Aantal stijgt nog
Grootste ramp in geschiede nis van Nederlandse Spoorwegen
„Een seconde stilte en toen
vreselijk gegil en gekerm...."
WEERBERICHT
Kabinet Bolivië
afgetreden
Aanslag op
Soekarno
(Bud
teuws
Opgericht 1 maart 1860
MAANDAG 8 JANUARI 1962
No. 30547
LEIDSCH m DAGBLAD
Directeur: e. a. e. van Dtshoecit DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN witte Smgel LeWen - Glr0 no-67058
Hoofdredacteur: J. Brouwer r 7.50 per kwartaal; f 2.55 per maand; f 0.59 per week Telefoon Directie en Administratie: 25041; Redactie: 81507
TREMEN BOTSEN BIJ
WOERDEN: 80 DODEN
Een ontzettende treinramp lieeft Nederland vanmorgen kort
voor halftien getroffen. Een personentrein nit Utrecht boorde
zich met volle vaart in de zijkant van een trein uit Rotterdam.
De gevolgen waren verschrikkelijk. Uit de totaal verwrongen
resten van locomotief en rijtuigen waren vanmiddag drie uur
toen het reddingswerk nog in volle gang was reeds meer
dan tachtig doden geborgen.
Het is nog een raadsel, hoe deze grootste treinramp
uit de Nederlandse geschiedenis heeft kunnen gebeu
ren. Beide bij deze ramp omgekomen machinisten
waren bekend op de lijn en het zicht was tamelijk goed.
Desondanks greep de trein uit Groningen, die om 9.05
uit Utrecht was vertrokken naar Rotterdam, de trein
van 8.44 uit Rotterdam naar Amsterdam in de flank.
De catastrofe voltrok zich op de plaats, waar de lijn
Rotterdam zich afsplitst van de lijn GoudaUtrecht.
De meeste slachtoffers vielen in de trein uit
Utrecht, waarvan de eerste zes rijtuigen ont
spoorden. Van de andere trein werden drie rijtuigen
uit de rails geworpen. In de chaos van verwrongen
staal en versplinterd glas hebben tientallen van de in
totaal 500 passagiers het leven gelaten. Naar schatting
zestig personen werden gewond, van wie enkelen zeer
ernstig.
De ravage was ongelooflijk. De
situatie was aanvankelijk dan ook
erg onoverzichtelijk. Een reiziger, de
heer A. Boer uit Appingedam, die de
verschrikkelijke ramp zelfs zonder een
schrammetje overleefde hij zat in
het vierde rijtuig van de trein uit
Utrecht, die alleen maar kantelde
vertelde, dat de trein naar Amster
dam bijna stilstond, toen de trein uit
Utrecht erboven op vloog. De Amster
damse trein schoof daarbij groten
deels onder de Utrechtse en werd
nagenoeg geheel vernield. De heer
Boer heeft gemerkt, dat zijn trein
krachtig remde vlak voor de botsing.
Met enkele passagiers heeft hy nog
getracht gewone reizigers te helpen.
De meesten van hen lagen echter be
klemd tussen de wrakstukken. De
eerste ambulance arriveerde volgens
het horloge van de heer Boer pas
drie kwartier na de ramp. Het was
in de omgeving van Woerden mistig.
Het eerste-klasrijtuig van de trein
uit Utrecht werd volkomen verpletterd
De heer Boer zei, dat in dit rijtuig
slechts twee passagiers het ongeluk
hadden overleefd. De wagen lag
naast de rails en heeft bij de botsing
nog een transformatorhuisje meege
sleurd. Ook de restauratiewagen van
de trein, richting Rotterdam, is totaal
vernield. De lichtgewonde passagiers
werden, toen het reddingswerk een
maal op gang was, met bussen naar
Utrecht gebracht.
Hulp van overal
Politie, brandweef, artsen en zie
kenhuizen in de omgeving werden
gealarmeerd. Maar niet alleen uit de
omgeving spoedden zich hulpploegen
naar de plaats van de ramp. Van
Utrecht, Amsterdam en Den Haag
vertrokken ambulance-wagens van
het Rode Kruis. Rotterdam stuurde
dertien ziekenwagens, acht van de
plaatselijke G.G.D. en vijf van parti-
curiere ondernemingen. In het kon
vooi reden zes artsen van de G.G.D.
mee.
De Utrechtse G.G.D. heeft de
G.G.D. van Amersfoort, Gouda, Am-
ONBESTENDIG WEER
De Bilt verwacht van heden- tot
morgenavond
Aanvankelijk veel bewolking met
enige regen of motregen en hier en
daar mist Later wisselende bewol
king met, plaatselijk enkele buien.
Tot krachtig of stormachtig toene
mende wand tussen zuid en west
Hogere temperaturen.
(Opgemaakt te 11.15 uur)
9 JANUARI
,Zon op; 8.47 uur; onder: 16.47 uur.
Maan op: 10.02 uur; onder: 19.32 uur.
Hoogwater te Katwijk te 5.09 en 17.26
uur. Laagwater te 0.57 en 13.20 uur.
Dit blad bestaat uit 10 pagina's.
sterdam, Woerden en Zeist gewaar
schuwd.
De doden, die op brancards naast
de spoorlijn werden neergelegd, zijn
voor identificatie naar het Acade
misch Ziekenhuis in Utrecht vervoerd.
Vele slachtoffers zijn echter dermate
verminkt, dat identificatie vrijwel
onmogelijk is.
Zü, die toesnelden om hulp te ver
lenen, werden geconfronteerd met
een hardverscheurend toneel, waarbij
zelfs de geharde mannen van de
spoorwegongevallendienst moeite had
den hun werk te verrichten. Op
smederijen en fabrieken in de omtrek
werd een beroep gedaan om gas te
leveren voor de snijbranders, waar
mee men de nog beknelde reizigers
moest bevrijden. De politie had grote
moeite om de familieleden van de
slachtoffers op een afstand te hou
den.
Medeleven
De totale leiding van het reddings
werk berust bij de president-direc
teur van de Nederlandse Spoorwegen,
ir. j. Lohman. Deze heeft een ver
klaring uitgegeven, waarin hij ge
tuigde van zijn medeleven met de
nabestaanden van de slachtoffers.
Over de oorzaak wilde de heer Loh
man nog niets zeggen. Het onderzoek
moet worden afgewacht. Vandaag en
morgen zal men waarschijnlijk nog
bezig zijn met de opruimingswerk
zaamheden. De heer Lohman deelde
mee, dat de beide Rotterdamse machi
nisten bij de ramp het leven hadden
gelaten.
Het baanvak is automatisch bevei
ligd en wordt van Woerden uit be
diend. Ir. Lohman verklaarde, dat
juist bij mist de lichtseinen goed
zichtbaar zijn. De trein uit Utrecht
reed met een snelheid van 120 kilo
meter. De andere trein had volgens
de heer Lohman een snelheid van 60
kilometer, omdat hij door de wissels
moest.
Om kwart over twaalf was het aan
tal doden, dat geborgen was 51. Het
aantal gewonden is niet bekend, aan
gezien ze naar verschillende zieken
huizen zijn vervoerd.
Om kwart over twaalf slaagde men
er in een nog in leven zijnde reiziger
uit de torenhoge massa verwrongen
staal te halen. Het was een officier
van de Landmacht, die meer dan drie
uur bekneld heeft gezeten en een
hartaanval kreeg.
Van de schooltechnische dienst in
Utrecht, een onderdeel, ressorterende
onder de Inspectie Technische Dienst
en wel de grootste ambachtsschool
in Nederland genoemd, is een detache-
ments technisch personeel uitgerukt
om hulp te bieden.
De belangstelling van de regering
was groot. Minister-president prof.
De Quay, de ministers Korthals en
Toxopeus en staatssecretaris Stijkel
waren op de plaats van de catastrofe
aanwezig.
Ir. F. Boomstra, secretaris van de
Spoorwegongevallenraad was ook ter
plaatse.
Volgens berichten, die omstreeks
het middaguur binnenkwamen, laat
de coördinatie bij het hulpverlenings-
werk te wensen over.
De N.S. onderhielden de diensten
tussen Woerden en Utrecht met bus
sen.
In verband met het ernstige onge
val werden de radioprogramma's ge
wijzigd.
Het Boliviaanse kabinet is zater
dag afgetreden om de president in
staat te stellen nieuwe medewerkers
te kiezen. Dit is meegedeeld in een
officieel communiqué waarin geen
verdere bijzonderheden werden ver
strekt. Een etmaal tevoren had de
minister voor Mijnbouw, Ortiz, zijn
ontslag genomen, omdat zijn be
voegdheden naar zijn mening te be
perkt waren.
„Antara" heeft vandaag ge
meld, dat te Makassar gisteren
een mislukte poging is gedaan
om president Soekarno te ver
moorden.
Een tot nu toe onbekend ge
bleven persoon wierp een hand
granaat in de kolonne auto's
waarin de president en zijn ge
volg zich naar het sportstadion
te Makassar begaven. De gra
naat kwam ongeveer 100 metei
achter de auto van Soekarno tol
ontploffing. De scherven troffen
het publiek dat langs de weg
stond en militairen, die met de
bewaking van de route waren
belast. Er zouden drie doden
zijn en 28 gewonden. Soekarno
werd niet getroffen.
Volgens het militaire districtsconv
mando is 'n aantal personen gearres
teerd in verband met de poging om
president Soekarno te vermoorden. 1
Het opensnijden van het dak
van een van de rijtuigen uit
Rotterdam
(Foto Leidsch Dagblad,
Ooggetuigen vertellen
Schokkend waren de verhalen van
hen. die de catastrofe hebben over
leefd. Gedurende enkele seconden na
het ongeluk was het doodstil geweest,
toen klonk er van alle kanten een
vreselijk gekerm. Een inzittende van
de trein uit Utrecht vertelde, dat hij
hevig door elkaar geschud was en
toen hij het besef had om zich heen
te kijken, zag hij zich omringd door
doden en gewonden in een onbe
schrijflijke materiële ravage. Deze
passagier had nog een half uur ge
holpen bij het bergen en verzorgen
van de slachtoffers. Toen was hij zo
uitgeput, dat hij zich genoodzaakt
zag het terrein van de ramp te ver
laten.
De dienstplichtige soldaat Steffeijs
uit de Zwolsestraat in Scheveningen
had eveneens geruime tijd geholpen.
Deze negentienjarige had geen jasje
meer aan, zijn overhemd en zijn
broek waren bebloed en gescheurd.
Hij zat in de trein uit Leeuwarden.
„Ineens die klap en dat afschuwe
lijke gegil", vertelde hij, „ik ben di
rect gaan helpen. Dat was, dadelijk
na de ramp. een bijna bovenmense
lijke taak, want vele passagiers die
kort tevoren nog hadden zitten of
staan praten, waren op slag gedood.
Ik wil nu weg". Dat was omstreeks
kwart over elf. Er werd toen nog vol
op gezaagd en gehamerd om de
doden en gewonden te naderen, die
nog tussen de wrakstukken beklemd
zaten. Door een gat in het dak van
een rijtuig werden overblijfselen van
verminkte lichamen naar buiten ge
bracht.
Om elf uur stonden al dertig bran
cards bedekt met dekens langs de
rails. Op de achtergrond een hoge
berg verwrongen staal, versplinterd
hout, met kantige glasscherven in
raamsponningen, welke volkomen uit
hun verband waren gerukt. Draden
van de bovenleiding bungelden naar
beneden. De 'zware locomotief van
de sneltrein uit het noorden lag
omgeworpen, platgeslagen en open
gescheurd half over de groene uiteen
gereten rijtuigen van de trein uit
Rotterdam.
Bij de spoorwegovergang met nog
in papier verpakte brancards en rijen
ziekenauto's samen. Door de grijze
mist flitsten de blauwe alarmlichten
van politieauto's. En het huilende
sirenegeluid waarmee de ambulances
af en aan reden; accentueerde nog de
betrekkelijke stilte op de plaats van
de ramp.
Op het station te Woerden stonden
vanmorgen zusters van het r.-k. pen
sionaat te Woerden kort na negen
uur te wachten op de aankomst van
de trein uit Leeuwarden. In die trein
bevonden zich kinderen van het pen
sionaat, die met kerstvakantie waren
geweest. Plotseling zagen de nonnen
spoorwegpersoneel de baan oprennen.
„Er is een verschrikkelijk ongeluk
gebeurd", riep een van de N.S.-man-
nen. De zusters begaven zich zo snel
mogelijk naar de plaats van het on
geluk. De vrees van de zusters dat de
kinderen waren omgekomen, is zeer
waarschijnlijk bewaarheid.
Kort voor half tien liep de boer C.
van Leeuwen naar zjjn stee, welke
aan de Breudjjk in Harmeien vlak
nabjj de spoorljjn is gelegen. Op de
spoorwegovergang hoorde hjj een
enorme klap. Er was geen twjjfel
mogelijk, er moesten treinen tegen
elkaar ztfn gebotst. De heer Van
Leeuwen snelde met nog vele om
wonenden in de richting van waar
de klap was gekomen. „Ik was ver
stijfd van schrik" vertelde hjj ons.
„Het drong langzaam tot mij door,
dat er vele mensen zouden zjjn ge
dood. Ik heb direct mjjn tractor ge
haald om te helpen brokstukken,
waartussen passagiers bekneld zaten
uit elkaar te trekken.
Het was verschrikkelijk. Ik heb
automatisch mijn tractor bestuurd,
terwijl tal van mannen doden en ge
wonden langs mij heen droegen. De
broer van de heer C. van Leeuwen,
de taxi-ondernemer J. van Leeuwen,
is direct begonnen met het afvoeren
van gewonden. Naar Rotterdam, naar
Amsterdam, Utrecht, hij weet zelf
niet meer waar zijn wagens naar toe
waren.
SAMENGEDRUKT
Met zijn kleding vol bloedvlekken
liep de 32-jarige bouwvakarbeider
Bertus Bouman uit de Jozeflaan te
Rotterdam tussen de ravage.
„Even over negen was ik in
de trein uit Leeuwarden gestapt. Ik
moest staan, omdat er geen zitplaat
sen meer waren. De trein had juist
zijn topsnelheid bereikt, toen er een
enorme schok doorheen ging. De
wagen ik zat in een van de eerste
rijtuigen werd als een harmonika
samengedrukt en kantelde toen van
de dijk. Ik zag in een flits, dat men
sen die zaten tussen de banken wer
den samengeperst. Ik werd overdekt
door glas van brekende ruiten, maar
ik kon door het venster naar buiten
komen. Overal lagen doden en ge
wonden. Het kermen van de gewon
den klinkt me nog in de oren.
Gelukkig had ik de tegenwoordig
heid van geest, zo gauw mogelijk te
aelpen. We hebben uit een keetje
van de spoorwegen, dat In de buurt
/an de plaats van het ongeluk
tond, snijbrrnders en ander gereed-
chap gehaald. We konden al gauw
vat mensen bevrijden, maar met de
neesten duurde het erg lang, omdat
e zo bekneld zaten". In een van de
.vagons van de Leeuwarder trein, die
op de rails waren gebleven, bevond
zich missionaris L. Onderwater, die
met verlof uit Kameroen in ons land
is. Hij reisde van Arnhem naar Rot-
Redders hebben veel moeite mei
het bergen van doden en ge-
wonden uit de ontstellende
ravage
(Foto Leidsch Dagblad)
terdam. „Ik heb nog enkele mensen
de absolutie kunnen geven", zei hij.
„De meeste slachtoffers zijn echter
op slag dood geweest. Ik heb nog ge
sproken met een zwaargewonde man.
Hij was er slecht aan toe, maar hij
praatte heel rustig met mij, totdat
er medische hulp kwam. Waarschijn
lijk reeds te laat voor hem". Ook
predikanten en officieren van het
Leger des Heils hebben zich in aller
ijl naar Harmeien begeven, om waar
nodig geestelijke bijstand te verlenen.
Russen dwingen
Sabena-toestel
tot landen
Een Caravelle-straalvliegtuig
van de Belgische luchtvaart
maatschappij Sabena, dat op
weg was van de Perzische
hoofdstad Teheran naar Brus
sel en om 6 uur 40 hedenochtend
in Istanboel (Turkije) had moe
ten landen, is boven het Turks-
Perzische grensgebied door Rus
sische straaljagers onderschept
en naar Erevan in Sowjet-
Armenië geleid. Uit zijn laatste
boodschap aan het vliegveld
van de Turkse hoofdstad An
kara was gebleken, dat de piloot
niet wist waar hij zich precies
bevond, omdat zijn kompas
onklaar was geraakt.
Het toestel had negentien
passagiers en een bemanning
van acht man aan boord.
Uit het Leidsch Dagblad van
9 Januari 1862:
Gisteren tvas de zaal van
den Gemeenteraad te 's Hage
voor het eerst met gas ver
licht.
Door het Engelsche oor
logsschip Ranger is in No
vember l.l. een slavenhaler
genomen, waarvan de naam
en herkomst onbekend zijn.
Aan boord bevonden zich 850
negers. Het schip is naar St.
Helena opgebragt, waar de
slaven aan wal zijn gezet en
aldaar worden verzorgd.