HOLLYWOOD kent twee nachtmerries: Onze KAMERPLANTEN STERREN BUITENLANDSE CONCURRENTIE ir Over automatische projectoren en glasparels Zaterdag 28 juli 1962 Pagina 2 PRESTIGE DRIJFT SALARISSEN OP Men kan het geloven of niet, maar op het ogenblik worden in de Verenigde Staten meer films uit het buitenland vertoont dan producten uit het eigen Hollywood. Terwijl films van het kaliber „Ben Hur" en „West Side Story" voortgaan met te bewijzen, dat het door rampen getroffen film dorado nog steeds in staat is films van aanvaardbaar gehalte te prpduceren, die veel geld opbrengen, bevatten ze ook de kiem van Hollywoods achteruitgang. In de eerste plaats immers werden de opnamen voor Ben Hur in het buitenland gemaakt, en in de tweede plaats hebben West Side Story en Ben Hur een enorm kapitaal gekost, dat er met winst weer moet worden uitgehaald. De toenemende concurrentie van de buitenlandse filmindustrieën en de krankzinnig hoge eisen van Amerikaanse filmsterren, voltrekken het vonnis aan Hollywood. Beter dan aait Toch houden de Hollywoodse filmmaatschappijen vol. dat ze er financieel beter dan ooit voorstaan. Ze voeren enkele succesrijke films aar. als bewijs voor hun levens kracht. Maar daarbij herinneren ze aan het. klassieke beeld van de struisvogel met de kop in het zand. Immers vijftien jaar geleden kon den ze twaalf films aanwijzen, die stuk voor stuk bij het publiek in de smaak gevallen waren, nu slechts twee. Om de Engelsen, de Italianen tn de Spanjaarden op hun eigen tenein te bestrijden, maakt Holly- woon films in het buitenland. ..Cleopatra" van 20th Century Fox werd voor het grootste deel opgeno men in Europa, ook omdat daar materialen en werkkrachten goed koper waren dan thuis. Echt waard? Is de zanger-acteur Dean Mar- rin dan werkelijk meer dan een kwart miljoen dollar waard plus nog een percentage van de winsten van eer. film? Martin zelf beaamt dit, evenals de filmmaatschappij 20Th Centu ry Fox, die voor Martins rol in de film „Something's got to give", voordat deze in een vloed van ge- rechtelijke procedures ineenstortte, een bedrag van 300 000 dollar bood. Het honorarium van Dean Mar tin verzinkt echter in het niet vergeleken met dat van Marlon Brando en Liz „Cleopatra" Taylor, die per film één miljoen dollar heb ben gevraagd en gekregen. Daarbij komt nog, dat de twee sterren een hoog bedrag krijgen uitbetaald, wanneer de filmopnamen op tijd klaar zijn. De duurste filmopnamen in de filmgeschiedenis «voor twee ac teurs) zijn wellicht „The horse sol- diers geweest. John Wayne en William Holden ontvingen ieder 750.000 dollar en regisseur John Ford kreeg 500.000 De producenten waren al 2 miljoen dollar lichter gemaakt. En dan te bedenken dat de opnamen toen nog moesten worden gemaakt. Erger nog „The horse soldiers", werd niet het kasstuk, dat men er van verwachtte. tot de hoogstbetaalde sterren gaat behoren. Hij of zij zal tot het uiterste gaan om zijn financiële waarde te bewijzen, zelfs al zou het tot een bankroet moeten leiden. Daartegenover staat dat een filmagentschap 10 procent van het bruto-inkomen van een ster krijgt wanneer deze de top heeft bereikt. Dat betekent dus dat wanneer Marlon Brando één miljoen ont vangt de filmagent 100.000 dollar in handen krijgt. Vanwege de be lastingwetgeving komen de „tien procentontvangers" financieel be ter af dan de door de belasting geplaagde filmster. Ontslaan Een derde vraag rijst: wat kan Hollywood doen om te concurre ren tegen de minder duurdere uit Europa geïmporteerde films en de wispelturigheid van de filmsterren? „Wy kunnen de acteurs en ac trices ontslaan", zei een vertegen woordiger van 20Th Century Fox. „Wanneer wy het dikwijls genoeg doen zullen zij misschien wat toe schietelijker worden". Een ander alternatief is het ma ken van films met onbekende ster ren Maar er zijn weinig producen ten, die dit aandurven. Anderen ma ken hun speelfilms in samenwer king met wereldberoemde sterren in de hoop, dat zij zich verant woordelijk gaan voelen voor de produktie. Het is gebleken, dat zij dikwijls in verantwoordelijkheid zijn tekort geschoten. „Naar de pomp met de sterren", aldus de zeer onlangs overleden bekende producent Jerry Wald. „Koop een goed verhaal, neem enkele goede filmsterren en laat dan het publiek oordelen of de film het zien waard Is", aldus wij len Jerry Wald. aarom DEAN MARTIN had aan een kapitaal voor een [ilm niet genoeg. Hij maakte ook de dienst verder uit. Zeven Jaar geleden werden in de VS. 254 in Hollywood gemaakte films vertoond. Uit Europa en Azië werden er 138 gedraaid. De kente ring kwam in 1960: 233 films van buitenlandse makelij werden in de V.S geimporteerd, Amerika zelf le verde er 154. Zijn dit al sombere beelden, de vooruitzichten zijn niet veel roos kleuriger. De tien grootste filmstudio's in Hollywood en enkele onafhankelij ke maatschappijen hebben sinds 1 januari maar 44 films gemaakt te gen 80 verleden jaar. Maar dit is maar één kant van net verhaal. Men realiseerde zich de gevol gen van de depressie in Holly wood pas in mei 1955, toen er slechts 14 speelfilms in de maak waren. De produktiedaling con trasteert scherp met de bouw van nieuwe filmtheaters in de Vere nigde Staten. Dit jaar zijn er, voor het eerst sinds de opmars van de televisie, meer geopend dan gesloten. Wat men aan ver toning van Amerikaanse films te- kortkomt, vergoed men door ver toning van films uit Italië En geland, Frankrijk, Japan en zelfs de Sowjet-Unie. Gevolgen hiervan zijn, dat werk loosheid heerst onder het studioper- soneel in Hollywood, en dat acteurs en actrices van naam als David Ni- ven, William Holden en Ava Gard ner. kansen kregen in het buiten land en de belasting in Amerika konden ontduiken. In een soort van kettingreactie dreven filmsterren, die in Holly wood bleven hun salarissen tot in het absurde op. Producenten, die menen dat bioscooppubliek afgaat op grote namen, zyn bereid de eisen dezer sterren in te willigen. Maarde kruik gaat zolang te water tot ze breekt. Barsten zitten er al in, want de rampzalige gevol gen van de gevoerde politiek zyn reeds merkbaar. Elizabeth Taylor werd als Cleopatra'' tot schier onvoorstelbare (financiële) hoogten verheven. Voor iemand met een gezond verstand ryzen er twee vragen op. „Waarom zulke astronomische sala rissen? Waarom vragen de filmster ren zo veel? De producenten zijn bereid om aan de hoge onkosten voor de op namen tegemoet te komen in de hoop, dat de sterren op het publiek genoeg aantrekkingskracht hebben om van hun films een financieel succes te maken. De gevolgen van de al te hoge salarissen zyn ook dat de „helden van het witte doek" kieskeurig worden: het draaiboek, de vertol king van een bijrol moeten door hen worden goedgekeurd. Dergelijke eisen mogen onbe langrijk schijnen, maar de goed keuring van het vervullen van een bijrol door Dean Martin is de oor zaak geweest van een tekort van 2 miljoen dollar voor 20Th Cen tury Fox. Martin weigerde Lee Remick als tegenspeelster in de plaats van Hollywoods „sexbom" Marilyn Monroe. De filmmakers bevonden zich in een ongelukkige omstandigheid, doordat zij op dat ogenblik onvol doende nieuwe sterren tot hun be schikking hadden om er mee voor de dag te komen. Meteen duur Dat wil niet zeggen dat de film producenten geen pogingen heb ben gedaan om andere sterren te zoeken, die hen uit de impasse kenden halen. De moeilijkheid is echter dat sterren zoals Warren Beatty broer van de actrice Shirley MacLaine en bekend door zijn vertolking in de films „Splen dor in the grass" en „The Roman spring of mrs. Stone" met respec tievelijk Natalie Wood en Vivian Leigh als tegenspeelsters die succes hebben, meteen hoge sala rissen bedingen. Dit brengt ons naar het tweede probleem. Waarom vragen de sterren zo veel, terwijl ze weten dat een groot deel moet worden afgestaan aan de belasting? Het antwoord luidt: „prestige". Het „ego" van een beroemde ster is onbeperkt, wanneer hij of zij MARLON BRANDO, bijna onbetaalbaar als muiter op de Bounty. Maranta kent men veel beter als tieng;ebodenplant. een sier lijk bladplantje, waarvan men veel plezier kan hebben. Tien donkerbruine vlekken moeten er op een volwassen blad voorko men en daarom ontving ze deze wonderlijke naam. Het is een sierbladplantje, dat niet, veel ruimte in beslag neemt en ook in de smalle vensterbank nog gekweekt kan worden. Maranta verlangt een vochtige atmos feer; men moet dus veel sproeien en doe dat vooral met lauw water. De mooi getekende Tlengebodenplant. blaadjes kan men een paar maal per dag vochtig maken; vooral in het stookseizoen moet men dat doen. De maranta kan veel warmte hebben, doch Is niet bestand tegen de felle zon. Men moet haar dus bescher men. doch een ücht plekje is wel eoed. Men kan deze plant voort- kweken door middel van scheu ren en dat. kan men bet. best in het. vroege voorjaar doen. Dan zal men tóch moeten verpotten en als men dat niet gedaan heeft., kan men dat nu ook nog doen. Men neemt de plant uit de por, en omdat ze steeds te hoog opgroeit, dus wat, wankel komt te staan, moet, men haar in de nieuwe pot wat laten zakken. Ze wortelen echter ere opper vlakkig, zodat men de diepe geraniumpotten voor een derde deel met scherven moet vullen. Daarbij dient men de bekende bloemistengrond te gebruiken, vermengd met wat turfmolm. Dan kan men de plant tegelijk met. het verpotten scheuren. Er kunnen bepaalde delen met wortel en ai van de moeder plant worden afgenomen. Plan ten die men nu niet verpot, doch normaal laat dooigroeien, moet men wekelijks een weinig bemesten; voor dit doel kan men gebruikmaken van de be kende kamerplantenmest In de wintermaanden voelen ze zich in een normaal ver warmde kamer het beste thuis. G. KROMDIJK. Na een periode, waarin men het woord „stroomlijn" als de gecompri meerde uitdrukking zag om aan te geven, dat een produkt wat de vorm geving betreft met de tijd was meegegaan, is nu het tijdperk aangevangen, waarin „automatisch" moet aanduiden, dat aan het verlangen naar meer comfort en bedieningseenvoud in hoge mate is tegemoetgekomen. Verwonderlijk is, wat we in de laatste tyd allemaal automatisch kunnen doen. Daarbij behoort ook al het fotograferen en zelfs het projecteren van dia's. Spraken we in het voorgaande fotopraatje over de beide systemen van verlichting, deze keer willen we iets vertellen over de veranderingen in het mechanische gedeelte van de projector. op een wat buitenissige vondst uit J een rariteiten-kabinet, bedenk dan dat deze afstandsbediening in we- 1 zen erg eenvoudig is en ook voor andere apparatuur al lang bestond. Bovendien: de aandacht van de man, die de kleurendia's ver toont, wordt niet afgeleid door an dere technische bedieningen, maar kan zich geheel op de kwaliteit van de weergave richten. Hetgeen een deftige omschrijving is voor: men j kan van zijn stoel uit alles precies naar wens regelen, zodat de voor stelling vlot en zonder storing ver loopt. Is daardoor nu de vroegere me thode van: dia instoppen, schuiven i en een volgende dia pakken, hope loos ouderwets en ondeugdelijk ge worden? Verre van dat. Er zijn nog altijd meer niet-auto- matische projectoren in gebruik dan automatische. En duizenden zullen nog jarenlang met hun ge wone projectoren zeer veel genoe- gen beleven. Ofschoon we durven dit rustig voorspellen het niet zo heel lang j meer zal duren of de automatische projector zal de eenvoudige hand- i projector geheel verdrongen heb ben. Aan welke voorwaarden moet nu zo'n automatische projector vol doen? Natuurlijk gelden voor het verlichtingssysteem dezelfde alge mene eisen, die we de vorige week reeds vermeldden. Bovendien: Let j op de magazijnen! Dat zijn de doosjes van plastic, waarin de dia's I worden geplaatst. Daarin moeten zowel kartonnen als plastic of me- i talen raampjes plaats kunnen vin den. Is de projector, zoals men dat j noemt, zeer gevoelig voor kleine verschillen, dan ontstaan de trans- J portstoringen, waarover we het reeds hadden. Voor alles echter moet men ver mijden kromgetrokken raampjes of dia's, waarvan de afplakstrookjes I gedeeltelijk los zitten, te gebruiken. I Door zulke afwijkingen moeten moeilijkheden ontstaan. Controleer 1 dus de dia's alvorens ze in de hou der te plaatsen. Tenslotte nog even iets over het projectie-scherm. Onze mening blijft, dat een gewoon wit-mat scherm prettiger voor de projectie is dan het duurdere zusje, dat met glanzende glasparels is voorzien. Voor smalfilms geeft dit laatste uit stekende resultaten, maar de korrel van de glasparel ook al wordt deze zeer fijn gekozen stoort toch altijd enigszins bij stilstaande beelden. Een nieuwe oppervlakte structuur door een speciale persing verkregen is de laatste tyd zeer in trek gekomen. Welk scherm u ook gebruikt, maak het minstens een kwartier vóór u gaat projecteren geheel ge bruiksklaar. Bij een landkaart- scherm verdwijnen dan al spoedig de horizontale strepen, die door het oprollen zyn ontstaan en bij statief- of kofferschermen spant het doek zich veel strakker. Een goed scherm dient eigenlijk trommelstrak te staan. Veeg of poets nooit aan een glas- parelscherm en pas op voor schu ren langs nagels of schermbuis. Be schadigde glasparels geven donkere vlekken in het projectiebeeld, waartegen vrywel geen remedie be staat. Een plastic scherm kan na jarenlange dierst voorzichtig, niet te vochtig worden afgenomen. Moet dan echter minstens 24 uur staan drogen! Verf nooit een scherm, want het oudste museumschildery is dan een perzikhuidje vergeleken by de bar sten, die uw doek gaat vertonen! Kies voor uw diaprojector altyd een scherm in vierkant formaat. Na deze laatste tip nemen we af scheid van u met de beste wensen voor het welslagen van al uw kleu rendia's van nu en in de toekomst! Kieureiieursus (slot) By het op de markt verschijnen van half- en vol-automatische pro jectoren zal menig amateur, die al jarenlang met veel genoegen zyn kleurige dia's aan anderen liet zien, zich afgevraagd hebben of het nu beslist noodzakelijk was- om de een voudige handelingen, die nodig zijn om een plaatje op het witte doek te krijgen plotseling te moeten gaan automatiseren. Zo op het eer ste gehoor klinkt het ook wel wat erg „lui". De tegenstander van de automatische projector, spreekt dan ook steevast in een discussie over het nut ervan als zijn mening uit: „Ik hoef echt niet languit in m'n stoel te zitten en daarbij niets anders te doen dan alleen maar op een knopje drukken om te kunnen genieten van m'n vakantie-opna men. „Het grappige echter is, dat men zoals met vele geautomati seerde gebruiksvoorwerpen het aangename ervan eigenlijk pas be seft, wanneer men er een keer mee gewerkt heeft. Want inderdaad is dat lui-in-een-stoel-zitten een vol komen nevenmotief. Een half- of volautomatische projector geeft na melijk ook aan de man. die de plaatjes vertoont, het volledige ple zier van een eigen voorstelling. De zorg namelijk, dat de plaatjes vlek keloos, onbeduimeld, niet op zijn kop of achterste-voren op het scherm komen is bij zo'n projector geen probleem meer. dat gedurende de vertoning opgelost moet worden. Iedereen, die meerdere malen een dia-voorstelling in huiselijke of grotere kring heeft gegeven, onder gaat de weliswaar niet zware, maar toch onophoudelijke spanning om te zorgen, dat plaatje voor plaatje op de enig juiste manier in de dia- schuif wordt geplaatst. Achter de projector meestal staande moet hij dan over de warme lucht stroom van de projectielamp heen bovendien nog de scherpte van de projectie telkens opnieuw en voor elk plaatje afzonderlijk beoordelen. Vaak komt daar nog een stukje commentaar bij, waardoor een ge zellig projectie-avondje voor de toe kijkers inderdaad een verpozing, maar voor de man achter de pro jector een behoorlijke inspanning is. Zijn er dus motieven genoeg om de half- of vol-automatische pro jectie een verbetering te noemen, vele amateurs hebben een stille angst voor weigeringen in het auto matische transport. Inderdaad was vlak na de intrede van deze soort projectoren het feilloos transporte ren een moeilijkheid, die nog niet geheel bevredigend was opgelost. De oorzaak van het hakkelend projec teren was één van de bekende „kin derziekten", die gepaard gaan aan vrijwel alle nieuwe fabrieks- verschijningen. De huidige projec toren zijn daar echter vrij van. Storingen in het transport zijn thans terug te voeren tot of een te nonchalante wijze van plaatsen in het dia-magazijn of een te zorge loos afplakken of sluiten van de diaraampjes. Een fijner afgestemde constructie van een projector zal onherroepelijk ook een zorgvuldiger afwerking van wat geprojecteerd moet worden met zich meebrengen. Dit is echter niet iets, dat in het nadeel van de automatische projec tor pleit. We kunnen daarom dan ook ge voeglijk vaststellen, dat door de half-automatische projectoren, waarbij met één handbeweging het nieuwe kleurenplaatje uit een ma gazijn met 36 of meer kleurendia's op het doek komt te staan, vooral voor de man, die het apparaat be- dienst de voorstelling aangenamer en rustiger wordt. Bij een vol-auto matische projector wordt zelfs niet meer met de hand een diaschuif verplaatst, maar door de lichte druk op een knopje van het be- dieningssnoer een volgend dia elek- tromotorisch op de juiste plaats ge bracht. Het bijstellen van de scherpte wat vooral bij gebruik van verschillende soorten raampjes nog al eens noodzakelijk is ge schiedt met een ander knopje op het bedieningshandgreepje. Lijkt deze omschrijving u mi-schien meer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 12