IJS BLOKKEERT VOOR WATERVOGELS DE VOEDSELBRON Maurice Bej art schreef nieuw oratorium-ballet Aanval is ook in hef schaken verreweg beste verdediging i a y 1 1 i 2 1 2 2 fff 2 rö 2 211 I Zoeken naar Don Juan: gecompliceerd spel BI HOE WERKT HET! Uitgeputte do (la ars als pleegkind Kom er ACHT-er Onmisbaar is zijn talent Zaterdag 29 december 1962 Pagina 4 Dit keer wil ik mijn artikel nu eens niet eindigen, maar begin nen met een reactie op ontvangen brieven. Onlangs heb ik ge schreven over ..geharnast avondbezoek", dat was egelbezoek op een late avond in oktober. Onder de brieven, die ik kreeg van lezers en lezeressen waren er twee. waarvan de schrijvers het niet helemaal met mij eens waren met wat ik had geschreven over egels, honden en muizen. Dierenverhalen zijn niet altijd betrouwbaar DAAR was allereerst een die- renliefhebster, een 80-jarige mevrouw, die my vriendelijk uitnodigde, zelf maar eens te ko men kijken naar een hondje, dat egels uitgraaft, gras uit de grond krabt dit op de egel legt en dan triomfantelijk met zijn vrachtje er vandoor rent. Jammer echter, dat zij zowel haar naam als haar adres niet vermeldde. Mevrouw, ik geloof u onvoorwaar delijk, al zou ik deze „voorstelling" graag eens willen zien. Ik ben n.l. op het punt van dierenverhalen een erg ongelovige Thomas. Er wordt over de dieren, over de na tuur in 't algemeen zo veel onzin verteld en al maar weer naverteld en verder verteld, dat het zeer no dig is, kritisch te zijn en bewijzen te vragen. Ik denk aan de bloed- zuigerij van wezels, hetgeen nog steeds niet wetenschappelijk ge controleerd en bewezen is. Ik denk aan wat altijd nog wordt verteld van de oudervogels, die hun Jon gen leren vliegen, vlieglessen ge ven, en aan het oude en hardnek kig opduikende verhaal van de ooie vaars (en lepelaars', die. voordat ze hun grote trekreis beginnen, bij elkaar komen en de zogenaamde zwakke broeders collectief afma ken. Bij wijze van rogelgericht zo als men onder volksstammen wel spreekt van een volksgericht. DEZE verhalen doen het bij de niet-biologische lezer altijd nog bijzonder goed. maar zou niet veel meer gebaat zijn met de werkelijkheid, met de onopge smukte feiten, die juist door hun echtheid en hun betrouwbaarheid zo boeiend zijn? Om die feiten te verzamelen, is studie van het gedrag der dieren eerste vereiste! Ik herinner mij. jaren geleden enige Walt Disneyfilms te hebben gezien over het natuurleven in de woestijn en op de verdwijnende prairie, films, die de bioscoopbezoe kers in een geheel onbekende die ren- en plantenwereld plaatsen. door Sjouke van der Zee De gesproken Nederlandse toe lichting (tegen een achtergrond van muzikale herrie) bestond ech ter grotendeels uit grapjes, die de toeschouwers de geprojecteerde die ren niet als dieren deden zien, maar als toneelspelers. Dergelijke films laten door hun verkeerd gericht commentaar het publiek, waarvoor ze toch bedoeld zijn „in de kou" staan; het raakt zijn oude voor oordelen over de dieren en zijn ver keerde opvattingen niet kwijt, het wordt er niet veel wijzer van. Ik geloof, dat de huidige televi sie met haar natuurfilms de gebo den kansen, het publiek kennis over de natuur bij te brengen, op juiste wijze weet. te gebruiken. Ik denk aan de films als „Luipaard op schoot",- die meer en meer verge zeld gaan van sobere en verant woorde toelichtingen, niet schools en niet gewild geestig. Aandachti ge kijkers <en niet minder de jon geren onder hen» zullen van dit soort natuurfilms ongetwijfeld veel opsteken. Dit is mij trouwens al meer dan eens gebleken. Ik hoop. dat mijn uitweiding door de hoogbejaarde briefschrijf ster niet wordt beschouwd als een aanmerking op wat zij mij schreef. Haar brief was meer een uitgangs punt voor iets. dat ik al lange tijd op m'n hart had. Ditzelfde geldt voor de brief van de heer M. A. Zwart <30-10-'62). die mij geen nieuwe gezichtspunten oplevert. Dat een egel nesten met muizen openwroet, is bekend, maar de vraag was: „Vangt een egel op een zol der muizen of houdt zijn ruikbare aanwezigheid de knagertjes op een afstand?" Overigens mijn dank aan dege nen, die de moeite namen, mij te schryven. DE tekening van vandaag heeft misschien de vraag by u doen opkomen, wat ze met de brieven over egels te maken heeft? Onmiddellijk niets, maar zij delings wel. Enige dagen geleden, toen een vroege winter zich al had aangekondigd, werd me een dodaars- je gebracht, een kleine fuut. een watervogel, die voorkomt in vrijwel alle streken, waar veel plassen en stille kanalen zijn. Het diertje was hoogst waarschijnlijk als gevolg van de dichtgevroren vijvers in moei lijkheden geraakt, want als speur der naar waterinsekten, zoals lar ven van libellen, waterroofkevers e.d. is het absoluut afhankelijk van meren en vaarten met een ijslaag open water. Zo gauw de winter de gaat afsluiten is voor menige wa tervogel de voedselbron geblok keerd. Futen in 't algemeen wachten niet op deze narigheid en trekken al van september af naar de kust naar de riviermondingen waar het nooit zo gauw tot ijsvorming kemt. Maar een dodeaarsje is maar een klein ding en een hoogvlieger is het niet bepaald. Daardoor raakt het. vooral als het uitgeput is door honger, wel eens uit de rechte koers, ploft ergens neer en dan moet het weer het grillige toe val wezen, waardoor het diertje nog net niet verongelukt. Nu begrijpt u het wel: ik heb dat dodaarsje als logé te ver zorgen. Zo. bom! ineens, zon der enige voorbereiding moet je dan enkele zaken uit de grond stampen. Wat doe je dan? Dan ga je improviseren, allereerst op twee punten, n.l. de huisvesting en de voeding. Het eerste, dat gaat nog, een kartonnen doos voor de eerste nacht is gauw in te richten, maar het voedsel voor een fuut! Dat is even een probleem! Een fuut is geen duif. geen merel, die met ge- ykte voer genoegen nemen. Waterinsekten echter, in de win tertertij d'nog wel, daar was geen denken aan. Dus zat er niets an ders op dan „stoppen", dat is, voedsel in de snavel brengen en het dier dwingen of er toe bren gen, te slikken. Ik kan u verze keren. dat je een hele strijd moet voeren met zo'n redeloos, angstig diertje, dat in de hem opgedron gen helper alleen maar een vy- and kan zien en zich dus met sna vel en poten te weer stelt. Maar wat een voldoening, als eindelijk het eerste succes wordt geboekt en de dodaars zijn stukje vlees, ge doopt in levertraan, binnen heeft. Voor het tweede stukje wordt de zelfde strijd geleverd, die hij even eens verliest, voor zijn bestwil, maar dat neemt hen niet van me aan. En nu iéts aardigs. Door de paar dunne reepjes voedsel is het suffe, slappe diertje als bij toverslag ver anderd. Het begint met op de bo dem van z"h doos korte pikbewe- gingen te maken, alsof het iets uit 't water opneemt. Wie nu zou denken: „O. die vo gel heeft vlees als voedsel leren kennen, nu zal hij wel oppikken, wat in een bakje vlak bij hem wordt neergezet! die overschat het dier wel heel erg. Een fuut kent geen stilligend voedsel, dat bovendien rood is van kleur. Zijn voedsel moet leven, hij moet het, duikend naar een modderbodem, onder water weggrissen met z'n puntige snavel. Dat ondervond ik de volgende dag toen de vorst plotseling uit de lucht was en ik mijn zorgenkind in een tuinhok de ruim te kon geven. Daar sprong hij on middellijk in een bak met water en maakte op het watervlak direct dezelfde voedselpikbewegingn, die ik hem in zijn doos had zien doen na zijn eerste maaltijd. Er was nog iets dat me opviel. Het hok heeft een grondbedekking van aarde. Een fuut zit echter zel den op een kale donkere grond laag en dit was aan onze vrind duidelyk te merken, want hy flod- Onze scliaakrubriek op 17. e6+. Dxe6 en ook daarna Txa3. De klok is de ..killer" want er was nog steeds stryd mogelijk. Ladderwedstrijd CXXIX a b cd e f g h Het rocheren naar verschil lende zijden heeft veelal scherp spel ten gevolgeIeder van de beide combattanten trekt ten aanval op de rochadestelling van zijn tegenstander. En. wie het eerst komt, het eerst maalt, ook hier. In een onlangs voor de win- terwedstrijd gespeelde partij (Hörchner met wit. Van der Nat met zwart) kwam het tot de volgende stelling Dit had, nadat hij in het cen trum was vastgelopen, een storm op de zwarte koningsstelling ont ketend en wilde trachten de be slissing te forceren. Ofschoon slechts één stuk, nJ. Lg7, op de be dreigde vleugel aanwezig is, blijkt deze juist nog voldoende om een directe ineenstorting te beletten. Omgekeerd „verdedigt" zwart zich. door via een centrum-opmars een hevige aanval op wits Erochade 6telling te lanceren. (Nu gaat 7Dxc4; 8. Txc4, Txa2; 9. Kxa2, Ta8t niet op door 9. Kb3 en 7. Tx a2r: 8. Lxa2, Ta8; 9. b3. Dxb3; 10. Th2). Dus 7.... Le4d5; 8. Pf3—d2. Ld5— c4 (maar waarom niet 8b5!). 9. Pd2xc4, b6b5 (nu is 't net te laat!). 10. h5Xg6op h7xg6 zou volgen 11. Dh7, Kf7; 12. Pd6t ter wijl bxc4 niet meer kan wegens Dxh7 mat) 10Ta8xa2t; 11. Kalxa2, h7xg6: 12. Dh4—h7t, Kg8—f7: 13. d4—d5! «opent de lij nen voor de torens) De6xd5; 14. Thldl (waarmee het pleit be- slechts is) 14 b4—b3t; 14. Ka2 —al «Kbl dan De4 Tf8—a8*; 16. Pc4a3 en het zwarte kruit is ver schoten. Als laatste zet voor de tijdscon- trole speelde zwart nu nog 16 Dd5e6? Maar beter ware ge weest 16Dc6 want dan was c5 gedekt: op 17. Td6? zou kunnen 17... Txa3-18. bxa3, Dxd6! En 1 1 MM Wit, aanzet, wint. cxxx ab cd e fgh I 4 i I 4 1 t a 1 L 3 1. ceintuur vrouw is weg. 2. gordijn rechts is breder 3. grotere kluwen om handen. 4. lamp uit schemerlamp. 5. vrachtwagen op de grond 6. naaidoos voorgrond mist bakje 7. snoer tv-toestel. 8. hond is omgedraaid. 5' (Van onze Brusselse correspondent) TJ1 EENMAAL per jaar komt Maurice Béjart, de leider ran het •*-' ballet van de- XX-eeuw (20e eeuw) in de Brusselse Munt schouwburg met iets dat hij een spectacle total" noemt. Vorig jaar is dat zo ..Hoffmanns vertellingen" geweest, het jaar daarvoor „De vier Heemskinderen" en onlangs is de première gegaan van „a la recherche de Don Juan", wel het beste te vertalen met: „Zoekend naar Don Juan". Béjart heeft een „oratorium-ballet" genoemd. Al het kunst- en vliegwerk dat hij heeft kunnen bedenken is er in verenigd. Op drie filmdoeken links en rechts van het toneel en voor het achterdoek opgehangen worden ter inleiding van de delen en aan het slot korte films geprojecteerd die verband houden met het onderwerp. Er is als décor een soort arena voor stierengevechten. Er is gitaarmuziek, er wordt een complete 16e- eeuwse dodenmis op muziek van Tomas Louis de Victoria ge celebreerd. Goya, El Greco en Murillo hebben de personages geleverd. Wit geeft mat in drie zetten. Er is een echte dwerg, die uit muntend acteert, maar bij wiens verschijning men zich toch afvraagt of Béjart niet het „softenoncom- plex" van de Belgische sensatie heeft willen exploiteren. En nog zo meer van die dingen. Béjart wekt vaak de schijn dat hij het publiek wil ergeren. Dat wil zeggen: eigenlijk niet „zijn" publiek, het stel mannelijke balletonmanen, dat hem door dik en dun volgt en dat een wat verlate puberteit in een wat overdreven bewondering schijnt uit te leven. Neen, ik bedoel het pu bliek in het algemeen: de Brusse laars die de Muntschouwburg bezoe ken omdat het een traditie is daar heen te gaan. Geen grote lijn Het kan best zijn dat Béjart die „schok" (het woord is van hemzoekt, omdat hij tabula sasawil maken met het oude en Zwart speelde: 1d5d4, met diepere bedoeling dan alleen het openen van de c-lijn. En wit onder kent dit gevaar niet: 2. c3xd4. Lb7 e4t. 3. Kbl—al. Pc7—d5! Dat is des Pudels Kern! Met tempo winst, omdat Le3 instaat, mengt het paard zich in de strijd. 4. Le3d2 omdat het paard zeer lastig op b4 zou verschijnen. Nu kan zwart met Lx f3 en cxd4 het materiële even wicht herstellen, maar doorzetting van de aanval is aanlokkelijk. 4a7a5 (dreigt toch Pb4. want na Lxb4, a> b4 staat zwart wel zeer comfortabel). 5. Tdl—cl (en zwart moet reke ning houden met afwikkelingen, waarbij de witte loper op c4 zou komen). 5.... Pd5—b4; 6. Ld2xb4. a5xb4; 7. Le2c4. Een interessante situatie. I 4 8 A 1 l W 1 1 1 2 2 1 1 I 2 't 2 2 i' 1 3 Zo ziet een illustratie in een boek er vergroot veelal uit: kleine punten voor de lichte, grotere voor de donkere porti jen. Deze bij het clicheren aangebrachte punten zijn VERHOOGD liggende deeltjes van de drukvorm. Daarom brengt men, om voor geïllustreerde tijdschriften gewoon papier te kunnen gebrui ken, de druk via rubber over (OFFSET). derde op zijn vreemde zwen ten als een razende door het kennelijk van streek. Toen bi ik een grondlaag van dorre bi bladeren aan en graszoden ei lerlei plantenrommel. Dit w plotseling zo kalmerend op het dat ik in het nu rustige en vi poetsende vogeltje nauwelijks schuwe vluchtdier herkende, kon ik hem een nieuwe bewijzen in de vorm van 'ni meelwormen. Dit nu bleek de lossing te zijn van het voe vraagstuk! Geen aardwormen die kende hij niet en die gerde hij van zich af, maar ii ten, geelbruine gladde larven, hy tenslotte zelfs uit mijn aannam. Een dodaars in huis! Als 't te weer aanhoudt ga ik ergen van de bewoonde wereld een zoeken, midden in een stil natuur, waar wilde watervoge alle rust de winter doorbreng Daar zal ik de kleine fuu spoedig mogelijk kunnen vry ten. Zoeken naar Don Juan-ballet als groot spectakel. verder zoekt, niet tevreden is met het gewone ballet, nieuwe ideeën wil, nieuwe verwezenlij kingen, die het ballet inderdaad meer dan tot dusverre gangbaar was, van de 20e eeuw zullen doen zijn. Daarbij is hij echter ook deze keer tekort geschoten met het scheppen van één grote lijn, die zo'n schouwspel zeker ivanneer men het „oratorum- ballet" noemt, bij elkaar moet houden. Wat men thaiis te zien krijgt, is een reeks balletjes, de clamaties en vondsten die als enige generale draad een ivat er met de haren bijgehaalde ero tiek hebben en die aan elkander worden gedeclameerd door Ma ria Casares, die in het Spaans een tekst zegt, waarvan prak tisch niemand een zin begrijpt. Dat men desondanks telkens uwer is geboeid door bepaalde dingen van dit grote geheel, be- ivijst toch maar weer het onmis kenbare talent van Béjart. Knappe gedachte VOOR „Zoeken naar Don Juan" heeft hij gebruik gemaakt van de omstandigheid dat er ten tijde van de historische Don Juan, de verleider, een andere Don Juan leefde, de latere heilige Joan nes van het kruis, de stichter van de orde van de ongeschoeide Kar melieten. Deze werd door de inqui sitie vervolgd, opgesloten in de ge vangenis van Toledo en daar begon hij met het schrijven van zijn can- tico spiritual. Uit die tekst heeft Béjart geput voor zijn „oratorium ballet", waarvan men toch weer niet anders kan zeggen dan dat het als gedachte voor een scenario buiten gewoon knap is gevonden: de vrouw die Don Juan zoekt wordt gecon fronteerd met de verschillende ver schijningsvorm en van hem en ten slotte vaart hij ten hemel terwijl zij verlaten en gebroken achter blijft. Op die manier zyn dan hier in enige regels het scenario weergegeven maar niet in de bijzondere rijkdom van confrontaties en gedachten van de tegenstellingen tussen het tijdelijke en het eeuwige, tussen liefde en erotiek, tussen heidense vreugde en godsbesef. Het was te vee TT 'ET is, men ziet het ui t-t korte opsomming, heel xx Veel te veel om het in ballet te kunnen samenpe Het is althans teveel voor B geweest, als een tovenaan ling heeft hij gevochten m geesten die hij heeft willen roepen en hij is ze niet g rende de gehele duur van ballet meester kunnen blijv Dat doet niets af van waarde van hetgeen hij willen maken, maar het leen zo dat de voorstelh welke thans van het werk den gegeven, de inhoud Jiit recht doen komen ondanki blieme partijen en ondanki „enorme" samenvoeging va\ lerlei factoren, materiële e\ tistieke. De rol van zoekende vrouw vervuld door Maria Casares, ti dertijd gedanst door Tania Dat declameren van de Sp tekst is niet boeiend. Casares alles op één toon en met de: intonatie. Bovendien lijkt het zij niet voldoende heeft gerepe Als actrice bij de film en planken heeft zij verdiende re tie, wat zij in het zoeken naai Juan af en toe doet, zoals scène waar zij Pasiphae speel een Picassostier uit latten ei zovele keren vertwijfeld „i niets) roepen aan het waarna dan voor de zoveelste een goudbrons geschminkte n Don Juan via een touwladder hiernamaals boven het toneel Dat heeft waarschijnlijk om haarzelf iets belachelijks g gen. Rond haar gebaart of dai gehele drie bedrijven door Bari. Technisch beheerst zij kunst volkomen. Béjart heeft ter niet genoeg fantasie in choreografie opgebracht om verschijning drie uur lang te boeien. Datzelfde geldt voor a figuren, zoals de Don Juan Germinal, Cassado en de geboc van Jacques Sausin, Nieuwe stijl o geen inventie En dan vraagt de bezoekt nu het zoveelste ballet vat jart ziet, of dat altijd maar terugkeren van dezelfde ren, dezelfde figuren en sta nu moet ivordeti gerekend behoren tot de stijl van B of dat het een zekere am aan inventie is. Wat dan maal weer niet weg neem er, zoals gezegd, boeiende zijn, zoals de bestraffing Don Juan of het stierengev Waarom dan bij dat la plotseling weer de projeci gaan snorren en men met verdovend lawaai begeleid, races op de projectiesche ziet, blijft te raden. Het het geëerd publiek allemaa heel erg in het gelaat geslin Dat kan zijn nut hebben. 1 geval is het wel vermoeien rommelig ondanks het goei er ook valt te zien. GERMINAL CASSAL als Don Juan. Hij heeft o< kostuums van het schouv, ontworpen. Oorspronkelijk gebruikte men doorvoor poreuze kalksteen en tekende doorop met vet krijt, dot de steen inkt-oantrek- kend, maar woterofstotend maokte (LITHOGRAFIE). PWWP—WB De druk (afbeeldingen, tekst) wordt verkregen door von een diapositief een beeld te vormen in een laag, die na belichting onoplosbaar wordt en inkt aonneemt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 18