk revolutionaire aan
deze nieuwste Dornier-schepping
ligt in de romp van de raket ver-
wyzigingen noodzakeiyk
de landingsmanoeuvi c van dt
ket te vervolmaken. Vooral int
gen der meteorologie. hetlonaS
onderzoek en de geofysica it
zeer geinteresseerd in deze r
die dankzy een onbeperkt u
landingen en starts ren om*
ryker en economischer ondei
der atmosferische omstandieb
op een hoogte van 30 tot 1Ó0
meter mogelijk zal maken.
Een model van de Duitse gevleugelde raket, waarvan dti
proeflancering in 1965 op Sardinië zal plaatsvinden