Het Lied van de Zwarte Bergen PANDA EN DE BEWOGEN BEWEGER TANTE PATENT EN BUURMAN BEZIG LEIDSCH DAGBLAD VRIJDAG 5 APRIL 1963 DAGELIJKS VERVOLGVERHAAL door H. O. KON8ALIK loldt klauterde verder. Hij sun handen open aan de scher- anden en verwondde zijn knie heurde zijn broek toen hij uit- i zich aan een vooruitsprin- teenformatie wilde vastgrij- en kwam hij op het pad en langs tot de plaats waar hy Jossip stond, die langzaam noden kwam. hield het slagkoord tussen en toen hy naar beneden Boven hem in de rots waren ihouwen om daarin de spring aan te brengen. Meerholdt ;ljn revolver uit het foedraal, •ot. st geen andere oplossing. Hij weemaal, driemaal, het hele leeg. Maar de schoten mis- ip en ketsten naast hem op and af. Meerholdt trilde der- n het snelle lopen en de op dat hij niet rustig had kun- .ken. hoorde het geknal van de en zag naast hem de steen- van de rotsen vliegen. HU ir beneden en zag Meerholdt en wrede lach speelde om zijn lij klauterde naar de kant, ;y met zijn mond het slag- rolde van de spoel. Dan keer- /en terug en nam een zware cnuppel mee. HU stond voor r beneden hangende snoer. Meerholdt het kon pakken, lucifer stak hij het snoer in zag toen hoe de kleine blau- met razende snelheid langs r omhoog gleed, naar de in jeboorde gaten met sprmg- eerholdt zag de kleine blau- tegen de berg opgaan. Hij dit de dood van het land zou zijn. e met de rug tegen de rots- aaide Jossip de grote knup- n kring om zich neen. >ldt stond voor hem. bloe- met gescheurde kleren. Hij laar de blauwe vlam. nogmaals dit is waanzin! dat snoer af. Je weet niet, Det! ■eet ik wel!" was zijn ant- [n drie minuten zijn jullie zopen rattenHU lachte hol de met de knots toen Mcer- h op hem wilde storten ebben die duizend werklui je vroeg Meerholdt. „Wat te boeren je gedaan, Je vrlen- e is het ontstaan? Dit woord: APLOMB 'omb betekent: zekerheid treden, zelfvertrouwen, in '.onder met betrekking tot tpaalde mate van zelfver- reid in het mondeling r maken van z'n stand- Aldus het woordenboek, woord is aan het Frans id en wij volgen ook de uitspraak. Eingenlijk zijn ?e woorden die samenge- zijn. A plomb betekent k: volgens het (pas)lood, loodrechte stand. Van- it in de fysiologie aplomb it: die lichaamsstand het gewicht zo goed mo- over de ledematen ver- s. Men spreekt bijv. van plomb van een paard, t vloeien de betekenissen: itand, vastheid, zekerheid n het bijzonder de vast- .n het gedrag, het karak- de houding. den, je broers, het vee. Je zult a'.len en alles vernietigen. Trek het snoer weg!" „De wereld moet ondergaan!" Het gezicht van Jossip had niets mense lijks meer. Hij grijnsde en bleef de knuppel zwaaien. Het zweet, dat van zyn gezicht droop, lekte hij met de tong weg. Een onmens te zijn was in deze ogenblikken zijn grootste triomf. Hij schreeuwde zo. dat Meerholdt de koude rillingen over het lichaam liepen. „Je kunt alles krijgen, Jossip" Meerholdt stond machteloos voor die krankzinnige man met zijn zwaai ende knuppel. „Je zult die 100.000 di nar krijgen, ook de vrijheid, geen straf, kunt alles hebben, maar om godswil, trek dat snoer weg. Je weet niet wat je ontketent". „Geef mij Rosa!" was Jossip's be scheid. Meerholdt deed zijn ogen een ogen blik dicht. Over een paar minuten zou de rots openbarsten en het inge sloten water naar buiten storten. Dan zou in het dal alles wat erin was, verdrinken, de arbeiders, de soldaten, alles en niets zou gespaard blijven en dat om Rosa! Meerholdt was aan een vreselijke tweestrijd ten prooi. Toen klonk plot seling zijn stem „ik geef je ook Rosa, maar trek dan in Gods naam het snoer weg!" Jossip keek om. De blauwe vlam was op de halve hoogte van de gaten voor de springlading gekomen. Nog drie minuten en de rotswand zou uit elkander splijten. Plotseling zag hij boven de berg een dikke rookwolk op stijgen. Kaarsrecht steeg de rook omhoog boven het plateau, waar zijn hut ver borgen lag. Jossip klemde zijn knuppel nog vas ter. De hut! Elena heeft de hut in brand gestoken, ze is vrij, mijn hut brandt, de hut voor Rosa en mtj. „Sterven moeten jullie allen", riep hij met overslaande stom. Hij huilde uit woede, sloeg op Meerholdt in en dreef hem voor zich uit. weg van het snoer, dat algemene dood betekende. In het dal zag kapitein Vrana de schijn van het vuur in de bergen en de dichte rookwolken. 4ij wees er op en liep naar zijn manschappen. Ze ven man met mij mee", commandeer de hij. „Als er iets brandt, kan dat alleen de hut van Jossip zijn! Wij hebben hem. Jongens, wij hebben hem!" De acht mannen klommen tegen de helling op. De stroom van vluchten den uit Zabari hield aan. De laat ste kudden werden weggedreven, de arbeiders aan de dam brachten de machines in veiligheid. Stan is Osik stond op een hoogte en keek naar de rook, die boven hem zichtbaar was. Elena, dacht hij. Elena. Indien ze jou redden, geef ik een miljoen voor een nieuwe kerk in Zagreb! Ralf Meerholdt bukte zich en wierp stenen naar Jossip, die als een razen de Roland zijn knuppel zwaaide. Op dit ogenblik tikte iemand op Ralf's arm. Hy keerde zich om en liet de stenen, zo juist door hem opge raapt, vallen. Rosa stond achter hem, bleek, mager en met grote brandende ogen. ,Red je', gilde hij, mijn God, red Je toch! Dadelijk is je Kans verloren!" Zij liep Meerholdt voorbij en ging op Jossip toe. Als een wilde sloeg Jossip toen hij haar zag komen. „Weg jy!" kryste hy. „Weg jy!" „Ik zal by jou blyven, Jossip." Ro sa hief haar handen op, vleiend met een kinderlyk gebaar. ,Ik wil je vrouw worden, maar doe het niet!" Onder het uitstoten van luide klan ken sprong Jossip naar het snoer. Hy bereikte het, en wilde iet naar bene den rukken, doch de blauwe vlam ver dween in het boorgat. Eén ogenblik begrepen de drie mensen de catastro fe, die zou volgen, dan barstte in de bergen een oorverdovende slag los. De bergwand scheurde open, een dik ke angstaanjagende waterstraal spoot er uit. Stenen, rotsblokken werden als door een katapult weggeschoten. Het bevryde water brak door de ver scheurde wand en nam een gedeelte van de berg mee. Het water vond de weg naar het dal. In onmetelijke kracht sleurde het alles mee wat op de weg naar beneden weerstand wil de bieden. De lucht werd donker. Men hoorde slechts het donderen van het water, dat als een wals van vernietiging de berg afging, alles dodend wat in zyn weg kwam. Het was een lawine van water vermengd met ontwortelde bomen en meegesleepte stenen. Een zondvloed was over Zabari gekomen! Toen de rots werd opengereten, vluchtte Rosa terug naar Ralf. Zij vloog tegen hem aan en door de botsing verloor hy het evenwicht en stortte van de helling af. Hij rolde met haar in zyn armen geklemd naar de andere kant van het dal en kwam in de wortels van een boom terecht. Daar bleven ze bewusteloos liggen, dicht legen elkaar gedrukt. Ze zagen de ondergang van Zabari niet. Het meer stortte zich als een on weerstaanbare watermuur op het dal. Het trok Jossip mee, de wenende Jossip. die zijn knuppel nog eenmaal kon opheffen, voor de verschrikkeiy- ke golf hem meevoerde. Dan bonsde de vloed op hem neer, rotsbloKken werden weggeslagen, het turbinehuis zonk weg in de razende watervloed, het kamp. de tenten en de wegen wegspoelend. Vrana en zyn zeven mannen wer den van de helling weggeveegd en door de watermassa meegevoerd naar het dal: de laatste boeren, die nog hun kudden haalden, verdwenen in de maalstroom. En nog altyd brak zonder ophouden het water met don derend geweld uit de bergwand. Kris talhelder water, dat in de zon glin sterde als vloeibaar goud. Stanik Osik stond op een eiland te midden der vernietiging. Met ogen. die alles nog niet begrepen, zag hy de wereld om hem heen ondergaan. Er was geen dal meer. Er was geen stuwdam meer, doch slechts water. Geen turbines, geen kamp, geen huizen, geen mensen. Slechts water was er te zien. Bruisend water, dat uit een reusachtige wonde in de berg stortte en steeds verder doordrong. De watervloed bereikte als een wals de vluchtelingen op de berg weg. Bonelli zag het gevaar naderby komen, hy pakte Katja beet, rukte haar naar zich toe en droeg haar op zyn armen naar een hoger gele gen pad. Het waren verschrikkelyke tonelen die zich hier in deze stryd van wa termassa's tegen onbeschermde men sen en dieren afspeelde. Koeien en schapen verdronken by honderden in de kolkende stromen. De mensen verkeerden op sommige punten in volkomen paniek. De arbeiders wa ren voor het overgrote deel in vei ligheid. De hulpdienst vond by de stuw dam in enkele seconden de dood. On der de boeren vielen de meeste slacht offers. Fedor en Maria stonden dicht by Bonelli op een hoger gelegen lots- plateau en zonden gebeden ten he mel. Zy knielden neer en terwijl onder hen de onberekenbare kracht van de brede en hoge watergolven alles vernietigde, zongen zy oude liederen van het land en baden de gebeden hunner voorvaderen. Over de smalle paadjes, waarover enkele van de moedigste dieren een weg naar de redding zochten, joegen de mensen elkaar op. Tussen hen, brullend van angst, klom een beer mee naar boven. Arenden vlogen over het verdronken land en nog al tyd gulpte het water uit de rots Stanis Osik stond alleen te mid den van het water en staarde naar de rots, die dit onnoemelijke leed en deze vernietiging over Zabari had ge bracht. Meerholdt's voorgevoelen was weer werkelykheid geworden. Een werkelijkheid, die honderden mensen het leven kostte evenals duizenden dieren en het tot nu toe gepresteer de werk. De stuwmuur was totaal vermorzeld. Tegen het met zoveel kracht aanrollende water was nau- welyks iets bestand gebleven. De bruggen lagen als een hoop verbo gen staal te midden van door midden gebroken bomen in de vloed. (Wordt vervolgd) 6074. ..Wat een toestandkreunde commissaris Vlees- jager. „ik heb hier een gevaarlijke booswicht ingerekend en nu is er geen cel om hem in op te sluiten; geen agentom hem te be waken!" ..Net goed", zei Panda. ..Die arme meneer Zielepopel hoort helemaal niet in een cel. Hij is helemaal star. omdat iedereen zo lelijk tegen hem doet. Hij hoort eerder in een rusthuis!" „Uitstekend!" riep de commissaris opklarend. „In het rusthuis zitten mijn agenten dus daar kan hij streng bewaakt worden!" En met nieuwe moed schouderde hij de heer Zielepopel en sloeg de weg naar het Rusthuis voor Overspannen Agenten in. Daar heerste alle rust. die zo nodig en zo heilzaam is. Ondee de ervaren leiding van dokter Geestemelker deelde zuster All kalmerende poedertjes uit. Dit alles had een gunstige uitwerking op de overspannen agenten, zij raakten er zo langzamerhand van overtuigd, dat hun schokkende ervaringen met roersels slechts boze dromen waren geweest. stripverhaal voor jong en oud door Annie M. G. Schmidt met tekeningen van Fiep Westendorp 364. Tante Patent kwam met een kloppend hart de hoek van de straat om en keek met bange ogen naar het warenhuis. Het stond er nog. Helemaal gaaf. Met gemengde gevoelens liep tante Patent er langs. Het is misluktdacht ze. De bom is niet ontploft. Gore Gerrit is een knoeier. Hij kan niet eens een goede tijdbom maken. Maar misschien had ik ook een echte terrorist in de arm moeten nemen. Per slot is Gore Gerrit gewoon een in breker Intussen zat de verkoopster, juffrouw Brigitte, bij de kapper te drogen. Ze had het cadeautje naast zich gezet op de grond en dacht er over na wat er wel in zou kunnen zitten. Het tikt dacht ze. Het moet dus wel een wekker zijn, of misschien een lief klokje voor in mijn boudoir. Die chef toch! Wat aardig! Straks pak ik het uit uit. Als ik thuis hen Tante Patent liep op dat moment langs de zaak ran kapper Koltweef en dacht: Ik moet eigenlijk iets aan mijn haar laten doen. voor ik naar de modeshow ga. Niets is trouwens zo rustgevend als lekker drogen onder de kap! En mijn zenuwen hebben zoveel te doorstaan gehadlaat ik het maar even doen. Ze deed een paar stappen in de richting van de kapsalon en toenEr klonk een daverende dreun. Droogkappen. flessen en potten vlogen om haar oren. De hela zaak van kapper Koltweef. met clientèle en al. ontplofte met een dreun, die tot ver in de omtrek te horen was. Vervolgverhaal voor tie kleintjes TSJIK, TUKIE EN TOKA Ze zaten daar goed in hun hol. Na al dia narigheid bij de kwaadaardige pomarad/a's waren ze nu vrö en veilig, als ze zich maar goed schuilhielden. Maar we moeten eten ook! bedacht Tsjik. Ook daar wist de slimme Toka wel raad op. Hij keek eerst of er geen pomaradja s in de buurt waren: toen nam hij hen mee naar een palmboom, waarin hoog in de lucht rijpe kokos- noten hingen. Opzij! waarschuwde hij. Toen gaf hij een paar stevige trappen met de achterhoeven tegen de stam en daar kwamen de kokosnoten al naat beneden ploffen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1963 | | pagina 29