„Bij loonvorming meer vrijheid
aan georganiseerd bedrijfsleven"
Surinames associatie
met E.E.G. aanvaard
Niet-confessioiiele
werkgevers, „TEGEN"
ill
CAO's voor goedkeuring naar
de Stichting van de Arbeid
Ben Bella wint met
de dag meer terrein
Senaat stemt nu wel
in met archiefwet
S.E.R. ADVISEERT DE REGERING
Regering kan pauze afkondigen
Doorberekenen
moet kunnen
Surinamers in Senaat
Congresgebouw
in Den Haag
NOTA VAN INDIA
AAN CHINA
Ben Khedda wordt vermoedelijk
het kind van de rekening
Russische jood
vice-premier
Opgericht 1 maart 1860
Woensdag 18 juli 1962
Derde blad no. 30706
De Sociaal Economische Raad spreekt in
het thans vrijgegeven advies aan de regering
als zijn oordeel uit, dat de loonontwikkeling
afhankelijk is van een groot aantal factoren,
die zo verschillend zijn, dat zij niet in één for-
nule te vangen zijn.
Derhalve meent de Raad, dat de gedetail-
De verantwoordelijkheid voor de loonvorming moet volgens de S.E.R.
die overigens een eigen verantwoordelijkheid van de overheid erkent
zoveel mogelijk door het georganiseerde bedrijfsleven worden gedra
gen. In het huidige systeem is dat niet voldoende tot zijn recht gekomen
Wanneer echter de primaire verantwoordelijkheid voor de loonvor
ming van de centrale overheid verschoven wordt naar het georganiseerd
bedrijfsleven zal bewust rekening gehouden moeten worden met de
mogelijkheden en de beperkingendie de economische ontwikkeling aan
de concrete loonontwikkeling stélt, met inachtneming van algemeen
aanvaarde doeleinden, zoals volledige werkgelegenheid, een stabiel prijs
niveau en een evenwichtige betalingsbalans.
gewijzigd. De Stichting zal in deze
gedachtengang als toetsend orgaan de
plaats innemen, die thans wordt ver
vuld door het College van Ryksbe-
middelaars.
De Stichting zal, los van aanwijzin
gen van de zijde van de overheid in
haar beschouwingen moeten betrek
ken de werkgelegenheid, de produk-
tivitelt, c.q. de rentabiliteit, alsook
.de eisen, die de coördinatie o.m.
regionaal stelt.
Alle C.A.O.'s die op bedrijfstaks- of
ondernemingsniveau door partijen
worden overeengekomen, dienen aan
de Stichting te worden voorgelegd.
De voorgelegde collectieve arbeids
overeenkomsten zullen na een korte
termijn te denken ware aan twee
of drie weken rechtsgeldigheid die
nen te verkrijgen, tenzij deze ter
mijn een verlenging ondergaat, om
dat of de Stichting van de Arbeid of
het College van Rijksbemiddelaars
het initiatief nemen voor het aan
hangig maken van een toetsingspro
cedure.
Indien voor goedkeuring noch voor
afkeuring van een voorgelegde
C.A.O. een gekwalificeerde meerder
heid bij de stichting van de arbeid
blijkt te bestaan, beslist het College
van Rijksbemiddelaars of een voor
stel al dan niet kan worden aan
vaard. Wijst het College het voorstel
af, dan zal de Stichting van de Ar
beid zulks aan partijen doorgeven,
die opnieuw de onderhandelingen
kunnen openen. Blijken partijen niet
bereid te zijn zodanige wijzigingen
in hun voorstel aan te brengen dat
alsnog de goedkeuring van de Stich
ting van de Arbeid kan worden ver
kregen, dan kan de Stichting zich
tot het College van Rijksbemiddelaars
wenden met het verzoek een binden
de loonregeling op te leggen. Dit zal
eveneens worden gevraagd, indien
partijen na afwijzing van een loon-
voorstel door de stichting niet bereid
blijken te zijn een herzien voorstel
in te dienen.
SER-rapporten
De loonvorming door het georga
niseerde bedrijfsleven zal volgens de
mening van de Raad afgestemd moe
ten worden op halfjaarlijkse econo
mische rapporten van de Sociaal
Economische Raad. Deze rapporten
lullen zich niet beperken tot het
loonaspect, maar ook beschouwingen
over andere aspecten van de sociaal-
economische ontwikkeling kunnen be
vatten. waarbü vooral ook gebruik zal
worden gemaakt van de ervaringen,
die in de achterliggende perioden
lijn opgedaan.
De mogelijk© geachte totale loon
kostenstijging zal moeten worden
aangegeven, zo mogelijk voor een lan
gere termijn, met het oog op meer-
1 jarige contracten. Deze aanduidin-
Oi gen kunnen uitmonden in concrete
stijginspercentages, in meer globale
aanduidingen of in minimum en
'•5 maximum cijfers.
Aandacht zal vooral worden be
steed aan het verloop van de natio-
:4: nale produktiviteit, de prijsontwikke-
irjling van uitvoer en invoer, alsmede
beleventuele verschuivingen in de pro-
m duktiefactoren. Ook algemene kosten-
verhogingen, zoals huurcompensaties
en hogere sociale verzekeringspremies
rouden in het rapport van de S.E.R.
moeten worden aangegeven.
Over het rapport zou de regering
haar oordeel kenbaar kunnen maken
of het zou aanleiding kunnen geven
tot overleg van de regering met de
centrale werkgevers- en werknemers
organisaties.
Interne coördinatie
Als het halfjaarlijkse S.E.R.-rap-
port als algemeen uitgangspunt is
aanvaard zal een zekere organisato
rische binding tot stand moeten wor-
den gebracht tussen dit uitgangspunt
en de door partijen bij de concrete
onderhandelingen in te nemen posi
ties. De centrale organisaties aan
werknemers- en werkgeverszijde zul
len in dit opzicht een zeer wezenlij
ke verantwoordelijkheid moeten aan
vaarden. Zij zullen de taak op zich
moeten nemen de bij hen aangeslo
ten verenigingen door overleg er toe
te brengen bij de loononderhande
lingen rekening te houden met de
algemene economische mogelijkhe
den.
Dit overleg, aangeduid als „inter
ne coördinatie", dient plaats te vin
den voordat met de onderhandelin
gen over de verlenging van de
C.A.O.'s of loonregelingen wordt
begonnen. Hierdoor kan doeltref
fender dan tot dusver het geval
was een evenwicht tot stand wor
den gebracht tussen de bijzondere
aspecten, welke voor de afzonder
lijke bedrijfstakken gelden, en de
nationaal-economische moeilijkhe
den.
Bij het coördinerende overleg die
nen de centrale organisaties duide
lijk in het licht te stellen, welke
consequenties bepaalde voorstellen
zullen hebben voor de nationale
economie, terwyl anderzijds de or
ganisaties in de bedrijfstakken
aannemelijk dienen te maken, dat
hun voorstellen in de nationale
ontwikkeling passen.
De desbetreffende organisaties zul
len zelf de wijze waarop de interne
coördinatie tot stand zal worden ge
bracht moeten regelen. Van de zijde
van de drie werknemersvakcentralen
is inmiddels een systeem van geza
menlijke interne coördinatie uitge-
Óm te voorkomen, dat een voor de
komende periode aanvaardbaar ge
achte stijging van het totale loonni
veau, waarover wel eensgezindheid
bestaat, zal worden overtroffen, acht
de raad het noodzakelijk, dat over
de mate van spreiding een zekere
eenheid van opvattingen bestaat. In
verband hiermede zou de toe te pas-
Ben mate van loondifferentiatie tus
sen de centrale organisaties van werk
nemers en werkgevers moeten wor
den besproken, voordat met de pro
cedure van de interne coördinatie
wordt begonnen.
Naar Stichting
D»1 Raad is van oordeel, dat aan
de Stichting van de Arbeid de taak
ral moeten worden opgedragen te be
oordelen of een afgesloten C.A.O. al
dan niet aan een onderzoek moet
worden ontworpen en of deze al of
niet dient te worden goedgekeurd of
leerde loonvorming niet gebonden moet wor
den aan algemeen geldende regels. De beoor
deling en de waardering van die verschillende
Eactoren kunnen in eerste aanleg het beste door
de bedrijfsgenoten zelf geschieden, die daartoe
een voldoende mate van bewegingsvrijheid
moeten krijgen.
stop" kunnen afkondigen, waarbij de
looptijd van alle C.A.O.'s van rechts
wege met een zekere periode kan wor
den verlengd. Ook is het mogelijk,
dat van overheidswege globale aan
wijzingen worden gegeven omtrent de
toelaatbare omvang van loonsverho
gingen, met controle van het Colle
ge van Rijksbemiddelaars, dat daar
toe een algemene aanwijzing van de
kant van de overheid ontvangt.
Een dergelijk rechtstreeks ingrij
pen van de overheid moet in het ka
der van het nieuwe systeem van loon
vorming als een uitzonderingssituatie
worden beschouwd, aldus verklaarde
de Raad met nadruk. Omtrent het
tijdstip van beëindiging van de uit
zonderingssituatie dient overleg tus
sen de overheid en de S.E.R. plaats te
vinden, waartoe beide het initiatief
kunnen nemen.
Daarnaast dient de overheid
overleg met de S.E.R. maatrege
len te kunnen nemen tegen bepaalde
vormen van loonsafspraken, (bijv. re
gelingen met een automatische aan
passing van de lonen), die strijdig
met het algemeen belang moeten
worden geacht.
Loonpauze
99
De overheid dient wanneer zy, on
danks tot het bedrijfsleven gerichte
waarschuwingen, een loonontwikke
ling waarneemt, die naar haar me
ning een gevaar vormt voor de ver
wezenlijking van de fundamentele
doelstellingen van het algemene eco
nomische beleid, bevoegd te zijn een
„loonpauze" af te kondigen, waarin
bijvoorbeeld gedurende een maand de
goedkeuring van C.A.O.'s wordt op
geschort. Is het bedrijfsleven, na
door de loonpauze en nader overleg
met de overheid op basis van het
S.E.R.-advies geconfronteerd te zijn
met de ernst van de situatie, bereid
zich daarby aan te passen, dan kan
de loonpauze worden beëindigd en be
hoeft niet verder dwingend te wor
den opgetreden.
Wil het bedrijfsleven zich, ondanks
loonpauze en nader overleg, niet aan
passen aan de opvatting van de over
heid, dan zal de overheid een „loon-
Beleid
De Raad is van mening, dat het
uitgangspunt van de in dit advies
voorgestelde systemen van loonvor
ming een wezenlijke verandering
brengt in de relatie, die in het tot
nu toe geldende stelsel van gediffe
rentieerde loonvorming tussen loon-
beleid en prijsbeleid werd gelegd.
Waar de feitelijke loonvorming wordt
bepaald door een veelheid van facto
ren zal de produktiviteitsontwikkeling
per bedrijfstak niet meer het voor
naamste element van loonbepaling
zijn. Alleen wanneer dit laatste wel
het geval is, kan een stabiel blijven
van de prijzen worden verlangd.
De situatie kan zich evenwel voor
doen, dat bepaalde bedrijfstakken
tengevolge van een relatief grote af
zetmogelijkheid en een relatief gerin
ge produktiviteitsstijging een meer
dan normale vraag naar arbeids
krachten zullen uitoefenen. Om deze
arbeid te kunnen aantrekken zullen
relatief hoge Ionen moeten worden
betaald. Deze lonen zullen in de prijs
moeten kunnen worden doorberekend.
Erkennende, dat relatieve prijsstij
gingen en prijsdalingen onlosmakelijk
zijn verbonden met de werking van
het economische mechanisme, terwijl
voorts de relatie met de prijs- en kos
tenyerhouding met het buitenland
niet uit het oog mag worden verlo
ren, is de raad van mening, dat door
de overheid een beleid moet worden
gevoerd, dat een onverantwoorde op
waartse ontwikkeling van het alge
mene prijspeil voorkomt. Met het
oog hierop dient de overheid primair
de instrumenten van de monetaire
en budgettaire politiek te hanteren.
Ook dient op effectieve wijze gebruik
te worden gemaakt van het mede
dingingsbeleid. Voor het geval de
prijsontwikkeling uit de hand dreigt
te lopen heeft de overheid tenslotte
de bevoegdheid tot ingrijpen op gond
van de prijzenwet.
In het kader van het door hem
gevoerde prijsbeleid moet de minister
van economische zaken zich tijdig
een oordeel kunnen vormen over de
mate, waarin de prijsontwikkeling
wordt beinvloed door loonvoorstellen,
die mede hun grond vinden in de om
standigheid, dat de betrokken be
drijfstak een zodanige marktpositie
inneemt, dat hij op grond daarvan
in staat is om overeengekomen loons
verhogingen in de prijzen door te be
rekenen. Om hieraan tegemoet te ko
men dienen de betrokken werkgevers,
Hoewel het advies van de Sociaal
Economische Raad niet uit een meer
derheids- en een minderheids-advies
bestaat, blykt toch als een rode draad
door het gehele advies een afwij
kende en soms zelfs een afwijzende
mening te lopen. Het is vrijwel uit
sluitend de mening van „enige leden",
onder welke omschrijving wel heel
duidelijk blijkt te moeten worden ver
staan de mening van het Centraal
Sociaal Werkgeversverbond.
Van die afwijkende mening heeft
het C.S.W.V. op een persconferentie
reeds kennis gegeven. De voorzitter
van het C.S.W.V., ir. W. H. Kruijff,
wees erop, dat het stemmental van
hen, die niet met de meerderheid
wensten mee te gaan, niet groot is.
„Maar toch is het goed te weten,
dat achter die „enige leden" alle niet-
confessionele werkgevers staan", zo
zei hy.
Over de maatstaven en de coördi
natie achtte de voorzitter van het
C.S.W.V. de moeilijkheden niet on-
overkomenlijk. De toetsing van de
C.A.O.'s is echter een principieel punt
voor het verbond. „Men kan nu wel
de autonome Rijksbemiddelaars uit
schakelen, maar als de zaken mis
gaan, moeten ze toch weer van stal
gehaald worden".
Het C.S.W.V. voelt niet veel voor
een loonbeleid, waarvan het hoege
naamd nog niets weet. Als de ver
antwoordelijkheid voor het loonbeleid
bij de regering ligt, moet men de re
gering het apparaat daartoe niet ont
houden. Het C.S.W.V. wil de verhou
ding tussen Stichting van de Arbeid
en College van Rijksbemiddelaars la
ten zoals die sinds 1945 was.
Het College zal echter niet meer be
schouwd kunnen worden als 'n .orgaan
dat steeds een zeker overheidsbeleid
ten aanzien van de loonvorming heeft
uit te voeren. Het College volgt dezelf
de uitgangspunten als het georgani
seerde bedrijfsleven en het zal de op
dracht daartoe eenmalig bij een al
gemene aanwijzing van de minister
dienen te ontvangen. Naarmate de
coördinatie in eigen kring slaagt zul
len de adviezen van de Stichting van
de Arbeid in groter aantal unaniem
en gunstig kunnen zijn, zodat het
College deze zonder meer kan volgen.
Zijn de ervaringen bevredigend dan
kan na verloop van tijd worden over
wogen de finale-beoordeling van alle
CA.O.'s als regel aan de Stichting
van de Arbeid toe te vertrouwen.
Het is volgens het C.S.W.V. van
het bedrijfsleven te veel gevergd om.
met voorbijzien van eigen specifieke
belangen geheel zelfstandig te bepa
len, welke matiging in het proces van
loonsverhogingen noodzakelijk is, in
dien de omstandigheden van een ge
spannen arbeidsmarkt b.v., moeilijk
liggen.
indien zy menen dat de voorgeno
men loonsverhoging tot een prijsstij
ging aanleiding moet geven, de mi
nister en de stichting van de arbeid
daarvan vóór of bij indiening van de
loonvoorstellen in kennis te stellen.
De minister kan hierin aanleiding
vinden met de betrokken werkgevers
overleg te plegen.
Op korte termijn
De raad is van mening dat de in
voering van het door hem bepleite
systeem niet moet wachten tot het
tijdstip, waarop het uit 1945 dateren
de buitengewoon besluit arbeidsver
houdingen door een nieuw wettelijke
regeling wordt vervangen. Met na
druk wordt invoering op korte ter
mijn bepleit. Een feitelijke invoering
lijkt binnen het kader van het be
staande wettelijke systeem te verwe
zenlijken. Aan het College van Rijks-
bemiddelaars zou een algemene aan
wijzing kunnen worden gegeven, dat
het alle CAO's die niet door de Stich
ting van de Arbeid worden getoetst,
dai: wel, na toetsing, door de Stich
ting akkoord worden bevonden, goed
dient te keuren. De Raad is van oor
deel, dat in de CAO's vastgestelde lo
nen normatief moeten zijn, zodat af
wijking ervan voorshands aan goed
keuring onderworpen blijft, evenals
voorzieningen in een onderneming op
het terrein van winstdeling en be
zitsvorming. Ook op dit punt zou op
den duur de verantwoordelijkheid bij
het bedrijfsleven moeten komen.
Het opleggen van bindende loon
regelingen in bedrijven waarin geen
CAO's tot stand (kunnen) komen zou
volgens de huidige wetgeving
door het College van Rijksbemidde
laars kunnen geschieden, gehoord het
advies van de Stichting.
Loonsverhogingen in ondernemin
gen, behorende tot bedrijfstakken,
die niet in aanmerking komen voor
een CAO of een bindende loonrege
ling dienen in het door de Raad
voorgestane systeem te worden goed
gekeurd door de Stichting van de
Arbeid.
De raad is van mening dat de bij
zondere aspecten van de loonvorming
in de overheidssector (ambtenaren»
tot een eigen systeem van loonbepa
ling nopen. Wel wyst de Raad met
nadruk op de noodzaak bij de uit
werking van een dergelijk systeem
de samenhang in acht te nemen tus
sen de lonen van werknemers in
dienst van de overheid en die van
het particuliere bedrijfsleven.
Advertentie
Blos die laaiende vuurzuil
dia opstijgt vanuit da aaag
tot soms hoog in da kaaL
Neem Rennies! Een afdoende reme
die. Een of twee Rennies gewoon
laten smelten op de tong. Nog vóór
ze helemaal gesmolten zijn geven ze -
met het speeksel naar de maag ge
voerd - prompt baat. En afdoende!
Met Rennies bij de hand nooit angst
meer voor laaiende zuurbrand.
De 88.500 ton metende tanker
,.Naess Champion'' tijdens een
(Van onze parlementaire redacteur)
,,Ons bekruipt de vrees, dat minister Luns door zijn veelvuldige
afwezigheid zal vervreemden van het Koninkrijk en Nederland",
zei gisteravond in de Eerste Kamer prof. De Gaay Fortman (AR)
die de minister van Buitenlandse Zaken gaarne tegenwoordig had
gezien bij de behandeling van het ontwerp van Rijkswet tot
associatie van Suriname bij de EEG.
In de aanwezigheid van de vijf bij
zondere gedelegeerden van de staten
van Suriname, die de vorige week
in de Tweede Kamer de behandeling
van het ontwerp hebben bijgewoond,
moest nu minister-president. De
Quay als minister van Buitenlandse
Zaken ad interim het voorstel ver
dedigen tegen de stekelige aanvallen
van de heren De Gaay Port
man (AR) en Kapteijn (PvdA).
Deze aanvallen golden vooral de
procedurele aspecten van de associa
tie en de voortzetting ervan als de
toepassingsovereenkomst vervalt. Zy
verhinderen niet, dat het ont
werp van Rijkswet zonder hoofdelij
ks stemming werd aangenomen.
Onverkort
Prof. De Quay handhaafde onver
kort de toezeggingen, die minister
Luns vorige week in de Tweede Ka
mer had gedaan omtrent het opne
men van Surinamers in koninkrijks
delegaties naar internationale orga
nisaties als de EEG en de Verenigde
Naties. „Dan kunnen buitenlanders
binnen de Chinese muur van het
Statuut kijken", zoals de heer J.
Lachmon (Verenigde Hindostaanse
Partij) het gisteravond pakkend for
muleerde.
Het was de minister-president aan
te zien, dat hij zich in de materie
minder goed thuisvoelde dan minis
ter Luns. Dat is niet verwonderlijk
bij de specialistische vragen, die zo
nu en dan gesteld werden. Wél was
men het er unaniem over eens, dat
de mogelijkheden van het Statuut,
vooral op het stuk van eigen Suri
naamse vertegenwoordiging naar
EEG en andere internationale orga
nisaties, volledig moeten worden uit
gebuit.
Eerste Kamer
ook akkoord
(Van onze parlementaire redacteur)
Den Haag krijgt zijn congresge
bouw. Na de Tweede Kamer heeft ook
de Senaat goedkeuring gehecht aan
het wetsontwerp om de ministers van
Economische Zaken en van Financiën
te machtigen namens de staat voor
vijf miljoen gulden deel te nemen in
hei aandelenkapitaal van de N.V., die
het gebouw exploiteert en ten behoe
ve van deze N.V. de betaling te ga
randeren van rente en aflossing van
leningen, die in totaal een bedrag
van dertig miljoen gulden mogen be
lopen. De Eerste Kamer aanvaard
de het wetsontwerp gisteravond zon
der hoofdelijke stemming.
Het Congresgebouw van internatio
nale allure, dat een grote congreszaal
voor maximaal 2000 personen bevat,
twee kleinere zalen met respectieve
lijk ongeveer 500 en 400 plaatsen, en
een aantal vergaderzalen van ver
schillende grootte met in totaal ruim
600 plaatsen, is ontworpen door de
architect J. J. P. Oud te Wassenaar.
Een dergelijk gebouw is voor Den
Haag dringend nodig. Het zal niet
alleen voor het houden van congres
sen en conferenties worden bestemd,
maar ook voor culturele manifesta
ties.
Wat de associatie met de EEG be
treft, was premier De Quay er, on
danks de opmerkingen van de socia
list Kapteyn, dat het allemaal anders
en beter had gekund, van overtuigd
dat de voortzetting van Surinames
verbintenis in feite verzekerd is. Ook
als Suriname een souvereine staat
zou worden.
Welsprekend
Dat dit laatste niet impliceert, dat
de historische banden met Nederland
zouden worden verbroken, werd door
de Surinaamse gedelegeerden met
grote welsprekendheid benadrukt.
Vooral de heer J. Pengel (Nationale
Partij Suriname» beleed zijn geloof
in de bestendigheid van de goede
banden met Nederland op tempera
mentvolle, oratorisch knappe wijze.
Wellicht waren het diens gloedvolle,
mee krachtige stem uitgesproken
speeches, die de heer Kapteyn aan
spoorden om ook zyn bijdrage aan
het debat te larderen met forse toon
en pittige gesticulatie. De heer Pengel
vond tenminste, dat het er in het
debat in de Eerste Kamer minder
rustig aan toe ging dan vorige week
bij het debat aan de overzijde van
het Binnenhof. Dit in tegenstelling
tot de mening, die hy zich over
de Senaat had gevormd, als een „in
vrede rustend college".
De heer Pengel deelde de opvatting
van de gevolmachtigd minister voor
de Nederlandse Antillen, de heer
Lampe, dat ook voor de Antillen as
sociatie met de EEG moet worden
gerealiseerd. Die van Suriname kan
volgens hem al een bruggehoofd zijn
met Latijns Amerika, een gedachte
waarin de vice-premier Korthals
hem wel wilde volgen, Drs. Korthals
zag de mogelijkheid, dat Suriname
als tussenschakel tussen Euromarkt
en de Latijns-Amerikaanse vrijhan
delszone fungeert.
proefvaart van voren gefotogra
feerd. Het schip werd gebouwd
in Japan.
India heeft er in een nota bij
China op aangedrongen onmiddellijk
stappen te nemen „om een eind te
maken aan de onlangs gepleegde
dreigende en uitdagende daden van
de Chinese troepen tegen Indiase
grensposten" in het gebied Ladak in
Kasjmier.
De nota is zaterdag aan de Chinese
ambassadeur in Nieuw Delhi over
handigd en gisteren gepubliceerd. In
de afgelopen maanden hebben de
Chinezen dertien nieuwe posten in
Ladak opgericht, aldus de nota.
Het Chinese protest van 10 juli,
waarin India wordt beschuldigd van
het vestigen van posten op Chinees
gebied, wordt in de nota verworpen.
O
KERNPROEF ONDERDEEL
VAN OEFENING
Tijdens een oefening van rond 900
man van het Amerikaanse leger heeft
men gisteren in de woestijn van Ne
vada een kernontploffing teweegge
bracht, zo meldt de Amerikaanse
commissie voor kernenergie. De proef
werd bovengronds genomen en de
ontploffing was er maar een van ge
ringe kracht.
(Van onze Parijse
correspondent)
In de politieke wedloop met
de premier van de Algerijnse
regering, Ben Khedda, lijkt Ben
Bella zijn voorsprong steeds
verder te vergroten, zo is wel
de algemene indruk in Parijs.
En dat Ben Khedda zijn achter
stand binnen de 25 dagen, die
Algerije nog scheiden van de
verkiezingen, alsnog zou kun
nen inlopen, is dan ook niet zeer
waarschijnlijk. De verdeeldheid
van de Algerijnse nationalisten
is nu praktisch een feit gewor
den en elk der beide vleugels
beheerst een deel van het land.
In Tlemcen, waar Ben Bella zijn
hoofdkwartier in een luxueus hotel
heeft gevestigd, verenigen zich rond
deze vicepremier en zijn al of niet
officieel afgezette kolonels steeds
meer figuren, die uit het andere
kamp zijn overgelopen.. Na Ferhat
Abbas, de voormalige premier der re-
bellenregering, maakten gisteren drie
(Van onze parlementaire redacteur)
Het wetsontwerp, dat het archief
wezen opnieuw wil regelen de vo
rige wet dateert uit 1918 is gis
teravond door de Eerste Kamer zon
der hoofdelijke stemming aangeno
men. Dit is het vermelden wel waard,
omdat in juni 1960 de Eerste Kamer
een wetsvoorstel, dat ook al een nieu-
e regeling beoogde, heeft ver-
orpen.
Het gisteravond aanvaarde
voorstel bevatte niet meer de stenen
des aanstoots, die voor de Senaat
twee jaar geleden de aanleiding
voimden het toenmalige wetsontwerp
af te wijzen. Staatssecretaris Schol
ten heeft de moeilijkheden uit de weg
geruimd door het ontwerp aan te
passen aan de destijds door de se
naat naar voren gebrachte wensen.
Hij heeft er de bepaling in opgeno
men. dat archiefbescheiden tijdelijk
moeten kunnen worden afge
staan voor fotoreproduktie. In de
Tweede Kamer is hem verweten, dat
hij op deze wijze de Eerste Kamer
een recht van amendement heeft
toegekend. Een recht, dat is voorbe
houden voor de Tweede Kamer.
Dit staatsrechtelijke trekje gaf nog
aanleiding tot enige gedachtenwisse-
ling, waaruit duidelijk naar voren
kwam dat de senatoren helemaal niet
zo geweldig gesteld zijn op het recht
van amendement. Voor een te cre-
eren conventie, dat de Eerste Kamer
een wetsontwerp, dat zij heeft ver
werpen, doch waaraan de Tweede
Kamer voor de tweede keer haar
goedkeuring heeft gehecht, verplicht
zou moeten aannemen, voelden de
afgevaardigden niets. Enkele ge
dachten hieromtrent zijn destijds in
de Tweede Kamer geuit door de he
ren Burger en Oud. Het door deze
heren bepleite „primaat" van de
Tweede Kamer boven de Eerste vond
felle bestrijding. „Dit blijkt niet uit
de grondwet", zei mr. r-)llema (CHU)
en prof Diepenhorst (AR) zei: „Er is
geen sprake van primaat. Elke Ka
mer heeft haar eigen taak. Beide Ka
mers vullen elkaar aan."
De heren Van Riel (WD) en Van
Hulst (CHU) drongen nog aan op
betere salarissen voor archivarissen
en archief personeel, voor welk pro
bleem staatssecretaris Scholten aan
dacht toezegde.
andere ministers in Algiers, Dahlah
(Buitenlandse Zaken), Iazid (Voor
lichting) en Ben Tobbal zich op om
Ben Khedda, die pijnlijk veel op de
kapitein van een zinkend schip be
gint te lijken, te verlaten.
Door het schisma worden uiteraard
ook nog al wat praktische problemen
opgeworpen. Eén van die problemen
is de moeilijkheid om in Zwitserland
bij de bank van de FLN de gelden
op te nemen die daar vroeger, toen
de politieke eendracht nog heerste,
zijn gedeponeerd. Voor die operatie
moeten namelijk door vier ministers
handtekeningen worden geplaatst,
ministers die nu echter over de twee
rivaliserende kampen zijn verdeeld.
Of momenteel in diep geheim de
leiders der willaja's de militaire dis
tricten, in aanwezigheid van Ben
Bella al in vergadering bijeen zijn,
was vanmorgen in Parijs nog niet be
kend. Maar wat wel duidelijk lijkt, is,
dat de militaire bevelvoerders zich
in grote meerderheid achter Ben
Bella zullen scharen, die vanaf hefc
begin heeft geëist dat het FLN-par-
lement bijeen zal worden geroepen
om het geschil tussen de beide stro
mingen te beslechten. Men ziet niet
goed hoe Ben Khedda, wiens positie
nu zienderogen afbrokkelt, zich tegen
deze eis. die bovendien handig mefi
democratische leuzen wordt versierd,
nog heel lang zou kunnen blijven
verzetten.
Ook buiten Algerije, binnen het
blok van de zes „Casablanca-landen"
namelijk, lijkt men zich nu trouwens
met het interne conflict van de Al
gerijnse politiek actief te willen gaan
bemoeien en de president van de re
publiek Mali, Modiba Keita, moet
zijn bondgenoten ai hebben opgeroe
pen voor een conferentie om verdere
stappen te overwegen. Stappen,
waarvan men vrezen moet dat ze
zullen leiden naar de verwijdering
van Ben Khedda. die nu wel het kind
van de rekening zal worden.
Wenjamin Dimsjits is benoemd tot
vice-premier en voorzitter van de
commissie voor het economisch be
leid, zo meldt het Russische persbu
reau Tass.
Wladimir Nowikow, die tot nu toe
voorzitter van genoemde commissie
T as. krygt een andere functie.
De 52-jarige Dimsjits is lid van
het centrale partijcomité en plaats
vervangend lid van de Opperste Sow-
jet. Hij was al eerste plaatsvervan
gend voorzitter van de commissie voor
het economisch beleid.
Dimsjits is jood en geboortig uit
de Krim. Hij heeft o.a. meegewerkt
aan en toezicht uitgeoefend op de
bouw van grote staalfabrieken.