VELPON BEELDEN IN LEIDEN FILMS VAM DEZE WEEK Leiders van Heilige Daad slechts slachtoffers van de president" „SUSANNE" De vuurproef Verdachten: „Wij geloofden erin RADIO TELEVISIE ra li dJGTVOET ,11 Haagse advocaat is door Worms gedagvaard in een kort geding Opgericht 1 maart 1860 Zaterdag 27 mei 1961 Derde blad no. 30364 Sterk contrasterende grootheden Twee talenten in „De vechtjas": Sir Alec Guinness en John Mills TRIANON „Tunes of glory" Is het boeiend verhaal van een botsing van twee mannen. Twee militairen. Twee persoonlijkheden ook, maar met een sterk uiteenlopend karakter. De een is een echte vechter, een man, die in de oorlog zün kans heeft gegrepen en van onder af is opgeklommen tot luitenant kolonel, belast met het commando over een Schots Hooglanders regiment. Een harde, ruwe kerel, verzot op whisky en vrouwen en door zyn mede-officieren op de handen gedragen. Voor zo'n fi guur is 't moeilijk te verkroppen, dat hij het commando moet overgeven en on dergeschikt wordt aan een kolonel, die het militair-zijn met de paplepel is in gegeven, maar die de oorlog als krijgs gevangene is doorgekomen en daarna zijn militaire carrière achter een bureau heeft voortgezet. Strubbelingen kunnen niet uitblijven, temeer omdat de nieuwe commandant niet overloopt van tact en scherp in zicht in de mentaliteit van zijn onder geschikten. De moeilijkheden worden verhaast door de ex-commandant, wan neer deze door alle tegenslagen moe deloos geworden zichzelf vergeet en in het openbaar een jonge korporaal, die zijn dochter het hof maakt, in het ge zicht slaat. Het komt tot een drama tische climax, waarbij men zich af vraagt. wie nu eigenlijk aan het langste eind heeft getrokken. Trouwens, regis seur Ronald Neame heeft nergens par tij getrokken voor zijn twee hoofdfigu ren, zoals hij van het begin af gedoemd was wat in de schaduw te blijven van het aoteeergeweld, dat die hoofdrolver tolkers op het gekleurde doek zetten. Twee erkende grootheden uit de Britse filmwereld zyn aan het woord en zij eisen alle aandacht voor zich op. De veelzijdigheid van het grote talent van Sir Alec Guinness komt weer eens sterk naar voren in de wyze, waarop hy de verbitterde vechtjas Jock Sinclair ge stalte geeft. Een tot in details warm bloedige strijder, soms beminnelijk, dan weer afstotend. Een creatie zó gaaf, maar ook zó dominerend, dat alleen een vrijwel even groot talent naast hem kon voorkomen onder de voet te wor den gelopen. Een opvallende prestatie dus van John Mills, die diep menselijk is als kolonel Basil Barrow. Een goed willende militair, die echter getergd en gedwarsboomd in zyn streven naar vol maaktheid, niet de kracht kan opbren gen door te zetten. Zjjn falen wordt hem noodlottig. De regisseur heeft er zich toe bepaald dit treffen van twee contrasterende grootheden nauwgezet te registreren. Advertentie Iets Iiimen? van Ceta-Bever Niets ontziend-realistisch Luxor De Zweedse arts Kid Colfach en zijn vrouw vervaardig den de film „Susanne", als drin gende waarschuwing tegen dat deel der moderne jeugd, dat ge vaarlijk en roekeloos leeft. Maar speciaaal ook aan ouders. Een schokkende film, waarin werkelijk niets is weggelaten De 16-jarige Susanne wordt verliefd op Olie, een populaire „nozem"-figuur in haar stad. Door hem komt zij terecht op de „intieme feestjes", die de politie allang met achterdocht beziet. Wanneer er een inval wordt gedaan, razen Olie en Susanne in hun auto weg, met alle ontzettende gevolgen van dien. Een ver schrikkelijke botsing volgt: zowel de jongen als het meisje worden ernstig gewond. Het is nauwelijks met een pen te beschrijven, hoe luguber hier alles is voorgesteld: de nu volgende operaties van Olie en van Susanne incluis. Niets heeft de Zweedse arts nagelaten, om de jeugd te doordringen van de gevaren, die aan „hard-rijden" verbonden zijn. Wanneer Susanne uiteindelijk het zie kenhuis kan verlaten, is zij wel licha melijk hersteld, doch de psychische ge volgen van de opgelopenshock doen zich volop gelden. Van een stil en ingetogen meisje is zij cynisch en hard geworden, dat nu van Alle jongens houdt. Zelfs Olie, die haar zijn liefde bekent, wordt alleen nog maar als seksuele partner er kend. Wanneer blijkt, dat zij van hem een kind verwacht, volgt na alle moge lijke ellende, een huwelijk. Maar in dat huwelijk wordt beider verhouding steeds vijandiger ten opzichte van elkaar. Su sanne haat Olie en het nog ongeboren kind. Wanneer het dan tenslotte ge boren wordt, is de toestand zodanig, dat Olie het huis verlaat. Tenslotte krijgt een nieuwe schrik de overhand over de vorige shock: het kind valt uit de kin derwagen en wordt bijna door een auto overreden. Dat is dan het ogenblik, waarop Susanne weer een normale vrouw wordt. De weg naar het geluk met Olie Staat tenslotte voor haar open. Zoals gezegd: een dringende waar schuwing tegen uitspattingen en zorge loosheden ener vroegrijpe jeugd, waarin werkelijk geen blad voor de mond ge nomen wordt. Het zijn verbijsterende omstandigheden, waarin jongens en meisjes kunnen geraken, vooral ook, v/anneer zij ouders hebben, die hen niet begrijpen en niet met hen meeleven. Eèn ondoordacht moment daarbij en het noodlot voltrekt zich in volle omvang... Hier is een actueel jeugdprobleem aan de orde gesteld, dat velen tot nadenken zal stemmen. Dat is een voordeel van deze onthutsende film, welke echter door haar nietsontziende weergave met grote stelligheid de vraag doet opwer pen, of een verfilming wel zö indringend onthullend mag zyn, als in een geval als dit Alle levens-„waarden" worden er door verkracht Dat daarbij zijn gevoel voor tempo en ritme hem wel eens bedroog, wordt door liet vele positieve, dat deze rolprent biedt, ruimschoots goed gemaakt. Sir Alec Guinness uitdagend op de voorgrond, en John Mills, zoals zij spelen in „De vechtjas". STUDIO Nog aan het eind van de zeventiende eeuw woekerde in de Engelse nederzettingen van Massa chusetts de middeleeuwse gifplant van de verschrikkelijke angst voor heksen en haar demonische invloed. Aan een van de laatste processen uit die tijd wijdde de bekende Ameri kaanse toneelschrijver Arthur Miller zijn stuk „De vuurproef", dat goed deels op authentieke gegevens berust en dat, in handen van Franse film kunstenaars, een brok aangrijpend en benauwend dorpsleven is gewor den. Uiteraard zal de film meer mo gelijkheden hebben geboden dan het ons onbekende stuk, doch tevens het gevaar van een zekere overdrijving die nogal eens aan het belachelijke 1 grenst. Vooral tegen het einde echter groeit de dramatische werking naar een hoogtepunt, dat de toeschouwer i met waarlijk tragisch medelijden vervult jegens de slachtoffers van i een benepenheid, waarmee de gees- gemeenschappen van Amerikaanse telijke en burgerlijke leiders in die kolonisten hun macht poogden te versterken. Het gegeven is eenvoudig: Elisabeth, de vrouw van een der kolonisten, John Proctor, schaamt zich voor haar gevoe lens van tederheid jegens haar echtge noot. Zij trekt zich terug, waardoor haar man in de verleiding valt betrekkingen aan te knopen met het dienstmeisje Abigail Williams. Elisabeth zet haar de deur uit en Abigail zint op wraak. Te zamen met andere meisjes neemt zij deel aan toverpraktijken onder leiding van een negerin. Als dit ontdekt wordt, ko men de predikanten en de gouverneur in actie. Abigail weet het zo te draaien, dat Elisabeth en nog twee anderen on der verdenking en in de gevangenis ko men. Maar John Proctor, die teveel van zijn vrouw houdt om haar aan de galg te zien eindigen, bekent in het openbaar zijn schuld. Men gelooft hem aanvanke lijk niet. Tenslotte poogt Abigail hem ertoe te brengen een valse verklaring af te leggen om op die manier zijn leven te redden. Maar John, tot dieper inzicht gekomen, weigert. Na een verzoening met Elisabeth gaat hij dapper zijn lot tegemoet. Te laat helaas komen zijn ge wapende vrienden, die echter nog wel de gelegenheid krijgen af te rekenen met de keiharde gouverneur en de dictatoriale maar o zo bangelijke dominee Parris. Zoals gezegd ontkomen sommige scènes niet aan een zekere mate van gechar- geerdheid. Het belachelijke doodt; in dergelijke tonelen is dat dan niet alleen het geval met de persoon, die aan de kaak gesteld wordt zoals nogal eens met dominee Parris het geval is», maar ook met het desbetreffende filmfragment, dat een inzinking betekent in een 'werk, dat dramatische kracht genoeg bezit om het zonder gezwollenheid te kunnen stel len. Gemakkelijk hebben de Franse film producenten het zich doorgaans niet ge maakt. Mede dank zij vooral Yves Mon- tand en. in mindere mate, Simone Signo- ret en Mylène Demongeot zijn zij er niet temin in geslaagd de lugubere angst van een bekrompen gemeenschap op rake wijze uit te beelden. En méér dan dat, want hier wordt een scherpe analyse ge geven van de fatale invloed van massa suggestie, waaraan drie zuivere mensen ten offer vallen. Gelukkig, in onze tyd is, althans in ons land, de dwaze angst Verdedigers tot de rechtbank: Het proces tegen de twee ver dachten in de zaak-Heilige Daad, heeft gisteren zijn voorlopig einde gekregen met de pleidooien, die de raadslieden hielden naar aanlei ding van hetgeen tijdens de zitting van vrijdag naar voren was gekomen. Mr. C. J. van Zorge, op tredende namens de deken", vond dat de officier van Justitie het in zijn requisitoir te veel in de humor heeft gezocht, waarbij hij met een zekere nonchalance over enkele kanten van de zaak zou zijn heen gegleden. Pleiter meende, dat er, wat zijn cliënt betreft, geen sprake kan zijn van oplichting van de N.V. Socrates of Nic. den Besten. Immers, niet alleen had verdachte nog geld van den Besten te vorderen, maar bovendien is deze van het begin af aan volkomen op de hoog te geweest van de Heilige Daad. Hy heeft willens en wetens geld in deze zaak gestoken, wellicht uit speculatie zucht. Niet duidelijk Mr. Van Zorge viel vervolgens de dag vaarding van de officier aan. Hieruit voor hekserij geweken, maar deze her innering aan het loerend gevaar van boosaardige hetze moge de toeschouwer inprenten op zijn hoede te zijn De vijand in de schaduw Veredelde Constantine LIDO: „De vijand in de schaduw" is een Eddie Constantine in luxe verpak king. Ook hier de man, die op wonder baarlijke wyze na veel spanning aan een regen van aanslagen ontsnapt, de f sterkste blijkt te zyn in gevechten met j twee of meer man. maar Er is een maar, want de karakterisering van de medespelenden is waarschijnlijker, soms ook menselijker dan het van dik-hout- zaagt-men-planken-werk van Eddie. Het camerawerk is ook suggestiever, heeft meer inhoud. En bovendien is er een niet verwachte ontknoping van het wir-war van raadselen, dat de intrige tot stand heeft gebracht. Al moet ge zegd worden, dat de ontknoping wel wat beter uitgewerkt had kunnen worden, omdat de aanvankelijke verrassing van de plotselinge wending van het verhaal ietwat wordt afgezwakt door een min of meer stuntelige verklaring ervan. De film is, zoals zo vele Franse films in een somber zwart-wit gehouden, met suggestieve achtergrondmuziek, waar door veel aan sfeer wordt gewonnen. Het verhaal is dan ook niet bepaald vrolijk, want het gaat over de harde stryd, die de FB.I. en Interpol moeten voeren tegen een uiterst geraffineerde en intelligente bende, die er werk van maakt om staatsgeheimen te bemachti gen. Dodenrit Veel kruitdamp Een van de „oude" beelden van de Sleutelstad is dat van de beroemde medicus en scheikundige Hermannus Boerhaave, die Leiden in zijn tijd (eind zeventiende en begin achttiende eeuw) tot een wetenschappelijk centrum met wereldnaam maakte. Hij oefende een grote invloed uit op de methodiek van het natuurwetenschappelijk onderzoek en publiceerde enkele medische en scheikundige verhan delingen, die jarenlang standaardwerken voor deze wetenschapstak- ken bleven. Het bronzen standbeeld van de grote geleerde werd gemodelleerd door Stracké en in 1'872 onthuld. Aanvankelijk stond het bij het huidige Museum voor Volkenkunde aan de Steenstraat, toen daar nog het Academisch Ziekenhuis gevestigd was. Later is het naar zijn huidige standplaats aan het begin van de naar Boerhaave vernoemde straat tegenover de ingang van het huidige ziekenhuiscomplex aan de Rijnsburgerweg verplaatst. REX De cowboyfilm, die deze week in het theater aan de Haarlemmer straat draait, haalt zeker de middel maat van dit genre, hoewel het ver haal soms wel wat te veel wordt uit gesponnen. Het vredige stadje .Paradise" wordt plotseling opgeschrikt door een viertal terdoodveroordeelden, die hebben weten te ontsnappen. Na een aantal burgers neergeknald te hebben, verdwijnen zij met het geld van de bank en een jong meisje in noordelijke richting. De nieu we hulp-sheriff Banner Cole (Audy Murphie) zet met een zestal moedige mannen de achtervolging in. By dit zestal bevindt zich ook een zekere Kern (John Saxon» een fatje uit New York, die zal gaan bewijzen, dat ook hij een kerel is. Onderweg treffen zij het ver nederde meisje aan. Banner Cole redt haar twee maal. Eerst van een slang en later van zelfmoord. Enkele mannen keren terug, maar het uitgedunde groep je eist wraak. Telkens stuiten bendele den en achtervolgers op elkaar, waar bij aan weerszijden slachtoffers vallen, Tenslotte blijven alleen Cole en Kern over. Beide mannen weten de rest van de bende te doden en keren als triom fators, zij het niet zonder kleerscheu ren, naar Paradise terug. Het geredde meisje en Cole wandelen aan het eind van de rolprent in een diepe verstand houding samen weg. Oe hond van de Baskervilles Knappe verfilming van beroemd verhaal CASINO Wie deze week uit 't thea ter aan de Hogewoerd komt, zal onwil lekeurig schichtig om zich heen kijken of er misschien een hond in de buurt is. Want „De hond van Baskervilles", althans deze verfilming van het ver haal dat uit de vorige eeuw(!) dateert, is spannender en suggestiever dan meni ge film waarvoor een moderne griezel expert de stof heeft geleverd. Het be roemde verhaal van Conan Doyle moge een tikkeltje verouderd zijn waar het de dialogen en de werkwijze van de de tective Sherlock Homes betreft, in zyn hoofdzaken echter de opbouw van het verhaal, de sfeertekening is het nog up-to-date. ,De hond van de Baskervilles" is al eerder verfilmd. Deze versie met Pe ter Cushin als de befaamde Sherlock Holmes en André Morell als diens on afscheidelijke metgezel dr. Watson is ronduit knap. Een pittoreske proloog toont ons, hoe de legende ontstaan is, die aan het mysterie ten grondslag ligt. Dan volgen de makers getrouw het verhaal van Doyle en zien we hoe Hol mes en Watson alle pogingen in het werk stellen om het leven te redden van de laatste der Baskervilles. die na de raadselachtige dood van zyn voor ganger op zijn beurt bedreigd wordt door de nog raadselachtiger „helhond". Uitstekend wordt de beklemmende sfeer getekend van de „moor" (een uitgestrekt landschap van moeras en heide» waar over 's nachts altyd een dichte mist hangt. In deze spookachtige omgeving dwalen de mannen rond en wordt ten slotte het mysterie opgelost. Maar ook voor hem, die de oplossing reeds kennen, valt er genoeg te griezelen I „M zou o.a. niet duidelijk blijken welke per sonen zijn opgelicht. Ook de omschrij ving van de wijze, waarop de Heilige Daad zou zijn ontstaan, was, volgens de raadsman, niet juist. Op basis van deze dagvaarding zal geen veroordeling kunnen volgen. Pleiter geloofde, dat beide verdachten zyn beetgenomen door de Duitser Arnold Dreiss de Heilige Daad-president .die hij een bedrieger en vervalser noemde. Dreiss heeft lis tig gebruik gemaakt van de van plan nen tot wereldhervorming vervulde ver dachten. In de geest van verdachten is langzamerhand een eenrichtingsverkeer ontstaan. Hun geloof in de Heilige Daad werd versterkt door de „officiële" stukken en de informaties, die zy van een Israëlische zakenman kregen. Dat de „ambassadeur" erin geloofde, blijkt wel uit het feit. dat hij zichzelf en zijn familie tot de bedelstaf heeft ge bracht. Tenslotte ging mr. Van Zorge in op de tenlaste gelegde poging tot oplichting van een Noorse zakenman. Ook deze poging achtte hij niet bewe zen. omdat deze niet om geld doch slechts om een bereidverklaring tot fi nanciële deelneming was gevraagd. De raadsman concludeerde tenslotte tot vrijspraak. Gemengde gevoelens Ook by de verdediger van de „ambas sadeur", mr. J. van Wijngaarden, had het requisitoir „gemengde gevoelens" ge wekt. Met zyn collega was hij het eens. dat de zaak juridisch niet zo sterk staat. Deze raadsman vroeg zich af, of de strafvervolging van de „ambassadeur" niet mede is ingesteld om hem murw te maken in de Socrates-affaire, waar in hij als directeur eveneeens een rol heeft gespeeld. Den Besten heeft zich nimmer opgelicht gevoeld. Thans ech ter wordt hem voorgesteld, dat hij slachtoffer van verdachten is gewor den. Verdachten hebben volkomen in de Heilige Daad geloofd. Het is volgens de raadsman duidelijk, dat beiden keer op keer door Arnold Dreiss zijn overdon derd. Ook de Israëliër geloofde erin en dat doet hij nog steeds. Trouwens, is de Heilige Daad-idee zo gek? Mr. Van Wijngaarden meent, dat deze idee is terug te vinden in diverse internationale organisaties en in Spanje bestaat zelfs een instituut, dat vrijwel identiek is aan dat van de Heilige Daad. Er wordt over deze zaken gesproken en vele mensen houden zich ermee be zig. Is het dan zo vreemd, dat ver dachten zich lieten meeslepen door Dreiss, die volgens raadsman echter mis bruik heeft gemaakt van het enthou siasme van verdachten. De officier gaat. aldus mr. Van Wijn gaarden, van de gedachte uit, dat zelfs voor het geval verdachten niet de be doeling hebben gehad op te lichten hun achteraf wel degelijk oplichting kan worden aangewreven. Pleiter achtte dit onmogelijk. Evenals zijn medeverdedi ger concludeerde hij tot vrijspraak. Niet begrepen „Als de raadslieden denken, dat ik deze zaak in het belachelijke heb getrokken, hebben ze mijn requisitoir niet begre pen", zo wierp de officier van justitie, mr. J. F. Hartsuiker, de verdedigers tegen. Als er iets belachelijks is, komt dat door de feiten en niet door mijn interpretatie. De officier noemde oplichting een hoogst ernstig misdrijf. Het gaat er niet om wie precies de benadeelde is. Hoofd zaak is of er is opgelicht. Overigens heeft den Besten meermalen verklaard, dat hij nooit geld zou hebben gegeven als hy de Heilige Daad had doorzien. Verdachten beroepen zich erop, dat ze de verhalen van Arnold Dreiss hebben doorgegeven aan anderen. Maar tegen- i over een geldschieter vertelden zij deze verhalen als waarheden. Verdachten hadden de rechtsplicht de verhalen van Dreiss te onderzo ken. alvorens zy men sen gingen bewegen hiervoor geld te ge ven. In zyn laatste woord verzekerde de „deken" zich nooit aan list of bedrog tc hebben schuldig gemaakt. De „am- I bassadeur" zei te betreuren, dat er j tijdens de zitting op de tribune enige malen is gelachen om de ideeën van de Heilige Daad. „Ik heb erin geloofd en het is nooit myn bedoeling geweest iemand te bedriegen en evenmin om mijzelf te willen verryken". Over de Heilige Daad zei hy voorts: „In deze wereld met rassehaat, atoombomgevaar en hongersnood moest men het toejui chen, dat er een organisatie kwam, die hieraan een eind wilde maken. Het past niemand dit belachelijk te maken". De rechtbank zal over 14 dagen uit spraak doen. Het proces-Heilige Daad, dat in totaal tien uur in beslag heeft genomen doch dat maanden voor bereiding heeft gevergd is voorlopig ten einde. m ii: GANGEUl. LEIDEN-TEL.2S0W») Moet bewijsstukken corruptie overleggen (Van onze Haagse correspondent) Een verrassende ontwikkeling heeft zich voorgedaan in de schrootfraude-affaire waarin de heer L. Worms nog steeds tracht recht te verkrijgen en de corruptie by de vereveningskas van de E.G.K.S. te bewijzen. Terwijl in Den Haag de heer Worms een Haagse advocaat in kort geding heeft gedagvaard om de bewijsstukken over een beweerde fraude of een geval van het aanvaarden van steekpenningen door de heer D. Spierenburg, die thans vice-voorzitter van de Hoge Autoriteit van de E.G.K.S. is, aan de officier van Justitie over te leggen, komt uit Luxemburg het bericht, dat de heer Spierenburg volledig zou zijn gerehabiliteerd. Dit zyn wonderlijke complicaties, die zich voordoen nu de heer Worms erin geslaagd is de heer Spierenburg zodanig te prikkelen, dat deze een aanklacht wegens laster tegen hem indiende. Om te beginnen het bericht uit Luxemburg Dit komt van Associated Press. „Goed ingelichte zegslieden" zou den dit persbureau hebben medegedeeld, dat „de heer Spierenburg van alle blaam gezuiverd is". De Nederlandse minister van Econo mische Zaken heeft namelyk verklaard, dat de heer Worms tydens een telefoon gesprek met hem zou hebben gezegd, dat het „mogelyk was, dat de heer Spie renburg de steekpenningen had geind voor de Staat der Nederlanden". Het blijkt echter, dat de minister van Economische Zaken niet heeft begrepen, dat deze opmerking van de heer Worms sarcastisch bedoeld was. Door deze op merking letterlyk te nemen en daarvan mededeling te doen aan de Hoge Auto riteit van de E.G.K.S., is de verwarring ontstaan. Het kan natuurlyk niet juist zyn, dat terwyl de aanklacht tegen de heer Worms wegens laster nog in behan deling is, de heer Spierenburg reeds vol komen zou zyn gezuiverd van de be schuldiging van corruptie. De zaak is sub judice en men zal dus moeten af wachten wat de rechter beslist. Merkwaardig Het dagvaarden van de Haagse advo caat door de heer Worms is daarom zo merkwaardig, omdat deze advocaat bij zyn verhoor door de officier van Justi tie, mr. dr. J. C. Maris, bevestigd heeft, wat de heer Worms bij het ministerie van Economische Zaken heeft bekend gemaakt. namelyk, dat hij (de advo caat) de belangrijkste inlichtingen heeft verschaft op grond waarvan de heer Worms zyn beschuldiging tegen de heer Spierenburg heeft geuit. I)e advocaat weigerde echter de bewijsstukken aan de officier van Justitie en de heer Worms over te leggen. De officier van Justitie is niet in staat een getuige te dwingen bewysstukken te overhandigen. Voor de heer Worms zat er dus niets anders op, dan deze stukken op te eisen in een kort geding. Daartoe heeft de Rotterdamse advo caat mr. B. J. Pot dan ook bereids een I dagvaarding tegen zyn confrère in Den Haag uitgebracht Op straffe van een dwangsom van. f 10.000.voor iedere dag dat hy weigerachtig biyft, de stuk ken Ier beschikking te stellen, werd de advocaat aangemaand dit alsnog te doen en wel uiteriyk vóór woensdag middag jl. 12.00 uur. Mr. Pot heeft In middels telegrafisch bericht ontvangen van de gedagvaarde, dat hy de stukken ter beschikking van de heer Worms zal stellen, daar deze zich zou laten leiden door persoonlyke motieven. Er zou na melijk rancune jegens de heer Spieren burg in het spel zyn. Volgende week vrydag zal de presi dent van de Haagse rechtbank dit merk waardige kort geding behandelen. Mr. dr. J. C. Maris, de officiervan Justitie, zal als getuige optreden. Hy immers zal kunnen bevestigen, dat de advocaat be schuldigingen aan het adres van de heer Spierenburg heeft herhaald by zyn ver hoor. Kunstenaars naar Griekenland Op grond van het cultureel akkoord tussen Nederland en Griekenland zal een vyftal jonge acteurs en actrices een studiereis naar Griekenland ma ken op uitnodiging van de Griekse re gering Dit zyn: Jules Croiset, Hans Croiset, Annet Nieuwenhuyzen. Tom van Beek en Anna-Marie Heyligers. Ze zullen in Griekenland het theaterfesti val in Athene en Epidaurus bywonen. Het initiatief tot deze reis is uitgegaan van mevrouw Josephine van Gasteren. De acteurs en actrices werden gister middag namens de minister van O.K. en W. in het ministerie ontvangen door de secretaris-generaal dr. J. H. Wesselings. Gevaarlijke indruk De secretaris-generaal van het Inter nationaal Verbond van vrye vakver enigingen (IVVV). de Belg Omer Becu, meent dat de recente bezoeken van Westeuropese staatslieden aan Spanje en Portugal „De gevaariyke indruk kunnen wekken dat de vrye wereld tota litaire regimes steunt". Becu doelde op de verklaringen die de Westduitse minister van Economische Zaken Erhard en de Engelse minister van Binnenlandse Zaken Butler dezer dagen resp. in Lissabon en Madrid heb ben afgelegd. Beide staatslieden bepleit ten opneming van Spanje en Portugal in de westeiyke gemeenschap.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 5