ST. KITTS, zoutvat in
de Caraibische Zee
I
m
ut
STROBOSCOOP
IN DE
MOES
TUIN
Schapen en geiten beter bestand
tegen zout dan auto's
HOE
WERKT
HET!
k
i
Elke zes weken kan men oogsten
Kom er ACHT
Zaterdag 17 augustus 1963
Pagina 4
aap 8
•^1
•t;~-
mmm
lij 1 r'fT"
rFT?tt-!FÏI]BK«i 7
•V
Si -
- '""s-VS
De bungalow van dr. Wil-
kins (rechts op de heuvel)
biedt uitzicht op de gebouwen
van de zoutwinning.
Hl Bijzondere medewerking)
ET eiandje ligt verloren in de Caraibische wateren. Chris-
toffel Columbus was de eerste Europeaan, die er voet aan land
zette. Dat was in 1493. Hij gaf het zijn naam en noemde het St.
Christophe. Honderddertig jaren lang na de ontdekking interes
seerden de Europeanen zich nauwelijks voor St. Christophe. In
1623 werd dit anders. Toen vestigde zich een aantal Engelsen
er.Een paar jaar later kwamen er ook Fransen. Dat was in 1627.
Tot 1713 bleef het eilandje omstreden bezit. Het was noch Frans
noch Brits. De Vrede van Utrecht (1713) maakte een einde aan
die halfslachtige toestand. Engeland kreeg de soevereiniteit.
Meer en meer werd sedertdien de tegenwoordige naam, St. Kitts,
gebruikelijk. St. Kitts is tot op de huidige dag Brits gebleven, al
herinnert de naam van de hoofdstad, Basseterre, nog aan de
Franse invloeden van weleer.
Vruchtbaar is St.-Kitts stellig.
Suikerriet, katoen en enige andere
gewassen gedijen er welig. Natuur
lijk worden zij slechts op kleine
schaal verbouwd, maar toch voeren
de eilandbewoners suiker en katoen
uit. Een ander exportprodukt is
zout. Het is niet overdreven om St,.-
Kitts een ..Zoutvat in de Caraibi
sche Zee" te noemen.
te hebben gewerkt op St.-Kitts, be
sloot om „ln het sout" te gaan. Die
arts dr. Arthur Wil kins was lijn
naam nam een aantal Jaren ge
leden enige zoutpannen in exploi
tatie. Hij vond de nodige werk
krachten. Zout was en is op St.-
Kitts in grote hoeveelheden. Dr.
Zoutpiomer Wilkins slaagde. Zijn „soutproef"
De mens heeft door de eeuwen
heen zowel het zout der aar
de als het zout der zee be
geerd. Wie wel eens een tijdlang
zoutloos heeft moeten eten. beseft
beter dan wie ook, hoe belangrijk
zout voor de mens is en hoe geluk
kig het is, dat natrium-chloride
(NACL is keukenzout) in vrijwel
onuitputbare voorraden ter beschik
king van de mens staat. De ban
den, die de mens met het zout ver
binden, zijn misschien wel een der
redenen geweest, waarom een ge
neesheer, na dertig jaren als arts
St.-Kitts is een eilandje, geen
eiland. Het is niet veel groter dan
170 km2. Op dit lapje grond wo
nen ruim 33.000 mensen. Vlijtige,
goedmoedige mensen, die van hun
eilandje en hun werk houden. Som
ber zijn zü niet. ook al noemden zij
de midden op hun eilandje liggende
uitgedoofde vulkaan de „Berg dei-
Ellende" (Mount Misery). „Eigen
lijk", zei een notabel van het
eilandje, „moesten we die berg her
dopen en hem Berg der Voorbije
Ellende, Mount Past Misery, noe
menM
Wie langer dan vijf uur per
dag bij de zoutpannen werkt,
zou zijn gezondheid ernstig
schaden. Zon en zout tasten
de huid aan. Blaren en
koortsen zijn daarvan het
gevolg.
werd een gToot succes.
Een paar honderd mensen vin
den werk en brood ln de zoutindu-
strie. De zoutpannen liggen in het
zuidelijk deel van het eilandje.
Richt men daar de blik over de zee.
dan ziet men het naburige eilandje
Nevis liggen. Het is een verre van
gemakkelijke taak. die de arbeiders
en arbeidsters in de zoutpannen en
in de zoutmolen op zich hebben ge
nomen. Langer dan vier tot vyf uur
kunnen zij per dag niet werken. De
inwerking van zon en zout op de
menselijke huid zou dan blaren en
koortsen veroorzaken. Daarom be
gint het werk bU het krieken van
de dag om zes uur in de ochtend.
Om tien uur leggen de mensen het
bijltje er bij neer. Toch kan een
ervaren zout-oogster in die paar uur
tyd twintig vaatjes zout in totaal
circa 250 kg vergaren. Maar dan
is het ook welletjes geweest
Mooie tinten
L angei- dan een eeuw reeds is
St.-Kitts de zoutproducent van
de Caraibische gebieden. Dr.
Wilkins was de man, die de zout
winning nieuw leven inblies. Zó
hoog is het zoutgehalte van de
lucht op het eilandje, dat het heel
moeilijk is om een auto in rijdbare
staat te houden. Wie niet bekend
is met de „gezouten" eigenaardig
heden van de dampkring op St.-
Kitts. riskeert, dat hy na een paar
dagen zijn auto niet meer kan star
ten. Veel beter dan de auto's zyn
de geiten en schapen op het
eilandje bestand tegen de „pekel-
lucht". Zy grazen er lustig tot by
de rand van de zoutpannen en leve
ren braaf hun wol en melk. De
palmen en de moestuintjes der be
volking gaan evenmin gebukt on
der het hoge zoutgehalte!
De zoutpannen bieden een prach
tige aanblik. Zacht-roze weerkaat
sen zij het zonlicht. Het ruwe zout
is heel donker, by kans zwart van
voeg blank. Om het blank te krij-
kleur. Het gezuiverde zout is nage-
gen, wassen de arbeiders het zout
net zo lang tot het „wit" is. De
„groeitijd" van het zout bedraagt
ongeveer zes weken. Is een zout-
pan „afgeoogst", dan kunnen na
anderhalve maand de arbeiders in
die pan opnieuw aan de slag. De
zoutwinning is dus een bedrijf, dat
het gehele jaar door kan draaien.
Het ruwe zout wordt in de zoutmo-
lens tot fijn-zout vermalen.
Export
Een tijd lang namen de onder
Franse soevereiniteit staande
West-Indische eilanden veel
zout van St.-Kitts af. Sedert men
in die Franse gebieden zelf de zout
winning ter hand heeft genomen,
zyn Brits-Guyana, Trinidad en
Barbados de voornaamste kopers.
Bovendien gebruiken de bewoners
van St.-Kitts vrijwel uitsluitend
Het ruwe zout is zwart (onderste mand), gezuiverd i* het blanks
1. Riem in het water langer.
2. Jas in colbertje bibberende
3. boot links onder meer
4. Steiger rechts langer.
5. Voet man ko rter,
6. Vlag groter.
7. 2 zwarte sterreetjes i.p.v. 1
8. hals japon vrouw.
„inheems" zout. Ondanks de
se tegenslag bleef het
op St.-Kitts dus lonend.
Nu is het een drukte van be
lang in de moestuin. Bonen kun
nen thans volop geoogst worden.
Als men dat met een beetje
overleg doet en vooral voorzich
tig met het gewas omgaat, kan
men nog vele weken doorgaan
met het plukken. Kruip dus niet
zo maar door het gewas heen:
de planten zullen er dan veel
van te lijden hebben. De bonen
voor de late oogst groeien nu
heerlijk door. Het is nuttig ze
een lichte overbemesting te ge
ven. Voor dit doel kan men ge
bruik maken van de bekende
tuin en gazonkorrelmest. Per
tien vierkante meter kan men
ongeveer driehonderd gram
strooien. Spinazie is een echte
voorjaarsgroente, doch in de late
herfst smaakt ze ook prima. Dan
moet meri nu zaaien, liefst zo
spoedig mogelijk en vooral in
een zeer voedzame grondsoort.
Spinazie kan enorm veel voedsel
hebben als men dit voorjaar
normaal met oude stalmest
heeft gemest, kan men er nu de
aekende korrelmest voor gebrui
ken.
Slaplantjes kunnen nog regel
matig gepoot worden: men zal
er nog veel plezier van kunnen
hebben, doch vergeet niet: sla
heeft een goed vochtopgevende
en zeer voedzame grondsoort
nodig en men mag dus wel voor
de nodige mest zorgen.
Zomerkrootjes de ronde
rode bietjes kunnen nu ge
oogst worden: ze hebben nog
niet allemaal hun volle wasdom
bereikt en men zal dug moeten
dunnen. De dikste en grootste
kan men er tussen uit nemen en
de andere krijgen dan nog kans
om door te groeien.
In de broeibak kunnen nu nog
zomerwortels gezaaid worden: in
de zeer late herfst zal men dan
tegen dat het gaat vriezen nog
verse worteltjes kunnen oogsten.
Foto's Turkenburg.