I ...deze dag werden de sterken
1 zwak en zwakken sterk...
Rode Kruisarts oefent kritiek
op coördinatie hulpverlening
Na martelende uren
krijgen vele zeker
heid bij Rode Kruis
UTRECHT VANGT FAMILIE
OP WAARDIGE WIJZE OP
WOORD NAASTENLIEFDE
WERD WERKELIJKHEID
BUURKERK ALS CHAPELLE ARDENTE
Nog weinig ernstig gewonden
Naar Woerden
Richtlijnen
Medeleven
Verzet tegen
OAS groeit
DODENLIJST
LEIDSCH DAGBLAD DINSDAG 9 JANUARI 1962
Het is middag en het is avond gewor
den en het reddingswerk is nog in
volle gang. De blauwe vlammen van de
snijbranders flikkerden in de mistige
lucht, scherp tekenen de gestalten van
de helpers, die de brancards met een
triest makende regelmaat over de spoor--
dijk dragen, zich tegen het sombere grijs
af. Mannen en vrouwen van het Leger
des Heils en van de kantinewagens van
de B.B. lopen onvermoeibaar met koffie,
soep en brood voor de verkleumde wer
kers rond.
In een café vlakbij de plaats van de
ramp gieten mannen met een vertrokken
gezicht haastig een gloeiende kop koffie
naar binnen. Een jongeman, bijna onbe
wogen door de verschrikking rondom
hem, zit te tekenen. Een tafeltje verder
zit een meisje van 16, 17 jaar, met naast
haar een gedeukte koffer. Ze heeft de
ramp overleefd en wacht verdwaasd tot
er iets gaat gebeuren. Tot iemand komt
om haar te halen.
Het zijn maar 'n paar beelden, 'n paaf J
facetten van de mens die zo verschillend
reageert. Er zijn nors zwijgende mannen,
van wie je niet weet of zij bidden of
vloeken. Ér zijn grove grappen makende J
mannen. Er zijn onbewogen mannen.
Kerels als bomen draaien zich soms om
bij het zien van iets verschrikkelijks. J
Tengere mannen, jongens bijna nog, 5
doen het afschuwelijkste werk. Deze dag, J
deze nacht zijn de sterken zwak en de
zwakken sterk geworden.
C geestelijke stond verslagen bij de op brancards gelegde
stoffelijke overschotten, die een lugubere rij op de spoordijk
vormden. In zijn hand hield hij een stola. Machteloos stond hij
daar te kijken. Maar weinigen had hij in de laatste ogenblikken
van hun leven geestelijke bijstand kunnen verlenen. Hij had meer
willen doen voor hen die hun laatste reis maakten.
In die kleine groep huizen „De Put- had hij al naar zijn vader gezocht,
kop" enkele honderden meters die in dezelfde trein als hij, maar
van de ramp is het woord naas
tenliefde werkelijkheid geworden.
Spontaan hebben de bewoners niet
wetend hoe verschrikkelijk de "ramp
vas hulp geboden. Zij wisten al-
»en dat er een treinramp was ge-
eurd. Een ongeluk zoals zij misschien
[tijd wel hadden verwacht, want hun
?rste reactie bij het horen van de
lap was: „Daar zijn twee treinen
<,p elkaar gevlogen". Want de treinen
er komen er elke dag een paar
londerd langs vormen een onder
deel van het leven in „De Putkop",
dat kort na de ramp een chaos was
van reddingsploegen, doktoren, auto's
en overbezette telefoonlijnen.
Mevrouw Verburg, die woont op een
boerderij dicht bij de rampplek, heeft
de gehele dag in haar keuken koffie
gezet. De bijzonderheden van de
ramp heeft zij van redders moeten
horen. Eerst ontving zij de ontred
derde reizigers, die uit de ongeluks-
treinen stroomden. Later stond haar
huis open voor een ieder die behoefte
aan warmte had. Honderden koppen
koffie heeft zij gezet, familieleden
van gewonden gebeld. Zij heeft ge
holpen waar zij kon. Zij is gisteren
een van de velen geweest
Te machtig
In café „De Putkop" zat aan een
tafeltje een hospitaalsoldaat. Zijn
hoofd lag op zijn armen. Urenlang
was hü bezig geweest met het helpen
van gewonden, het bergen van doden.
In die paar uur heeft hij de ver
schrikkelijkste dingen van zijn leven
gezien. Even tevoren was het hem
allemaal te machtig geworden en hij
had een zenuwinstorting gekregen.
Even zijn o zo moede hoofd oplich-
in steeds groter aantal arriverende
ambulances, half-vloekend: „Oh, nou
komen ze pas".
Hij is één van de tientallen mili
tairen geweest, die, de ramp zelf
overleefd hebbend, prachtig werk
hebben gedaan. Een van die tiental
len, die 's avonds nog af en aan
sjouwden.
Een tafeltje verder zat een jonge
man, bijna onbewogen door het ru
moer en de verschrikking rondom
hem ,te tekenen. Gewoon maar te te
kenen, terwijl enkele tientallen me
ters verder een autobus stond waarin
af entoe een in een deken gewikkeld
stoffelijk overschot voorzichtig naast
tientallen andere onherkenbare stof
felijke resten werd gelegd.
Op de plaats van de ramp lag een
droeve hoop bagage opgestapeld. Tas
sen. koffers, een paar losse kleding
stukken, een schoen, een hoed. En
tussen de wrakstukken deden 's mid
dags op de meest onverwachte plaat
sen, waar al honderden malen men
sen langs gekomen waren, de redders
de meest lugubere vondsten.
Angst
Op de tot dodenakker geworden
spoorbaan liep een student rond.
Hans Dijkstra uit Wierden, 19 jaar.
die studeert voor tandarts. Urenlang
dan in een le-klas-coupé, was ge
stapt. Urenlang heeft hij gezocht en
tenslotte werd de verschrikkelijke
last van de onzekerheid van zijn
schouders gewenteld. Na in het ge
blokkeerde telefoonverkeer zijn huis
te hebben opgebeld, wist hij het. Zijn
vader leefde en was als arts in het
ziekenhuis te Woerden aan het hel
pen.
Maar 's avonds was hij er nog.
Dwalend over het rampterrein, als
nog niet beseffend wat er gebeurd
was. Het was alsof hij geen vrede had
aleer hij wist dat alle resten waren
geborgen.
Met drie mensen had hij in die
coupé gezeten. Tegenover hem een
arbeider: hu dood. Daarnaast een
meisje: gewond. Naast hem een sol
daat: gewond. Ineens was daar die
klap en het volgende ogenblik werd
hij naar voren gesmeten. Toen hy
buiten kwam waren daar de ker
mende gewonden. Naar dat le-klas-
rijtuig is hij gegaan, op zoek naar
zijn vader. Stervenden heeft hij in
zijn armen gehad, gewonden heeft hij
geholpen en toen is hij even wegge
gaan, ziek van hetgeen hij gezien
had. En later in het café „De Put
kop" kon hij er, enigszins verwonderd
kijkend, maar niet toe komen weg te
gaan.
Onzekerheid
Erger misschien nog dan de ver
schrikking van het ongeluk is het
leed van de familieleden, de gelief
den, de kennissen. Van diegenen, die
in onzekerheid verkeerden. En velen
zouden nog de folterende uren van
het wachten moeten doormaken. De
folterende uren van onzekerheid.
Van heinde en verre zijn zij ge
komen. Met taxi's, auto's, fietsen en
brommers. Al die mensen die rade
loos van angst overal vragen stelden.
Op het station in Woerden, bij de
Rijkspolitie en bij de ziekenhuizen
zijn zij gekomen, hebben zij gevraagd
hebben zij gewacht. En daar hebben
zij het verschrikkelijke nieuws ge
hoord of het nog verschrikkelijker:
„Wij weten het nietneen, hier
niet
Op al die plaatsen, waar gewonden
zijn binnengebracht en waar doden
werden geïdentificeerd, hebben zich
onmenselijke drama's afgespeeld.
Vrouwen, die hun mannen zochten,
mannen die hun vrouwen zochten..
(Van onze Utrechtse correspondent)
De staf van het Centraal
Militair Hospitaal „Oog in Al"
te Utrecht maakte gisteravond
om tien uur een voorlopige ba
lans op van een dag, die als een
zwarte rampdag de geschiedenis
is ingegaan. Toen wist men met
zekerheid, dat 81 mensen waren
omgekomen bij het spoorwegon-
geluk onder Harmeien. De
tend, huilde hij bij het zien van de I meeste slachtoffers waren toen
geïdentificeerd. Later zou men
nog stoffelijke resten op de
rampplaats vinden, drie zwaar
gewonden stierven in het zie
kenhuis te Woerden. Het juiste
aantal wist niemand meer, maar
het kwam angstig dicht bij de
honderd. Zestien mensen waren
zo verminkt, dat het nog niet
mogelijk was hun identiteit vast
te stellen. Ambtenaren van de
technische recherche van de
Rijkspolitie begonnen 's avonds
sectie op de stoffelijke resten te
verrichten.
Gisteren zijn ziekenauto's uit ver
scheidene gemeenten de hele dag
bezig geweest met het vervoeren van
de slachtoffers. Eerst werd opdracht
gegeven de doden en gewonden naar
het Academisch Ziekenhuis te Utrecht
te brengen, maar al spoedig werd
duidelijk, dat dit ziekenhuis niet be
rekend was op een zo groot aantal
slachtoffers. Het Centraal Militair
Hospitaal „Oog in Al" werd daarna
ingeschakeld. Het mortuarium en
een garage werden in alleryl in ge
reedheid gebracht om de doden onder
te brengen. Daar begonnen de dok-
(Van onze Utrechtse correspondent)
Onbeschrijfelijke tonelen hebben
zich gistermiddag en gisteravond af
gespeeld in het kantoor van het
Utrechtse Rode Kruis aan de Malie
baan 15. Twee dominees en mgr.
Hendrikse, hulpbisschop van kardi
naal Alfrink hebben daar voor de
vrijwel onvervulbare taak gestaan
angstige mannen en vrouwen in te
lichten over het verschrikkelijke lot,
dat hun naasten by de treinramp
in Harmelen had getroffen.
Sergeant J. van den Broek van
het Rode Kruis, die met zijn assi
stent A. P. Fraay midden in de
nacht nog steeds telefoontjes beant
woordde van ongeruste mensen uit
alle delen van het land en uit het
buitenland, zei: „Ik weet niet wat
erger is Helpen op de'plaats waar
het ge^eird is, of dit hier allemaal
te moeten aanzien en niets te kun
nen doen".
Voor hem op tafel lag de doden
lijst, met onder elke vermelding van
naam, geboortedatum en letsel een
getikte lijn. Maar lang niet elke op
gave tussen twee van zulke lijnen
was compleet. Bij achttien ontbra
ken nog de namen, zo kort na de
ramp.
Wat moet je stellen tegenover de
uit radeloosheid geboren hoop van
een vrouw, die zegt: „Die tas was
niet van hem. Daar heb ik hem nooit
mee gezien. Misschien is hij het niet".
In die omstandigheden reik je niet
meer naar de realiteit, dat dus de
tas verkeerd is neergelegd. Twintig
mensen, geposteerd in het Rode
Kruiskantoor en het postkantoor aan
de Neude zijn tot ver na het mid
dernachtelijk uur bezig geweest met
het beantwoorden van de telefoon
tjes. Als de naam, die werd genoemd,
niet op de gewondenlijst voorkwam,
zeiden zij„U hoort het van de
plaatselijke autoriteiten".
Tot ver in het land zyn vannacht
deze rouwboodschappen verzonden.
In de diepe stilte van de nacht zyn
de stoffelijke overschotten, die geï
dentificeerd waren overgebracht
naar de Buurkerk aan de Steenweg,
die als „chapelle ardentie" is inge
richt. Maar men moest een wagen
met doodkisten uit Alkmaar laten
komen, nadat al tot in de wijde om
trek van Utrecht was gezocht, om
dat er te weinig waren. Het zijn ook
deze, hier met schroom beschreven
feiten, die de verschrikkingen van
maandag de achtste januari 1962 na
druk verschaffen.
toren uit het ziekenhuis ook aan het
identificeren, werden de lichamen ge
wassen en van ziekenhuispyjama's
voorzien. In de kapel van het zie
kenhuis werden de doden gekist,
waarna militaire auto's het droeve
transport naar de als „chapelle ar-
dente" ingerichte hervormde Buur
kerk verzorgden.
Opvallend is, dat er naar verhou
ding weinig mensen zwaar gewond
werden. De doktoren, die de lichamen
hebben onderzocht, kwamen tot de
conclusie, dat de meeste mensen wa
ren overleden tengevolge van sche
delletsel of bloedingen, doordat meer
dere ledematen waren afgerukt.
De mensen, die het ergst werden
gewond, gingen naar het R.-K. Zie
kenhuis in Woerden, waar de chirurg
J. Dijkstra de hele dag aan de ope
ratietafel heeft gestaan. Het waren
er 25, van wie er drie reeds zijn over
leden. De lichtere gewonden gingen
naar de Utrechtse ziekenhuizen. Het
Academisch Ziekenhuis behandelde
22 mensen in de polikliniek en nam
nog 15 gewonden op. Naar het Dia-
conessenhuis en het Sint Antonius-
ziekenhuis werden respectievelijk 4 en
5 mensen gebracht. In Gouda werden
twee en in Amersfoort één gewonde
ondergebracht.
Ook in het Centraal Militair Hos
pitaal werden gewonden opgenomen.
Van nagenoeg geen van hen is de
toestand zo ernstig dat levensgevaar
aanwezig is. De commandant van de
Utrechtse Rode-Kruiskolonne, de arts
J. G. Herschel, was van mening, dat
de oorzaak van het lang uitblijven
van lijsten met namen van slacht
offers te wijten was aan het gebrek
aan coördinatie tussen de hulpdien
sten onderling. Hij was ervan over
tuigd, dat inschakeling van een Rode-
kruiseenheid een snellere registratie
van de doden en gewonden mogelijk
zou hebben gemaakt. „Wij zijn ge
oefend om aan rampen als deze het
hoofd te kunnen bieden", zo zei hij.
„Er zouden geen slachtoffers meer of
minder door zijn gevallen, maar wij
zouden bijvoorbeeld niet hebben toe
gestaan, dat iemand van het terrein
werd afgevoerd, zonder dat werd ge
registreerd wie waar naartoe werd
gebracht. Nu heeft het heel wat voe
ten in de aarde gehad voordat we
precies wisten waar de doden en ge
wonden waren heengebracht".
Dokter Herschel stelde verder, dat
de minister van Binnenlandse Zaken
richtlijnen heeft opgesteld om op te
treden bij rampen als deze. Een er
van is, dat het Rode Kruis dient te
worden gewaarschuwd. De commis
saris van de Koningin as degene, die
dit moet doen. „Dit", zo zei de heer
Herschel, „is niet gedaan".
De alarmerende berichten na het
bekend worden van de ramp en het
nalaten door de Nederlandse Spoor-
Engelse kinderen
verloren moeder
Een 11-jarig Engels meisje Marcia
en haar 13-jarig broertje Freddie be
vonden zich in een van de gisteren
bij Woerden verongelukte treinen. Zij
werden licht gewond en in een zie
kenhuis behandeld, maar over het
lot van hun moeder, mevrouw B. Po
well uit Canterbury van wie aange
nomen werd dat zij met hen reisde,
was gisteravond in Engeland nog
niets bekend. Mevrouw Powell was
als werkster aan een school verbon
den. Zij had vier .'aar gespaard om
haar zuster in Utrecht te kunnen be
zoeken. De moeder en kinderen
zouden gisteren na een vakantie van
drie weken naar huis terugkeren.
wegen de commissaris op de hoogte te
stellen, zijn hiervan waarschijnlijk de
oorzaak. Nu heeft de directeur van
de Gemeentelijke Geneeskundige
Dienst te Utrecht, dr. A. A. Koopal,
de leiding gehad bij het transporte
ren van de doden en gewonden. Dr. J.
Dijkstra te Woerden heeft echter de
voorstelling van zaken van dr. Her
schel als zou de organisatie der hulp
verlening niet hebben gedeugd, van
de hand gewezen. Hij is van oordeel,
dat het Rode Kruis te Utrecht zeker
geen sneller en beter hulp had kun
nen verlenen.
In de loop van de nacht zijn alle
geïdentificeerde doden naar de
Buurkerk gebracht. Van vanochtend
9 uur af bestaat er voor de nabe
staanden gelegenheid de tot „cha
pelle ardente" ingerichte kerk te be
zoeken. Bij het loket inlichtingen op
het Centraal Station staan leden van
de Unie van Vrouwelijke Vrijwilligers
om hen naar de kerk te begeleiden.
Vele vooraanstaande persoon
lijkheden hebben hun medeleven
betuigd, met de spoorwegramp,
Koningin Juliana en Prins
Bernhard zonden uit Lech aan
de minister van Verkeer en
Waterstaat het volgende telex
gram:
..Diep geschokt door het ont
stellende bericht over het vrese
lijke spoorwegongeluk bij Har-
melen verzoeken wij U ons grote
medeleven met de nabestaanden
en de gewonden over te bren
gen. Juliana-Bernhard".
De minister van Verkeer en Water
staat hield gisteravond een toespraak,
welke door debeide zenders Hilversum
en door de televisie werd uitgezon
den. Daarin betuigde hij het diepe
medeleven van de regering met allen
die een familielid of misschien meer
familieleden verloren hebben. De mi
nister gaf ook uiting aan zijn ge
voelens van dankbaarheid jegens hen,
die na de ramp bijstand hebben ver
leend.
De minister-president van de Ned.
Antillen betuigde namens de regering
ook telegrafisch zijn deelneming,
evenals de Surinaamse minister-pre
sident, mr. S. D. Emanuels. De voor
zitter der Surinaamse Staten, de heer
J. F. P. Kraag, sprak enkele woorden
van deelneming voor de aanvang van
de vergadering en gaf uiting aan de
hoop dat „de Allerhoogste de nabe
staanden zal bijstaan in deze bange
uren".
Bondskanselier Adenauer zond mi
nister-president De Quay een con
doleance-telegram, president Scharf
van Oostenrijk zond het aan Koning
in Juliana.
De Belgische minister-president,
Lefèvre en de minister van Buiten
landse Zaken, Spaak, betuigden in
telegrammen aan resp. minister-pre
sident De Quay en minister Luns hun
deelneming. De Luxemburgse ambas
sadeur in ons land, de heer P. Schul-
té, betuigde gisteren op het ministe
rie van Buitenlandse Zaken zfjn deel
neming.
De Commissaris der Koningin in de
provincie Friesland, mr. H. P. Lint
horst Homan, kwam naar Utrecht om
Ir. J. Lohmann,
de president-directeur van de
Nederlandse Spoorwegen, legt
daar gewonden te bezoeken. Er zaten
n.l. in de trein, die uit Leeuwar
den kwam veel passagiers uit het
noorden van ons land.
„De Hongaren in Nederland zijn
niet vergeten wat uw land voor ons
heeft gedaan en voor onze vluchte
lingen. Wij willen, nu er een ramp
over Nederland is gekomen, zo graag
helpen. De mensen aflossen, die bij
Harmelen aan het werk zijn. Bran
cards sjouwen. Het geeft niet wat".
Dit zei een woordvoerder van een
groep Hongaarse vluchtelingen in
ons land. „Ik kan direct met
een groep van dertg tot veertig
Hongaren komen", zo sprak hij.
Dit aanbod van spontane hulp was
hartverwarmend, maar de instanties
die bij de hulpactie zijn betrokken,
konden niet direct gebruik maken
van dit aanbod. Het werk, dat ge
daan moest worden, was immers spe
cialistenwerk, waarvoor mensen ge
noeg aanwezig waren. Het gebaar van
de Hongaren evenwel werd begrijpe
lijk op hoge prijs gesteld.
Nader vernemen wij, dat Prinses
Wilhelmina de directie van de Ned.
Spoorwegen een telegram gezonden
heeft van de volgende inhoud: „Diep
geschokt door de droevige berichten
van het spoorwegongeluk, verzoek ik
U, alle getroffenen mijn hartelijke
deelneming over te brengen. Prinses
Wilhelmina".
Op het hoofdkantoor van de Spoor
wegen in Utrecht zijn voorts nog o.m.
telegrammen van deelneming bin
nengekomen van de directie van de
K.L.M., van directie, bestuur en per
soneel van de ANVV, van de voor
zitter van de Tweede Kamerfractie
van de KVP, de heer De Kort, van
de British Transport Commission en
van de personeelraad van de Spoor
wegen.
Namens de Paus heeft diens staats
secretaris, kardinaal Cicoenani, de
pauselijke nuntius gisteren het vol
gende telegram doen toekomen:
„De H. Vader, diep getroffen door de
treinramp van vandaag, verzoekt U
zijn medeleven te betuigen aan de
Nederlandse autoriteiten en aan de
familie der slachtoffers voor wie hij
ook zal bidden. Z.H. heeft gezorgd
voor toezending van een bijdrage in
de eerste hulp".
Meer dan tachtig blank-eiken kis
ten staan opgesteld in de koude
eeuwenoude Utrechtse Buurkerk. De
lange kisten zijn gemarkeerd door
iele coniferen, terwijl tegen twee
enorme pilasters rouwkransen steu
nen. Een van de directie van de Ne-
dcrlandsche Spoorwegen en een van
het Utrechtse gemeentebestuur. Ove
rigens is er niets in deze kille om
geving dat aan een „chapeile ar
dente" doet denken. Dit kan ook
niet, want wat op het ogenblik in de
Buurkerk gebeurt is de formele her
kenning van de slachtoffers van de
vreselijke treinramp bij Woerden.
Formeel, omdat de wet voorschrijft,
dat tenminste twee familieleden in
aanwezigheid van een politie-ambte-
naar het slachtoffer dienen te iden
tificeren. Daarom zijn er meer dan
twintig Rijkspolitiemannen in deze
kerk. Zij doen hun droeve plicht en
confronteren de familieleden met het
liefste, dat zij hadden. De Buurkerk
is als een reusachtige Parijse mor
gue. Dramatische en hartverscheu
rende taferelen spelen zich hieraf.
De nabestaanden worden door le
den van de Unie van Vrouwelijke
Vrfjwllligers uit Utrecht van het sta
tion afgehaald. Zij zijn het, die op dit
moment samen met geestelijken en
mensen van het Rode Kruis troost en
steun moeten brengen.
Onmenselijk
Speciaal door de Spoorwegen be
schikbaar gestelde auto's rijden af en
aan naar de kerk in het hart van de
stad. Nadat de eerste formaliteiten
zyn vervuld, wordt men naar de kist
geleid. Dan geschiedt het haast on
menselijke: het openen van de kist.
Het zijn soms alleen maar resten van
kleren waaraan men het familielid
herkent. De namen staan aange
geven op een simpel kaartje, dat aan
de kist is geplakt. Op een enkele baar
ligt ook een witte zak met voorwer
pen, die bij het slachtoffer zijn ge
vonden. Rijkspolitiemannen, die toch
wel het een en ander gewend zijn,
hebben moeite twee families achter
een met hun naasten te confronteren
Ze wisselen elkaar af by deze droeve
plicht.
Mensen van het Rode Kruis onder
steunen de volkomen geschokte fami
lieleden, wanneer ze weer langs een
lange rij kisten teruggaan naar een
inderhaast ingericht centrum waar
de processenverbaal worden opge
maakt. Koude zakelijke formulieren
moeten worden ingevuld en onder
Onzekerheid
En nog zyn er nabestaanden, die
in onzekerheid verkeren over het lot
van hen die gisteravond niet terug
keerden. Koortsachtig wordt er in het
Centraal Militair Hospitaal in Utrecht
gewerkt aan de voorlopige identifi
catie van een aantal slachtoffers.
Men hoopt hiermee in de loop van
de dag gereed te komen.
Utrecht vangt op sobere, doch
waardige wyze de rouwenden op, die
hier in de spoorwegstad hun gelief
den zoeken.
Vanavond om 8 uur zal vanwege
het R.-K. Episcopaat in de St.-Willi-
brorduskerk te Utrecht in de onmid-
dellijke nabijheid van de Buurkerk
waar de doden liggen opgebaard, een
plechtige mis van Requiem worden
opgedragen voor de zielerust van de
slachtoffers van de spoorwegramp.
De bisschoppen roepen tevens de
gelovigen op te bidden voor de ge
wonden en de nabestaanden.
Cliroesjtsjows
gezondheid
Volgens het Amerikaanse tijd
schrift „News and World" laat de
gezondheid van Chroesjtsjow te wen
sen over en is hij er zich heel goed
van bewust, dat zijn leven plotseling
kan eindigen. Verleden jaar zou hij
tegen een ambassadeur van een neu
traal land gezegd hebben, dat hij nog
maar één nier heeft en dat die niet
erg goed meer is. „Chroesjtsjow liet niet in Algerije gevoerd.'
blijken dat hij voelde niet veel tijd in Algerije vielen gisteren in ver
meer over te hebben", aldus het ar- I gelijking met vorige dagen weinig
slachtoffers bij gewelddaden. Zes
lean^ville tot een voorwaardelijke ge
vangenisstraf van vijf jaar veroor
deeld. De beklaagde had o.a. een
kneedbom geplaatst bij het bureau
van de Vereniging voor steun aan
President De Gaulle te Orleansville.
>e straf werd voorwaardelijk opge
legd, omdat Gaulard later de bom
zelf onschadelijk had gemaakt, toen
hij zag, dat zich bij het gebouw een
menigte verzamelde. Een bom die hij
bij het huis van de voorzitter der
genoemde vereniging had geplaatst,
liet hij echter wel exploderen. Het
proces werd om veiligheidsredenen
tikel.
Westelijke diplomaten in Moskou
zeiden dat Chroesjtsjow op de
nieuwjaarsreceptie 1962 er „allesbe
halve goed" uitzag, en de bijeen
komt vroegtijdig verliet. „Toch is er
geen enkele aanwijzing dat Chroesj
tsjow voor zijn dood staat, of zelfs
dat hij ernstig ziek is", aldus het
blad
Gisteravond hebben honderden
mensen in Perpignan een betoging
tegen de OAS gehouden voor de wo
ning van een gemeentelijke functio
naris waar in het afgelopen week
einde een kneedbom is ontploft. Na
dat zij leuzen tegen de OAS hadden
geroepen poogden de betogers de stad
in te marcheren. Zjj werden echter
door de politie tegengehouden.
In Parijs werden gisteravond dui
zenden vlugschriften verspreid, waar
in het „Comité voor verdediging van
de republiek" de OAS waarschuwde,
dat „geweld tegenover geweld" zal
worden gesteld. „De slachtoffers zul
te11 met zor& worden uitgezocht", ai-
tekend. Een klein "meisje loopt weer Idus de pamfletten,
terug naar de kist en legt drie anjers De rechtbank van Mositpellier
op het blanke hout. Zo gebeurt dit heeft gisteren de 27-jarige Edouard
tientallen malen. Gaulard uit de Algerijnse stad Or-
mensen kwamen om het leven en
dertien werden gewond. Zondag wa
ren er vyftiem doden en 32 gewon
den.
Minister opent
B.B.-commandopost
Ergens in het centrum van het land
heeft de minister van Binnenlandse
Zaken, mr. E. II. Toxopeus, gisteren
de nieuwe centrale commandopost
van de bescherming bevolking ge
opend. De minister deelde mee, dat
in tyden van nood 70 mensen in de
commandopost zullen werken om
maatregelen te nemen waardoor in
Nederland zoveel mogelijk mensen
levens kunnen worden gered.
Bijna drie jaar geleden heeft men
besloten, de bunker te bouwen, om
dat de eerste nationale B.B.-com
mandopost, die in 1954 werd geopend
inmiddels te klein is geworden. Het
bemannen van de mobiele colonnes
met dienstplichtigen maakte het n.l.
noodzakelijk, ook staffunctionarissen
van deze colonnes in de nationale
commandopost op te nemen. Tevens
is aan het commando en sectie ABC-
dienst toegevoegd in verband met
een mogelijke atomaire oorlog, ter
wijl het commando verder nog is uit
gebreid met enkele sectoren als b.v.
„verplaatsing bevolking".
op het terrein van de treinramp
verklaringen af aan de pers.
Hieronder volgen de namen
van de reeds geïdentificeerde
slachtoffers:
W. G. Agterberg, Reaumur-
straat 13 c te Amersfoort, man,
(34).
P. Bakker, Lekdijk 33 te Am-
merstol, man.
H. Blokland, Van Colum-
straat 25 te Haarlem, man, (27).
A. J. B. M. Boelen, Roelant-
straat 8 te Amsterdam, man,
(29).
J. B. Branger, Kerklaan 79 te
De Bilt, man, (23).
A. Bruinings, Joh. Karman
hof 20 te Amersfoort, man.
D. Huij, geen nadere gegevens
bekend.
B. van Dijk, Nigellestraat 71 b,
Amsterdam, (30).
H. Disselhof, Akkerstraat 17,
Zwolle, man, (56).
J. Engelsman, Delft, man,
(59).
N. M. J. van Eek, Marine
straat 3 b, Rotterdam, man, (35).
P. Fictoor, Belgischestraat 66,
Rotterdam, man, (41).
D. Flantua te Utrecht, man,
geen nadere gegevens.
A. Gewalt, Nieuwstraat 4,
Baarn, man.
J. C. V. Groeneveld, Reeweg
Oost 151, Dordrecht, man (20).
J. dé Groot, Dorpsstraat 80, De
Wijk, (27).
A. de Groot, Dorpsstraat 80,
De Wijk, man (51).
W. T. de Groot, Lanseloet-
straat 11, Gouda, man.
B. C. A. Giezenaar, Westkruis
kade 25, Rotterdam, man, (42).
K. Hoogenboom, Wolfaerts-
bocht 406 A, Rotterdam, (58).
K. Izaks, Rochussenstraat 36 c,
Rotterdam, man.
H. J. de Jager, Zandhofse-
straat 170, Utrecht, (67).
G. R. Jung, Schoolstraat 5,
Assen, man, (26).
H. A. O. Kayser, Noorderha-
venkade 23 h, Rotterdam, man
(41).
E. Kamerbeek, Lijsterbesweg 2,
Middelharnis, man, (49).
P. J. Klomp, Koekoekstraat 67,
Gouda, man, (31).
T. C. M. Kreyns, Hambeek 25,
Roermond, man, (36).
M. G. Moem, Neuweg 359, Hil
versum, man, (47?).
A. E. Middelkoop, Rioustraat
91, Utrecht, man, (51).
E. Mulder, Oude Deldense-
straat 13 b, Borne, man, (26).
M. A. M. v. d. Muysenberg,
Van Duin van Maasdamstraat,
Hilversum.
P. J. Sturm, Couwervestraat
36, Goes, man, (57).
J. Tiggelman, Timorstraat 26,
Amersfoort, man, (38).
H. H. Tuin, Nieuweweg 8 te
Hoogezand, man (18).
G. Verhoef, Moerbeiplein 92,
Den Haag, man, (50).
J. de Vries, Verlengde Oos-
terdiep, Oostzijde 24, Berger-
Compascuum, man.
L. P. Oerlemans, Lange Hii-
leweg 16 a, Rotterdam, man,
(50).
G. W. Oostveen, Bakhuyzen-
straat 97a, Hilversum, man.
C. J. Peter, Nassaulaan 62, Hil
versum, man.
Van Oirschot, A. Derkinderen-
laan 11, Den Bosch, man.
N. Plomp. Nieuwe Markt 14,
Gouda, man, (60).
A. B. Pop, Witte van Haem-
stedestraat 40 c, Rotterdam, man
(21).
A. Romijn, IJzerweg 39, Apel
doorn, man, (35).
II. M. J. van der Vegt, Fides-
sapad 7 te Hoogviiet, man, (24).
H. Waardenburg, Dresselhuis-
straat 16 b, Rotterdam, man (57).
H. Wever, Groningerstraat 270
Assen, man, (49).
J. F. Wileke, Julianalaan 203,
Bilthoven, man (18).
H. Wesselhuis, Tichelweg 16,
Enschede, man (35).
J. Zondervan, Joh. Gerards-
weg 81, Hilversum, man (73).
J. Schlingman, Gedempte Bin
nenstraat 56, Woerden, man
(20)..
R. H. Hilhorst, Piet Heinlaan
7, Baarn, man (21).
A. Balk, Verbeekstraat 10,
Stad Delden, man (30).
H. Reneman, Bosboomstraat 1,
Utrecht, of: Sporenwal 4, Woer
den, man.
D. F. Ruiter, Bosboom Tous-
saintlaan 8, Hilversum, man.
Dr. W. Schol ten, Vermeerlaan
25, Bilthoven, man.
H. N. Schregardus, Herman
Robersstraat 78 d, Rotterdam,
man (50).
H. J. Spitter, Busken Huet-
straat 5, Rotterdam, man.
K. Streuer, Hoofdstraat 248,
Delft(?), man.
P. van Leer, man, gekleed in
uniform machinist N.S.
R. Reynders, Beningerstraat
1B, Rotterdam, man (32).
De nog niet geïdentificeerde
slachtoffers zijn overwegend
vrouwen (onder wie een vrouw
met kind), waarvan de identifi
catie bemoeilijkt wordt, doordat
zij geen enkel kenteken of legi
timatiebewijs bij zich plegen te
dragen ofwel dat in een tasje by
zich hebben, dat by een derge
lijk ongeluk zoek raakt.