Het landschap bij Iiokusai kunst kNleiöoscoqp Residentie-Orkest in kleuren en contrasten GEZICHTEN OP DE Eis levenslang tegen SS-beul Dnsenscliön Graffman glorieus in Prokofjews III N BONDSLEGER ZAL BERLIJN OOK MOETEN BIJSTAAN emien GEESTDRIFTIG EN CONCERT Magnetisme Opgericht 1 maart 1860 Vrijdag 12 oktober 1962 Vijfde blad no. 30779 (Van onze Kunstredactie) r\ E sinds 1707 niet meer actieve, 3776 meter IJ hoge vulkaan de Fuji, de Japanse „heilige berg" heeft de schilder en prentkunstenaar Kat- sushaki Hokusai (1760-1849) hevig gebiolo geerd. Wanneer U in het Prentenkabinet van het Rijksmuseum te Amsterdam de expositie „Het landschap bij Hokusai" bezichtigt en daar als dominerend geheel t- o.a. kennis neemt van de „46 gezichten op de Fuji", wordt ge vóór alles overweldigd door de verrassende visie en het technische meesterschap van deze wereldberoem de kunstenaar, die naast een Hiroshige. vele Europese schilders inspireerde: men denke aan de Franse impressionisten, speciaal een Vincent van Gogh, die er sterk van onder de indruk kwam. Hokusai had aanvankelijk 100 gezichten wil len maken, maar het leven schonk hem daartoe niet meer de gelegenheid. Deze 46, alleen ook in het British Museum compleet aanwezig, zijn door de welwillendheid van mevrouw Berés uit Parijs nu toch voor het eerst in ons land te zien: een unieke verzameling kostbare, gekleurde houtsneden, getuigend van het veelzijdige artistieke vermogen van deze waarlijk grote Japanner. Maar hóe dankbaar zullen deze zijn met de confrontatie met deze prenten, waarin het decoratieve, zwierige lijnenspel, de subtiele kleuren en de typisch karakteristieke weergave van Japan en de Japanse mens, even- zovele fascinerende verrukkin gen betekenen. U kunt deze wel zeer bijzon dere collectie tot 3 december bezichtigen. Men benutte de zel den geboden kans daartoe! H. ,Tetengek HOKUSAI beeldt de berg. waarvan de regelmatige kegel op zichzelf tot weinig variatie aanleiding geeft en de omgeving uit op een wijze, welke getuigt van grote vin dingskracht. Uitermate knap zijn telkenmale de compositorische vondsten, het raffinement dat hij daarbij ontwikkelt is verbazing wekkend. De aspecten zijn velerlei: soms rijst de berg majestueus voor U op, dan weer ligt deze minuscuul in de verte. Telkens weer vormt de vulkaankegel aan de horizon het gemeenschappelijk element van deze unieke topografische prenten, waarop het landschap en de vele figuurtjes op de voor grond ook de volle aandacht vragen. Hokusai. die zelf een reis rond de berg maakte vond ieder Gerucht in Bonn (Van onze correspondent in Bonn) Steeds sterker wordt in Bonn het gerucht dat de Amerikanen eenheden van het Bondsleger zouden willen in schakelen bij een eventuele militaire actie om de toegangswegen naar Ber lijn vrü te houden. Dit gerucht, dat gisteren nog met alle stelligheid door perschef Von Hase werd tegengesproken, loopt in de pas met het relaas dat Willy Brandt van zijn reis naar Amerika meebracht en dat inhield: de Ame rikanen vinden dat de Bondsrepubliek langzamerhand sterk en soeverein ge noeg is geworden om zelf mee te wer ken bij de verdediging van de Ber- lijnse belangen, die toch in de eerste plaats Duitse belangen zijn. Van Westduitse kant is men daar over niet gelukkig, omdat men bang is dat de Westelijke Grote Drie op die manier van hun verantwoorde lijkheid voor Berlijn af willen. In Bonn zegt men dan ook: het Bondsleger hoort geheel tot de Noord- atlantische Verdragsorganisatie, die alle enin actie komt indien een Rus sische aanval op het Westen wordt gedaan en niet als er slechts gechi caneerd wordt op de wegt n naar Berlijn. Eveneens tegengesproken werd in de Westduitse hoofdstad gisteren het gerucht dat de Bondsregering bezig zou zijn de Amerikanen te polsen over een mogelijk bezoek van Ade- hauer aan Washington in novem ber a.s. maal een nieuw gezichtspunt, van waaruit hij de vulkaan met onuitputtelijke fantasie boeiend kon vastleggen. Hij noemde zichzelf de teken- gek", maar hij was een originele tekengek, die zich met durf en vitaliteit aan zijn onderwerpen wijdde en daarbij zijn verbeel dingskracht tot welhaast onge loofwaardige hoogte opvoerde. Bol, W'l was deze Hokusai? Een zoon uit het geslacht Kawamura, wonend in de wijk Katsushika bij Edo, het tegen woordige Tokio. Op 14 jarige leeftijd kwam hij in de leer bij een hout graveur en werd enkele jaren later leerling van de prentkunstenaar Kat- sukawa Shu-sho, bekend vervaardi ger van acteursprenten. Doch ook b\j hem kon hij het, gezien zijn sterke persoonlijkheid, niet lang uithouden. In 1785 ver liet hij, na een conflict diens school, waarna h\j nog korte tijd studeerde op de Kano- en Tosascholen, die hem evenmin lang konden boeien. De hierop volgende kennismaking met de Europese kopergravure oefen de grote invloed op zijn werk uit, alhoewel hij de uitheemse elementen tenslotte wist te assimileren. Tussen 1820 en 1835 bereikte Ho kusai het toppunt van zijn créativi- teit zijn werk is vanzelfsprekend in geer. enkel opzicht te vergelijken met de goedkope kitsch, waarmee Japan het Westen veelal overstroomt. Hokusai zocht en vond nieuwe we gen, was in zijn tijd een „moder nist", die eenvoud aan monumenta liteit paarde. Een vreemdsoortige bohemiën deze Hokusai. Hij wisselde veelvuldig van woon plaats. vermoedelijk om aan zijn schuldeisers te ontkomen. Toch wist hij in zijn merkwaardig bewogen le ven de concentratie op te brengen om met een niet te stuiten rijkdom aar; ideeën en steeds wisselend ef fectvol kleurgebruik, alsmede in een boeiend ritme de meest uiteenlopen de onderwerpen, met immer weer de suggestieve Fuji op voor- of achter grond, te behandelen. Ondanks zijn hoge ouderdom hij stierf op 90 jarige leeftijd werkte hij ook in de laatste levens jaren onvermoeid en met optimisme door, blijkbaar onbeinvloed door de vele tegenslagen o.a. gemis aan er kenning. Meesterschap De „herontdekking" van deze Ho kusai kan niet hoog genoeg aangeslagen worden. Het is daarom verheugend, dat de ze expositie gelegenheid geeft met zijn meesterschap kennis te maken. Een meesterschap dat zich ook zij het niet altijd op gelijkwaardig niveau uit in andere prenten, voorts in enkele zeldzame aqua rellen, tekeningen en de boekjes, waarin hij zijn oorspronkelijk voor nemen om 100 gezichten op de Fuji te vervaardigen, nu als illustratie uit voerde. Ver chillende inzendingen zijn afkomstig uit het Rijksmuseum voor Volkenkunde te Leiden. Neg dient van het vele aanwezige, genoemd de aquarellen, die door de medicus Von Siebold uit Japan in de vorige eeuw naar ons land zijn meegenomen. Maar het hoogtepunt van deze expositie vormen toch de beelden van de Fuji, waaruit Bij de Mishimi-pas meten de reizigers de omvang van een eeuwenoude pijnboom; in de ver te de Fuji. men oneindig veel over het Japanse landschap en leven, dat als een film aan het oog voorbij trekt, kan leren. Een der meest spectaculaire is ,,De grote golf voor de kust van Kanawaga", in schitterend blauw en wit. Elk gezicht op de Fuji schenkt een betoverende impressie, waar de beschouwer nauwelijks op uitgekeken raakt. Zeker: hier is sprake van een verzameling voor fijnproevers! Strawinsky weer in Parijs De Amerikaanse componist van Russische afkomst Igor Strawinsky is van 'n bezoek aan de Sowjet-Unie, waar hij enkele malen als dirigent optrad en door premier Chroesjtsjow werd ontvangen, teruggekeerd. Hij kwam gisteren in Parijs aan op doorreis naar Rome, waar hij eveneens concerten zal geven. Chroesjtsjow heeft Strawinsky gisteren in het Kremlin ontvan gen en daar een hartelijk" ge sprek met hem gevoerd. NATIONALE BALLET NAAR GENÈVE Het Nationale Ballet zal op uitno diging van de gemeenteraad van Ge- nèvc een drietal voorstellingen ge ven, t.w. op 2, 3 en 4 november in het Theatre du Palais in die stad. Twee programma's zullen worden opgevoerd: Serenade, Shirah, Le cir cle en études, en presages, Le prison- nier du Caucase en Suite en blanc. De groep van omstreeks 50 dansers keert op 5 november terug om op 6 november weer een voorstelling te geven in de Stadsschouwburg te Am sterdam. NED. STRIJKKWARTET NAAR ENGELAND Het Ned. Strijkkwartet, bestaande uit Nap de Kl\jn, Paul Godwin, Jaap Schroder en Carel van Leeuwen Boomkamp, is vanochtend van Schiphol naar Engeland vertrokken voor een tournee van 3 weken. Er worden 16 concerten gege ven o.a. in London, Liverpool, Man chester, Birmingham. Nottingham, New Castle, Hull, Bristol en voor de BBC. De pleisterplaats Ejri bij win derig weer, met op de achter grond de Fuji. Plannen voor het \Y agner-Genootsch. Het Wagner-Genootschap, dat in juni 1961 in Amsterdam werd opge richt. meldt de oprichting van een comité van aanbeveling, waarin o.m. zitting hebben genomen de dirigen ten Karl Böhm, Hans Knapperts- buscb, Herbert von Karajan, George Solti, Ferdinand Leitner en Bernard Haitink. Ook maken bekende natio nale en internationale zangsolisten Birgit Nilsson en Astrid Varnay deel uit van dit comité. Het Wagner-Genootschap wil door middel van lezingen en concerten de aandacht vestigen op de muzikale en cultuur-historische waarden van Ri chard Wagner. Op het programma voor het komende seizoen staan o.m. inleidingen door de voorzitter van het Wagner-Genootschap dr. H. Hoelen en Johannes den Hertog, grammo- foonplatenconcerten en een forum. GELUKWENSEN VOOR SCHILDER „NIENNO" Voor de 80ste verjaardag van de vooral om zijn werk uit het vroegere Ned. Indië bekende schilder en il lustrator Mennno van Meeteren Brouwer tekenend „Menno" be stond gisteren alom in den lande grote belangstelling. Gelukwensen, vaak vergezeld van sigaren of andere kleine attenties, stroomden binnen in de woning van de schilder, aan de Hoornbruglaan in Rijswijk (Z.-H.). Er waren groeten bij van vrienden met wie het contact tientallen jaren verbroken is geweest. Oude herinne ringen uit Indië werden opgehaald in brieven en telegrammen: een aanlei ding tot veel vreugde en een licht weemoedig terugdenken. Bewijsmateriaal onvoldoende HET Residentie-Orkest heeft zich onder Van Otterloo's geest driftige leiding op het eerste K. en O. concert van zijn beste zijde doen kennen. En wel in een pétillant contrast- en kleurrijk programma, met een als in een wervelende feestroes gehouden besluit. Werken, die naar het leek, alle een ,,kolfje-naar-de-hand" waren van de dirigent, in het algemeen luchtige directheid aan vreugdige suggestiviteit parend. Symfonievan IT ihns (Van onze correspondent in Bonn) Levenslang tuchthuis eiste gis teren de officier van Justitie in Hamburg tegen de 53-jarige Willi Heinrich Dusenschön, voormalig SS-Sturmfiihrer en j plaatsvervangend commandant van het nazi-cencentratiekamp Hamburg-Fuhlsbüttel. Dusenschön is aangeklaagd wegens moord in 1933 op de joodse socialistische politicus, dr. Solmitz. Solmitz, meteen na het aan del macht komen van Hitier gearres teerd, werd 29 jaar geleden opgehan gen in zijn cel gevonden. Zijn we duwe kreeg toen te horen dat haar man zelfmoord had gepleegd. Sol mitz' persoonlijke bezittingen, o.a. zijn horloge, kreeg zij toegestuurd. Pas enkele jaren geleden ontdekte zij dat 15 kleinbeschreven sigarette- papiertjes in het horloge verstopt zaten, waarop Solmitz had geschre ven dat hij door de gruwelijke mis handelingen van de SS-bewakers in de dood was gedreven. Vooral een blonde SS-Sturmfuhrer, zo schreef Solmitz, zei maar steeds tegen hem: „Hang je toch op. Hier kom je toch nooit meer uit". Tijdens het proces in Hamburg heeft men proberen vast te stellen of Dusen schön deze blonde Sturmfüher was. Met zekerheid is dat niet vast komen te staan. Alle vroegere bewakers in Fuhls- büttel, die als getuigen voor de recht bank optraden, bleken namelijk aan een extreem geheugenverlies te lij den. Van mishandelingen wisten zij nauwelijks iets. „Er werd wel eens een por gegeven", maar verder kon niemand zich iets herinneren. Het geheugen van de voormalige gevangenen was beter. Zij vertelden dat Dusenschön een van de grootste UW HAAR CORRECT IN MODEL Het begon met een blijde ken nismaking: de Vierde Symfonie van de Westfaalse componist Jan Willem Wilms (1772-1847), een ontdekking van de speurzinnige concertmeester-musicoloog Nos- ke, die dikioijls iets interessants weet te vinden. Wilms, die op 19-jarige leeftijd naar Amsterdam kwam, compo neerde ook het Wien Neerlands Bloed" en het Wij leven vrij, wij leven blij". Hij leverde met deze symfonie, zwevend tussen de klassieke en de romantische pe riode, een bewijs van melodieuze vindingskracht, prettig om naar te luisteren. Origineel is Wilms niet: hij leunt aan op Haydn en Schubert, maar weet bekoorlijk ie schrijven, al was hij geen com ponist van formaat. De symfonie verkreeg een lief devolle, toegewijde behandelmg waarmee de componist en de ont dekker de nodige eer werd aange daan. Ecu meteoor? Dan een totaal ander beeld: het het nog altijd hevig fascine rende, sprankelende Derde Pia noconcert van Prokofjew een van diens vijf waarin de virtuositeit tot kookhitte is opgevoerd. Steeds weer traditioneel dat Derde: waarom niet eens het Vijfde? Intussen was het de 34-j. Ameri kaanse pianist Gary Graffman, winnaar van de Leventrittprijs (vijf jaarlijks concours in de VS) zeker toevertrouwd er met briljant tech nisch alvermogen een biologerende indruk van te geven. Toegegeven: alles is ingesteld op daverend effect, maar de vijf variaties in deel II spre ken toch wel van iets anders. Voor iemand, die dit alles aan het einde van zijn conservatoriumtijd al schreef, toch wel een bijzondere pres- statie- de geniale Prokofjew was dan ook niet de eerste de beste! De fan tastische instrumentatie gooit nog een schepje op dit overrompelende geheel, dat door Graffman al even sadisten van het kamp was geweest). Hij liet de hond de gevangenen aan vallen, sloeg links en rechts en gai demonstraties hoe men de „verrader lijke socialisten" af moest ranselen met. een Gestapo-slagwerktuig van gedroogde stierehuid, ingenaaid in zeildoek. Tijdens het proces wist Dusenschön. van niets meer. Toch had hij alia mishandelingen rustig kunnen toe geven. want zij zijn verjaard en kun nen niet meer bestraft worden. Ove rigens kon men in de tijd dat de mishandelingen nog niet verjaard waren, ook al zwart op wit lezen over Dusenschöns misdadige SS- carrière, namelijk in het boek „Die Prüfung" van Willy Bredel. Bredel is echter communist en in West- Duitsland laat men liever nazi-mis dadigers ongestraft rondlopen dan dat men met „communistisch mate riaal" werkt. Algemeen acht men het sterk de vraag, of Dusenschöns schuld aan moord bewezen zal kunnen worden. Zo niet, dat wordt hij wegens gebrek aan bewijs vrijgesproken en keert hij terug in de burgermaatschappij, waar hij sinds 1956 een onopvallend bestaan leidt als afdelingschef van een verzendhuis. Zweedse Stichting kreeg f 30.000 als Wateler-Vredesprijs De Carnegie Stichting in Den Haag heeft meegedeeld, dat de Wateler- Vredespriis voor 1962 ten bedrage van dertigduizend gulden is toegekend aan de Zweedse stichting „Dag Ham- marskjöld Minnesfonds" als een pos tume l\uld* voor het werk, dat Dag Hammarskjöld als secretaris-gene raal van de Verenigde Naties ten dienste van de vrede heeft verricht. Het Zweedse fonds, dat na Ham- ma rskjölds dood werd gesticht, stelt zich ten doel internationale samen werking te bevorderen op sociaal, po litiek economisch en cultureel gebied tussen de volken waarvan de ontwik keling hem ter harte gine. dooi- het opleiden van burgers uit deze landen tot het. bekleden van verantwoorde lijke posten. De Wateler-Vredesprijs is ingesteld door de heer J. G. D. Wateier, in leven directeur der Oranje-Nassau- Hypotheekbank te 's-Gravenhage, die bij zijn overleden zijn vermogen heeft vermaakt, aan de Camegie-Stichting onder beding, dat uit het revenu jaar. lijks een vredesprijs zou worden toe gekend aan degene, die op enigerlei wijze de zaak van de vrede het beste zou hebben gediend of die zou hebben bijgedragen tot het vinden van de middelen ter bestrijding van de oor log. De toekenning geschiedt beurte lings aan een Nederlander en aan een buitenlander. Voor het. eerst is de prijs toegekend in 1931. De prijs is door de Nederlandse ambassadeur te Stockholm aan de presidente van de stichting uitgereikt. overrompelend gespeeld werd: de roffels daverden, met klare aanslag, I het élan en de vaart sleepten ieder een mee. Graffman voelde zich in deze materie volkomen en met moeite loos gemak thuis, voerde het concert glorieus naar de sterk aan Tsjal- kowsky herinnerende finale. Is hij een van de schitterende me teoren. die plotseling lichtend aan de hemel verschijnen, doch van wie men afwachten moet. of zij niet even snel weer zullen verschieten? Tech niek alleen zegt niet alles: wij zullen hem dus graag nog eens in ander werl: horen. Hij had, evenals het orkest voor de nauwsluitende begeleiding, storm- Willem van Otterloo achtlge ovaties in ontvangst te ne men a de pauze de door André Caplet meesterlijk geimstrumenteerde suite ,Xj. boite a joujoux", in 1913 door Debussy voor zijn doch- J teri.ie en voor ballet geschreven. Eigenlijk is deze muziek, ondanks haar grote muzikale waarden, zonder j choreografie een beetje zinloos, maar I de geraffineerde instrumentatie boeit toch van de eerste tot de laatste noot Deze doorzichtige, welhaast glazen Speelgoed"-wereld. waarbij tijdens de première te Parijs de acteurs klei ne poppetjes leken in décors van overweldigende afmetingen, verrukt ook door de charmerende fluit-alt- hoornsoli, superieur geblazen. Het signaal der speelgoed-soldaatjes blijft onwrikbaar in het geheugen. Ook een compliment voor de realisatie van de pianopartij. Als magnetisch besluit de suite uit „El sombrero des tres picos" (De driekante steekhoed) van Manuel de Falla, met haar opzwepende ritmen, naar de novelle van de Spanjaard Alarcon, die ook Hugo Wollf tot zijn opera „Der Corregidor" inspireerde. Diaghilew presenteerde haar als ballet: helaas blijft de muziek in ons land tot deze suite beperkt. Al wat „rasecht" Spaans is, komt hier in stralend en puur folkloristisch getint tot klinken. De zogenaamd „nuchtere" Hol landers wisten, met een vurige Van Otterloo aan het hoofd, het juiste idioom te vinden, het auditorium doordrenkend van zuidelijke gloed, met een pakkende Jota als bruisende climax. Het was op en top Spanje wat de klok sloeg, met een opgetogen applaus als hartgrondige dank! H. P.S. Hef was een geluk te mo gen constateren dat het zoemen der „airconditioning" in de Stadsgehoor zaal thans geheel tot het verleden behoort. Ook de akoestiek voldeed ditmaal aan hoge eisen. Jammer, dat de bezoekers niet de toegezegde toelichting op de te spelen composities ontvingen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 15