eer commissie uit Kamer
oor zaak- Van der Putten
Minister Van Aartsen
houdt het been stijf
Prof. Oud: Eindoordeel over
ir. Visser nog niet gekomen"
Hief v&ydm
SUNIL HALEN!
Achter de schermen in BONN
zijn Adenauers dagen geteld
Maar één concessie:
iets hogere subsidie
Tribunes overvolministerszetels leeg
Goede kans voor de chei van r^f6te° BerllJn heus met
Buitenlandse Zaken, Schroder
PREMIE VOOR KERKENBOUW
^pgericht 1 maart 1860
pgrerichi
w
Donderdag 24 mei 1962
Derde blad no. 30661
(Van onze parlementaire redacteur)
De fractie van de WD in de Tweede Kamer is van mening,
het tijdstip om een eindoordeel over het beleid van de liberale
uister van Defensie, ir. Visser, in de zaak-Van der Putten te
■en, nog niet is gekomen.
Zoals wij gisteren nog in een gedeelte van onze oplage konden
Jden, werd dat gistermiddag verklaard door de grijze liberale
ictieleider, prof. mr. P. J. Oud, in een gespannen luisterende
eede Kamer.
De belangstelling voor deze Kamervergadering was buitenge-
ion groot. De tribunes waren overvol. De ministers zetels
liter leeg.
oals men zich zal herinneren
de de fractieleider der WD in
Eerste Kamer, mr. H. van Riel,
ige week zijn vertrouwen in
\ister Visser op. „Mijn fractie
prof. Oud, „kan zich in haar
ieel volledig akkoord verklaren
de conclusie en de inhoud van
rapport, dat is uitgebracht door
commissie-Van Doom, die de
mer op 6 maart 1962 heeft he
md".
"\t het verslag van de commissie
jkt, dat deze van oordeel is, dat
nota van de minister nog in
rlei opzichten verheldering be-
ft. Wij kunnen ons ermee ver-
gen, dat voor het verder onder-
k een bijzondere commissie
■dt benoemd. Uit hoofde van
ilmatigheid en ter voorkoming
dubbel werk achten wij het
ir de hand liggend, dat deze
nmissie van dezelfde samenstel-
eal zijn als de commissie-Van
om.
de huidige stand van zaken
ten wij het gewenst het navol-
ide te stellen, aldus prof. Oud.
ub judice ls thans bij de centra-
aad van beroep het appèl van de
ilster tegen de uitspraak van het
btenarengerecht te Arnhem,
irbij het aan de heer Van der
'ten gegeven ontslag nietig is ver-
ird. Ook wij, zo zei prof. Oud,
er ons van bewust, dat van de
Ie der Kamer niet behoort te wor-
getreden in de vraag van de
itmatigheid en de juridische ge-
[ïdheid van het ontslag volgens de
zake geldende bepalingen.
/el wensen wij met de commissie
Doorn reeds op dit ogenblik
te stellen, dat het zeer wel mo-
jk zal zijn, „dat de rechter in
gste Instantie het besluit tot over-
atsing en dat tot ontslag, althans
van beide, niet zal nietig verkla-
doch dat de Kamer niettemin
beleid van de minister onjuist zal
ten".
JU
Ongerust
ft) zyn van mening, zo zei prof.
1 met nadruk, dat het tijdstip om
eindoordeel over dat beleid te ge
nog niet is gekomen, doch wij
Den reeds thans niet onvermeld te
[en laten, dat de loop van zaken
bij ons ongerustheid heeft ge
aar r is immers na het verschijnen
de nota, naar onze aanvankely-
indruk, op enige belangrijke,
lf rin vermelde gebeurtenissen, een
fcr licht komen te schijnen, dan
nota daarop heeft geworpen,
tof. Oud doelde liier op de feiten
meld in de uitspraak van het
d! btenarengerecht te Arnhem,
e' zich zouden hebben voorgedaan
an lens de fase, die aan het ontslag
om i de heer Van der Putten onmid-
ut» iijk is voorafgegaan. Diens zaak
in de desbetreffende fase door
erlei oorzaken zodanig zwaar bela-
geworden met allerlei wel en
ter zake doende elementen, dat
maatregel met betrekking tot de
d iitspositie van de heer Van der
iten met de grootste zorgvuldig-
ka d en nauwkeurigheid diende te
arsjden omringd,
door het Ambtenarengerecht
zijn uitspraak ten grondslag ge-
de feiten, wekken ook naar de me-
van de liberale fractie de in-
■ELg^k, dat op kardinale punten fou-
zijn begaan van zodanige aard,
ernstige inbreuken werden ge-
ikt op de eisen van rechtszeker-
d en individuele rechtsbescher-
kfi if, die een evenwichtig personeels
lid behoren te kenmerken.
opvattingen, aldus prof. Oud.
4 Irent een zodanig personeelsbeleid
v in ons dan ook vooralsnog met
ile reserve staan tegenover het be-
..j i, dat hier gevoerd is. Zou het ver
rei verloop van zaken onze aanvan-
et'jke indruk niet wegnemen, dan
i len wij van dit beleid volstrekt af
nd nemen.
f91
NAVO-oefening
Man Maas en Rijn
Morgen zullen voor het eerst sinds
15 weer Duitse soldaten voor mili-
re doeleinden voet zetten op Ne-
tlandse bodem. In verband name-
i met een oefening van de NAVO
Hen Belgische, Britse, Westduitse
Nederlandse troepeneenheden op
derlands en Duits grondgebied op
rschillende plaats de rivieren Maas
'Rijn oversteken. Morgen worden
arom drie Westduitse bataljons
ntsergrenadiers ten westen van de
aas gebracht. Zaterdag en zondag
let1 men dan met landingsvaartuigen
fj 11 ponten de Maas oversteken. Het-
ifde gebeurt op vijf plaatsen met
i Rijn, evenwel op Duits gebied,
imelijk tussen Emmerik en Duis-
ïg. Aan de oefening zal ook wor-
Oii' a deelgenomen door onderdelen
n de tweede geallieerde tactische
Dtj thtmacht. Opzet van het geheel is
samenwerking tussen NAVO-een-
den en territoriale verdedigings
oepen te beprcjven.
Snelle uitspraak
Opdat omtrent een en ander zo
snel mogelijk opheldering komt, zou
een spoedige uitspraak van de Cen
trale Raad van Beroep in hoge mate
gewenst zijn. Prof. Oud hoopte, dat
beide procespartijen daartoe haar
medewerking zullen verlenen.
Het. zal ook van belang zijn, dat
de bijzondere commissie alle spoed
betracht, die met de eisen van een
goed onderzoek verenigbaar is.
Wellicht zou de commissie daarbij
kunnen overwegen te beginnen met
haar werkzaamheden te concentre
ren op het onderzoek van het beleid,
dat op het stuk van het ontslag en
hetgeen daaraan onmiddellijk voor
afging, gevoerd is.
Zou zij kunnen besluiten daarom
trent op korte termijn een tussen
tijds verslag uit te brengen, dan zou
ik dit van uitnemend belang achten,
aldus prof. Oud.
De fractieleider der CHU dr. Tila-
nus, kon zich verenigen met instel
ling van een bijzondere commissie,
die van dezelfde samenstelling zou
moeten zijn als de commissie-Van
Doorn. Dr. Tilanus achtte het intus
sen bezwaarlijk en ondoenlijk om nu
nog een onderzoek in te stellen naar
kwesties, die zich 15 jaar geleden in
Indonesië hebben afgespeeld. Hoe de
uitspraak van de Centrale Raad van
Beroep ook zal uitvallen, de Kamer
commissie zal het beleid van de mi
nister aan een oordeel kunnen on
derwerpen.
Over de gebeurtenissen van vorige
week in de Eerste Kamer liet dr. Ti
lanus zich niet uit.
Betreurd
Dit werd wel gedaan door dr. De
Kort, fractieleider van de KVP, die
uitvoerig uiteen zette, waarom hy
het optreden van de heer Van Riel
betreurde uit het oogpunt van par
lementaire democratie. Het verheug
de dr. De Kort, dat prof. Oud zyn
politieke geestverwantschap met mr.
Van Riel niet zover had willen voe
ren. Het is verheugend, dat prof.
Oud zijn hele fractie achter zich
heeft, anders zouden de door „sena
tor Van Riel" veroorzaakte moeilijk
heden nog zijn verzwaard. De heer
Van Riel heeft de onjuiste indruk
gewekt, dat hy minister Visser tot
aftreden kon dwingen zonder uit
spraak van de Kamer, alleen maar
door het opzeggen van het ver
trouwen der eigen geestverwanten.
Het sierde volgens dr. De Kort, de so
cialistische oppositie in de Eerste
Kamer, dat zij mr. Van Riel niet
volgde. Herinnerend aan een uit
spraak van Luther meende dr. De
Kort, dat de misgreep van mr. Van
Riel behoorlijk groot was, ook al wil
de hij niet zeggen dat de heer Van
Riel geen groot man zou zijn.
Met de instelling van een bijzon
dere commissie kon dr. De Kort zich
verenigen.
Volgens de heer Bakker (C.P.N.)
zou de instelling van een bijzondere
commissie nadelig zijn voor de heer
Van der Putten. Deze man wordt in
middels in een financieel onmogelij
ke positie gebracht. Met klem drong
de communistische spreker aan op
een aftreden van minister Visser.
De zaak-Van der Putten is de
zaak-Visser geworpen en deze wordt
een zaak-Nieuw-Guinea.
(Hier werd de heer Bakker onder
broken door de voorzitter, dr. Kor-
tenhorst, met de woorden: „Bewaart
u deze zaak maar tot morgen!"")
In ieder geval, aldus de heer Bak
ker. valt deze kwestie samen met een
nationaal belang in zeer ernstige
omstandigheden.
Tweeslachtig
Bij afwezigheid van A.R.-fractie-
leider Bruins Slot, besprak mr. A. B.
Roosjen, in het bijzonder de houding
van de WD in de zaak-Van der
Putten. Er zijn tegenstellingen tus
sen de liberale fracties in Eerste en
Tweede kamer. De houding van prof.
Oud maakte een tweeslachtige in
druk.
„Ik heb ook mijn neming over de
zaak-Van der Putten", aldus mr.
Roosjen, „Maar dat punt was vorige
week in de eerste kamer niet aan
de orde. De heer Van Riel heeft de
Eerste Kamer gedegradeerd tot een
schiettent tegen minister Visser". De
heer Roosjen had geen bezwaar te
gen de (uiterst scherpe) kritiek, die
zijn geestverwant Algra in de Eerste
Kamer op de WD had geleverd.
Mr. J. A. W. Burger, fractieleider
van de P.vdA. kon zich met de in
stelling van een bijzondere commis
sie verenigen. Wat mr. Burger even
wel met nadruk wilde verklaren is,
dat het parlement dient te beseffen
dat er een grens is bereikt in de be
voegdheden van de Kamer in dit
soort zaken. De Kamer is geen su
per-gerechtshof. De democratie kan
alleen doeltreffend werken, als zij
zich onthoudt van incidenteel in
grijpen in gevallen van deze aard.
Hoewel de grondslagen van de aan-
van van mr. Van Riel op minister
Visser ondeugdelijk waren, achtte
mr. Burger de methode-Van Riel (de
directe politieke beoordeling van het
beleid van een minister) wel Juist.
Het enige wat het parlement effec
tief vermag is het opzeggen van het
vertrouwen in een bewindsman we
gens diens beleid.
De heer Burger had geen houvast
gehad aan het betoog van prof. Oud
Het leek „een voorwaardelijke ver
oordeling bij verstek" van het beleid
van minister Visser, wat voor diens
politieke positie ook niet bevorderlijk
is.
De Tweede Kamer heeft na een
beraadslaging van byna anderhalf
uur besloten de nota van minister
Visser over de zaak-Van der Putten
te stellen in handen van een bijzon
dere commissie bestaande uit dezelf
de leden als de vorige.
Op verzoek van de communist Bak
ker werd hoofdelijk gestemd. De uit
slag was 121 voor en 2 (de beide
communisten) tegen. De leden der
commissie zijn mr. Van Doorn, mr.
Van Rijckevorsel (beide KVP), Blom
en Franssen (beide P.vdA), mr.
Meulink, (A.R.) mr. Berkhouwer
(VVD) en dr. Diepenhorst (CH).
Ter afsluiting van het Konink-
lijke bezoek aan Oostenrijk heb
ben Koningin Juliana en Prins
Bernhard gisteren een diner
aangeboden aan de Oostenrijkse
president en de regering.
Prins Bernhard begeleidt me
vrouw Kyrle-Schirf. een dochter
van de president, naar tafel.
Nieuw-Guiiieadebat
vanavond op tv
De Nederlandse Televisie Stichting
zal vanavond van half acht tot acht
uur een filmreportage telerecordingi
geven van de middagzitting van het
parlement, waar het debat over
Nieuw-Guinea wordt gevoerd. Om
ongeveer half elf. na afloop van het
normale televisieprogramma, zal we
derom «cm half uur film vertoond
worden, maar nu over het avond-
debat. Als de mogelijkheid erin zit,
zal men zelfs trachten no? een recht
streekse uitzendin? dus laat op de
avond, door te geven. Uitzendingen
uit het parlement stuiten veelal op
moeilijkheden bij de Kamergriffie.
Men wil daar eigenlijk alleen een uit
zending van het gehele debat. Dat
stuit echter op onoverkomelijke be
zwaren bij de NTS. Allereerst om de
principiële reden, dat. pers noch ra
dio gebonden zijn aan integrale ver
slagen dus gedurende de hele zitting
uitzenden, en voorts om het bezwaar
de kijkers urenlang een Kamerdebat
voor te zetten en het eigenlijke
avondprogramma te laten vervallen.
Men is echter met de griffie tot over
eenstemmine gekomen om te filmen
en dan een half uur uitzending te
monteren. Daarom moet echter tele-
recordin? gebruikt. worden in plaats
van de betere zogenaamde beeldre
gistratie. die zioh echter niet zo snel
en gemakkelijk laat monteren
Onze televisiemedewerker wijst er
op, dat de Nederlandse Televisie
Stichting met deze uitzending iets be
reikt heeft, dat bijvoorbeeld in Enge
land volkomen is uitgesloten door 'n
verbod tot het plaatsen van televisie
camera's in het parlement tijdens de
beraadslagingen. In Duitsland was
zulks enige jaren geregeld toege
staan, maar men is er later weer van
afgestapt.
De selectie van het. op telerecor-
ding vastgelegde materiaal onder
verantwoordelijkheid van de N.T.S.
NEDERLANDS MEEST GEBRUIKTE WASMIDDEL
Taak van „Theater" in het
nieuwe seizoen
Op een gistermiddag onder leiding
van de heer Ben Groenier gehouden
persconferentie heeft de directie van
„Theater" met nadruk verklaard, dat
de taak van het nieuwe „Theater"
allereerst in het oosten van het land
zal liggen.. Gaf de toneelgroep Thea
ter in 1962 in het oosten 110 voor
stellingen, in het nieuwe seizoen zul
len het er 140 zijn.
De nieuwe directie zal tevens
avondvoorstellingen voor scholieren
is in handen gelegd van Siebe van
der Zee.
Tenslotte wees het N.T.S. de ver
antwoordelijkheid af van het feit, dat
de journaaldienst verstek had laten
gaan bij de uitreiking van de Nip-
kowschijven aan dr. L. de Jong en
Wim Meuldijk. Men betreurde het
echter wel. Overeengekomen werd
gisteren in Hilversum, dat in 't ver
volg tot betere coördinatie gekomen
zal worden.
verzorgen. Er wordt niet neergezien
op amusement, maar naast lichte
stukken zullen ook stukken van „bre
de allure" en „type-werking" worden
vertolkt. Tot de andere taken van
„Theater" wordt gerekexid het stimu
leren en mede-organiseren van
jeugdfestivals, waar in het land ook,
samenwerking met amateurtoneelor-
ganisaties, zoals Natu en WKA, en
het vervullen van spreekbeurten en
voordrachten.
Een novum ls, dat het een na-zit
wil houden na bepaalde uitvoeringen.
Zo'n na'zlt Ls een vriendschappelijke
bespreking tussen acteurs en een
deel van het publiek over de inhoud
van het tevoren vertolkte stuk. In
Arnhem en Nijmegen zal daarmee
worden begonnen.
Ten opzichte van het repertoire
werd nog meegedeeld dat er uiter
aard ook wordt gedacht aan moder
ne toneelstukken. Naast het aantal
voorstellingen van 425 gedurende het
komende seizoen zullen er vier don
derdagavond-voorstellingen voor de
televisie worden gegeven.
1 1 1 1 r de blijvende banden tussen de Bonds-
Uitbreiding
(Van onze parlementaire redacteur)
Minister Van Aartsen (Volkshuisvesting) heeft gisteren vrij
wel geheel vastgehouden aan zijn opvattingen over het wetsont
werp „premie kerkenbouw", waarover de dag tevoren in de
Tweede Kamer nogal wat verschil van mening bestond.
Slechts op één punt deed de bewindsman, zij het aarzelend, een
concessie: hij zou zich niet verzetten tegen een kleine verhoging van het
aandeel, dat het Rijk in de stichtingskosten van een kerkgebouw zal
bijdragen. Het subsidiepercentage is volgens het wetsontwerp 25 pet,
maar indien de Kamer een door dr. Lucas (KVP) ingediend amendement
aanneemt zal het worden verhoogd tot 30.
De minister betoogde, dat het be
ter zou zijn indien de kerken geheel
zichzelf zouden kunnen bedruipen,
maar gezien de bestaande financiële
problemen is een tijdelijke wettelijke
regeling gewenst. De wet. zou tot 1971
moeten galden. De achterstand zal
dan wel zijn ingelopen. Minister Van
Van Aartsen voelde er niets voor om
aan de wet terugwerkende kracht te
geven tot 1956. Evenzeer had hij be
zwaren tegen de gedachte om een
gunstiger regeling in de belasting
sfeer mogelijk te maken te behoeve
van giften aan kerkelijke instellin
gen. Meestal zijn de giften van par
ticulieren aan kerken van betrekke
lijk beperkte omvang, zodat belas
tingaftrek toch weinig zou uithalen.
Niet uitsluiten
Wat betreft de „bezinningscentra"
van buitenkerkelijke genootschappen
gaf de minister aan de critici uit de
CHU en de SGP ten antwoord, dat
men deze organisaties in beginsel
niet van subsidiëring mag uitslui
ten. Wel moet er onderscheid wor
den gemaakt tussen dit soort genoot
schappen en kerken. Mr. Van Aart
sen had bezwaar tegen een regeling
in twee verschillende wetten, zoals
'dr. Diepenhorst (CH) had bepleit.
Anderzijds verklaarde de bewinds
man, dat het ter tafel liggende wets
ontwerp geen onbillijk onderscheid
inhield tussen kerken en andere gees
telijke instellingen. De heer Scheps
PvdA) had op dit punt meer duide
lijk gevraagd. Volgens hem mochten
de buiten-kerkelijken niet de indruk
krijgen, dat zij in het wetsontwerp
eigenlijk slechts als een soort aan
hangsel worden behandeld. Het be
toog van de minister schonk de cri
tici geen voldoening. De heer Scheps
had de vorige dag reeds een amen
dement ingediend om ook voor niet-
kerkelijke organisaties het subsidie
percentage in de wet vast te leggen
en dit niet over te laten aan een
andere algemene maatregel van be
stuur. Tevens zou de beweegreden
(de considerans) van de wetsont
werp niet alleen over kerkgenoot
schappen moeten spreken, maar ook
over niet-kerkelijke organisaties. De
hele socialistische fractie zal haar
houding t.o.v. het wetsontwerp laten
afhangen van de aanvaarding van
dit amendement.
Een ander wijzigingsvoorstel was
afkomstig van de KVP-er dr. Lucas.
Het ging zoals hierboven gemeld
—over "verhoging van het subsidie
percentage.
(Van onze correspondent in Bonn)
Een oud thema ls weer eens onderwerp van gesprek in de
slaperige 19de-eeuwse lanen van het Westduitse regeringsdorp
Bonn: wanneer zal Adenauer als kanselier aftreden en wie zal
hem opvolgen? De enige, die waarschijnlijk zal vinden dat deze
kwestie volstrekt niet actueel is, zal de 86-jarige kwieke kanselier
zelf wel zijn. Maar in de z.g. politieke kringen gonst het wel van
veronderstellingen, geruchten en insinuaties. Aanleiding daartoe
is in de eerste plaats het povere vertoon van Adenauers machts
uitoefening van de laatste weken. Weliswaar maakt „der Alte"
sinds zijn laatste vakantie in noord-Italië een uitgeruste en gezon
de indruk, maar dat neemt niet weg, dat hij de laatste weken steek
op steek heeft laten vallen.
conflict lijkt nu weliswaar weer bij
gelegd sinds er ln de V.S. enig be
grip is ontstaan voor Adenauers on
heuse optreden, nadat de kanselier
heeft laten weten dat zijn woorden
alleen maar een boze reactie waren
op een boze brief van minister Rusk
over het uitlekken in Bonn van de
Amerikaanse voorstellen inzake Ber
lijn. Maar niemand ontveinst zich,
dat Adenauers boosheid misplaatst
was en dat hij in feite weinig gevoel
heeft voor soepelheid die nu in de
kwestie-Berlijn geboden is.
Terwijl de mogelijkheden met
Washington nog maar nauwelijks uit
de wereld waren, leed Adenauer ne
derlagen in de fractie van zijn eigen
partij met zijn voorstel de invoer
rechten op EEG-auto's niet te verla
gen en met zijn plan de stookolie uit
het buitenland te contingenteren
om zo de afzet van Duitse kolen wat
meer te bevorderen. Daar komt nog
bij dat niemand kan weerspreken
wat het vroegere christendemocrati
sche lid van de Bondsdag, Adenauers
tegenstander Bucerius, in zijn week
blad Die Zeit schreef: „Vorig jaar
herfst moest Adenauer zo nodig door
de christendemocraten weer op de
troon gehesen worden, omdat hij de
enige Westduitse politicus zou zijn,
die in het buitenland en dan vooral
in de Verenigde Staten, vertrouwen
genoot. Maar sinds de Jongste ge
beurtenissen kan niemand dat meer
zeggen van de 86-jarige, die van de
zes maanden dat hij nu weer kanse
lier is, er bijna drie afwezig was uit
Bonn wegens ziekte of vakantie".
Gezien bij Britten
en Amerikanen
Daarmee begon hl) bij zijn twee
daagse bezoek aan Berlijn ruim twee
weken geleden, toen hy door zijn
schampere opmerkingen over de
Amerikaans-Russische Berlijn-con-
tacten zich meteen een conflict met
Washington op de hals haalde. Het
Van chr.-historische zijde kwam
dr. Diepenhorst met enkele amen
dementen, Subsidiëring zou ook
moeten plaatshebben bij uitbreiding
van een bestaand kerkgebouw, in
dien het aantal zitplaatsen daardoor
ten minste wordt verdubbeld. Verder
zouden algemene maatregelen van
bestuur betreffende niet-kerkelijke
organisaties binnen drie maanden
moeten worden gevolgd door een
wetsontwerp tot bekrachtiging daar
van.
Tenslotte legde mr. Van Dijk
(VVD) een motie ter tafel om de
regering uit te nodigen voorstellen in
te dienen tot verruiming van de be
lastingfaciliteiten voor giften ten be
hoeve van kerkenbouw en wat daar
mee verwant is.
Het uitgangspunt van de heer Van
Dijk is, dat financiëring van kerken
bouw uit particuliere middelen dient
te geschieden.
Minister Van Aartsen gaf de ka
mer in overweging deze motie niet
aan te nemen. Hij zag geen heil in
belastingfaciliteiten van de enkelin
gen, die giften zullen storten. Overi
gens zou, volgens hem. over deze fa
ciliteiten het best een beslissing kun
nen worden genomen bij de bespre
kingen over de herziening van de
inkomstenbelasting.
Over de diverse amendementen en
de motie van orde van de heer Van
Dijk (VVD) zou de Kamer vandaag
by de aanvang van de middagver
gadering stemmen. Ten aanzien van
het amendement van de heer Lucas,
om het subsidiepercentage op 30 in
plaats van op 25 te stellen, zei de
heer Van Aartsen geen afwyzend
standpunt in te nemen. H)j zal de
beslissing aan de Kamer overlaten.
De minister ontried de aanneming
van de amendementen van de heer
Diepenhorst en de meest ingrijpende
van de heer Scheps. Volgens de be
windsman zou de Kamer er verder
verstandig aan doen. de pastorieën
niet in het wetsontwerp te betrek
ken.
Kandidaten
Zou het dan eindelijk zover komen
dat zijn party vrienden Adenauer zul
len dwingen af te treden, zo vragen
velen zich af? Acuut wordt dan het
probleem van een opvolger. Officieel
is nog steeds de welgedane apostel
der matigheid, prof. Ludwig Erhard
de kroonprins. Maar in feite beseft
iedereen, dat Erhards strijd met De
Volkswagens hem geen goed heeft
gedaan en dat het feit, dat deze
auto's nu toch tegen een verhoogde
prijs de markt oprijden, een slag in
zijn gezicht is.
Neen, er is meer reden om te wed
den op de kansen van minister van
Buitenlandse Zaken Gerhard Schro
der, die vorig jaar herfst van het
ministerie van Binnenlandse Zaken
verhuisde naar deze meest riskante
positleke post van West-Duitsland.
In de eerste weken van zijn nieuwe
ministerschap was Schroder uiter
aard wat onzeker op het diplomatieke
parket. Nu, na zes maanden kan
men echter zeggen, dat zijn ster rij
zende is. In tegenstelling, tot wat
velen verwachtten, heeft hij als bui
tenstaander kans gezien in zijn ex
clusieve ministerie respect te winnen
by medewerkers en ondergeschikten.
In de tweede plaats, wat tenslotte
wel belangrijk is, heeft hij getoond,
in tegenstelling tot zijn voorganger
Von Brentano, in staat te zijn tot
eigen denken. Bekend is immers dat
Schroder, van type als een Brits aan
doende realist, voorstander is van
zoeken naar een redelijk compromis
met de Russen in de kwestie-Berlijn.
Als het aan hem lag en niet aan
Adenauer zou de Westduitse bevol
king dan ook voorbereid worden op
het slikken van de onaangename,
pil, dat een zekere erkenning van de
realiteit van het Oostduitsc bewind
onvermijdelijk is, dat men de gebie
den achter de Oder-Neisse-linie ge-
'rust kan afschrijven en dat het met
Geen kans voor Strauss
Met deze benadering van de zaak
heeft Schroder, hetgeen belangrijk
kan zijn voor de opvolging, zich ver
zeker van de achting der Britten en
Amerikanen. Met zijn bemiddelings
pogingen bij de EEG-ministerconfe-
rentie in Parijs tussen de Fransen
en de Benelux oogstte hij respect bij
De Gaulle. Opvallend is tenslotte dat
Schroder sinds kort pogingen doen
populair te worden bij de Beierse
„ChristeUjk-Sociale Unie", een zus
terpartij der Christendemocratische
Unie. De CSU heeft weliswaar mi
nister van Defensie Strauss tot voor
zitter, maar niemand gelooft voor
lopig meer in de kans op het kanse
lierschap van de voortvarende sla-
gerszoon uit Schöngau. Strauss posi
tie is door kwestie als de Fibag te
zeer geschaad!
„Bob en Daphne"
Eis: boete van f 2500 1
Een geldboete van f. 2500 of
6 weken hechtenis heeft da
officier van Justitie bfj da recht
bank te Den Haag, mr. Maris,
geëist tegen een 44-jarige schrij
ver-uitgever K. uit Den Haag,
wegens het verspreiden van het
boek „Lfesbeth en de wereld
van Bob en Daphne". Het boek
moet volgens da officier tot de
pornografische lectuur gerekend
worden.
Het was verschenen onder da
schuilnaam van da schrijver,
Han B. Aalberse. De zaak werd
reeds in december 1959 aanhan
gig gemaakt door de officier
van Justitie. De boeken werden
in beslag genomen.
Naar verdachte verklaarde, had hij
allerminst de bedoeling gehad om
pornografie te bedrijven, maar om
de ogen van ouders en andere op
voeders te openen voor de realiteit
op seksueel gebied en ook om de le
vensangst op dit terrein bij de jeugd
weg te nemen.
Bij het vooronderzoek, zo zei hij,
hebben een groot aantal Nederlandera
van uiteenlopende levensbeschouwin
gen hun oordeel over het boek ken
baar gemaakt en hierbij ook verschil
lende opvattingen laten horen.
De president stelde de vraag waar
om verdachte zyn boek niet een we
tenschappelijke vorm heeft gegeven,
zodat de circulatie inderdaad tot
ouders en andere opvoeders beperkt
zou zijn gebleven. Nu was de kans
groot, dat het boek ook in handen
van de jeugd kwam.
Verdachte zei. dat dit juist z(jn be
doeling was. Hij wilde ook de jeugd
op het seksueel terrein vertrouwd ma
ken. Hij zou ook niet zo'n talrijk pu
bliek hebben bereikt, als het boek in
wetenschappelijke vorm was gegoten.
De officier van Justitie was van
oordeel, dat juist art, 240 van het
Wetboek van Strafrecht er is om mo
gelijk benepen gevoelens op het
seksuele terrein in bescherming te ne
men. Hier is geen sprake van kunst
zinnig, noch van wetenschappelijk
werk, zodat overblijft een handeling
in strijd met bedoeld wetsartikel.
Verschillen van mening onder de des
kundigen vinden volgens de officier
hun oorzaak in de omstandigheid, d^t
de rechtstaal verschilt van het al
gemeen spraakgebruik. Aan de hand
van enkele passages uit het boek,
meende de officier dat de schrij
ver op sommige punten een onjuist
beeld heeft gegeven van de seksuele
verhoudingen in de veertiger jaren.
De raadslieden, mr. A. Mout en
mr. M. Ryk van Ommeren, meen
den, dat er geen sprake kan zyn van
aanstootgevende lectuur en conclu
deerden, tot vrijspraak.
De rechtbank zal op 5 juni uit
spraak doen.