George Sand geliefde
van Frederic Chopin
ouderwets kamperen
is toch leuker
in KAMER en TUIN
I UIT en
j THUIS
Twaalf beroemde vrouwen (I)
<TTloedsrlijk&
overpeinzing
Zaterdag 7 juli 1962
Pagina 2
Napoleon I was nog maar pas
keizer van Frankrijk, toen
(op 5 juli 1804) in Parijs een
meisje werd geboren, Amantine
Lucile Aurore Dupin geheten. Haar
vader, een keizerlijk officier, was
een man. die het leven wist te ge
nieten. In een der kleine Parijse
theaters had hij kennis gemaakt
met een actrice. Deze actrice werd
zijn vrouw en de moeder van de
kleine Amantine Lucile Aurore.
Een verbazingwekkend feit is het,
dat in de aderen van de jongge
borene vorstelijk bloed stroomde.
Hoe kwam dat? De Saksische ko
ning August de Sterke had een na
tuurlijke zoon, Maurits van Sak
sen geheten. Deze Maurits werd
een beroemd officier. Welnu,
Amantine's grootmoeder van va
derszijde was een dochter van
Maurits van Saksen, zodat koning
August de Sterke een directe voor
zaat (overgrootvader) van Aman
tine (die zich later George Sand
noemde» was. En het lijkt wel, of
de kracht, de moed en de eigen
gereidheid, die haar koninklijke
voorvader eigen waren, in George
Sand herboren waren.
Haar prille Jeugd sleet George
Sand onder de hoede van haar
grootmoeder en moeder in 't kas
teel Nohant. Zij bleek zeer begaafd
en kende reeds op zeer jeugdige
leeftijd Latijn en Grieks. Haar
WIE bladert in het dikke
boek der wereldge
schiedenis, stuit op
welhaast elke bladzijde op de
namen van beroemde man
nen. Een aantal vorsten,
staatslieden, veldheren, ge
leerden en kunstenaars van
het „sterke geslacht" met be
roemde namen kunnen wij
allen opnoemen. De namen
van beroemde vrouwen zijn
in het algemeen minder be
kend. Toch zijn er vele be
roemde vrouwen, alom op
aarde en in alle tijden, ge
weest. Het is aan het leven
en werken van een dozijn ha-
rer, dat deze artikelen zijn
gewijd. Een bescheiden blijk
van hulde aan die twaalf
„beroemde vrouwen" en te
vens een compliment aan het
adres van alle vrouwen.
Zo groots als Paul de Ribeir
het een paar eeuwen geleden
deed hij schreef een boek
over de „Triomf en Helden
daden van Achthonderd
Vrouwen"! doen wij het
niet. Wij laten slechts een
twaalftal beroemde vrouwen,
een twaalftal van de Groot
sten onder de Groten, de re
vue passeren. De keuze was
verre van gemakkelijk, want
toen wij ons gingen verdiepen
in het onderwerp ,3eroemde
Vrouwen" en gingen snuffe
len in bibliotheken en oude
folianten, bleek ons eerst
recht hoe groot het aantal
beroemde vrouwen is!
Met enige schroom hebben
wij ons derhalve gezet tot het
schrijven dezer artikelen. En
al lezende en schrijvende
nam die schroom toe. Waar
lijk, toen wij begonnen, wis
ten wy niet, dat er zóveel
liefde, tragiek, werklust, be
kwaamheid, monselijkheid en
bijzondere prestaties schuilen
in de levens van beroemde
vrouwen. WU zijn erkentelijk
voor de oc ïbaring ervan en
wij hopen, dat lezeressen
en ook, ja, vooi de lezers
van deze artikelen na lezing
even crkenteh'k zullen zijn
als "rij.
In 1833, op negenentwintigjarige
leeftijd, ontmoette zij op een feest
de beroemde dichter Alfred de
Musset. Groter contrast dan tus
sen de energieke, sigaren rokende
George Sand en de verfijnde Mus
set is nauwelijks denkbaar. Toch
gingen zij hartstochtelijk veel van
elkaar houden. Parijs was over die
verhouding niet erg te spreken.
Daarom gingen George Sand en
Alfred de Musset naar Venetië.
Deze Italiaanse reis maakte op
George Sand 'n diepe indruk. Haar
herinneringen legde zij vast in tal
van boeken, vooral in het in 1834
verschenen werk Lettres d'un
voyageur". In haar verhouding tot
de Musset kwamen zowel haar gril
ligheid als haar hartstocht sterk
tot uiting. Na een jaar verliet zij
Alfred, doch toen hij heel ernstig
ziek werd en de artsen voor zijn
leven vreesden, zat George Sand
weer aan zijn ziekbed. De Musset
stierf niet Later publiceerde Geor
ge Sand een geruchtmakend boek,
getiteld „Elle et Lui", hetwelk voor
de Musset weinig vleieind was, zo
dat Musset's broeder zich geroepen
voelde, op zijn beurt een boek te
publiceren, getiteld „Lui et Elle".
Het was een weinig verkwikkelij
ke pennestrijd, die niettemin in
het Parijs van die tijd met grote
belangstelling werd gevolgd.
Een reeks romans volgde. „Le
Secrétaire Intime", Jacques, „Les
Maitres Mosaïstes", en andere,
eigenlijk te veel om op te noemen.
In die boeken brak de fanatieke
welsprekendheid van de schrijfster
zich baan. Zij waren blijken van
haar geëxalteerde aard en van
haar verlangen naar idealen, een
verlangen, dat soms sterk deed
denken aan neiging tot de utopie.
Vooral na 1837 bracht zij in naar
romans wijsgerige overwegingen
en overdenkingen naar voren. Ook
verwerkte zij er economische en
maatschappelijke problemen in. In
die jaren maakte zij kennis met
tal van verlichten geesten, zoals
Heinrich Heine, Michel de Bourges,
Honoré de Balzac en Sainte-Beuve.
Een vage en mystieke inslag heb
ben bijvoorbeeld haar romans
„Spiridon" en „Les Sept Cordes de
la Lyre". Maatschappelijke denk
beelden liggen besloten in „Hora
ce", „Consuelo", „Le Compagnon
du Tour de France" en andere.
Later schreef zij bovendien zeden
romans en een aantal „romans-
champètres".
Politieke belangstelling had Geor-
orge Sand eveneens. Dit blijkt tij
dens de juni-revolutie van 1848,
toen zij een aantal publikaties re
digeerde voor de minister van Bin
nenlandse Zaken Ledru-Rollin en
geregeld in contact stond met poli
tici van zeer vooruitstrevende, ja,
van radicale mentaliteit. Nadat de
rust in Parijs was teruggekeerd,
wierp zij zich weer met de haar
eigen hartstochtelijkheid op haar
litteraire werk. Een vrij groot
aantal toneelstukken verscheen van
haar hand. „Le Marquis de Ville-
mer" verwierf zelfs een groot en
blyvend succes. Toch verwaarloos
de zij het roman- en novelle-gen
re niet. In haar laatste levensja
ren (zij stierf in 1876) publiceer
de zij vrij veel in dit genre. Haar
autobiografie „Histoire de ma vie"
verdient ook thans nog gelezen te
worden.
Chopin-intermezzo
George Sand verwierf door haar
boeken bekendheid, maar veel
bekender dan haar litterair oeuvre
werd haar vriendschap met de be
roemde componist Frédérich Cho
pin, de romantische „muziektove-
naar", die zo veel nocturnes en
polonaises schiep. Aanvankelijk
vond Chopin George Sand een wei
nig aangename vrouw, maar gaan
deweg kwam hij in de ban van
haar even krachtige als boeiende
persoonlijkheid. Hun eerste idylle
speelde zich af op Majorca, waar
zij door het uitvallen van de boot
verbinding met Barcelona als het
ware gevangen zaten. Tien jaren
lang duurde hun verhouding, die
eigenlijk niet vrijwillig begonnen
was. Eenmaal vroeg George Sand
aan Chopin, muziek voor haar
hondje te componeren. Zo groot was
haar invloed* op de hooghartige
componist (die tegen de groten der
aarde wel eens onheus, ja, onwel
willend optrad), dat hij gehoor
zaam aan haar wens voldeed en
de „VALSE du Petit Chien" (opus
641 componeerde.
Chopin, die leed aan tuberculo
se, stierf in 1848. In 1847 was het
tussen hem en George Sand tot een
breuk gekomen, doch toen Chopin
stervende was besteeg de begaaf
de vrouw de trappen van de wo
ning van hem, die zij zo vaak „een
onuitstaanbare patiënt" had ge
noemd. Zij had hem immers beloofd
dat hij in haar armen zou mogen
sterven! De toegang tot de sterf
kamer werd George Sand echter
ontzegd, zodat Chopin's hartewens
niet in vervulling kon gaan. Cho
pin's grote liefde voor George Sand
heeft veel bijgedragen tot haar
faam en is een der redenen, waar
om zij een blijvende plaats kon
verwerven in de kring van 's we
relds beroemdste vrouwen.
George Sand behoort door haar
omvangrijk oeuvre en haar soepe
le, zuivere stijl tot de grote auteurs
der negentiende eeuw. Zij kon uit
stekend vertellen. Zij kon de roer
selen en gevoelens van ziel en hart
bijzonder goed ontleden. Zij kon
de natuur heeriyk beschrijven. Vaak
echter liet zij zich meesleuren door
haar wilde, soms zelfs bizarre fan
tasie. Haar personages zijn dien
tengevolge wel eens te weinig
„echt" en al te zeer personifica
ties van George Sand's denkbeel
den. Die personages praten te veel!
Op zedelijk gebied waagde George
Sand zich soms aan gevaarlijke so
fisterij. Doch is het wonder, dat
een zo begaafde en hartstochtelij
ke vrouw wel eens te veel Waarde
toekende aan de „schone harts
tocht", waarin „zoveel echte waar
heid" zou schuilen? Wij vergeven
het haar gaarne en zijn haar
dankbaar voor het vele mooie en
goede, dat zij ons nagelaten heeft.
Het eerste mooie weekeinde van
het seizoen bracht ons in alle sta
ten van verrukking. Wij stopten de
tent in de bagageruimte, onszelf op
de banken en tuften naar een uit
hoek van Nederland, die nog niet
door Reichstoeristen was ontdekt.
hoopten wij.
Toen wij op het kampeerterrein
arriveerden, bleek het wel vol te
zijn en wij hoorden er alle talen
van Europa behalve Nederlands.
Nu Ja, dat waren wij al gewend,
dus trokken we ons er niet veel van
aan en gingen uitpakken. De witte
tent, gewekt uit de zeer lange win
terslaap werd opengevouwen en wij
herkenden de vetvlekken, de zwarte
vegen, de kreukels en onvolmaakt
heden met een warm gevoel van
voldoening.
Hoeveel stormen, hittegolven,
wolkbreuken en landschappen had
hij al ondergaan? Al was hij niet
bepaald wit meer te noemen: hij
was ons zomerhuis, onze vrijetijds-
kameraad, 'n vriend en lotgenoot.
Overigens viel hij we) een beetje
uit de toon tussen de roze, groene
en blauwe paleisjes, die wij op de
"grasmat zagen pronken. In onze
argeloosheid meenden wij vroeger
dat kamperen betekende: buiten
zitten, buiten koken, buiten wonen.
Alleen voor de nacht én als het
bij hoge uitzondering een héél klein
beetje regent kruip je onder het
katoenen dak. Daar is het niet
warm, maar betrekkelijk droog.
Je zit er niet gemakkelijk maar
wel leuk. Je eet van metalen
bordjes, je kookt op één benzine
pitje, hetgeen improvisatievermo
gen en combinatietechniek vereist,
je slaapt gevijven op een rijtje en
je hebt moedwillig de luxe afgezwo
ren, uit louter sportiviteit en omdat
Je wel eens iets anders wilt.
Maar zo kampeert tegenwoordig
niemand meer.
Stel je voor.
leeshonger was bijzonder groot. Zij
onderscheidde zich in die jaren
voorts door een mystieke inslag en
door fanatieke godsdienstigheid.
Later zou deze omslaan in twijfel
op het gebied van de religie.
Toen het meisje dertien jaar oud
was, besloten de beide vrouwen om
haar op de kloosterschool der En
gelse Augustinessen in Parijs haar
opvoeding te laten voltooien. En
zo ging het kind dus naar Parijs.
Maar met de nonnen wilde het niet
vlotten! Amantine's eigengereid
heid en zelfstandige geest waren
reeds een heel eind ontloken. Drie
soorten leerlingen hebben wij,
schreef een der nonnen, de „dui
velinnen", de „dommen" en de
„vromen". Zonder twijfel is het
meisje Dupin haantje de voorste
in het kamp der „duivelinnen"!
Stellig heeft George Sand het de
nonnen niet gemakkelijk gemaakt,
stellig ook waren zo wel de nonnen
als George Sand erg blij, toen het
kind terugging naar Nohant.
August de Sterke (van wie men
zegt, dat hij met de blote
vuist een stier in bedwang
kon houden!) spookte in de ade
ren van Amantine. Dit bleek op
nieuw, toen haar stiefbroeder Hip-
polyte aanbood om haar te leren
paardrijden. Een kolfje naar Aman
tine's hand, want nu kon zij zich
uitleven in snelle ritten en gewaag
de sprongen, nu kon zij haar ener
gie en lust tot daden botvieren.
Toen begon zij ook mannenkleren
te dragen en sigaren te roken, als
zij met Hippolyte en diens vrien
den een partij biljart speelde. De
ze drie gewoonten hoe onvrouwe
lijk ook heeft zij haar leven
lang niet prijsgegeven.
Toch voelde zij zich nog niet
vrij en zelfstandig genoeg. Daarom
besloot zij in het huwelijk te tre
den. Haar man de kolonel Ca-
simir Dudevant was veel ouder
dan zij. George Sand alias Aman
tine Dupin telde toen 18 jaren. De
tamelijk bejaarde hoofdofficier was
niet de man, die Amantine blijvend
kon boeien. Zij had het dient
gezegd een losse hand met geld
en iedere dag weer kreeg zij van
haar man reprimandes over haar
verkwistendheid. Niettemin schonk
zij de kolonel Dudevant twee kin
deren, Maurice en Solange. On
danks haar moederschap bleef zij
verlangen naar meer vrijheid!
Eens kwam zij in de schrijftafel
van haar man een verzegeld pak
je tegen. Amantine opende het.
Wat vond zij? Een lange reeks
verwensingen aan haar adres.
Toen achtte zij de maat vol en
verliet zij de echtelijke woning.
Zij besloot om schrijfster te wor
den en betrok enige kamers op de
vijfde etage van een armoedig huis
aan de Quai Saint-Michel. Zij stak
zich in mannelijke kledij. Van dat
ogenblik af was zo'n mannelijke
„uitrusting" haar geliefde kleding.
Litterair succes
Ongetwijfeld had George Sand
talent en was haar schrijf
vaardigheid groot. In 1831
verliet zij haar man. In dat zelfde
jaar verscheen haar eerste roman
„Rose et Blanche", die zij samen
met Jules Sandeau schreef. Die eer
steling werd een groot succes! Kort
nadien begon zij alleen te produ
ceren. doch de herinnering aan
Jules Sandeau liet zij voortleven in
haar pseudoniem „George Sand".
Onder deze naam bleef zij bekend,
zozeer zelfs, dat (ook heaen ten
dage» betrekkelijk weinigen haar
meisjesnaam kennen. In 1932 ver
schenen van haar hand „Indiana"
en „Valentine", in 1833 „Lélia".
Haar naam als schrijfster was
toen gevestigd.
Er zijn tegenwoordig allerlei
mooie plantschalenin vele vor
men, in vele maten en in vele
kleuren. De zaadhandel of de
bloemist-winkelier kan u er
zeker aan helpen en de laatste
heeft ook de planten in voor
raad om ze te vullen. Men moet
er in ieder geval goede bloe-
mistengrond voor hebben: ge
wone tuingrond kan men er be
slist niet voor gebruiken. Zelf
kan men zo'n schaal ook wel
beplanten, doch u moet er reke
ning mee houden dat niet alle
mogelijke soorten bij elkaar in
één schaal gezet kunnen wor
den. De planten zullen ongeveer
dezelfde eisen moeten stellen;
dus geen planten bij elkaar,
waarvan de één volle zon moet
hebben en de ander er niet te
gen kan of de een geen warmte
kan hebben en de andere een
warme en vochtige atmosfeer
nodig heeft.
Bij voorkeur worden er
groenblijvende planten in ge
poot; dus geen bloeiende en
groenblijvende. Later zal men
dan steeds een gat krijgen, om
dat de meeste bloeiende planten
niet als blijvertjes beschouwd
kunnen worden. Over het alge
meen komen dus de sierblad-
planten er voor in aanmerking.
Men kan er vele soorten voor
gebruiken: vele hebben bijzon
der mooi gekeurd blad en men
behoeft het dus heus niet alleen
in het groene blad van de ficus
te zoeken.
Op de achtergrond links
groeit de grevillea of zilvereik,
een mooi kamerplant die des
noods 's zomers met pot en al
Plantschaal.
in de tuin kan staan, doch in de
schaal gepoot gaat dat niet. Ze
moet veel water hebben en
sproeien is ook nuttig. Rechts
op de achtergrond ziet u een
soort Darcaena staan, een kleu
rige bladplant, die tegenwoordig
ook wel Cordyline genoemd
wordt. Verder heeft men er nog
een crassula in gepoot, een plant
die niet veel water en ook niet
veel warmte nodig heeft en een
klimopplantje, dat onder vrijwel
alle omstandigheden groeit. Een
enkel bont plantje kan er nog
meer fleur aan geven. Alles met
elkaar kan er dus een mooi ge
heel van gemaakt worden.
G. KROMDIJK.
Rijdende huizen compleet met
gasfornuis, kleerkasten en mot-
teballen zijn er Immers te kust en
te keur. Wie er tegenop ziet zo'n
loodzwaar huis achter zich aan te
slepen kan zich een tent, met een
binnentent, aanschaffen. Met voor
ieder een aparte slaapkamer.
Met een kleedkamer, een
woonruimte, een keukenhoek, een
bagagedepot. Er zijn al tenten met
een garage.
Alleen het gereedschapsschuurtje
ontbreekt nog, maar eerstdaags
verwachten wij op dit gebied een
geniale uitvinding.
Al is onze kampeeruitrusting dan
uit de tijd, zij heeft één voordeel:
de hele tent, compleet met luifel
staat binnen een kwartier muur
vast op de grond verankerd. Het
uitpakken van de spullen duurt
geen tien minuten. Een half uur na
onze aankomst op het terrein za
ten wij knus om een wankel tafeltje
en dronken hete koffie.
En keken
Wij keken geïnteresseerd naar de
mensen, die voor ons arriveerden,
maar nog altijd worstelden met
hun lila paleisje en die zeker nog
twee uur nodig zouden hebben eer
alles stond en lag en praalde in on
voorstelbare luxe.
Toen de koffie op was, gingen wij
wandelen. Wij inspecteerden de
omgeving, probeerden de klimbo-
men, onderzochten geheimzinnige
plekjes, ontdekten talloze wonderen,
deden boodschappen in het dorp,
kwamen vrolijk en hongerig terug
in het kamp.
De luxe-buren hadden het
zowaar klaargespeeld hun ingewik
kelde bungalow overeind te krijgen,
zelfs de omvangrijke keuken was
keurig ingericht. Drie gaspitten,
twaalf vakjes en laatjes, tientallen
busjes en trommeltjes.
Een koelkastje. Een opvouwbare
strijkplank.
Intussen stak ik de benzinebran
der aan en zette de aardappelen
op. De zoons gingen voetballen met
vader, Marian rende met Joep het
bos in. Maar de buren schenen uit
geput door hun bouwactiviteiten en
lagen amechtig in luie stoelen met
teakhouten armleuningen.
Terwijl wij aten werd ook daar
gekookt. Drie, vier pannen stonden
te pruttelen; het complete servies
verscheen op de glanzende tafel; er
waren zelfs messenleggers en ser
vetten. De buren wierpen van tijd
tot tijd minachtende blikken op ons
primitieve gedoe en waren kenne
lijk geschokt toen wij soep uit
emaille kroesjes gingen eten.
Er dreven een paar dennenaal-
den in, die aan de bouillon een bij
zonder buiten-aroma schonken,
heel anders dan de plasticsmaak
van de zogenaamde kampeerservie-
zen.
Na de maaltijd waren de vaten
in vijf minuten gewassen en had
den wij weer de tijd aan onszelf.
Wij deden waar wij zin in hadden:
stoeien, klimmen, wandelen, zwem
men. De buren waren een uur
doende met de vuile vaten en gin
gen toen weer liggen.
Want luxueus kamperen is uiterst
vermoeiend.
Dat inzicht verzoende ons met de
oude, witte tent.
Voor ons hoeft het allemaal niet:
de mooie folders met leuke acces
soires, koeltassen en opvouwbare
douches, inklapbare keukens en uit
slaande bankstellen. Voor ons is het
onmisbaarste Juist genoeg.
Als je het hele jaar op een elek
trisch fornuis hebt gekookt, is zo'n
éénpitter een verademing.
Als Je elke dag onder een warme
douche hebt gestaan is het ijskoude
pompwater een verrukking.
Als je een heel jaar met servie
zen, dekschalen en broodroosters in
de weer bent geweest, doet het je
hart zo goed om soep uit een
kroesje te lepelen en de blote pan
nen op tafel te zetten.
Want in je vrije tijd wil je im
mers dat alles anders is?
THEA BECKMAN.
ii|iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiii
Het zal U ook wel eens g
beurd zijn dat U.een brief i
te schrijven, V was net lekk 1
op dreef, en toen kwam er i
eens oponthoud. Er kwam b
zoek, of er kwam een kind h\i
lend binnen, omdat het zich
zeerd had en toen dat verholpi
was moest U voor het eten gat
zorgen en de brief bleef on-1
liggen. De volgende dag begi I
U een nieuwe alinea met i
nieuwe datum en U ging gewot
weer verder, waar U geblevt
was.
Dat is op zch zelf helema
niet zo'n vermeldenswaardij v
gebeurtenis. v
Een dergelijke brief stoi
echter van de week in het Zet 0
dingsblad van de Nederlanlc
Hervormde Kerk en hij kwa
uit een plaats, waarvan de na®
de laatste weken vele malen ij v
de voorpagina van de krat
heeft gestaan. En die ik var
wege die onderbroken brief ji
ook eens wil noemen in dit kt r
lommetje op een van de laati i
pagina's.
Teminaboean. Op Nieuw-Gn
nea. En de brief is geschrevi
door een daar werkende ve B
pleegster.
Zij vertelt wat Teminaboeih
voor een dorpje is: heel klei\ix
maar ook heel aardig en gezt B
lig. Er wonen een twintig g\
zinnen plus acht vrijgezelle 0
met tien jeeps en bromfietsi u
en één scooter. Ziedaar o b
Europeanen en hun vervoerg
Er loopt een rivier dwars doo\ -
heen en de inheemsen wonè
aan weerskanten daarvan. I
ongeveer dus als bij ons in Le
den de „Hoge" en de „Laj
Zijde", maar dan in miniatuij
en in 't warm! Zij vertelt ve\
der hoe moeilijk begaanbaar o
wegen zijn. Hoe iedereen lenig
knieën krijgt door het lopè
langs de rotsachtige paadjes ej
hoe de Papoea's zichzelf en hii
kleren wassen in de rivier. Eii
hoe het leven reilt en zeilt i -
Ket piepkleine ziekenhuisji
„twee tamelijk bouwvallige huii h
jes op palen, afgeladen nu
bedden, zodat we nu 10 pi
tiënten kunnen opnemen", a -
iets meer, want kleine kindere
gaan samen, en ook de moeden
die niet van hun zieke kindera
willen scheiden, moeten gehei
bergd worden. Dat ziekenhuis!
staat vlak bij de brug, tussel -i
de beide oevers.
En dan breekt de brief ineeiï J
af!
Nieuwe alinea nieuwe dó,
tuin en de schrijfster gaat ge
woon weer verder, waar ze ge
bleven was.
Plotseling bezoek? Een of an
dere kleine stoornis? a
Nou ja „kleine stoornis!
Het vervolg iverd n.l. geschreveï j-
in Biak en het oponthoud b( r
stond uit para-landingen, mi
litaire versterkingpatrouilliI
activiteit, gevechten, doden e|v
gewonden, en voor de Eurcf,^
peanen evacuatie! Binnen eel
uur één koffer pakken en wen
Met achterlating uiteraard va\
de meeste bezittingen. n
Dan lezen we nog, dat som n
mige vrouwen met hun kinderen n
naar Nederland gaan en da s
anderen liever blijven afwacty
ten op Biak. En de zuster zeli
(van wie de naam niet genoem-v
wordt): Ik hoop, dat ik tervL\
kan, maar daar ziet het nié k
naar uit. Verder is het, wat mi V
betreft, geen probleem; uooln
een verpleegster is overal en diUc
reet werk. Morgen begin ik fezejï"
alweer. De toekomst is natuun
heel onzeker, maar alles, speen.h
zich af in grote rust en nuchter|v
heid. t\
Wat de komende dagen wee b;
voor berichten uit Nieuw-Gui D
nea op de voorpagina zullei11
komen, weet ik niet; de ivoor
den „rust" en „nuchterheid" zul B
len er wel weer in voorkomen, té
In dit achteraf hoekje van d
krant wil ik in ieder geval di Si
verhaal, dat zo echt van binnei
uit komt, eens doorgeven. Vl
't Verhaal van een onbekendl
verpleegster, die halverwege een J
gezellige brief ophoudt, om «{J
alle kalmte in een uur tijds haal
boeltje te pakken, en dan m g.
een „wel even kritieke tochl a
naar Biak" de draad weer op
neemt. Niet om ons wijs te maJd
ken, dat er geen zorgen en moei'.
lijkheden zijn, maar om te zegh
gen: „Voor mij is 't niet zo'n g
probleem, wat ik nu verder moeii s;
want er is werk in overvloeiv
en daar begin ik morgen meteen
maar mee". 1
I c
Hermine G. a