IN KAMER EN TUIN van Goghs Bij het heengaan van zoon van Vincent PAUL GACHET, dokter Zeer kostbare schenkingen aan het Louvre: o.a. negen Van Goghs en zeven Cézannes Ken bescheiden en stille man Van schieten en verschieten J>[, f! Zaterdag 23 Juni 1962 Pagina 2 Paul Gachet in de woonkamer van zijn huis te Auvers sur Oise. Dit is een van de zeer weinige fotos', wel ke van dr. Gachets zoon be staan. Van onze Brusselse correspondent, André Glavimans) toevertrouwd, nadat hij was teruggekeerd uit het asiel van Saint-Rémy. Deze oude dokter Gachet, die van 1828 tot 1909 heeft geleefd, moet een merkwaardig man zijn geweest. Hij begon een praktijk in de Faubourg St. Denis, die weldra een grote omvang aannam. Hij was een voor zijn tijd modern geneesheer, een der eerste homopathen, een der eersten ook die de elektrische therapie in toepassing brachten. Een beweeglijk, niet „gemakkelijk" mens, filantroop maar ook misantroop, zoals men eens van hem heeft geschreven. Een bericht van een paar regels in de Figaro en een kort artikel van Germain Bazin in het weekblad „Arts" hebben, enige dagen na zijn begrafenis, het overlijden te Auvers aan de Oise gemeld van Paul Gachet. Hij is bijna negentig jaar oud geworden en zoals hij heeft geleefd is hij heengegaan: stil. zonder gerucht, bescheiden, alleen. Hij is een wonderlijke man geweest wan neer men dat tenminste mag zeggen van iemand wanneer men weet dat men zijn karakter niet heeft kunnen doorgronden. Hij was de zoon van dokter Gachet, de geneesheer aan wiens zorg Theo van Gogh zijn broer Vincent had Dr. Gachet, geschilderd door Vincent in juni 1890. Dit schil derij gaven Paul Gachet en zijn zuster in 1947 aan het Louvre. Gachet sr. schilderde en tekende zelf en signeerde dan P. van Rüssel, naar de stad waar hü was geboren. HJj was bevriend met Monet, Cézanne, Renolr, Pissarro en Sisley. Theo van Gogh had dr. Gachet gevraagd voor Vincent te zorgen. Op 21 mei 1890 arriveerde deze te Auvers. Op 27 juli schoot hü zich in de borst. Twee dagen later is hü overleden. In die twee maanden heeft Vincent byna elke dag een schilderij gemaakt. Van de betrekkingen tussen de dokter en de schilder weten wü weinig. De thans overleden Paul Gachet heeft er met verstand en bezinning over geschreven in zyn „Deux amis des impressionistes" (ParUs, 1956) maar veel vertelt hü niet. l.1 .1 „„lino tuinhek". Ik vroeg schriftelijk be- lLCll SOOl i Cllllll© let en ik kreeg een vriendelijk met de hand geschreven, bijna gecalli- Vincents leven liep in die bewo- grafeerd briefje terug, waarin gen dagen ten einde en zijn ver- stond dat ik welkom zou zijn. stand ebde zeker wel af in de ver bijstering, welke hem tenslotte tot zelfmoord zou brengen. Wij weten echter dat de schilder geregeld bij dr. Gachet aan huis kwam en dat hij er als gast werd ontvangen. Hun relatie is in die korte tijd nogal eens vertroebeld door grote en kleine botsingen, gevolg van Vincents onberekenbaar en opvlie gend karakter. Aan Theo schreef hij: „Ik geloof, dat men volstrekt niet kan vertrouwen op dokter Gachet. HU is zieker dan ik". Men weet echter dat Vincent een aan tal werken in dr. Gachets huis en in zijn tuin heeft geschilderd, dat dr Gachet er de hand in had dat Vincent een ets heeft gemaakt en dat diens zoon in de nacht van 27 op 28 juli bU de gewonde Van Gogh in diens zolderkamertje bo ven het café van Ravoux heeft ge waakt. Zowel vader als zoon Gachet hebben sedert de dood van de schilder een soort cultus met zijn schilderijen bedreven. Een goede cultus echter, wanneer men dat zo kan zeggen. De dokter had bepaal de schilderyen op bepaalde plaat sen in zijn huis opgehangen. De zoon heeft ze er laten hangen. Hij heeft duizelingwekkende aanbie dingen van Amerikaanse kunsthan delaren gekregen, doch hU heeft op enkele uitzonderingen na toen hij het geld hard nadig had, nooit Iets verkocht. Ter nagedachtenis Maar diezelfde man heeft bin nen een tUdsverloop van acht ja ren aan het Louvre negen scbil- derüen van Van Gogh ten ge schenke gegeven. Bovendien nog zeven van Cézanne, een Renoir, een Monet, vier Pisarro's, het eni ge schilderU dat van Constantin Guys bekend is, vüf Gulllaumins, een Sisle en dan nog wat „klein goed" als tekeningen van Vincent en Cézanne, twee vitrines met per- soonlüke herinneringen als Delftse vazen, die voorkomen op stillevens van belde schilders, het palet dat Vincent heeft gebruikt, de tekening die dr. Gachet heeft gemaakt van de schilder op zün doodsbed, de Japanse prent, die in Vincents ka mer heeft gehangen, en dergelUke. Het enige commentaar, dat de zoon Gachet aan de directeur van het Louvre gaf, was: „Ik doe het ter ere van de nagedachtenis van mUn vader en van de schil ders, met wie hU bevriend is ge weest". Een paar jaar geleden ben ik hem in zijn huis te Auvers sur Oise eens gaan bezoeken. Oorzaak daarvan waj een krantebericht, nog wel in de altUd betrouwbare „Monde". Daarin stond dat men 'óver de graven van Vincent en Theo op het kerkhof van Auvers een soort tempel in gotieke stijl wilde bouwen en dat deze plannen in gevorderde staat waren. „Je komt bij de oude Gachet niet bin nen", hadden collega's me gezegd. „Hij laat Je niet verder dan het Armzalig interieur De zaterdag daarep werd ik door Paul Gachet zelf opengedaan, be neden aan het hek van zün huis. HU was een grysaard vol charme en bijkans ouderwetse hoffelük- heid. Zün kleding was opvallend. HU droeg een zwart garen jasje, dat hoog was dichtgeknoopt en dat een staande kraag had zoals een officierstuniek. Daaronder een wüde broek van zwart ripsfluweel. Het was het model van een uni formbroek van de Zouaven. Hij had een fün gebouwd hoofd, dat deed denken aan de portretten van zün vader, volkomen wit haar en een witte snor en baardje. Hij bracht me in het huis en in een grote kamer, die links van de gang over de gehele lengte van de villa lag. Het interieur was op zijn zachtst gezegd: armzalig'. De muren sloe gen tot ongeveer anderhalve meter hoogte uit van het vocht. Aan de wanden hing niets. Alleen een ze- ventiende-eeuws buffet en een vi trinekast kleedden het vertrek enigszins aan en op de rand van de schouw stonden wat potten en kannen van aardewerk en enige plastieken van gips. Later vertelde Paul Gachet, dat die ook van de hand van zijn vader waren. Ik mocht tegenover hem gaan zitten aan de tafel in het midden van de kamer. Zelf zat hij met zijn rug naar de schouw gekeerd in een hoge armstoel met versleten leren rug. Tegen de muur naast de schoorsteen stonden een kachel en een paar stoelen. Gachet zei, als wilde hij zich verontschuldigen voor het kale interieur: „U weet, alles is thans in het Louvre. Ik heb de schilderijen zo lang om me heen gehad dat ik me niet eens behoef te bedenkten om te weten hoe ze eruit zien. Ik zie ze. Daar en hij wees links achter zich hing het portret van mijn vader (ik zag de plek ervan duidelijk in tint afgetekend tegen de muur), daar, tegen de achterwand van die stoel, heeft altijd Van Goghs zelf portret gehangen (de spijker, waaraan, stak nog in het hout), zo kan ik het huis rondgaan en alles nog voor me zien. Ik ga trouwens nog vaak naar de orangerie om naar de schilderüen te kijken". Graf onveranderd Daarna spraken we ov-er die plannen voor een monument op zolderkamer had gehuurd, het eni ge paar mensen vormen dat Van Gogh nog heeft gesproken. Wan neer men tenminste ir. V. W. van Gogh, Theo's zoon, die als baby op Vincents arm heeft gezeten, daarbij even buiten beschouwing laat. Herinneringen Nadat we zo wat hadden ge praat, liet Paul Gachet me het huis zien. Eerst toonde hij nog het venster, waarachter Van Gogh stond toen hij het portret van Marguerité Gachet, zijn zuster, schilderde. Later, op de eerste ver dieping, deed hij weer een raam open zodat ik kon zien hoe thans het gezicht op de tuin was van dezelfde plek, waar Vincent het in juni 1890 had geschilderd. Het huis was bepaald armzalig inge richt en gemeubileerd. Op een overloop boven stond nog de oude piano van Marguerite Gachet. Van Gogh heeft haar daaraan geschil derd. Een der kamers had vroeger tot atelier gediend. Dokter Gachet schilderde zoals gezegd onder het pseudoniem P. van Rijssel en de zoon, die eigenlijk landbouwkundig ingenieur moet zijn geweest, deed het ook, onder de schuilnaam L. van Rijssel. Boze tongen hebben trouwens wel eens beweerd dat vader en zoon verschelde werken van Vin cent hebben gekopieerd en dat die later als eigenhandige Van Goghs de wereld zün ingegaan. Zoals er ook een theorie Is, die zegt dat dokter Gachet Vincent, nadat deze zich in de borst had geschoten, nog best had kunnen laten opereren, doch dat hU het niet heeft gedaan omdat Vincent hem enige dagen te voren had bedreigd met een re volver en de schilder bovendien naar de hand van Marguerite Ga chet had gedongen. Volgens die veronderstelling zouden dan alle kostbare geschenken aan het Lou vre en de trouw aan de nage dachtenis niet anders zün dan een soort boete voor hetgeen de vader had nagelaten. Ik geloof niet zo aan die theorie. Ik had het wellicht Paul Gachet op de man af moeten vragen, maar ik heb het niet gedurfd. Later op de dag hoorde ik nog in het dorp, dat zijn enige jaren na de jongste oorlog overleden zuster en hij be paald als heel arme mensen leef den. Marguerite zou zelfs eens hebben gevraagd, hulplokettiste op het postkantoor van het dorp te mogen worden om er wat bij te verdienen. Paul Gachet is niet begraven op het kerkhof van Auvers, waar hü zovaak naar toe trok om de gra ven van Vincent en Theo te be zoeken (op Vincents sterfdag, 29 juli, bracht hü er altüd een zon nebloem), maar zyn stoffelük over schot is bygezet op Père Lachaise naast dat van zün vader en zün zuster. Gogh op 1 juni 1890, toen hij Gachet in de tuin" schilderde. Iedereen wil graag van het kleine kapitaaltje, dat hü ln de loop der jaren in kleurenfilms belegt, zo lang mogelük de rente der pure vreugde trekken. Om na een jaar tot de ontdekking te komen, dat de kleuren zyn verdwenen, is een grote teleurstelling. Want verschoten kleuren zün geen kleuren meer. Dat in de loop van lange jaren de frisheid een ietsje gaat inmoeten, is normaal. Maar een sterke achteruitgang kan worden voorkomen, wanneer men enkele voorzorgsmaatregelen treft. Om niet in algemene termen te vervallen zullen we de zorg voor kleuren- werk in drie fasen moeten verdelen. Allereerst dient men te letten op het bewaren van kleurenmateriaal vóór het opnemen; ten tweede, wanneer de opname gemaakt is en tenslotte, wanneer eenmaal het eindprodukt in kleurenafdruk of dia is ontstaan. Kleurencursus XI By het kleurennegatiefmateriaal is alleen de laatste fase, wanneer dus de kleurenafdruk is ontstaan, een beetje anders dan bij omkeer - films. Voor beide soorten echter geldt dat in ieder geval de kleuren film niet ver „over työ" mag zyn. Deze uitdrukking houdt in, dat men altyd even naar de z.g. afloopda tum kijkt, die op het doosje van de film gedrukt of ingeponst staat. Maakt u geen zorgen, wanneer een film, die u aanstonds gaat kopen, als afloopdatum by voorbeeld de maand juli 1962 vermeldt. Zeer veel kleurenwerkers pref eren zelfs een film tegen de afloopdatum aan, om dat zy van mening zijn, dat dan pas de volle kleurensehakeringen, die de film kan geven, geheel tot hun recht komen. Nu is een kleu renfilm geen stukje Franse kaas, dat op een bepaalde rypheid alleen te genieten is voor de liefhebber. Deze afloopdatum is door de fa brikant aan de ruime kant geno men, zodat zelfs enkele maanden daarna de film mits goed be waard nog geen enkele afwyking van het tintenschema zal vertonen. Lelyker wordt het, wanneer een film door enkele maanden in het toestel gezeten te hebben in die tussentyd wèl de tüdzone is gepas seerd. U zult stellig gemerkt heb ben hoe uiterst zorgvuldig kleuren films verpakt zün. Komen ze een maal uit deze verpakking, dan is de mogelykheid tot kleine storingen groter. Maak dus een film, die by- na aan de datum is, liever vlot op dan er weken mee te wachten. In het algemeen neigen te oude films naar een bruingroene of blauwe zweem, die by negat'effilms zeer moeilük, by omkeerfilms in het ge heel niet weg te filteren is. Een tweede voorzorgLaat uw films op reis niet in het broeihete dashboardkastje of op het meestal sterk door zon beschenen plateautje by de achterruit liggen sudderen. Deze speciale vorm van opwarmen kan de film stellig niet waarderen. Vocht is ook een vyand. Mocht u een paar achtereenvolgende da gen regenachtig weer hebben waarop u echter toch nog de prach tige kleurenprentjes kunt schieten zorg dan wel dat de films zo veel mogelyk tegen vocht wordt be schermd. Hier komen we dan te recht bü de tweede fase: het ver zorgen van de film, wanneer deze geheel of gedeeltelijk is opgenomen. Een toestel om uw hals in druipen de regen, uren lang, is noch voor de film noch voor het toestel aan te bevelen. Neem voor zulke dagen een plastic opbergzakje mee. Straalt de zon de volgende dag en kunt u naar het strand gaan, dan doet dit hulpmiddel opnieuw dienst om elke zandkorrel buiten te houden. Zorg dat opgenomen films zo snel mogelyk naar het ontwikkellabora- torium gaan. Niet onnodig rond laten zwerven! Een beetje vertrou wen hebben in de kleurenkenners van de ontwikkel-inrichting, wan neer u een negatieffilm door uw handelaar laat opsturen. Alleen maar laten ontwikkelen heeft slechts zin, wanneer u van de nega tieven er hoogstens enkele wilt la ten afdrukken en van de rest zwart-wit afdrukken laat maken. Bent u echter toch van plan om alle goede te laten afdrukken en ver groten in kleur, laat het dan tegelykertijd doen. Het versturen, bekyken, nog eens beoordelen en vooral het raad vragen aan anderen of een bepaalde opname al dan niet geschikt is, geeft aanleiding tot stof, vlekjes en krasjes. Daar worden de foto's stellig niet beter van! Bescherm en hier zün we aan de laatste fase bescherm zorg vuldig uw kleurenafdrukken tegen constant blootstellen aan daglicht. Kleurecht (tegen zonlicht) is geen enkele afdruk, alhoewel de tegen woordige kleurenfoto's van een be schermend laagje worden voorzien. Plak uw kleurenfoto's direct in een album. Let wel in een album van zuurvrü karton en met een volkomen zuurvrü plakmiddel of dito fotohoekjes. Kleurenvergrotin- gen aan de wand gaan onherroe- pelyk verschieten. De zorg voor kleurendia's en de wüze van opbergen daarvan is een ander hoofdstuk, waarover de vol gende week enkele praktische tips. VARIA Neem voorbeeld aan Hollanders De auteur van een ingezonden stuk in de Dublinse „Evening Press" geeft de Ierse regering de dringende raad om een voorbeeld aan Neder land te nemen, „een land dat één derde van de oppervlakte van Ier land beslaat, maar waar zich een drie keer zo grote bevolking kan handhaven". De anonieme adviseur voegt hier aan toe: „Indien de Nederlanders in Ierland zaten, dan zouden wü een leidende positie bezetten in de Euro pese landbouwproduktie." ,Doch God verhoede dat wij ooit in Holland terecht komen," zo meent hü, „want zouden we dan niet allemaal ver drinken?" Als de clematis bloeit is het voorzomer. Misschien dat uw grootbloemige nog niet bloeit, docht dan zit hü toch wel vol met dikke bloemknoppen en kunt u dus de fraaie bloemen nog verwachten. De clematis is niet alleen een mooie gevelplant, doch van de bloemen kan men ook op water veel plezier heb ben. Men dient ze evenwel niet te diep in het water te zetten; dit dus in tegenstelling tot vele andere bloemsoorten. Ook de lathyrus vormt daarop een uitzondering. Straks kunnen hiervan volop bloemen gesneden worden. Als die drie centimeter diep ln het water staan, kan men dat heus als voldoende beschou wen. Lathyrus moet tegen bloemvorming over veel voedsel beschikken en dus dient men ze nu een lichte overbemesting te geven. De bekende korrelmest kan men ervoor gebruiken; per vierkante meter is dertig gram voldoende. Om op de clematis terug te komen; die dient men van on deren tegen te felle zon te be schermen; het is nuttig er een dakpan tegen te zetten; dat biedt voldoende schaduw. Het gazon moet men nu regel matig maaien. Doe dat beslist elke week. U moet het doen bü fel drogend weer; als men het te lang laat staan, zal het als gemaaid wordt, verbranden en dat moet men voorkomen. Het bruin verbranden kan men ook voorkomen door er de groei zo veel mogelük in te houden. Dat bereikt men door een regel matige bemesting. Er zal niet alleen in het vroege voorjaar doch ook nu om de twee weken een weinig bemest moeten worden. Voor dit doel kan men gebruikmaken van de bekénde korrelmestsoorten; per tien vier kante meter heeft men ongeveer twee honderd gram nodig. Men zal ook veel moeten sproeien en doe dat niet midden overdag. Doe het dus liever vroeg in de morgen of laat tegen de avond. Het water zal dan veel meer nut doen doordat het veel beter fn de grond doordringt. Het is ook veel beter enkele malen per week flink te sproe ien, dan elke dag een klein beetje. G. KROMDIJK. Als Clematis bloeit met Adeline Ravoux, de dochter van de eigenaar van de herberg te Auvers, waar Van Gogh een Van Goghs graf. Er bleek geen sprake van te zün en Paul Gachet vertelde, ook al weer alsof het de gewoonste zaak van de wereld was, dat hü juist de vorige week naar de notaris in het nabügelegen Pontoise was geweest en bü nota riële acte een bedrag had vastge legd zodat het tot in lengte van dagen zou kunnen worden onder houden in de toestand, waarin het zich thans bevindt. Wü kwamen nog te spreken over Nederlandse schilders, die in Auvers hebben gewerkt. Gachet heeft namelyk in zün boek over zün vader büna allen genoemd, die korte of lange tüd te Auvers heb ben gewoond. Ik had het boek meegenomen, dat de zoon van Pie- ter Dupont aan leven en werken van deze graveur heeft gewüd. In 1902 heeft Dupont namelük ook in het dorp gewoond. Gachet bleek hem niet te hebben ontmoet en evenmin M. W. van der Valk, die er voor Dupont ook is geweest. Wel noemde hij de naam van een jonge Nederlander, die, toen Van Gogh stierf, in Auvers verbleef om te schilderen. Met hem was Paul Gachet op de dag van Vincents overlüden naar een naburig dorp gelopen om daar de kist te bestel len. „Onderweg", zo zei hy, „heb ben we o.a. gepraat over de mili taire diensttyd in Nederland. Wij waren namelyk even oud en wij moesten beiden binnenkort in dienst. Naderhand heb ik nooit meer iets van de jongeman verno men". De naam van die schilder was Hirschig. Hü was het ook, die aan Theo bü Goupil de brief bracht, waarin dr. Gachet hem het ongeluk met Vncent mede deelde. Ik weet niet of hü neg leeft. Zou dat zo zün, dan zou hij Voor dit venster stond Van het schilderij „Marguerite

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 14