Catharina de Grote
BELLEPLANTEN
kle symfonie
groot ah minnares
èn als keizerin
i in rode baksteen
Ju 11 IJ G GIV iii.
Twaalf beroemde
vrouwen (VI)
Zaterdag 11 augustus 1962 Pagina 2
naar de dood van Catharina en
streefde Catharina naar de dood
van Peter, omdat z(j de weg naar
de macht vrjj wilde maken. Want
eer- en heerszuchtig was deze Duit
se vrouw in hoge mate. En boven
dien hartstochtelijk, bekwaam en
ontwikkeld. Er viel een pauze in
die „koude oorlog", toen de keizerin
moeder Elizabeth op 5 januari 1762
overleed. Catharina's vijand en ge
maal besteeg de troon als Czaar
Peter III. Catharina nas keizerin.
Zij wilde echter meer zijn: alleen-
heerseres.
Toen Peter haar dreigde met
echtscheiding en gevangenschap,
sloeg zij toe. In 1762 slaagde Ca
tharina er in, luitenant Passik van
Peters lijfwacht op haar hand te
krijgen. Een samenzwering werd op
touw gezet, maar inmiddels had een
aantal kerkelijke hoogwaardig
heidsbekleders partij gekozen voor
Catharina. Het leger koos eveneens
goeddeels haar partij. Zelfs plaatste
Catharina zich aan het hoofd van
200.000 man en verzekerde zich al
dus van de heerschappij over St.-
Petersburg.
a
Peter vluchtte naar Kroonstad,
maar liet zich daar al spoedig ge
vangen nemen. Gregori Orlow (een
latere minnaar van Catharina)
kreeg opdracht zijn handen „waar
mee hU een stier kon wurgen", te
gebruiken. De stier was czaar
Peter III. Deze moord vond plaats
enige maanden na de troonsbestij
ging van de vorst. Kort na de
moord liet Catharina zich met veel
pracht en praal in Moskou wfjden
tot keizerin van Rusland en 34 ja
ren lang regeerde zij over het on
metelijke Russische Rijk.
Best betaald
Zij was groot als vorstin en ook
als minnares. Ja, men zei, dat
„vriend van Catharina" de best
betaalde betrekking in Rusland
was. Poniatowski bijvoorbeeld werd
met koninklijke bevoegdheden naar
Polen gezonden. Gregori Orlow en
zijn broeder, die Peter III vermoord
hadden, kregen later als minnaars
van de keizerin zeventien miljoen
roebel, 45.000 lijfeigenen en grote
landgoederen cadeau. Potemkin
klom op van vaandrig tot de mach
tigste man in Rusland en kreeg
vijftig miljoen roebel en 200.000
lijfeigenen cadeau. Soebow verwierf
tachtig miljoen roebel. En haar
minnaar Lanskoj liet zij in een
kist van louter goud begraven. Ja,
Catharina had tientallen minnaars
in haar leven!
Tevens was zij een vorstin, die
veel voor de roem" van haar land
deed. Haar politiek was die van Pe
ter de Grote. Turkije en Polen
moesten onmachtig worden ge
maakt. Aan drie Poolse delingen
werkte zij met succes mede. Polen
verdween als zelfstandige mogend
heid van de kaart. De Turken wer
den enige malen verslagen en moes
ten belangrijke territoriale en an
dere concessies doen aan Rusland.
De Krim, Bessarabië en andere ge
biedsdelen kwamen bij Rusland.
Op binnenlands-politiek terrein
heeft Catharina hervormingen wil
len invoeren en zij riep daartoe een
wetgevende commissie bijeen. Ver
der stichtte zij ongeveer tweehon
derd steden en liet zij vele scholen
bouwen. Haar belangstelling voor
het geestelijk leven was groot. Met
beroemde geesten als Voltaire, Dide
rot, d'Alembert en anderen stond
zij jarenlang in geregelde briefwis
seling. Zij reorganiseerde de Russi
sche Academie van Wetenschappen
en liet een aantal musea inrich
ter met vele kostbare werken die
zij uit het buitenland liet komen.
Bovendien schreef zij nog politieke
Weinig vrouwen zjjn er In de ge
schiedenis aan te wyzen, die zo vi
taal, zo krachtig en zo begaafd op
velerlei gebied zijn geweest als Ca
tharina de Grote, die de woorden
,.dc Grote" met recht draagt. Want
groot was zfj in alles: in de liefde,
in de haat, in de intrige, in de po
litiek, in de oorlog. Na Peter, die
eveneens als „de Grote" voortleeft
in de geschiedenis van het Russi
sche Rijk, was Catharina stellig de
grootste vorstelijke figuur, die Rus
land heeft gekend. En zfj neemt
even stellig een eerste plaats in on
der 's werelds beroemdste vrouwen!
Van fuchsia's of belleplanten
kan men veel plezier hebben.
Soms noemt men hen een beetje
ouderwets. Dat zfjn ze misschien
ook wel, doch het zijn dankbare
planten, die vrijwel de helï zo
mer door kunnen bloeien en
die men ook heel goed kan over
houden. Men kan belleplanten
ook voortkweken door middel
van stekken en het is nu de goe
de tijd dat te doen. Jcnge scheut
jes ter lengte van ongeveer ze
ven centimeter wortelen vrij ge
makkelijk in een potje met aar
de; trouwens er zyn ook andere
mogelijkheden ze tot beworte-
ling te brengen: ze kunnen ook
in de volle grond gestoken wor
den, doch dan dient men voor
een licht schaduwplekje te zor
gen en zodra de stekjes wortels
hebben, zal men ze afzonder
lijk in een bloempotje met goede
bloemistengrond moeten zetten.
De potgrond dient men stevig
aan te drukken. De stekjes kan
men ook heel goed in jampotje
met water tot beworteling bren-.
gen, een vrij gemakkelijke me
thode voor de huisvrouw en als
ze dan volop wortels hebben
moet ook opgepot worden.
Als belleplanten 's zomers ook
in de zonnige vensterbank moe
ten blijven staan zullen ze daar
over hun misnoegen wel te ken
nen geven. Soms laten ze vrijwel
alle bloemknoppen vallen. Ze
kunnen van half mei tot half
oktober veel beter met pot en
al in de tuin worden ingegraven.
Ze verlangen wel een zonnig
plekje, doch als ze op het heetst
van de dag een beetje in de
schaduw komen, is dat prettig
voor hen. Ze verlangen veel Wa
ter en de potgrond dient men
dus goed vochtig te houden.
Fuchsia's kunnen ook veel voed
sel hebben en het is nuttig we
kelijks voor een beetje mest te
zorgen en voor dit doel kan
men gebruikmaken van de be
kende kamerplantenmest.
In de wintermaanden hebben
belleplanten niet veel warmte
nodig en is het voldoende als ze
maar vorstvrij staan. Licht heb
ben ze ook niet veel nodig, vroeg
in het voorjaar echter wel en
zeker als ze dan verpot worden.
Ze zullen alle blaadjes in de win
ter laten vallen, doch dat is niet
erg. Die komen er in het vroege
voorjaar wel weer bij. Tegen
woordig zijn er vele mooie kleu
ren en soorten. G. KromdUk
CHRISTINA VAN ZWEDEN was een eenzame vrouw, die
de liefde, schoonste vervulling van een vrouwenleven, niet of nau
welijks heeft gekend. Geheel anders is dat met de Russische kei
zerin van Duitsen bloede Catharina, die als Catharina de Grote
in de geschiedenis voortleeft en wier liefdesleven boekdelen kan
vullen. En toch scheen het lot iets anders met Catharina te hebben
voorgehad, want het was een mooi. slank en keurig opgevoed
jong meisje, dat in 1745 het tsarenpaleis te Petersburg werd
binnengeleideen onervaren, bekoorlijk meisje van zestien jaar.
dat de gemalin zou worden van de Russische troonopvolger Peter
III. kleinzoon van Peter de Grote. De bruidegom zelf was nog
maar zeventien en het huwelijk leek hem niet bijzonder aan
lokkelijk. Hij was een onbehouwen, verlegen jongen, zonder enige
geestelijke ontwikkeling of belangstelling.
nator Woronzow. Haar oudere
zuster, lelijk en onaantrekkelijk,
maar juist daardoor van afgunst
op Catharina en de bekoorlijke
prinses Dasjkow vervuld, slaagde
er in Peter in haar netten te ver
strikken. Toen dat haar gelukt
was, achtte zij het haar goed recht,
eenmaal keizerin te zijn in Catha-
nna's plaats.
De strfjd op leven en dood om de
Russische troon had een aanvang
genomen. Voortaan streefde Peter
verhandelingen en enig» toneel
stukken.
Wat het kind-bruidje betreft:
zij was de dochter van een
Pruisische generaal, de
vorst van Anhalt-Zerbst en heette
eigenlijk Sophie Auguste. Maar al
eerder had een eenvoudig meisje, de
boerendochter Martha Skowronsky,
zich na haar huwelijk met een
tsaar Catharina genoemd en onder
die naam als keizerin geregeerd.
Ook Sophie Auguste Von Anhalt-
zerbst wilde zich Catharina, noe
men en een echte keizerin zijn.
Haar schoonmoeder, de oude kei
zerin Elizabeth, was een ruwe, zin
nelijke vrouw, die geen pogingen
deed om haar liederlUK gedrag ver
borgen te houden. Na haar matelo
ze drinkgelagen moesten de kamer
dienaressen haar vaak met een
schaar de kleren van het lijf knip
pen, om haar in bed te kunnen
brengen.
De leerschool der zedeloosheid, die
het tsaristische hof in Petersburg
was. gaf de zestienjarige prinses
Sophie aanvankelijk een gevoel
van diepe walging. Maar zij was
leergierig, ook in het kwade. Aan
vankelijk paste zij zich bij deze we
reld van liederlijkheid aan uit bere
kening, maar al spoedig vond zij er
genoegen in.
Eerste minnaar
Twee jaren na de voltrekking
van het huwelijk was er tot
grote ontevredenheid van de
keizerin-moeder nog geen troonop
volger geboren. Er scheen ook geen
kans op, dat dit zou gebeuren, Pe
ter had namelijk een klein gebrek,
dat langs chirurgische weg gemak
kelijk te verhelpen zou zijn geweest.
HU weigerde echter medische hulp.
Een jonge en ondernemende graaf,
Sergei Saltikow, beviel Catharina
goed. Zy geraakte verwikkeld in
een liefdesgeschiedenis met deze
edelman. Een schandaal aan het
hof was te vrezen. De argeloze Pe
ter werd door enige vrienden van
dc jonge Catharina betrokken in 'n
örinkfestün en toen hij danig had
meegefeest, gaf hU een aanwezige
rats, 'n leerling van Boerhaave, toe
stemming om hem de kleine opera
tie te doen ondergaan.
Enkele maanden later verkon
digde kanongebulder in geheel Rus
land de geboorte van een troonop
volger. Catharina had een zoon ter
wereld gebracht, de latere tsaar
Paul. Peter echter betwyfelde ten
vermoedelyk op goede gronden»
zijn vaderschap. En Catharina? Na
de geboorte van het kind speelde
zy enige tyd de rol van tot toena
dering bereide echtgenote, maar al
spoedig lieten de echtgenoten el
kaar links liggen. Peter koos vrien
dinnen, die minder geest en kennis
hadden dan Catharina. En Catha
rina hield nog enige jaren graaf
Saltikow als gunsteling, totdat zij
<zy was steeds hartstochtelijker ge
worden) een jonge Poolse edelman
aan het hof leerde kennen: Sta
nislas Poniatowsky. Saltikow moest
het veld ruimen. HU kreeg een be
langrijke opdracht in Stockholm te
\ervullen en werd later, op een nog
hogere post, naar Hamburg gedi
rigeerd.
Eerzucht
Zo zou het voortaan telkens
gaan: Catharina's minnaars
hadden zich nimmer over on
dankbaarheid te klagen.
ZU kregen zonder uitzondering
vorstelijke beloningen in geld en
daarbU aanzienlUke ereposten.
Maar zU hadden er in te berusten,
dat. zU met een laatste geschenk
werden afgedankt, wanneer de be
langstelling van Catharina zich op
een ander richtte.
Poniatowsky werd de vader van
Catharina's tweede kind, een meisje
ditmaal: Anna. HU was bovendien
van grote eerzucht vervuld en
spoorde Catharina aan tot een
greep naar de macht, die neerkwam
op het uit de weg ruimen van Peter
en de keizerin-moeder. Maar Eliza
beth die zelf haar mannetje stond,
had een fijne neus voor politieke
samenzweringen. Eer de plannen
van Catharina vaste vorm hadden
kunnen aannemen, was haar
machtigste medestander, kanselier
Eestoesjew, wegens majesteits
schennis veroordeeld en naar Si
berië gezonden.
Ook het leven Catharina en haar
minnaar liep echter gevaar. Eliza
beth hield niet van halve maatre
gelen. ZU zond Poniatowsky als ge
zant naar Warschau. En toen hU
zich ziek hield om zyn vertek uit
te stellen, spitsten de gebeurtenis
sen zich snel toe.
Catharina had één goede vrien
din, die haar in alle uitspattingen
met overtuiging volgde: prinses
Dasjkow, jongste dochter van se-
nogal veel veranderd is; er ls een
klein museum en een in Nederland
se stijl opgetrokken tuighuis, ook
uit de Renaissance.
Lübeck, de intieme propere pa-
triciërstad aan de Trave, heeft de
bezoeker veel te bieden. Afwisseling
ook, want by zonnig weer is het
niet ver naar Travemünde. de bad
plaats van Tony Buddenbrooks
eerste en enige echte verliefheid.
Zoals Lübeck, ondanks het drukke
verkeer en de levendige zaken aan
de haven, een stad uit het verle
den is, zo ls Travemünde een vol
maakt negentiende-eeuwse bad-
ouderwetse badhokjes en stoelen
etc.
Lübeck en Travemünde, dat ove
rigens vlak aan de grimmige zone-
grens ligt, horen bij elkaar. In
hun rijke, gezonde ouderwetsheid
vormen zij echter ook de poort naar
het prachtige land: Sleeswijk-Hol-
stein. een gebied van kleine pa
triciërsteden, meren en groene heu
vels, waarvan Lübeck begin- en
hoogtepunt is.
(Van onze correspondent in Bonn)
Een kleine symfonie in rode
baksteen, dat is de lieflijke stad
Lübeck, die in oude tijden, toen
zij een christelijke koningsstad
van de Wenden was. al ,,Liu-
bice", de lieflijke, heette. Dat
was nog voordat graaf Adolf
II von Schauenburg het hui
dige Lübeck als eerste Duitse
stad aan de Oostzee stichtte in
1143.
Lübeck heeft een groots ver
leden. Dat zingen de in de
oorlog gespaard gebleven oude
kerken, armenhuizen, scheep
vaartkantoren uit alle hoeken
van de stad.
Hoogtepunten van z(jn geschiede
nis waren de dertiende en veertien
de eeuw, toen Lübeck als vrUe rijks
stad hoofdkwartier was van de
bond van vrije Hanzesteden, het
Europese net van handelssteden
met voortvarende kooplieden,
waartoe ook Hamburg, Bremen,
Kiel, Flensburg, Keulen. Enkhui
zen, Groningen enz. behoorden.
In latere eeuwen was Lübeck
minder een centrum van macht
als wel een plaats, waar belangrij
ke historische feiten plaatsvonden,
zoals de vrede tussen Wallenstein
en Denemarken in 1629.
De gezonde, levende stad, ook nu
nog de grootste Westduitse haven
stad aan de Oostzee, verloor haar
onafhankehjkheid pas in 1937, toen
Hitier er een eind aan maakte.
Tot dat jaar was Lübeck zelfstan
dig gebleven, ook al was zU lid
staat van het Duitse rijk na 1871.
Een bezoek aan Lübeck is uit
velerlei oogpunt steeds een boeien
de ervaring. Als Nederlander snuift
men er meteen een sfeer op, die
bekend aandoet, die doet denken
aan onze eigen Hanzesteden, aan
onze eigen bakstenen gebouwen en
ook aan het Noordnederlandse
protestantisme, dat in 1531 al vas
te voet kreeg in Lübeck en het
stadsbeeld, de mentaliteit en de
sfeer van de stad sterk bepaalde.
Al meteen bU het binnenrUden
van de stad door de in groen ge
vatte stadspoort, daterend uit 1477,
zUn er rechte aan de rivier de
Trave de Hollands aandoende zout
pakhuizen, herinnerend aan een
belangrUk handelsprodukt van het
oude Lübeck. In het hartpe van
de stad, slechts een paar honderd
meter verder op, treft het oude
raadhuis, architectonisch één van
de belangrUkste van Duitsland, be
gonnen in de dertiende eeuw in
Gotische stijl, afgebouwd in de
Renaissance.
Het plein, waaraan dit wat rom
melige, maar toch waardige ge
bouw ligt, heeft verder weinig te
bieden. In 1942, bU het bombarde
ment dat een groot deel van Lü
beck in vlammen zette, vielen de
huizen rondom dit plein ten prooi
aan het vuur.
Dodendans
Dat gebeurde ook grotendeels met
de oude in 1350 gebouwde Maria-
kerk, nu de landelUke kerk van
de evangelische bisschop. In deze
kerk ging waarschUnlUk het be
roemdste en belangrUkste kunst
werk verloren, dat Lübeck voor de
oorlog t« bieden had: de schilde
ringen van de Dodendanskapel, in
1463 door Bernt Notke geschapen.
Een herinnering hieraan vormen
nu twee grote gebrandschilderde
ramen van Alfred Mahlau, uit
1956 57, die hun motieven geheel
ontlenen aan de middeleeuwse do
dendans.
Toen, in de vUftiende eeuw, was
men maar al te vertrouwd met de
dood geraakt door de pest, die ook
Lübeck teisterde. Dat was echter
niet de enige reden waarom Bernt
Notke zijn schilderingen maakte.
Achtergrond daarvoor was ook de
groeiende religieuze ontevreden
heid, die in de eerste jaren van
de 15de eeuw bij de Tsjechen al
tot de Hussitische oorlogen had
geleid, maar die ook sterk leeft bU
de Lübeckers. De oude dodendans
confronteerde daarom alle mensen,
van hoog tot laag, van paus tot
vroedvrouw, van keizer tot boer
met de dood en was niet spaar
zaam met de kritiek zowel op de
hoge geestelijkheid als op de vor-
stende ridders, de monniken en
nonnen, de studenten, etc. Type
rend voor het. grote zelfbewustzijn
van de Lübeckers burgers uit die
'eeuwen is wel dat de kritiek op
burgemeester en arts mild is en
dat van de koopman allereerst eer
lijkheid en burgerzin wordt ge
vraagd.
Deze interessante achtergrond
heeft Mahlaus dodendans-in-glas
niet meer. Maar wel heeft de
ontwerper een toespeling gemaakt
op de nauwe betrekkingen, die de
twintigste-eeuwse Lübecker met de
dood heeft gehad, door onderin de
ramen de „stad in vlammen" te
laten branden. Een authentiek
overblUfsel uit vroeger eeuwen is
tenslotte een prachtig doopvont in
deze Mariakerk.
Buddenbrookhuis
Boeiend is het verder te slente
ren door de straten, waar door de
eeuwen heen de rUke kooplieden
woonden. Ook hier is veel ver
woest. maar een aantal oude gevels
staan nog. Zo in de Mengstrasse,
wereldberoemd geworden door Tho
mas Manns Nobelprijsroman Bud
denbrooks. Naast het gerestaureer
de Schabbelhaus kan men in deze
straat ook het Buddenbrookhuis
zien, de patriciërswoning van de
familie Mann, waarvan evenwel
alleen de gevel gespaard is geble
ven. In een nieuw gebouwd ach
terhuis zetelt nu een bankfirma.
Voor diegene, die liefde heeft
voor oude gebouwen in een moder
ne stad, heeft Lubeck echter nog
veel meer te bieden. Er is de Ja-
cobikerk met zijn mooie orgel, het
tehuis van ouden van dagen daar
tegenover met zijn kerkingang en
fraaie muurschilderingen, wellicht
nog aantrekkelUker dan de meer
beroemde „Fredenhagens Kamer"
een paar deuren verderop.
En dan is er nog de in baksteen
opgetrokken Dom. waarvan de
bouw in 1173 begonnen is. maar
waaraan in de loop der eeuwen
Thomas en Kat ja
Mann
voor het verwoest
Buddenbrookhuis.
Mengstrasse 4.
Lübeck.
Het huis achter i
gevel is nu weer
opgebouwd.
Het fraaie doopvont in de j
Lübeckse Mariakerk1