-WIRTSCHAFTSWUNDER- OP PUERTO RICO JOEGO-SLAVIE: hard werken in arm paradijs VAN SUIKERPLANTAGE NAAR FAURIEK VAN KROT NAAR HUIS A-VAN EZEL NAAR AUTO Zaterdag 22 juni 1963 Pagina 2 (Van onze correspondent in Washington, dr. P. G. J. Korteweg) Tussen Florida en Zuid-Amerika. oostelijk van Cuba en Haïti, ligt een eiland dat eeuwenlang grote strategische betekenis heefe gehad. Het heet Puerto Rico en is ongeveer even groot als Cor sica of Cyprus, half zo groot als Israël. De communisten noemen Puerto Rico een Amerikaanse kolonie; officieel heet het een vrije, geassocieerde staat. Over die nogal verwarrende politieke status meer in een tweede artikel. Het belangrijkste moet voorrang heb ben: op dit eiland heeft zich zoiets als een economisch wonder voltrokken en honderden leiders uit Afrika en Latijns-Amerika hebben de laatste jaren Puerto Rico bezocht om te zien wat zij konden navolgen van de economische en sociale maatregelen die de regering in San Juan heeft doorgevoerd. Laten we maar letterlijk met de deur in huis vallen: in een poppenhuisdan, ver van de hoofdstad, bij Guyama aan de zuidkust van het eiland. De aar den weg erheen is stoffig, de palen met elektrische leidingen zijn foeilelijk en overal in die buurt ziet men krotjes, gebouwd van ruwe planken en platgesla gen benzine-vaten. Maar tussen die vuile en trieste woonschuur- tjes ziet men hier en daar een fris huisje van gewapend beton, vrolijk beschilderd met gele of roze verf. Naar zo'n huisje zijn we op weg. „We", dat zij een regerings-amb- tenaar uit San Juan. de burge meester van Guyama en uw corres pondent. Plechtig is dit bezoek al lerminst. We zijn allen in ons over hemd. want het is flink warm. Maar feestelijk is de tocht zeker: veertig van die nieuwe betonnen huisjes worden deze dag in die buurt offi cieel in gebruik genomen. Een vrolijke, dikke, koffiekleu rige vrouw met een hoofd vol glim mende krulspelden nodigt ons bin- ne in haar nieuwe huis. Meteen staan we in de zitkamer, voorname lijk gemeubileerd met een paar stoe len en een televisie-toestel. Waar er maar een kozijn of een richeltje is, heeft de opgewekte huisvrouw kleurige snuisterijtjes en bonte kunstbloemen neergezet. Goedkope prullaria, een janboel van kleuren, maar één ding staat vast: die vrouw heeft een schoon, fris huisje en ze heeft daar een enorm plezier in. Er zijn twee slaapkamertjes. Het echtelijk bed vult bijna een hele kamer. Maar in de krotjes van de buren slaapt men vaak met het hele gezin op stro of op een paar lappen. Men kan zich dus wel voorstellen, dat de bewoners van zulk een nieuw Ram aan de lopende band. Mini os Morin Voor één man hebben de meeste bewoners van dit eiland bijzonder grote sympathie en verering: voor hun landgenoot en gouverneur Luis Munoz Marin. Hij is de man van „operatie aanpakken" en dank zij hem en zijn bekwame, vaak nog jonge medewerkers, heeft Puerto Rico zich de laatste twintig jaar ontwikkeld van een deplorabel kolo niaal gebied tot een eiland, waar de welvaart met sprongen vooruitgaat en waar de regering tien maal zo veel als voorheen kan uitgeven voor sociaal-economische projecten. Wat wij vooral het wonderlijke vinden in Puerto Rico's snelle voor uitgang ls de aanpassing en de vi taliteit van een bevolking, die eeuwenlang was uitgebuit, die on dervoed was en verziekt. Zodra dit volk de kans kreeg om zich te ont wikkelen en zodra een leider (Mu noz Marin) hun de juiste weg wees, stak men de handen uit de mouwen en bereikte men een onverwacht groot succes. De materiële ontwik keling was zo snel, dat enige gees telijke ontwrichting haast niet uit kon blijven. Prachtkans Toch is Puerto Rico's snelle op komst niet alleen een wonder. Heel speciale omstandigheden heb ben dit bijzondere succes mogelijk gemaakt. De bezoekers uit onder ontwikkelde landen kunnen hier al lerlei leren, maar zelden of nooit zal een behoeftig gebied zulk een prachtkans op ontwikkeling krijgen als Puerto Rico. Dit eiland is namelijk sedert 1898 een deel van de Verenigde Staten. Ook Amerika heeft zijn periode van imperialisme gekend en aanvanke lijk kon men de Philippijnen en Puerto Rico, gebieden die Amerika in 1898 Spanje afhandig maakte, hét beste omschrijven als koloniën. Maar Amerika zei een voorma lige kolonie geneerde zich al spoedig voor dat imperialisme. Van 1917 af zijn de bewoners van Puerto Rico Amerikaanse staatsbureers. Zij kunnen echter niet deelnemen aan federale verkiezingen, maar zij be hoeven ook geen federale belastin gen te betalen. Toch duimde het tot ongeveer 1940 voor de koloniale sfeer ver dween. Het was Munoz Marin die het, volk begrip bijbracht voor de mocratie en die niet alleen zijn kie zers, maar ook president. Roosevelt wist te winnen voor een economisch programma, dat het. land in twintig jaar tot een fenomenale ontwikke ling zou brengen. Investeringen Munoz Marin is nu 66 Jaar. Se dert 1948 is hij gouverneur van het eiland. Hij en zijn medewerkers hebben de speciale relatie tot de Verenigde Staten knap weten uit te buitenzij hebben in de laatste twintig jaar honderden fabrikanten en tientallen hoteleigenaars weten te bewegen een bedrijf in Puerto Rico op te zetten. De regering van Puerto Rico be dacht namelijk een middel om in vestering zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Tien jaar lang zouden nieuwe fabrieken en hotels in Puer to Rico vrijdom van bedrijfsbelas ting genieten. Elders in de Verenig de Staten is men verplicht 52 van de winst voor de bedrijfsbelasting te betalen! Maar zoals gezegd de federale belastingen gelden niet in Puerto Rico en wat men op het eiland wil heffen, daarover kan men in de hoofdstad San Juan be slissen. Het lokaas bleek heel verleidelijk. Negenhonderd nieuwe fabrieken werden op het eiland gevestigd, tachtig procent daarvan met Ame rikaans kapitaal. Na enige aarze ling volgden de hotelbedrijvenin 19481949 werd het eiland bezocht door 40.000 toeristen, die vier mil joen dollar uitgaven. Dit jaar re kent men op 500.000 toeristen, die 70 miljoen dollar moeten spende ren Voor de investeerders is het een geruststellend gevoel, dat Puerto Rico Amerikaans grondgebied is. Geen risico's zoals Cuba of Haïti! Verder is heel Amerika een open markt voor Puerto Rico. Geen douane-rechten dus. Weliswaar zijn de scheepstarieven vrij hoog, maar de lonen in Puerto Rico zjjn toch altijd nog lager dan in de Verenigde Staten en nogmaals: die vrijstelling van bedrijfsbelasting is een buiten kans, die een zakenman zich niet graag laat ontgaan. Vele produkten Puerto Rico was vóór 1940 in hoofdzaak een suiker-eiland. Thans produceert men er elektrische scheerapparaten, textiel, papier en karton. Men vult blikjes met vruch tensap en met tonijn, men fabri ceert kunstbloemen en, natuurlijk, rum. In de fabrieken hebben veel vrouwen werk gevonden en dat heeft sociaal de vrouw in aanzien doen stijgen. In veel opzichten is Puerto Rico een jong land: van de 2.3 miljoen mensen zijn er ruim anderhalf mil joen jonger dan 35 jaar. De meesten zijn klein van stuk en vol levens lust. Hun ras moet sterk gemengd zijn; ras-discriminatie is hier dan ook onbegonnen werk en dat is dus alweer een zorg minder. Men lacht graag en voor een noordeling is het telkens weer ver rassend te merken, dat men al lachende en soms zingende toch flink weet aan te pakken. Tegenwicht Het is goed dat de regering veel accent probeert te leggen op onder wijs en cultuur. Dat geeft althans enig tegenwicht tegen een onmis kenbare neiging tot materialisme. Wie tien of vijftien jaar geleden al blij was op een ezeltje te zitten, tuft nu op zijn minst rond in een Volks, wagen en de verkwistende neigin om elk jaar een nieuwe Amerikaan se slee te kopen was zo sterk, d< de regering de nummerborden voc nieuwe grote auto's flink duur hee gemaakt. Het is onloochenbaar, dat Puer Rico zijn „wirtschafswunder" hoofdzaak dankt aan investerii van buiten het eiland. Dat hee zjjn nadelen en kan tot zekere pre sie leiden van Amerikaanse kar Daarover in ons volgende artlk meer. Maar het zou onjuist zijn zeggen, dat kolonialisme vervangi is door dollar-imperialisme. De r gering van Puerto Rico heeft rigo reus agrarische landverdeling doo gevoerd, men heeft een minimur loon vastgesteld en vooral: de i dustrialisatie is zo gevarieerd, d men niet in de greep is gekom van enkele grote industrie-reuzei Puerto Rico exporteert kunstbloemen. betonnen huisje heel trots zijn op hun woning en meubilair. Zij heb ben elektriciteit en stromend water, maar de w.c. is nog een primitief, afzonderlijk huisje. Him betonnen woning heeft geen ramen van glas. In dit klimaat zijn verstelbare, sta len jaloezieën praktischer. Een heel belangrijk ding vergaten we nog: zo'n huisje van gewapend beton is absoluut bestand tegen Puerto Rico's wervelstormen. Zelf gebouwd In de laatste twaalf jaar zijn er al 20.000 van zulke praktische wo ningen voor de lagere inkomens groepen gebouwd. Of liever: zij heb ben ze zelf gebouwd. Dat is name lijk het bijzondere; de regering le vert het bouwmateriaal plus een deskundig leider en elk gezin dat zo'n huis wil hebben levert een ar beider, meestal de man, soms een grote zoon, soms zelfs een weduwe. Om die veertig huisjes bij Guyama te bouwen had men vijf ploegen van acht arbeiders gevormd. Elke ploeg werkte ongeveer twee dagen per week onder deskundige leiding. Een gezin betaalt ongeveer 450 dollar voor zo'n huisje en men kan er tien jaar over doen om het af te betalen. De prijs is zo laag, dank zij het feit, dat de mensen zelf de arbeidskracht leveren. Het bezoek aan deze armetierige buurt was misschien het mooiste moment van ons verblijf op Puerto Rico. Het toonde deze mensen op hun best: praktisch en bereid om aan te pakken. Hun huidskleur va rieerde van blank tot diep-zwart, maar ze hadden één ding gemeen: ze waren gelukkig over hun vooruit gang. Dit was een feestdag voor hen en in elk huisje dat we bezochten kregen we bier of rumpunch. Een gevaarlijke combinatie, maar men moet iets over hebben voor de voor uitgang. De bloedige strijd tegen de Duitse bezetter heeft de Seruen en de Macedoniërs, de Montenegrijnen en de Kroaten. de Slowenen en de Bosniërs tot één Joegoslauisch volk samengesmeed. Toen president Tito met zijn in lompen gehulde strijdmakkers voor de taak van de wederopbouw stond, had hij één fundament, waarop hij een vrij, onafhankelijk en zelfstandig land kon stichten: het nationaal bewustzijn. Men zegt het in Joego-Slavië zó: de fede rale republiek Joego-Slavië heeft zes deelstaten, vijf nationalitei ten, vier talen, drie godsdiensten, twee alfabetten en één wens: onafhankelijkheid. President Tito is thans bezig zijn land te openen voor het toe risme in de hoop, dat de schier middeleeuwse armoede steeds meer zal wijken voor het met jaloezie begluurde welvaartspeil van het Westen. Overal wordt ijverig gewerkt, zowel aan de bouw van nieuwe hotels als aan de aanleg van wegen, die de van jaar tot jaar in aantal toenemende toeristen door dit boeiende land Slavische architecten. Daartussen is niets, ook niet in de woningbouw en zo biedt Joego-Slavië het eigen aardige aspect van een land dat in bouwstijl een sprong van tenminste een halve eeuw heeft gemaakt. Van de Moorse poortjes en de rondin gen der kwasi Renaissance in één stap naar de strakke ljjnen van het betonskelet. Deze hotels hebben granieten vloeren en pastelkleurige wanden, vaak met lichte lambrize- ringen en overal wemelt het van eigentijdse lampen. Die sprong heeft men dan ook niet helemaal zonder (kleer-)scheu- ren volbracht. In het architecto nisch bijzonder gedurfde hotel Sta dion hangt over de volle lengte van een van de lange gangen, ongeveer op ooghoogte, een keurig blauw gor dijntje, een „valletje" zou de Neder landse huisvrouw zeggen. Wie dat optilt onthult een scheur van een vinger dikte en zolang als de gang zelf .De gerant verontschuldigt zich snel: „ach ja, zo'n hotel als dit wordt door twee aannemers neerge zet: De een zegt als hij het ont werp ziet: „Dat is gauw gebouwd" en de ander zegt: „Dat is gemakke lijk gebouwd". Ergens bij die scheur hebben zij elkaar blijkbaar ont moet". Modern zwembad Nog een grapje, dat kenmerkend is voor het Joego-Slavië van nu: hotel Stadion heeft de vorm van "n diabolo met de kamers uiterst links en rechts in de zijvlakken. Het dak loopt van de zijkanten af sterk hellend naar binnen en komt daar uit op de randen van een zwem bassin, vijftig meter lang en dertig meter breed, volgens internationale maatstaven volledig geschikt voor wedstrijden. De dakhelften vormen er tegelijk de tribunes voor. In één opzicht schiet het bad echter schro melijk te kort: er zit geen water in. Merkwaardig: Joego-Slavië kan wél In korte tijd een modern ge bouw neezetten met een ontwerp en een inrichting, die de Westerse be zoeker verbaasd doen staan, maar als het op een vitaal onderdeel als waterfilters voor het zwembad aan komt, blijkt het staatstoevoersys- teem voor bouwmaterialen plotse ling hopeloos te falen. Die water filters waren in heel Joego-Slavië niet voorhanden. Nu moeten ze worden geïmporteerd en eer de ook onder een communistisch regime Het moderne deel van San Juan ziet er uit de lucht uit als Noord-Amerika. voeren. Van Rjjeka in het noorden tot Omis (voorbij Split) slingert zich de geasfalteerde autoweg, die hier met wat overmoedige trots de „Adriatic highway" wordt genoemd, een tweebaansweg, die voor onze begrippen tamelijk smal is, maar Joego-Slavië lijdt nog niet aan ver keersopstoppingen en kan het er nog wel een paar jaar mee doen. Van eenzaamheid is geen sprake, want om de vijftig kilometer lokt een gerieflijk motel, een vriendelijk dorp of een aardig stadje. Houdt men het Karstgebergte links en de blauwe Adriatische Zee rechts, dan bereikt men vroeg of laat het vakantieparadijs Dalmatië. In de eerste jaren na de oorlog was de totale krachtsinspanning geconcentreerd op de industrie. Joego-Slavië is rijk aan bodem schatten en beschikt over technisch bekwame arbeidskrachten. Toen het eerste vijfjarenplan voor de in dustrie afliep zwierven op menige plek in het schilderachtige binnen land de traditionele schaapskudden onder de rook van dampende fa brieksschoorstenen. Dat was de eerste stap van een ontwikkeling, waarvan de laatste nog lang niet is gezet. In volgende vijf- en zeven jarenplannen ging men zich echter ook richten op de huizenbouw. Beo- grad. Titograd. Zagreb, Ljoebljana en Split zijn moderne steden met grote nieuwbouwwijken. De derde fase in de opbouw van het land is gewijd aan de .infra-structuur", de verbetering van de vliegvelden, de spoor- en auto-wegen. En al gaat aanleg, vooral van deze laatste, naar onze begrippen nogal primitief men ziet de arbeiders met de hand de uit de rotswand geboorde steen klompen wegsjouwen), men vordert gestaag. De grote steden in het binnenland zijn alle al goed per auto bereikbaar. De kustweg is vol gend jaar zeker tot Doebrovnik klaar, van Reijeka af 600 kilometer lang 'een feest om te rijden. Nu ls dan het toerisme aan de beurt. Joego-Slavië doet wat na tuurschoon en klimaat betreft niet onder voor de Riviera of de Costa Brava, maar het is als toeristen oord nog jong. Het mist daardoor de lawaaiige opeenhopingen van mensen, die de mekka's van het moderne massa-vermaak vaak eer der tot een hel dan tot een hof van Eden maken. Nog rust In Dalmatië kan men nog rust vinden: weinig auto's, geen brom mers, geen fietsen, geen trein. De boot, spierwit koersend over de blauwe zee, is er nog het meest ge bruikte vervoermiddel. De „Adria- linie" pendelt met luxe-salonboten van dorp tot dorp en weeft een levendig patroon van bruisend witte kielzogstrepen tussen de plaatsjes aan de kust en op de eilanden. De hotels kunnen verdeeld wor den in twee soorten: de oude, nog al deftige uit de Oostenrijkse tijd met dikke tapijten en koperen lof werk in de hoge corridors en de nieuwe, gebouwd door jonge Joego- Moderne hotels in een paradijselijke omgeving. Salonboten pendelen van dorp tot dorp. langzaam malende staatsmoIenS: daarvoor de vergunning hebben af-L gegeven, zijn we weer een poosjen verder L Maar op één, zeer belangrijk punt^ worden de tekortkomingen vergoed, 8 misschien niet vandaag, maar dan toch morgen. Want het ontbreekt" de Joegoslaven niet aan grote ijver J en maarschalk Tito is daarbij, zowel voor het kleine aantal communisten t als voor de overigen, een lichtend,, voorbeeld en nationaal symbool. Uit een zeer gevarieerde bevolking t wordt langzamerhand één natie ge smeed, een land met redelijke bron nen van eigen inkomsten. Dat deze ex-metaalbewerker daarbij strenge eisen stelt en het van nature lang- zame tempo zo hoog mogelijk heeft u opgevoerd, ligt voor de hand. De tU< 0 gaat voort en Joego-Slavië heeft, heel wat in te halen voor dat het economisch op internationaal niveau is beland. Maar zijn dicta- el tuur is een milde en het volk schiktD zich. met begrip voor de eisen van de tijd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1963 | | pagina 8