eer commissie uit Kamer oor zaak- Van der Putten Minister Van Aartsen houdt het been stijf Prof. Oud: Eindoordeel over ir. Visser nog niet gekomen" Hief v&ydm SUNIL HALEN! Achter de schermen in BONN zijn Adenauers dagen geteld Maar één concessie: iets hogere subsidie Tribunes overvolministerszetels leeg Goede kans voor de chei van r^f6te° BerllJn heus met Buitenlandse Zaken, Schroder PREMIE VOOR KERKENBOUW ^pgericht 1 maart 1860 pgrerichi w Donderdag 24 mei 1962 Derde blad no. 30661 (Van onze parlementaire redacteur) De fractie van de WD in de Tweede Kamer is van mening, het tijdstip om een eindoordeel over het beleid van de liberale uister van Defensie, ir. Visser, in de zaak-Van der Putten te ■en, nog niet is gekomen. Zoals wij gisteren nog in een gedeelte van onze oplage konden Jden, werd dat gistermiddag verklaard door de grijze liberale ictieleider, prof. mr. P. J. Oud, in een gespannen luisterende eede Kamer. De belangstelling voor deze Kamervergadering was buitenge- ion groot. De tribunes waren overvol. De ministers zetels liter leeg. oals men zich zal herinneren de de fractieleider der WD in Eerste Kamer, mr. H. van Riel, ige week zijn vertrouwen in \ister Visser op. „Mijn fractie prof. Oud, „kan zich in haar ieel volledig akkoord verklaren de conclusie en de inhoud van rapport, dat is uitgebracht door commissie-Van Doom, die de mer op 6 maart 1962 heeft he md". "\t het verslag van de commissie jkt, dat deze van oordeel is, dat nota van de minister nog in rlei opzichten verheldering be- ft. Wij kunnen ons ermee ver- gen, dat voor het verder onder- k een bijzondere commissie ■dt benoemd. Uit hoofde van ilmatigheid en ter voorkoming dubbel werk achten wij het ir de hand liggend, dat deze nmissie van dezelfde samenstel- eal zijn als de commissie-Van om. de huidige stand van zaken ten wij het gewenst het navol- ide te stellen, aldus prof. Oud. ub judice ls thans bij de centra- aad van beroep het appèl van de ilster tegen de uitspraak van het btenarengerecht te Arnhem, irbij het aan de heer Van der 'ten gegeven ontslag nietig is ver- ird. Ook wij, zo zei prof. Oud, er ons van bewust, dat van de Ie der Kamer niet behoort te wor- getreden in de vraag van de itmatigheid en de juridische ge- [ïdheid van het ontslag volgens de zake geldende bepalingen. /el wensen wij met de commissie Doorn reeds op dit ogenblik te stellen, dat het zeer wel mo- jk zal zijn, „dat de rechter in gste Instantie het besluit tot over- atsing en dat tot ontslag, althans van beide, niet zal nietig verkla- doch dat de Kamer niettemin beleid van de minister onjuist zal ten". JU Ongerust ft) zyn van mening, zo zei prof. 1 met nadruk, dat het tijdstip om eindoordeel over dat beleid te ge nog niet is gekomen, doch wij Den reeds thans niet onvermeld te [en laten, dat de loop van zaken bij ons ongerustheid heeft ge aar r is immers na het verschijnen de nota, naar onze aanvankely- indruk, op enige belangrijke, lf rin vermelde gebeurtenissen, een fcr licht komen te schijnen, dan nota daarop heeft geworpen, tof. Oud doelde liier op de feiten meld in de uitspraak van het d! btenarengerecht te Arnhem, e' zich zouden hebben voorgedaan an lens de fase, die aan het ontslag om i de heer Van der Putten onmid- ut» iijk is voorafgegaan. Diens zaak in de desbetreffende fase door erlei oorzaken zodanig zwaar bela- geworden met allerlei wel en ter zake doende elementen, dat maatregel met betrekking tot de d iitspositie van de heer Van der iten met de grootste zorgvuldig- ka d en nauwkeurigheid diende te arsjden omringd, door het Ambtenarengerecht zijn uitspraak ten grondslag ge- de feiten, wekken ook naar de me- van de liberale fractie de in- ■ELg^k, dat op kardinale punten fou- zijn begaan van zodanige aard, ernstige inbreuken werden ge- ikt op de eisen van rechtszeker- d en individuele rechtsbescher- kfi if, die een evenwichtig personeels lid behoren te kenmerken. opvattingen, aldus prof. Oud. 4 Irent een zodanig personeelsbeleid v in ons dan ook vooralsnog met ile reserve staan tegenover het be- ..j i, dat hier gevoerd is. Zou het ver rei verloop van zaken onze aanvan- et'jke indruk niet wegnemen, dan i len wij van dit beleid volstrekt af nd nemen. f91 NAVO-oefening Man Maas en Rijn Morgen zullen voor het eerst sinds 15 weer Duitse soldaten voor mili- re doeleinden voet zetten op Ne- tlandse bodem. In verband name- i met een oefening van de NAVO Hen Belgische, Britse, Westduitse Nederlandse troepeneenheden op derlands en Duits grondgebied op rschillende plaats de rivieren Maas 'Rijn oversteken. Morgen worden arom drie Westduitse bataljons ntsergrenadiers ten westen van de aas gebracht. Zaterdag en zondag let1 men dan met landingsvaartuigen fj 11 ponten de Maas oversteken. Het- ifde gebeurt op vijf plaatsen met i Rijn, evenwel op Duits gebied, imelijk tussen Emmerik en Duis- ïg. Aan de oefening zal ook wor- Oii' a deelgenomen door onderdelen n de tweede geallieerde tactische Dtj thtmacht. Opzet van het geheel is samenwerking tussen NAVO-een- den en territoriale verdedigings oepen te beprcjven. Snelle uitspraak Opdat omtrent een en ander zo snel mogelijk opheldering komt, zou een spoedige uitspraak van de Cen trale Raad van Beroep in hoge mate gewenst zijn. Prof. Oud hoopte, dat beide procespartijen daartoe haar medewerking zullen verlenen. Het. zal ook van belang zijn, dat de bijzondere commissie alle spoed betracht, die met de eisen van een goed onderzoek verenigbaar is. Wellicht zou de commissie daarbij kunnen overwegen te beginnen met haar werkzaamheden te concentre ren op het onderzoek van het beleid, dat op het stuk van het ontslag en hetgeen daaraan onmiddellijk voor afging, gevoerd is. Zou zij kunnen besluiten daarom trent op korte termijn een tussen tijds verslag uit te brengen, dan zou ik dit van uitnemend belang achten, aldus prof. Oud. De fractieleider der CHU dr. Tila- nus, kon zich verenigen met instel ling van een bijzondere commissie, die van dezelfde samenstelling zou moeten zijn als de commissie-Van Doorn. Dr. Tilanus achtte het intus sen bezwaarlijk en ondoenlijk om nu nog een onderzoek in te stellen naar kwesties, die zich 15 jaar geleden in Indonesië hebben afgespeeld. Hoe de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep ook zal uitvallen, de Kamer commissie zal het beleid van de mi nister aan een oordeel kunnen on derwerpen. Over de gebeurtenissen van vorige week in de Eerste Kamer liet dr. Ti lanus zich niet uit. Betreurd Dit werd wel gedaan door dr. De Kort, fractieleider van de KVP, die uitvoerig uiteen zette, waarom hy het optreden van de heer Van Riel betreurde uit het oogpunt van par lementaire democratie. Het verheug de dr. De Kort, dat prof. Oud zyn politieke geestverwantschap met mr. Van Riel niet zover had willen voe ren. Het is verheugend, dat prof. Oud zijn hele fractie achter zich heeft, anders zouden de door „sena tor Van Riel" veroorzaakte moeilijk heden nog zijn verzwaard. De heer Van Riel heeft de onjuiste indruk gewekt, dat hy minister Visser tot aftreden kon dwingen zonder uit spraak van de Kamer, alleen maar door het opzeggen van het ver trouwen der eigen geestverwanten. Het sierde volgens dr. De Kort, de so cialistische oppositie in de Eerste Kamer, dat zij mr. Van Riel niet volgde. Herinnerend aan een uit spraak van Luther meende dr. De Kort, dat de misgreep van mr. Van Riel behoorlijk groot was, ook al wil de hij niet zeggen dat de heer Van Riel geen groot man zou zijn. Met de instelling van een bijzon dere commissie kon dr. De Kort zich verenigen. Volgens de heer Bakker (C.P.N.) zou de instelling van een bijzondere commissie nadelig zijn voor de heer Van der Putten. Deze man wordt in middels in een financieel onmogelij ke positie gebracht. Met klem drong de communistische spreker aan op een aftreden van minister Visser. De zaak-Van der Putten is de zaak-Visser geworpen en deze wordt een zaak-Nieuw-Guinea. (Hier werd de heer Bakker onder broken door de voorzitter, dr. Kor- tenhorst, met de woorden: „Bewaart u deze zaak maar tot morgen!"") In ieder geval, aldus de heer Bak ker. valt deze kwestie samen met een nationaal belang in zeer ernstige omstandigheden. Tweeslachtig Bij afwezigheid van A.R.-fractie- leider Bruins Slot, besprak mr. A. B. Roosjen, in het bijzonder de houding van de WD in de zaak-Van der Putten. Er zijn tegenstellingen tus sen de liberale fracties in Eerste en Tweede kamer. De houding van prof. Oud maakte een tweeslachtige in druk. „Ik heb ook mijn neming over de zaak-Van der Putten", aldus mr. Roosjen, „Maar dat punt was vorige week in de eerste kamer niet aan de orde. De heer Van Riel heeft de Eerste Kamer gedegradeerd tot een schiettent tegen minister Visser". De heer Roosjen had geen bezwaar te gen de (uiterst scherpe) kritiek, die zijn geestverwant Algra in de Eerste Kamer op de WD had geleverd. Mr. J. A. W. Burger, fractieleider van de P.vdA. kon zich met de in stelling van een bijzondere commis sie verenigen. Wat mr. Burger even wel met nadruk wilde verklaren is, dat het parlement dient te beseffen dat er een grens is bereikt in de be voegdheden van de Kamer in dit soort zaken. De Kamer is geen su per-gerechtshof. De democratie kan alleen doeltreffend werken, als zij zich onthoudt van incidenteel in grijpen in gevallen van deze aard. Hoewel de grondslagen van de aan- van van mr. Van Riel op minister Visser ondeugdelijk waren, achtte mr. Burger de methode-Van Riel (de directe politieke beoordeling van het beleid van een minister) wel Juist. Het enige wat het parlement effec tief vermag is het opzeggen van het vertrouwen in een bewindsman we gens diens beleid. De heer Burger had geen houvast gehad aan het betoog van prof. Oud Het leek „een voorwaardelijke ver oordeling bij verstek" van het beleid van minister Visser, wat voor diens politieke positie ook niet bevorderlijk is. De Tweede Kamer heeft na een beraadslaging van byna anderhalf uur besloten de nota van minister Visser over de zaak-Van der Putten te stellen in handen van een bijzon dere commissie bestaande uit dezelf de leden als de vorige. Op verzoek van de communist Bak ker werd hoofdelijk gestemd. De uit slag was 121 voor en 2 (de beide communisten) tegen. De leden der commissie zijn mr. Van Doorn, mr. Van Rijckevorsel (beide KVP), Blom en Franssen (beide P.vdA), mr. Meulink, (A.R.) mr. Berkhouwer (VVD) en dr. Diepenhorst (CH). Ter afsluiting van het Konink- lijke bezoek aan Oostenrijk heb ben Koningin Juliana en Prins Bernhard gisteren een diner aangeboden aan de Oostenrijkse president en de regering. Prins Bernhard begeleidt me vrouw Kyrle-Schirf. een dochter van de president, naar tafel. Nieuw-Guiiieadebat vanavond op tv De Nederlandse Televisie Stichting zal vanavond van half acht tot acht uur een filmreportage telerecordingi geven van de middagzitting van het parlement, waar het debat over Nieuw-Guinea wordt gevoerd. Om ongeveer half elf. na afloop van het normale televisieprogramma, zal we derom «cm half uur film vertoond worden, maar nu over het avond- debat. Als de mogelijkheid erin zit, zal men zelfs trachten no? een recht streekse uitzendin? dus laat op de avond, door te geven. Uitzendingen uit het parlement stuiten veelal op moeilijkheden bij de Kamergriffie. Men wil daar eigenlijk alleen een uit zending van het gehele debat. Dat stuit echter op onoverkomelijke be zwaren bij de NTS. Allereerst om de principiële reden, dat. pers noch ra dio gebonden zijn aan integrale ver slagen dus gedurende de hele zitting uitzenden, en voorts om het bezwaar de kijkers urenlang een Kamerdebat voor te zetten en het eigenlijke avondprogramma te laten vervallen. Men is echter met de griffie tot over eenstemmine gekomen om te filmen en dan een half uur uitzending te monteren. Daarom moet echter tele- recordin? gebruikt. worden in plaats van de betere zogenaamde beeldre gistratie. die zioh echter niet zo snel en gemakkelijk laat monteren Onze televisiemedewerker wijst er op, dat de Nederlandse Televisie Stichting met deze uitzending iets be reikt heeft, dat bijvoorbeeld in Enge land volkomen is uitgesloten door 'n verbod tot het plaatsen van televisie camera's in het parlement tijdens de beraadslagingen. In Duitsland was zulks enige jaren geregeld toege staan, maar men is er later weer van afgestapt. De selectie van het. op telerecor- ding vastgelegde materiaal onder verantwoordelijkheid van de N.T.S. NEDERLANDS MEEST GEBRUIKTE WASMIDDEL Taak van „Theater" in het nieuwe seizoen Op een gistermiddag onder leiding van de heer Ben Groenier gehouden persconferentie heeft de directie van „Theater" met nadruk verklaard, dat de taak van het nieuwe „Theater" allereerst in het oosten van het land zal liggen.. Gaf de toneelgroep Thea ter in 1962 in het oosten 110 voor stellingen, in het nieuwe seizoen zul len het er 140 zijn. De nieuwe directie zal tevens avondvoorstellingen voor scholieren is in handen gelegd van Siebe van der Zee. Tenslotte wees het N.T.S. de ver antwoordelijkheid af van het feit, dat de journaaldienst verstek had laten gaan bij de uitreiking van de Nip- kowschijven aan dr. L. de Jong en Wim Meuldijk. Men betreurde het echter wel. Overeengekomen werd gisteren in Hilversum, dat in 't ver volg tot betere coördinatie gekomen zal worden. verzorgen. Er wordt niet neergezien op amusement, maar naast lichte stukken zullen ook stukken van „bre de allure" en „type-werking" worden vertolkt. Tot de andere taken van „Theater" wordt gerekexid het stimu leren en mede-organiseren van jeugdfestivals, waar in het land ook, samenwerking met amateurtoneelor- ganisaties, zoals Natu en WKA, en het vervullen van spreekbeurten en voordrachten. Een novum ls, dat het een na-zit wil houden na bepaalde uitvoeringen. Zo'n na'zlt Ls een vriendschappelijke bespreking tussen acteurs en een deel van het publiek over de inhoud van het tevoren vertolkte stuk. In Arnhem en Nijmegen zal daarmee worden begonnen. Ten opzichte van het repertoire werd nog meegedeeld dat er uiter aard ook wordt gedacht aan moder ne toneelstukken. Naast het aantal voorstellingen van 425 gedurende het komende seizoen zullen er vier don derdagavond-voorstellingen voor de televisie worden gegeven. 1 1 1 1 r de blijvende banden tussen de Bonds- Uitbreiding (Van onze parlementaire redacteur) Minister Van Aartsen (Volkshuisvesting) heeft gisteren vrij wel geheel vastgehouden aan zijn opvattingen over het wetsont werp „premie kerkenbouw", waarover de dag tevoren in de Tweede Kamer nogal wat verschil van mening bestond. Slechts op één punt deed de bewindsman, zij het aarzelend, een concessie: hij zou zich niet verzetten tegen een kleine verhoging van het aandeel, dat het Rijk in de stichtingskosten van een kerkgebouw zal bijdragen. Het subsidiepercentage is volgens het wetsontwerp 25 pet, maar indien de Kamer een door dr. Lucas (KVP) ingediend amendement aanneemt zal het worden verhoogd tot 30. De minister betoogde, dat het be ter zou zijn indien de kerken geheel zichzelf zouden kunnen bedruipen, maar gezien de bestaande financiële problemen is een tijdelijke wettelijke regeling gewenst. De wet. zou tot 1971 moeten galden. De achterstand zal dan wel zijn ingelopen. Minister Van Van Aartsen voelde er niets voor om aan de wet terugwerkende kracht te geven tot 1956. Evenzeer had hij be zwaren tegen de gedachte om een gunstiger regeling in de belasting sfeer mogelijk te maken te behoeve van giften aan kerkelijke instellin gen. Meestal zijn de giften van par ticulieren aan kerken van betrekke lijk beperkte omvang, zodat belas tingaftrek toch weinig zou uithalen. Niet uitsluiten Wat betreft de „bezinningscentra" van buitenkerkelijke genootschappen gaf de minister aan de critici uit de CHU en de SGP ten antwoord, dat men deze organisaties in beginsel niet van subsidiëring mag uitslui ten. Wel moet er onderscheid wor den gemaakt tussen dit soort genoot schappen en kerken. Mr. Van Aart sen had bezwaar tegen een regeling in twee verschillende wetten, zoals 'dr. Diepenhorst (CH) had bepleit. Anderzijds verklaarde de bewinds man, dat het ter tafel liggende wets ontwerp geen onbillijk onderscheid inhield tussen kerken en andere gees telijke instellingen. De heer Scheps PvdA) had op dit punt meer duide lijk gevraagd. Volgens hem mochten de buiten-kerkelijken niet de indruk krijgen, dat zij in het wetsontwerp eigenlijk slechts als een soort aan hangsel worden behandeld. Het be toog van de minister schonk de cri tici geen voldoening. De heer Scheps had de vorige dag reeds een amen dement ingediend om ook voor niet- kerkelijke organisaties het subsidie percentage in de wet vast te leggen en dit niet over te laten aan een andere algemene maatregel van be stuur. Tevens zou de beweegreden (de considerans) van de wetsont werp niet alleen over kerkgenoot schappen moeten spreken, maar ook over niet-kerkelijke organisaties. De hele socialistische fractie zal haar houding t.o.v. het wetsontwerp laten afhangen van de aanvaarding van dit amendement. Een ander wijzigingsvoorstel was afkomstig van de KVP-er dr. Lucas. Het ging zoals hierboven gemeld —over "verhoging van het subsidie percentage. (Van onze correspondent in Bonn) Een oud thema ls weer eens onderwerp van gesprek in de slaperige 19de-eeuwse lanen van het Westduitse regeringsdorp Bonn: wanneer zal Adenauer als kanselier aftreden en wie zal hem opvolgen? De enige, die waarschijnlijk zal vinden dat deze kwestie volstrekt niet actueel is, zal de 86-jarige kwieke kanselier zelf wel zijn. Maar in de z.g. politieke kringen gonst het wel van veronderstellingen, geruchten en insinuaties. Aanleiding daartoe is in de eerste plaats het povere vertoon van Adenauers machts uitoefening van de laatste weken. Weliswaar maakt „der Alte" sinds zijn laatste vakantie in noord-Italië een uitgeruste en gezon de indruk, maar dat neemt niet weg, dat hij de laatste weken steek op steek heeft laten vallen. conflict lijkt nu weliswaar weer bij gelegd sinds er ln de V.S. enig be grip is ontstaan voor Adenauers on heuse optreden, nadat de kanselier heeft laten weten dat zijn woorden alleen maar een boze reactie waren op een boze brief van minister Rusk over het uitlekken in Bonn van de Amerikaanse voorstellen inzake Ber lijn. Maar niemand ontveinst zich, dat Adenauers boosheid misplaatst was en dat hij in feite weinig gevoel heeft voor soepelheid die nu in de kwestie-Berlijn geboden is. Terwijl de mogelijkheden met Washington nog maar nauwelijks uit de wereld waren, leed Adenauer ne derlagen in de fractie van zijn eigen partij met zijn voorstel de invoer rechten op EEG-auto's niet te verla gen en met zijn plan de stookolie uit het buitenland te contingenteren om zo de afzet van Duitse kolen wat meer te bevorderen. Daar komt nog bij dat niemand kan weerspreken wat het vroegere christendemocrati sche lid van de Bondsdag, Adenauers tegenstander Bucerius, in zijn week blad Die Zeit schreef: „Vorig jaar herfst moest Adenauer zo nodig door de christendemocraten weer op de troon gehesen worden, omdat hij de enige Westduitse politicus zou zijn, die in het buitenland en dan vooral in de Verenigde Staten, vertrouwen genoot. Maar sinds de Jongste ge beurtenissen kan niemand dat meer zeggen van de 86-jarige, die van de zes maanden dat hij nu weer kanse lier is, er bijna drie afwezig was uit Bonn wegens ziekte of vakantie". Gezien bij Britten en Amerikanen Daarmee begon hl) bij zijn twee daagse bezoek aan Berlijn ruim twee weken geleden, toen hy door zijn schampere opmerkingen over de Amerikaans-Russische Berlijn-con- tacten zich meteen een conflict met Washington op de hals haalde. Het Van chr.-historische zijde kwam dr. Diepenhorst met enkele amen dementen, Subsidiëring zou ook moeten plaatshebben bij uitbreiding van een bestaand kerkgebouw, in dien het aantal zitplaatsen daardoor ten minste wordt verdubbeld. Verder zouden algemene maatregelen van bestuur betreffende niet-kerkelijke organisaties binnen drie maanden moeten worden gevolgd door een wetsontwerp tot bekrachtiging daar van. Tenslotte legde mr. Van Dijk (VVD) een motie ter tafel om de regering uit te nodigen voorstellen in te dienen tot verruiming van de be lastingfaciliteiten voor giften ten be hoeve van kerkenbouw en wat daar mee verwant is. Het uitgangspunt van de heer Van Dijk is, dat financiëring van kerken bouw uit particuliere middelen dient te geschieden. Minister Van Aartsen gaf de ka mer in overweging deze motie niet aan te nemen. Hij zag geen heil in belastingfaciliteiten van de enkelin gen, die giften zullen storten. Overi gens zou, volgens hem. over deze fa ciliteiten het best een beslissing kun nen worden genomen bij de bespre kingen over de herziening van de inkomstenbelasting. Over de diverse amendementen en de motie van orde van de heer Van Dijk (VVD) zou de Kamer vandaag by de aanvang van de middagver gadering stemmen. Ten aanzien van het amendement van de heer Lucas, om het subsidiepercentage op 30 in plaats van op 25 te stellen, zei de heer Van Aartsen geen afwyzend standpunt in te nemen. H)j zal de beslissing aan de Kamer overlaten. De minister ontried de aanneming van de amendementen van de heer Diepenhorst en de meest ingrijpende van de heer Scheps. Volgens de be windsman zou de Kamer er verder verstandig aan doen. de pastorieën niet in het wetsontwerp te betrek ken. Kandidaten Zou het dan eindelijk zover komen dat zijn party vrienden Adenauer zul len dwingen af te treden, zo vragen velen zich af? Acuut wordt dan het probleem van een opvolger. Officieel is nog steeds de welgedane apostel der matigheid, prof. Ludwig Erhard de kroonprins. Maar in feite beseft iedereen, dat Erhards strijd met De Volkswagens hem geen goed heeft gedaan en dat het feit, dat deze auto's nu toch tegen een verhoogde prijs de markt oprijden, een slag in zijn gezicht is. Neen, er is meer reden om te wed den op de kansen van minister van Buitenlandse Zaken Gerhard Schro der, die vorig jaar herfst van het ministerie van Binnenlandse Zaken verhuisde naar deze meest riskante positleke post van West-Duitsland. In de eerste weken van zijn nieuwe ministerschap was Schroder uiter aard wat onzeker op het diplomatieke parket. Nu, na zes maanden kan men echter zeggen, dat zijn ster rij zende is. In tegenstelling, tot wat velen verwachtten, heeft hij als bui tenstaander kans gezien in zijn ex clusieve ministerie respect te winnen by medewerkers en ondergeschikten. In de tweede plaats, wat tenslotte wel belangrijk is, heeft hij getoond, in tegenstelling tot zijn voorganger Von Brentano, in staat te zijn tot eigen denken. Bekend is immers dat Schroder, van type als een Brits aan doende realist, voorstander is van zoeken naar een redelijk compromis met de Russen in de kwestie-Berlijn. Als het aan hem lag en niet aan Adenauer zou de Westduitse bevol king dan ook voorbereid worden op het slikken van de onaangename, pil, dat een zekere erkenning van de realiteit van het Oostduitsc bewind onvermijdelijk is, dat men de gebie den achter de Oder-Neisse-linie ge- 'rust kan afschrijven en dat het met Geen kans voor Strauss Met deze benadering van de zaak heeft Schroder, hetgeen belangrijk kan zijn voor de opvolging, zich ver zeker van de achting der Britten en Amerikanen. Met zijn bemiddelings pogingen bij de EEG-ministerconfe- rentie in Parijs tussen de Fransen en de Benelux oogstte hij respect bij De Gaulle. Opvallend is tenslotte dat Schroder sinds kort pogingen doen populair te worden bij de Beierse „ChristeUjk-Sociale Unie", een zus terpartij der Christendemocratische Unie. De CSU heeft weliswaar mi nister van Defensie Strauss tot voor zitter, maar niemand gelooft voor lopig meer in de kans op het kanse lierschap van de voortvarende sla- gerszoon uit Schöngau. Strauss posi tie is door kwestie als de Fibag te zeer geschaad! „Bob en Daphne" Eis: boete van f 2500 1 Een geldboete van f. 2500 of 6 weken hechtenis heeft da officier van Justitie bfj da recht bank te Den Haag, mr. Maris, geëist tegen een 44-jarige schrij ver-uitgever K. uit Den Haag, wegens het verspreiden van het boek „Lfesbeth en de wereld van Bob en Daphne". Het boek moet volgens da officier tot de pornografische lectuur gerekend worden. Het was verschenen onder da schuilnaam van da schrijver, Han B. Aalberse. De zaak werd reeds in december 1959 aanhan gig gemaakt door de officier van Justitie. De boeken werden in beslag genomen. Naar verdachte verklaarde, had hij allerminst de bedoeling gehad om pornografie te bedrijven, maar om de ogen van ouders en andere op voeders te openen voor de realiteit op seksueel gebied en ook om de le vensangst op dit terrein bij de jeugd weg te nemen. Bij het vooronderzoek, zo zei hij, hebben een groot aantal Nederlandera van uiteenlopende levensbeschouwin gen hun oordeel over het boek ken baar gemaakt en hierbij ook verschil lende opvattingen laten horen. De president stelde de vraag waar om verdachte zyn boek niet een we tenschappelijke vorm heeft gegeven, zodat de circulatie inderdaad tot ouders en andere opvoeders beperkt zou zijn gebleven. Nu was de kans groot, dat het boek ook in handen van de jeugd kwam. Verdachte zei. dat dit juist z(jn be doeling was. Hij wilde ook de jeugd op het seksueel terrein vertrouwd ma ken. Hij zou ook niet zo'n talrijk pu bliek hebben bereikt, als het boek in wetenschappelijke vorm was gegoten. De officier van Justitie was van oordeel, dat juist art, 240 van het Wetboek van Strafrecht er is om mo gelijk benepen gevoelens op het seksuele terrein in bescherming te ne men. Hier is geen sprake van kunst zinnig, noch van wetenschappelijk werk, zodat overblijft een handeling in strijd met bedoeld wetsartikel. Verschillen van mening onder de des kundigen vinden volgens de officier hun oorzaak in de omstandigheid, d^t de rechtstaal verschilt van het al gemeen spraakgebruik. Aan de hand van enkele passages uit het boek, meende de officier dat de schrij ver op sommige punten een onjuist beeld heeft gegeven van de seksuele verhoudingen in de veertiger jaren. De raadslieden, mr. A. Mout en mr. M. Ryk van Ommeren, meen den, dat er geen sprake kan zyn van aanstootgevende lectuur en conclu deerden, tot vrijspraak. De rechtbank zal op 5 juni uit spraak doen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 5