BRUSSELSE OPERA: traditioneel en jeugdig MARLENE DIETRICH l morgen Onze kamer planten in het Kurliaus in Sclieveniiigen Grote plannen voor het nieuwe seizoen In showbusiness is geen plaats voor romantisch dwepen Persgesprek met Blauwe Engel Zaterdag 16 juni 1962 Pagina 2 „En daar peinst u nog lang niet over"?, zo raap ik die handschoen „op. „Kan niet. Je bent ln de hoe zeg je dat in het Frans in de running. Je ontvangt als maar uit nodigingen. En in beginsel sla je een invitatie toch niet af"? „Uit liefde voor de kunst, het vak"? „U gebruikt wèl forse woorden", corrigeert ze mij en tevens haar eigen gedachten. „De kwestie is vooral wel, ziet u, van zakelijke aard. Niet dat ik zo graag nog veel rijker zou worden. Daar zorgt de Amerikaanse fiscus wel voor. Er trilt nu even een snaar van op rechte verontwaardiging mee in haar diepe contra-alt,Eén voorbeeldje maar", belooft ze. „Ik heb een vast contract voor verschei dene jaren met een vermaard ca baret in Las Vegas in Californië. Goed. Mijn honorarium bedraagt daar dertigduizend dollars per week. Daar zou je mee kunnen rondko men. vindt u? Eén moment. De be lastingen slokken eerst het leeu- wecleel op. Myn vaste staf van medewerkers en vertegenwoordigers legt beslag op nog een flinke portie en tenslotte blyft er voor mij dan niet meer over dan 'n vijfduizend dollar. Keiharde kan ren Mevrouw Dietrich heeft het pak ket brieven nu even naast zich neergelegd om my nog duidelijker aan het verstand te kunnen bren gen dat de showbusiness een vak is met keiharde kanten. „Waarom ik 't dan niet wat kal mer aan doe, vraagt u, inplaats van me uit te sloven voor de fiscus"? Ze vindt dat toch wel een heel naief idee. „En mijn reputatie, mijn standing dan? Het box-office? Niet aan gedacht hè, mon petit"? repli ceert ze schalks. „Kijk, je hebt nu eenmaal, „onderwijst my de blauwe engel, „een zekere levensstandaard op te houden. Je komt er niet on deruit. En dan word je ook nog door je managers achterna gelopen, die er nu eenmaal belang by heb ben dat je zo veel mogelyk enga gementen aanneemt, tegen de hoogste gages". Ongemakkelijk Met romantische dweperyen over kunst en roeping en zo, hoef je by Mariene dus zeker niet aan boord te komen. Wel voelt ze haar verantwoordelykheden heel zwaar tegenover het publiek, dat ze het volle pond wil geven. Over één nacht ys zal zy zich nooit begeven en vóór ze een nieuw chanson op haar repertoire neemt, heeft ze eerst tot in fracties van nuances iedere noot, elk woord tot in den treure bestu deerd en gerepeteerd. Geen detailtje wordt aan het toeval overgelaten. Daarom wordt ze ook op al haar wereldreizen als haar eigen scha duw gevolgd door de staf, waarin een musicus, een kleedster, een elektricien, een perschef en een se cretaris opgenomen zyn. Ze is by de repetities geen ge makkelijke tante en een oude rot in het vak als Bruno Coquatrix, de directeur van het Parijse Oylmpia- theater, die in zyn carrière voor ve le hete vuren heeft gestaan, was, na Marlene's jongste reeks voorstellin gen in zyn huis, verplicht een weekje vakantie te nemen om een dreigende zenuwinstorting nog net in de kiem te kunnen smoren!! Maar die opwindingen maken voor de Blauwe Engel eveneens deel uit van het metier, zoals dit intemiew daar óók toe behoort. Maar nu moet ze toch heus opstappen. „Eerst Brussel. En dan dus uw land. Ik houd veel van Holland", verzekert ze nog even by het afscheid, om ook aan die laatste verplichting der hoffelijkheid-in-zaken nog even te hebben voldaan. Rochea coccinea wordt ook wel crassula coccinea genoemd; een zomerbloeiende vetplant, waar van men veel plezier kan heb ben. Deze plant kan nu volop bloeien of men kan die met bloemknoppen kopen en dit laatste is de beste manier. Het is verleideiyk een ryk bloeiende plant te kopen, doch het is veel beter een plant te kiezen met wat open bloemen en veel bloem knoppen. Daar zal men veel langer plezier van hebben. Deze vetplant met platte en rode bloemschermen kan wel wat zon hebben, doch het is beter haar een beetje te bescher men. In de eerste plaats kan men er dan langer van genie ten, doch de bloemkleur zal ook niet verbleken en dat is allebei belangryk. Voor een raam op het oosten behoeft men haar echter niet te beschermen. De potgrond dient men normaal vochtig te houden, doch de plant kan men beter niet besproeien. Na de bloei moeten de uitgebloeide resten weg gesneden worden en dan moet men ook de kale stengels flink terug-snoeien. Men dient tegeUjkertyd te verpotten; ge bruik er dan de bekende bloe- mistengrond voor. Vergeet niet dat de potgrond flink aange drukt moet worden en dat onder in de pot een scherf op het af- voergaatje moet komen. Nieuwe bloempotten moet men eerst een kwartier in het water leggen; de potwanden moeten zich eerst goed vol met water kunnen zui gen. Na de bloei kan de plant met pot en al in de tuin wor den ingegraven, liefst op een zonnig plekje. Voortkweken door middel van stekken is heel goed mogeiyk. Dat kan men direct na de bloei doen; dan zyn er wel Jonge scheuten en die zullen in een potje met zanderige grond vry gemakkeiyk wortels vormen. Oude en Jonge planten dient men na half oktober binnen te zetten, doch hoge kunstmatige warmte kunnen ze niet verdra gen. Het is veel beter ze in een matig warme kamer te zetten; de potgrond dient men 's win ters aan de droge kant te hou den. G. KROMDIJK. ROCHEA COCCINEA (Van onze correspondent in Brussel, André Glavimans) Het Théatre Royal de la Monnaie, de Brusselse Muntschouw burg, bij afkorting het T.R.M. genaamd, gaat zo langzamer hand zijn deuren weer sluiten tot het najaar. Hoffmanns ver tellingen" en „La Bohème" sluiten het seizoen. Het ballet van de 20ste eeuw van Maurice Bejart, niet onverdeeld gelauwerd uit Parijs teruggekeerd, begint aan zijn zomertournee, die deze keer van Bordeaux over Zürich, het Holland Festival, het festi val van Bourgogne, Bayreuth en Salzburg naar Edinburg zal leiden. In juni komen er buitenlandse gezelschappen op bezoek: het Israëlische Inbal-ballet, het ballet van de markiezin de Cuevas en Sadler's Wells, dat met drie opera's komt, namelijk „Rake's progress" van Strawinski, „Iolanthe" van Gilbert en Sullivan, het auteurspaar van de tot nu toe onverwoestbare „Mikado", en „Murder in the cathedral" van Pizetti. Dozijn opera's Die begroting van vier-en-een- kwart miljoen gulden lykt wellicht hoog, doch daar staat tegenover dat het TRM een vast personeel van rond 275 personen volledig op jaarcontract ln dienst heeft en dat er ieder jaar tien of twaalf opera's nieuw worden geënsceneerd even als zes balletten, terwyi het lopen de repertoire wordt onderhouden en vernieuwd. Zo zal het seizoen 1962/63 beginnen met een nieuwe enscenering van Wagners „Ring des Nlbelungen" door de begaafde Bel gische regisseur Jo Dua, Met kostuums van Casado en décors van Rudolf Kiifner. Ook Verdi's „La Traviata" krygt een nieuwe enscenering van de Italiaanse regisseur Franco Zeffi- relli. De bewonderaars van Richard Strauss komen aan hun trekken: Elisabeth Schwarzkopf zal medewer ken aan „Der Rosenkavalier". Dé cors en kostuums zyn van de jonge Brusselse kunstenaar Thierry Bos quet, die deze ook reeds voor Mo- zarts „Don Giovanni" heeft ge maakt en die bovendien de ontwer pen zal maken voor de nieuwe „pro- duktie" (zoals men dat tegenwoor dig noemt) van „Cosi fan tutte". Wieland Wagner komt ook het volgend seizoen weer terug, niet Het is een goed opera-jaar voor het T.R.M. geweest, dit 105de speeljaar na de restaura tie van het oude gebouw, die 24 maart 1856 was voltooid. Iets meer dan een jaar tevoren was de schouwburg, die uit 1819 da teerde uitgebrand. Zoals men weet waren aan dat eerste ge bouw voor ons Nederlanders herinneringen verbonden, die tegelijk beschamend en senti menteel zijn. Op 24 augustus 1830 werd er Auber's „De stomme van Portlci" gespeeld. Een duo en een aria, respectleveiyk „Amour sacré de la patrie" en „Aux armes" brachten het publiek in extase. Het snelde naar buiten en bracht met zyn enthousiasme de Brusselse bevol king op gang. De revolutie van 1830 was begonnen en men weet waartoe zy heeft geleid. Nu kan de Belgi sche regering een brave Nederlan der als dr. Paardekooper straffe loos de toegang tot het land weige ren Maar terzake, wy hadden het over het ten einde lopend seizoen, dat goed is geweest. Tweehonderd voorstellingen heeft het TRM ge geven; de gemiddelde bezetting van de zaal was 75 procent; by „grote" creaties zelfs meer dan 80 pro cent. Financiën Financieel staat het T.R.M. er niet zo slecht voor, al biyft het, by de zo langzamerhand fantastische gages, die de Internationale arties ten vragen, moeiiyk de eindjes aan elkander te knopen. De jaariykse begroting van de Opera is ongeveer zestig miljoen Belgische franken of rondweg vier-en-een-kwart miljoen gulden. Daarvan komen twintig miljoen franken uit de recettes en de overblyvende veertig uit subsi dies. De gemeente Brussel neemt daarvan tien miljoen voor haar re kening; ook stelt zij het gebouw ter beschikking en zorgt zy voor het onderhoud. De provincie Bra bant heeft zo juist haar Jaariykse subsidie van twee tot drie miljoen franken verhoogd. De Belgische staat draagt jaarlijks iets meer dan zeventien miljoen franken bij. Daarby komen dan nog allerlei aanvullende subsidies, waarover van geval tot geval wordt gestemd wanneer het jaariyks tekort moet worden weggewerkt. Directeur Huisman zegt: „We le ven, zoals alle opera's, op onze schulden en iedere keer weer ko men we net met de hakken over de sloot". Een subsidie die nog dateert uit de dagen van Koning Leopold- II, is die van 104.000 franken per jaar, betaald op de civiele lijst van het paleis te Laeken voor het ge bruik van de koninklyke loge. Het bedrag is in driekwart eeuw nooit gewyzigd, maar daar staat tegen over dat prompt iedere laatste dag van de maand de overboeking van één twaalfde ervan op de rekening van het T.R.M. wordt gestort. De Peristijle van de Brusselse Muntschouwburg bij avond- Deze ingang dateert van 1819 met de regie van een opera van zijn grootvader maar met die van Strauss' „Salomé", waarin Anja Silja, de Isolde van het aflopend seizoen, de titelrol zal zingen. Mo- zarts „Toverfluit" en „Don Giovan ni" zullen onder leiding van André Vandernoot, de Belgische Mozart- dirigent bij uitstek, worden gezon gen door solisten van de Weense S taatsopera. Van de hedendaagse opera's zal „Wozzeck" van Alban Berg worden hervat in de regie van Rudolf Küf- ner. Maurice Béjart zal zich bezig houden met het regisseren van Lé- hars „Lustige Witwe". Ballet Het ballet van de 20ste eeuw van Béjart komt met zes nieuwe crea ties: „Les noces" van Strawinski, „Marsia" van Dallapiccola, „Mou- vements" van de Belgische compo nist Francois Gorieux, „Haut vol tage" van Pierre Henry, de Baccha- nale uit „Tannhauser" en „A la re cherche de Don Juan". Dat laatste is een van de z.g. totale balletten van Béjart. De rol van Don Gio vanni zal een travesti zijn en wor den gedanst door de Nederlandse danseres Tania Bari. Behalve de „grote" voorstellingen heeft het T.R.M. dan nog een klein gezelschap: „Opera voor allen", dat pas afgestudeerde Belgische krach ten in staat stelt plankenervaring op te doen. Zy trekken met de door hen opgevoerde opera's door de Belgische provincie. Het T.R.M. zelf zal, zoals het onlangs „Rigoletto" te Nymegen heeft gespeeld, met zyn opera's ook het volgend seizoen naar de Karelsstad en naar Heer len en Tilburg gaan. Komt de In ternationale Operagemeenschap, van welke dezer dagen, zoals be richt, te Oostende de oprichtingsver gadering heeft plaats gehad, een maal op gang, dan zal men on- getwyfeld ook boven de Moerdyk de belangrykste opvoeringen van de aloude maar zich steeds verjongen de Munt kunnen by wonen. Een pas de deux uit het ,,Di- vertimento" van Bejart en Bei- da, een der succesnummers uit het repertoire van het Ballet van de 20ste eeuw Gekleed is de ,J8lauwe EngeV in een hagelwit deux pieces waarvan alleen het linkerrevers een klein rood stipje vertoont van het Franse Legioen van Eer. „Gekregen" verklaart ze met beheerste fierheid en in zeer zui ver Frans, dat echter met een licht Amerikaans accent gespro ken wordt „vanwege mijn ver zijn ogen nu dus van héél dicht bij mag laten rusten Mariene had een vermoeiende reeks voorstellingen in het Paryse Olympia-theater achter de rug, en ze heeft nu nog wat avonden in andere landen weg te geven. Mor gen Brussel, zoals ik zei. zegt ze, en dan in Scheveningen het Kur- haus. Zweden staat eveneens nog op het programma, maar nee, de Sowjet-Unie zal ze niet bezoeken: een gekuist repertoire, gekuiste ro bes Als de Russen menen my de wet voor te kunnen schryven Er speelt een schaduw van een glimlach langs de scherpe ïynen van haar lippen en Mariene werpt haar bezoeker een blik van ver standhouding toe. Dan verdiept ze zich weer in de stapel brieven, zo nu en dan met haar zilveren vulpot lood een notitie makend in de kant- ïynen. Ze is indertijd in de kunst ge gaan. en ze staat nu al zó'n belang rijk aantal jaren op de planken en voor de camera's. Maar wanneer ze zo met haar zakencorresponden- tie bezig is. een paar instruerende opmerkingen maakt tegen haar se cretaris en met een enkel woord knopen doorhakt, dan geeft ze de indruk, dat ze in elke andere tak van „business" zeker minstens even briljant zou zijn geslaagd. Ik vraag of ze al die rompslomp met impresario's en afspraken niet dodend vindt, wanneer ze zich straks toch ook weer helemaal op haar optreden moet concentreren. Maar dat biykt best mee te val len. „Het is nu eenmaal één kant van het beroep", legt ze tussen neus en lippen door uit, „waarvan je alle consequenties moet aanvaarden. Anders kun je er beter mee ophou den". (Van onze correspondent in Parijs) Tijd had ze eigenlijk niets morgen staat ze in Brussel op de planken. En gegeten had ze ook nu nog niet eens. Maar als het onmiddellijk gebeuren kon en zij haar correspondentie intussen mocht doornemen, dan moest ik. zo meldt door de telefoon de wat slepende en donkere en illustere stem. maar even langs komen. En zo zit ik een half uur later voor dit persgesprek in het teken van de vloek en de zucht in de lounge van het Parijse Lancaster-hotel. Tegenover Mariene Dietrich in persoon. En omringd door een massa kalfsleren blanke koffers en handtassen, die deze hoek van de hall het aanzien geven van een spoorweg kade die zo straks door de trein zal worden ontlast. diensten, laat ik liever zeggen: mijn actie tijdens de oorlog" Haar schoentjes met naaldhak ken zijn ook al wit. Het haar is asblond en met een brede golf slag gecoiffeerd. Er zijn ook nog de tien gewelfde en gepunte vlakjes vuurrood van de nagels der slanke vingers. Er is het blauw van een junihemel in de ogen. En er is tenslotte het beige van de beroemdste benen ter wereld, die ze met zwierig raffi nement over elkander heeft ge slagen. En waarop de interviewer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 14