Zomergenot in een oud stadje BREKER Kom er ACHT-er Spelen Russen elkaar „het balletje" toe igl IK ié s B *mjL H Viertallen-toernooi Gooise Bridge Clnb HOE ZAL HET MORGEN ZIJN? HOE WERKT HET! I 1 1 1 1 1 4 1 I I 1 1 I 1 1 w 1 1 1 4 4 1 B' 5 Kom er ACHT-er door Sjouke van der Zee Zaterdag, 30 juni 1962 Pagina 4 Kunt U de acht afwijkingen in de beide bovenstaande tekeningen vinden? De juiste oplossing vindt U elders op deze pagina. Onze schaakrubriek Er wordt wel beweerd, dat deelnemers aan een belangrijke schaakwedstrijd onderling el kaar remisetoe spelen ten koste van anderen. Deze ge ruchten. kwalijk zoals geruch ten meestal zijn. worden ook nu weer verspreid over de Rus sische meesters in het toernooi te Willemstad. Dat men geen risico wil nemen wederzijds in gelijk opgaande strijd mag niet uitgelegd worden als elkaar de bal toewerpen. Dat de beide Amerikanen in dit toernooi el kaar zouden ontzien is in ieder geval niet bepaald op te maken uit de volgende partij. 22e RONDE Wit: R Fischer. Zwart: P. Benkö. 1. e2—e4. e7e6; 2. d2—d4. d7—d5 3. Pbl—c3. Pg8f6; 4. e4—e5 (de idee van Steinitz. door hem voor het eerst in Wenen 1873 ten doop gehouden. De moderne meesters schromen de aloude varianten niet) 4Pf6d75. f2—f4. c7—c5: 6 d4xc5. Lf8xc5; 7. Ddl—g4, 0—0: 8. Lfld3. f7—f5; 9. Dg4—h3. Lcöxgl «volgens Euwe's theorie boekje dubieus). 10. Thlxgl «het witte paard dat voor een aanval op de zwarte rochadestelling zeer bruikbaar had kunnen ziin is voor zwarts ..goede" loper geruild). Pd7 c5; 11, Lel—d2. Pb8—c6; 12. Pc3 b5 Dd8b6 «met de dreiging Pxd3t en dan Dxgl!). 13. 0—0—0, Lc8d7; (dreigt Pxd3 en Lxb5) 14. Fb5d6. Pc5a4 (zwart valt hevig aan op de damevleugel, terwijl wit nog geen tijd heeft gekregen om aan de andere zijde iets te begin nen). 15. Ld3b5 (blokkeert de lijn voor de zwarte dame naar b2; op 15 b3 zou de witte vleugel verzwakt zijn en ook Dd4 mogelijk zijn ge worden 15. Pc6d4; (Reeds nu denkt men: hoe komt wit hier levend uit. maar het wordt nog ang stiger om de witte monarch heen». 16. Ld3—e3 (natuurlijk kan Lxd7 niet wegens 't mat op b2) (Stelling na 16. Le3) geven). 27. Dh3h4, Tc5a5; 28. Kcl—d2; ïï- 'i Het. zal je gebeuren om. met het vlaggetje op vallen en nog 13 zet ten te doen. zo'n stelling te moeten oplassen. De zet 27. Dh4 wordt nu duidelijk als we kiezen: 28. Pe4t; 29. Ke2. Dd2?: 30. Kf3 en Lf2 staat door Dh4 gedekt: ook 28. Pd5; 29. Ke2. Pxf4 gaat niet op. 28. h7h6; En nu moet zwart de greep loslaten en komt eindelijk wit aan de beurt). 29. g2g4. f5xg4; 30 Tglxg4. Kg 8h8: (Begrijpelijk, maar fataal) 31. Dh4xh6t zwart gal op. Op gxh6 volgt Pf7 mat. LADDERWEDSTRIJD CXIII 1 11 i? a b cd e f g Zwart aan zet. winti CXIV 1 f 1 1 16Pd4e2*; 17. Lb5xe2 (want op 17. Kd2 zou 17. Pxgl. Lxb6; 18. Pxh3 enz. de kwaliteit kosten). 17Db6xb2t; 18. Kcl d2. Db2b4t; 19. Kd2cl (zwart heeft hier dus remise in de hand", maar, hoewel een stuk achter tracht hij .terecht, op winst te spelen) 19Pa4c3; 20. Tdl—el. Pc3xa2t; 21. Kcl—dl. Pa2 c3t 22. Kdl—cl (Kd2? loopt na Pe4~t mat). 22d5—d4; 23. Le3f2. Tf8c8 (nieuw geschut wordt in stelling gebracht, maar wonderlijk genoeg, de witte veste houdt stand). 24. Le2d3.Pc3—a2t; 25. Kcldl, Pa2c3t (zwart was reeds in nijpende tijdnood) 26. Kdl cl. Tc8—c5 (met de dodelijke dreiging over a5 op al mat te gaan a b c d e t g Wit aan zet. wint. Oplossingen van de opgaven 107 t m. 114 uiterlijk 7 juli aan W. H. van der Nat Acacialaan 25, Leider dorp. 1. bloempot is verplaatst 2. snavel haan 3. deur garage 4. balk in tuinhek 5. hoefijzer is omgekeerd 6. wijzer klok ontbreekt 7. hak linker schoen man 8. klomp is kleiner. In het poolgebied met zijn dikke ijslaag zijn de ijsbre- kers zware grote schepen met eer, bijzonder sterke boeg zonder de boegschroe ven. pomp Het meest gebruikte op kleine vaarwegen be staat uit een losse boeg, die aan een schip wordt bevestigd. Om bij vorst het zo noodzakelijke verkeer op rivieren, kanalen en meren niet te onderbreken, wor den vaargeulen gemaakt door ijsbrekers. type Bij dikker ijs worden speciaal ver sterkte snelle sleepboten gebruikt; Deze nemen in open water een aanloop en schuiven dan een stuk het ijs op, dat dan door het gewicht van de boot verbrijzeld wordt. Weldadige rust gezeten op een dijkje f De winter is voorbij. Hij is, zoals in het liedje nu toch wel helemaal „vergangen", maar de lente hebben we overgeslagen, zodat we nu meteen midden in de zomer zitten. Hoog en wijd staat de zomerdag boven de aarde, een bolle wind stoeit over de schuddebollende grijze wilgen van het Hollandse veenland, over de weilanden, en over de bruggetjes, die als ronde katteruggen de vaarten en kanalen overspannen. Over die bruggen en door die weilanden voert mijn weg, langs grasveldjes met een schaap of een geit, langs drassige stukken land, waar kieviten joelen en buitelen, langs telegraaflijnen met kwietkwetterende zwaluwtjes. De veerman die me over het wa ter loodst, trekt zonder overhaas ting aan de zware ketting en geeft onder de bedrijven door zijn com- verte gezien, als met een paar tere penseelstreken aan de horizon neergelegd? En hebt u boven aan een bloeiende dijk gezeten, dan ook zo echt genoten van die weldadige rust. vooral als u om dit alles te bereiken een daverende stad er voor moest ontvluchten? mentaar op het weerbericht. Dit bericht klinkt vandaag als muziek, dus verder steeds verder, tot waar achter 'n kromming van de weg het oude veendorp opdoemt, mijn eerste doel op deze stralende zo merdag. Het. ligt er zo maar wat te soezen, z'n fijngekant torentje uitpiekend boven 'n boeket van groen in alle kleuren, die zich in onbeweeglijk water van kanaal en gracht in diepe spiegeling herhalen. Maar niet dit slapende dorp is vandaag mijn einddoel. Ik ben op zoek naar een oud stadje, dat ik wil terugzien, zoals ik het jaren geleden heb zien liggen, ver achter de weilanden, in de stil le beving van de warme opstijgende lucht op net zo'n blanke zomeroch tend als vandaag. De lezers kennen wellicht onze riviersteden zoals Rhenen, Wijk bij Duurstede met monumentale ker ken en torens, of Deventer, Kam pen met hun prachtige huizensta peling boven steil uit het water rijzende kaden? Misschien hebben zij De Lemmer uit zee zien liggen, of Enkhuizen en al die oude Zui derzeestadjes. die nog altijd aan het water hun charme d3iiken. Maar kent u Monnikendam? Hebt u op een heldere zomer ochtend zijn profiel wel eens in de Onze bridgerubriek Voor Monnikendam heb ik een zwak, dat wil ik wel bekennen maar het waarom, dat be waar ik als een geheim. En zo heb ik het na jaren teruggezien, gezeten op die dijk, in het geurende gras, temidden van rode klaver, gele we derik en een overvloed van witge- schermd nachtegaalskruid. Onder wijl schoten fietsers en autobussen achter me voorbij, maar ze deer den me niet. zomin als de plezier boten. die met zacht gepraat en ge lach van genietende mensen door het kanaalwater gleden. De stad zelf wordt beheerst door de prachtige oude kerk. een monu ment van steen, heel oude steen grijs en rood. en een toren als één stuk onverzettelijkheid. Naar die mooi getinte muren omhoog glooit 'n grasveld, waarschijnlijk het oude kerkhof van heel lang geleden. Op dit met zonnevlekken bestipte groen ligt de was te drogen, helderwitte lakens en hardblauwe visserskle- dij, die met het groen en met het rood der stenen een wondermooi kleurenpatroon vormen. Zulke mooie dingen kun je vin den in zo'n stille stad aan de ingedamde Zuiderzee. Hier staat de tijd stil, niemand heeft hier haast en de rustige mensen kennen elkaar van haver tot gort. Dat ondervind ik nog eens duide lijk, als ik in een winkeltje een praatje begin, waarop gretig wordt ingegaan. Een babbeltje over het weer. over de miserabele lente en de veelbelovende zomer, de vreemde lingen en via het oude weeshuis ook over personen en dan duurt het maar even, of alle bekende familie namen passeren de revue in dat kleine winkeltje met z'n rinkelbel, in dat nauwe zonnige straatje. Dan wandel ik langs de gracht jes. waar in het stilstaande en dui delijk geurende water eendjes mod deren, ik slenter over de oude wallen en bruggen en verbaas me erover, dat in zo'n oude stad, waaraan al leen de tijd heeft gewerkt en men de dingen heeft gelaten, zoals ze waren, eigenlijk alles mooi en schil derachtig is. Nu moeten we in onze moderne tijd oppassen met dat woord ..schilderachtig", maar een feit is het. dat in een eeuwenoude stad als deze de kleuren, het rood en grijs van daken en muren, het bruin van geteerde schuttingen ver zacht zijn onder de adem van de tijd en dat ze wonderwel passen bij het groen van prachtige oude bo men. Voor ik er erg in heb ben ik de plaats al uitgewandeld en sta ik aan de haven, onwaarschijnlijk ruim voor een stad. die met de zee weinig connecties meer heeft. Want wat dit laatste betreft, moeten we in de historie wel erg ver teruggrij pen. Toch ruikt 't er naar water, naar vis en een paar oude man netjes zitten er. als poezen in de zon. wat te herstellen aan zwart bruine netten. Omdat ik hier gauw ben uitgeke ken, ga ik weer stadwaarts en vind na enig zoeken een klein cafeetje, laag weggedrukt tussen een paar winkelpanden en daar op het smal le stoepje geniet ik van de genoeg lijke gezelligheid van de hoofdstad: auto's met erg buitenlands verklede mensen passeren, trekkers op hoog- bepakte fietsen zoeken verkennend hun weg en daartussen door gaan de bewoners hun rustige gang. En boven al deze zonnige zo- mervreugde strooit een helder carillon met het geluid van klinkend kristal zijn klokkengeluid uit, alsof het er zelf plezier in heeft, dat het op deze gave zomerdag daar boven in het fraai gemodelleerde speeltorentje troont, waar om het halve uur de aardige ruitertjes hun wandelingetje maken. De Monnikendammers zelf kij ken er niet meer naar. maar de vreemdelingen, zwart gebrild en ruit gebroekt. de kijkende, kiekende, kauwende vreemdelingen wel. Zo juist heeft de boot een kudde los gelaten. Ze drentelen, babbelen, wijzen naar rechts, naai links om hoog en laten zich getroost lood sen naar het hotelletje en dan naai de bus, die hen zal doorgeven naar Volendam, vanwaar zij dan Mar ken ook nog kunnen „doen". Die vreemdelingen geleidedienst daar werkt perfect. Mar laat mij asjeblieft in m'n eentje de oude bolwerken op gaan buiten de stad, van waar je in één blik het geheel kunt vatten, van de kolossaio hoofdkerk tot de haven. Laat mij daar men zitten boven aan de dijk in het hoge gras met de zoevende zomerwind om me heen. die de geur van water overbrengt en ook de zilveren twin keling van het klokkenspel. Het witte bootje met ae vreemde lingen trekt een lichte streep over het water, er krijsen nijdig een paar meeuwen. Heel in de verte wiekt een toren- valkje naar de torenspits. Ik weet. dat ze daar boven in de kerk neste len, de torenvalken. Een sullig schaap staat in n wei. een lammetje zoekt driftig in de vacht van zijn moeder. Dit is het zomerbeeld van een Noordhollands stadje en dat zal ik lang in herinnering bewaren. Uen ik, wij allen, kunnen hef tig verlangen naar zomerse warmte, zoals die vroeger in ons land schering en inslag was Tegenwoordig is 't klimaat zó ellen dig, dat 't er alle schijn van heeft, dat wij voorgoed in de hoek zitten waar de slagen vallen Waar bleef die goede, oude tijd, waarin je heerlijk lag te koesteren in de zonnestralen, waarin je wist en voelen kon dat 't „zomer" was, dat je daar onwrikbaar staat op kon maken en je er met alle plan nen rekening mee kon houden? Nu is 't „Jantje lacht en Jantje huilt": de ene dag een zweempje warmte, de andere dag weer misselijke kou of regen. Het Gooi was zondag 24 juni weer trefpunt der bridgers. De Gooise Bridge Club had te Bussum zijn jaarlijks viertal- lentoernooi georganiseerd en verheugde zich op de deelname van vele vooraanstaande Ne derlandse spelers, waarbij ook België nog met een sterk Ant werps team was vertegenwoor digd. Vele interessante spelsitua ties deden zich voor een tweetal wil ik u er eens van voorleggen. 1) Oost gever, niemand kwets baar. De zuidspeler heeft: Sch 8 7 4 3 Ha A 5 Ru A 7 5 2 KI H 6 3 OW spelen de zwakke Sansatout met de Staymanconventie en het bieden ging, onder voortdurend passen van NZ oost 1 SA west 2 klaveren oost 2 ruiten west 3 SA allen passen. Waarmee moet zuid uitkomen? Antwoord on deraan. 2> Noord gever, NZ kwetsbaar. Zuid heeft: Sch V 6 Ha B 4 Ru H V B 5 KI A H 10 7 4 NZ spelen géén zwakke Sans en het bieden gaat (OW passen) noord 1 harten zuid 2 klaveren noord 2 ruiten wat moet zuid nu bieden?? In beide situaties dient men er rekening mee te houden, dat de wedstrijdtelling dusdanig is, dat slechts winst of verlies van een (aan twee tafels) gespeeld spel be langrijk is; de te behalen score per spel was 2-0 of 1-1. Een meerdere overslag was dus éven belangrijk als een slempremie. Antwoorden: 1) Zuid moet beginnen te taxe ren, wat zijn partner kan hebben. Oost heeft ongeveer 13 punten en west heeft er zeker 13, daar hij voor 3 SA 25 punten nodig heeft en bij oost een minimum van 12 moet aannemen. OW kunnen dus op ong. 26 punten samen getaxeerd worden zuid heeft 11 punten aan hoge kaarten, waaruit volgt dat noord niet meer dan ten hoogste één Heer, dan wel één Vrouw plus een Boer in handen kan hebben. Op basis van die taxatie is een uit komst in schoppen al taboe: het gevaar is veel te groot, dat zuid met die uitkomst een vrouw of boer van zijn partner verraadt. Daar zuid verwachten mag, alle entrees te hebben en dus nog enige malen aan slag te komen, moet hij met zijn sterkste vierkaart starten: ruiten 2. In de praktijk zouden OW niet meer dan 3 SA hebben kunnen ma ken bij een uitkomst in schoppen zouden zij dan overslag hebben verkregen, daar zuid zijn ruitens niet meer op tijd vrij kon krijgen. Noords enige plaatsje bleek har tenvrouw te zijn (vijfde), met twee kleine schoppens, drie ruitentjes en drie klavertjes. Oost had een vier kant klaveren (met het Aas) en drie driekaarten. Moderne conventie 2) Dit spel is moeilijk te bieden zonder moderne conventie: de z.g. vierde-kleurconventie. Zuid biedt daarmee thans twee-schoppen, die een dwangbod dat verdere informa tie aan noord vraagt. Noord zou dan 2 SA zeggen zuid kan nu 3 ruiten bieden (forcing) en als noord dan 3 SA zegt kan zuid de hoop op een gezonde slem gevoeg lijk opgeven. De noordspeler had: Sch A 10 2 Ha A 9 7 2 Ru A 10 8 3 KI 8 5 Zonder deze vierde-kleurconven tie moet zuid haast wel tenminste 4-ruiten bieden, of azen gaan vra gen en met minimale noordhand een slem in ruiten gaan spelen. Een eindcontract van 5-ruiten is altijd weinig attractief: het er „ge makkelijk" in en scoort men 600 of 620. dan blijkt meestal 3 SA met één of twee overslagen (630 of 660) een betere score te zijn. Corresp.: Als u in vacantietijd eens in het buitenland wilt bridgen, zult u in de grote vacantiecentra wel eens een wedstrijd kunnen spe len doch in hoofdzaak is men daar toch aangewezen op robber bridge. Voor contacten doet men het beste zich tevoren te oriënteren, dan wel een telefoongids te raad plegen (zie: Bridge of: Club», dan wel inlichtingen te vragen bij de receptie van een goed hotel of bij het bureau voor De „moedigen" laten zich des ondanks niet terneerslaan. Hun levenslust is daartoe ge lukkig te groot. Ze trekken er ieder weekeinde vol verwachting op uit in de hoop dat Gerrit. de altijd optimistische weerman van de radio gelijk krijgt. En al valt 't meestal lelijk tegen, thuis blijven is ook niets waard: beter een frisse neus in de wind dan als een bleke meelpiet koeke loeren achter he- dichte raam Zo was 't ook verleden zondag slingeren tussen hoop en vrees. Wél zon afwisselend be wolkt maar vèèl wind: om nu te spreken van „behaaglijk" zou overdreven zijn. De meisjes op de Westeinder lie ten zich echter niet onder krijgen. Wie van zeilen houdt kan zo'n barre wind bést gebruiken, je bakt er bovendien lekker bruin van. Gezondheid met lepels doen die lachende meisjes op! Ze komen thuis met een ideale dosis gezondheid, ruim voldoende voor een week hard werken op kantoor in de hoop. dat 't nu deze zondag eindelijk een hittedag mag worden, waarop de mussen van 't dak gaan vallen. Din pas weetj e. dat 't écht „zomer" is! En daarnaar toch snakt ieder in z'n hart! Ook U en FANTASIO In het schip bevinden zich twee tanks aan de zijwanden. Komt het schip zelf klem te>zitten,dan pompt een sterke pomp tonnen water in 90sec. van de ene tank in de andere, zodat het schip wordt losgewrikt. In het noorden, waar vaak de zeeën en havens dicht vriezen zijn de ijs- brekers grote schepen met een scherpe versterkte boeg. Naast de gewone schroeven hebben zij onder de boeg een paar schroeven die de schotsen naar achter stuwen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 18