WILL VAN ZOELEN
spoRtief
PORtRGt
Suggestie
Nieuw groot weerstandsvermogen
van de diverse effectenbeurzen
Hij heeft het zelf bewezen
Weer gunstige oordelen over de
Nederlandse economie
ZATERDAG 29 APRIL 1961
Tafeltennisser kijkt terug op
lange succesvolle loopbaan
„Met veel spelen kan je
een heel eind komen"
.Ik heb nog nooit zo genoeg
lijk gespeeld als in Scylla".
Wanneer zoiets gezegd
wordt door een man als Will
van Zoelen, dan mag men dat
in de Leidse tafeltennisvereni
ging beslist als een groot com
pliment opvatten.
Will van Zoelen is immers
niet de eerste de beste in de
tafeltenniswereld.
Het heeft destijds ook nogal
wat opzien gebaard, dat Jiij
Sparta verliet om de gelederen
van Scylla te gaan versterken.
„Er was echter geen sprake
van ongenoegen", vertelde
Will ons zelf. „Ik wilde alleen
de touwtjes wat laten vieren.
Bij Sparta stonden genoeg
talentvolle spelers te dringen
om mijn plaats in te nemen en
daar ik naar Noordwijk ver
huisde, gaf ik er de voorkeur
aan in de Leidse vereniging te
gaan spelen".
Van dat „touwtjes vieren" is
overigens nie* zo heel veel te
recht gekomen, want met Will
van Zoelen in hun midden wa
ren de Leidenaars oppermach
tig in de overgangsklasse en nog
datzelfde jaar het was 1954
promoveerde het eerste team
naar de hoofdklasse. Daarin
heeft het zich door de jaren
heen gehandhaafd, al heet dat
nu ereklasse.
Vanzelfsprekend heeft Will van
Zoelen dat niet alleen gekund.
In die jaren heeft hij voorname
lijk gespeeld naast Hans van
der Voort, Otto Verkerk, Lex
Karamoy en de Alphenaar Piet
van der Laken. Ook dit seizoen
1boksen zij zich er weer aardig
doorheen. „Toch merk ik, dat ik
iets afzak", merkte Will van
Zoelen op. „Ik word ook een
jaartje ouder. Ik hen nu al 43 en
waarschijnlijk de oudste speler,
die nog in de ereklasse uitkomt".
„Waar speelt Scylla eigenlijk?".
Er trok een schaduw over zijn
scherp getekend, smal gezicht.
„Aan het Rapenburg. Nummer
52. Het gebouw heeft iets weg van
een stokoud universiteitsgebouw.
Het dateert waarschijnlijk uit de
zestiende of zeventiende eeuw. Het
water druipt van de muren. En het
tocht er verschrikkelijk. Zet het er
maar in, mijn zegen heb je.
Het kan geen kwaad. Al is het
alleen maar, opdat men zich reali
seert, dat het daar niet goed gaat.
Daar kan niets worden gedaan. En
het hoofd van de school laat dan
nog weten: dit is verboden en dat
is ook verboden. Op het laatst kan
je alleen nog maar zeggen: Ja
maar, meneer, wat mag er nu
eigenlijk wel
Gebrek aan ballen
Wanneer men de carrière van
iemand onder de loep neemt, moet
men toch ergens beginnen. Bij een
sportman heeft het weinig zin tot
zijn prilste jeugd terug te gaan.
Laten we daarom niet verder terug
gaan dan de oorlogsjaren. Toen ta
feltenniste Will van Zoelen als een
zeer veelbelovende jongere bij de
vereniging „Animo" in de eerste-
klasse van de afdeling Amsterdam.
Nu ja, tafeltennissen„In die
tijd speelden wij met gerepareerde
ballen", herinnerde hij zich
lachend. Overigens heeft dat niet
zo bar lang geduurd, want na enke
le jaartjes ging datzelfde „Animo"
heel rustig ter ziele. Niet wegens
gebrek aan animo. Gewoon geen
ballenDie balletjes moesten
uit het buitenland komen. Door de
oorlog stond de invoer vanzelfspre
kend stil. Wat er was, werd zolang
mogeliik gebruikt. Was een balletje
stuk, dan kon men met aceton heel
veel doen, maar op het laatst waren
er geen balletjes meerEn zo
die er nog waren, dan was er geen
aceton.
„Jammer eigenlijk. We waren
toen net kampioen van de afdeling
en landskampioen geworden", mij
merde Will nog na.
Na de oorlog duurde hèt niet lang
of de gerenommeerde spelers von
den elkaar weer: Cor du Buv, Henk
Clausen en de gebroeders Danner.
In een gesprek met Will van Zoe
len over het verleden kan het niet
anders of men komt de naam van
Cor du Buv talloze malen tegen.
Aanvankelijk speelden zij samen
in die concentratie van sterke sDe-
lers: het Amsterdamse A.M.V.J.
Cor ging echter al spoedig terug
naar ziin oude vereniging Sparta,
maar Will van Zoelen bleef in de
hoofdstad met Henk Clausen. Thijs
Valkema, de gebroeders Danner
(beiden arts) e.a. in de hoofdklasse
spelen.
Demonstraties
Maar dat wil niet zeggen, dat hij
Cor du Buy uit het oog verloor.
Integendeel, met de landskampioen
gaf Will van Zoelen overal in Ne
derland tot in de kleinste gaten
toe demonstraties. Het tafelten
nis was toen in een snelle opmars.
„En het leuke is, dat tafeltennis
een van de weinige sporten is,
waarin geen verschil gemaakt
wordt tussen amateur en prof. Zie
je kans betaald te worden voor je
spel? Heel goed, de nationale of in
ternationale bond zal je geen
duimbreed in de weg leggen. Er
werd dus wel wat aan die demon
stratiepartijen verdiend.
Internationaal zijn er twee heel
snrekende voorbeelden te geven: de
Hongaren Barna en Szabados, die
na de oorlog naar Engeland zijn
uitgeweken. Barna is praktisch mil
jonair geworden in de tafeltennis
sport. En Szabados bezit een van
de grootste tafeltenniszalen ter we
reld. Die staat in Melbourne. Men
kan daarin wel honderd tafels vin
den".
Trouwens, Cor du Buy heeft ook
in de sport verder zijn brood ver
diend. Hij kwam in een zaak van
sportartikelen.
„De samenwerking tussen ons
werd steeds beter en duurde dan
ook niet lang of ik werd eveneens
in de firma opgenomen", aldus Will
van Zoelen.
Naar Sparta
In 1947 degradeerde het eerste
team van A.M.V.J. naar de over
gangsklasse. De „concentratie van
sterke spelers" was wat uiteen ge
vallen.
„Ik elf kwam toen juist wat
meer naar voren. Ik werd voor se
lecties en dergelijke uitgekozen.
Men vroeg mij of ik ook in Sparta
wilde komen. Dat heb ik gedaan.
In prettig overleg met A.M.V.J.
overigens, waar iedereen van oor
deel was dat het voor de ontwikke
ling van mijn spel inderdaad beter
was als ik naar Sparta ging. Neen,
het ging echt in den gemoede".
Dus speelden Cor en Will ook sa
men in één vereniging. Ze stonden
alleen nog maar tegenover elkaar
bij de Nederlandse kampioenschap
pen. Daardoor is Will er nooit in
geslaagd de titel te behalen. Cor
was te sterk. Wel is Will vele malen
dubbel- en mixedkampioen geweest,
maar nooit in het enkelspel. En
toen hij in 1952 in Den Bosch ein
delijk op weg leek naar de zo vurig
begeerde titel, liet hij de winst op
het allerlaatste ogenblik toch nog
glippen. Slechts éénmaal heeft hij
Cor du Buy kunnen slaan in een
finale, maar dat was tijdens de ma-
rathonwedstryiden om de N.T.C.C.-
cup.
In één opzicht heeft Will zijn
„eeuwige" rivaal echter de loef af
gestoken. Zevenmaal heeft hij deel
genomen aan de wereldkampioen
schappen. Eenmaal is het hem ge
lukt door te dringen tot de laatste
zestien. Dat was in 1950 te Wenen.
Totnutoe heeft geen Nederlander
hem dit nagedaanZelfs de in
middels naar Australië geëmi
greerde Cor du Buy niet.
Wel bereikte hij de laatste acht
in het dubbelspel. In 1953 te Boeka
rest. „Uitgeschakeld door de Hon
garen Koczian en Sido", zeggen de
notities in de agenda van Van Zoe
len. En dat is bepaald geen schan
de!
Zuur debuut
We wilden nog meer weten.
„Van de eerste maal af, dat ik
aan de wereldkampioenschappen
meedeed tot 1955 toe heb ik vrijwel
onafgebroken in het Nederlandse
team gespeeld". Dat komt dan neer
op ongeveer 55 landenwedstrijden,
de wereldkampioenschappen niet
meegerekend.
Dat lange optreden in ons natio
nale team is wel erg zuur begonnen.
De allereerste maal, dat Will van
Zoelen daarin mocht optreden was
tegen Hongaren.
„Ik was de eerste, die achter de
tafel kwam te staan tegen.Fe-
renc Sido! Het inspelen ging nog,
maar toen het eenmaal ernst was,
bracht ik er niet veel van terecht.
Ik was hypernerveus.
Sido serveerde eerst en scoorde
prompt vijf punten. Ik kon er niets
tegen doen. Dat kwam voorname
lijk door die verschrikkelijke „spin",
die bij met zijn vingers aan de bal
gaf. In Nederland was dat toen ook
nog toegestaan, maar praktisch
niemand maakte er gebruik van.
Cor du Buy kreeg trouwens ook
klop met net zoveel als hij maar
wilde.In mijn daarop volgende
service maakte ik zowaar één punt.
Toen Sido weer en ik kreeg geen
bal goed terug: 141. Bij mijn vol
gende service produceerde ik weer
een puntje, waarna Sido geen foutje
maakte212.Ik stond er echt
een beetje voor aap bij. In de twee
de game ging het wel iets gunstiger,
maar alleen omdat Ferenc Sido wat
medelijden had!"
Zweedse
heksenketel
Een van zijn aardige internatio
nale ervaringen was een trip van
veertien dagen door Denemarken
en Zweden.
Illlllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
w-v "x
-
„Ik ben een zeer verwoed
lezer van het Leidsch Dagblad",
vertelde Will van Zoelen ons.
„Ik heb dus ook het uit
gebreide stuk gelezen, die daar
in stond over de sportweek
welke dit jaar in de Sleutelstad
in het kader van het 25-jarig
bestaan van de Leidse Sport
stichting wordt gehouden. Een
ontegenzeggelijk lijvig program
ma. Maar hoewel Scylla in de
ereklasse speelt en Docos in de
hoofdklasse, heb ik moeten con
stateren, dat er totaal geen
ruimte is vrijgemaakt voor het
tafeltennis".
„Laat ik dan de suggestie
aan de hand mogen doen om
het Nederlands team te laten
uitkomen tegen de oud-inter
nationals. Het zou iets uniek
voor Nederland zijn. Men zou
het beste tafeltennis te zien krij
gen, dat in ons land mogelijk
is."
1 Jl
■Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
„We waren met zijn vieren: Cor
du Buy, Jan Scheffer, Wim Stoop
en ik. Er was geen official bij.
Hoogtepunt was de interland Dene
markenNederland in een prach
tige sporthal, die eigenlijk alleen
voor badminton bestemd was. We
wonnen met 81. Die ene wedstrijd
verloor ik!"
„Daarna gingen we door allerlei
Zweedse stadjes toex-en. We hadden
nogal moeite met de taal, want er
waren niet zoveel personen te vin
den, die Engels of Duits spraken.
In de havènplaats Sundsvall moes
ten we tegen het sterke Zweden
aantreden. We kregen direct na
aankomst een programma in de
handen gedrukt, waarop alles van
minuut tot minuut stond vermeld.
We werden steeds maar bezigge
houden. Zó erg, dat het niet leuk
meer was. We moesten waterwer
ken bezichtigen en weet ik wat
meer. We hadden geen moment
voor ons zelf. Het heeft ons heel
wat moeite gekost om een uurtje
vrijaf te krijgen".
„Er werd gespeeld in een onge
looflijke mooie sporthal. Een van
de mooiste, die ik ooit gezien heb.
Er was plaats voor vierduizend toe
schouwers. Dagen tevoren was het
uitverkocht.
We hadden niet veel hoop op de
uitslag. Nederland had en heeft nog
nooit van Zweden kunnen winnen.
Cor stelde het team samen. Ik was
bepaald niet in vorm, maar toch
gaf hij aan mij de voorkeur boven
Jan Scheffer. Ik vond het zelf niet
helemaal fair. Het was op een zon
dagmiddag. Dat weet ik zo goed,
omdat Co Hoogendoorn van de ra
dio voortdurend contact had met
Sundsvall om te weten, hoe de
stand was.
We begonnen hoopvol. We kwa
men met 31 voor te staan. Cor
won twee partijen, maar Wim
Stoop was wat uit vorm. Hij kon
zowat geen punt scoren. Met mij
zelf ging het wonder boven wonder
ook goed. Ik won eveneens twee
partijen. Vier punten hadden we
dus al. Maar de Zweden liepen die
achterstand helemaal in: 4—4."
„De laatste partij moest de be
slissing brengen. Van Wim Stoop
hing dus alles af, want hij moest
nog een wedstrijd spelen. Het was
een zenuwpartij. En al die tijd
hing Hilversum maar ongeduldig
aan de lijn. Het was een heksen
ketel. De Zweden loeiden en gilden.
Steeds als een rally door de Zweed
met succes werd afgesloten daverde
het applaus. Maar als Stoop iets
goeds deed, kon je een speld horen
vallen. We konden het niet meer
aanzien, zo spannend was het.
Helaas, Stoop verloor
U mag het gerust weten, maar we
hebben toen als grote knapen met
zijn vieren een potje staan grienen,
hoewel Nederland tegen Zweden
nog nooit zo'n gunstig resultaat
(5—4) bereikt had. Het was dé
wedstrijd van Cor en mij".
Afscheid
In 1955 werd Will van Zoe
len voor het laatst gekozen
voor de wereldkampioenschappen
te Utrecht. Men gaf aan hem de
voorkeur boven krachten als Onnes,
Schoofs en Gimbel.
„Het verwonderde mij wel een
beetje, want het jaar daarvoor had
mijn spel al slijtage vlekjes ver
toond. Maar goed, ik kreeg de kans
om mijn internationale carrière af
te sluiten en ik geloof, dat ik het
goed heb gedaan. De laatste ont
moeting, waaraan ik meedeed, was
tegen Italië. Nederland won met
54, doordat ik in het laatste, zeer
enerverende duel Molina versloeg".
Dit tetekende dus het einde
van de internationale loophaan
van een speler, die van zichzelf
heweert, dat hij geen talent had
voor het tafeltennis
„Het is een kwestie van vast
heid. Dat krijg je door veel te
spelen. Trainen, trainen, trai
nen. Tot het oneindige. Het kan
ook anders. Onnes bijvoorbeeld
is een natuurtalent. Maar ik
was helemaal geen talent. Het
is echter gebleken, dat je door
machtig veel te spelen een heel
eind kan komen".
Gevaar voor overwaardering der aandelen
(Van onze financiële medewerker)
Als er de laatste weken één ding is komeS vast te staan, dan is het wel dit, dat
de effectenbeurzen over een ongekend weerstandsvermogen beschikken. De gebeur
tenissen in Laos, Cuba en deze week in Algerije zijn op het internationale politieke
vlak zeker niet te bagatelliseren en het daaruit voortvloeiende oorlogsgevaar zou
in vroeger tijden weinig minder dan een krach hebben veroorzaakt. Ditmaal niets
daarvan!
Wel is het indexcijfer voor de industriële aandelen te New York van zijn hoogste
stand (696.72) tot 672.66 gedaald en ging het algemeen indexcijfer op de Amster
damse beurs van ca. 484 op 18 dezer tot 455.84 op 24 dezer terug, maar reeds
dinsdag, toen de beslissing in Algerije nog niet was gevallen, veerde de Amster
damse beurs weer op, waarop New York met een herstel van ca. 10 punten volgde,
toen bleek, dat De Gaulle met bewonderenswaardige doortastendheid Frankrijk
voor de zoveelste maal van de ondergang had gered.
Zo zijn de effectenbeurzen tegen het
midden van de week weer „tot de orde
van de dag" overgegaan, wat in dit
geval wil zeggen dat men weer oog
kreeg voor de economische verschijnse
len, welke als de normale bewegings
factoren voor de fondsenhandel moeten
worden beschouwd.
Wat de Newyorkse beurs aangaat
heeft de stijgende staalproduktie gedu
rende vyf zes achtereenvolgende we
ken, zomede de grotere produktie van
automobielen blijkbaar nogal indruk
gemaakt, terwijl voorts de cijfers van
het eerste kwartaal 1961, hoewel me
rendeels lager, zijn meegevallen en de
hoop wekken dat het tweede trimester
het einde van de recessie meer over
tuigend zal aantonen. De door Kennedy
voorgestelde belastingmaatregelen, wel
ke een accrès van ca. 1 miljard dol
lar voor de staatskas zullen opleveren,
hebben de beurs blijkbaar niet veront
rust, omdat tegelijkertijd een nagenoeg
gelijk bedrag aan de schatkist zal wor
den onttrokken voor de concessies, welke
zullen worden gegeven ten behoeve van
vernieuwing en modernisering van het
Amerikaanse produktie-apparaat. Deze
worden noodzakelijk geacht om de V.S.
in staat te stellen de concurrentie op
het gebied van prijs en kwaliteit, met
name tegenover het buitenland te ver
gemakkelijken, terwijl verdere voorstel
len tot belastingherziening in het voor
uitzicht zijn gesteld.
Hoewel de Amerikaanse aandelen
markt zich op een nooit gekend hoog
koersniveau bevindt, de rendementen
derhalve laag en de koers winstverhou
dingen merendeels zeer hoog zijn, blijft
de grondtoon in Wall Street vast, een
omstandigheid, waarvoor de Europese
beurzen nog altijd uitermate gevoelig
zijn.
Temeer is dit het geval omdat de
Europese economie geen tekenen van
inzinking toont, maar zich, zij het in
wat vertraagd tempo, in opgaande ljjn
blijft ontwikkelen. De Europese Com
missie heeft als haar verwachting uit
gesproken dat, ondanks de onzekerheid
ten aanzien van de wereldconjunctuur
en de revaluatie in West-Duitsland en
Nederland, de economische expansie in
de landen van de E.E.G. zal aanhouden,
ook al zal de groei waarschijnlijk
kleiner zijn dan die In 1960. Toen was
ze 7 - voor 1961 wordt ze op 4)4 a 5)4
geraamd.
Wat Nederland betreft wordt een
voortduur van de binnenlandse spannin
gen verwacht en een voortzetting van
de restrictieve politiek van de regering,
welke door de revaluatie wordt verge
makkelijkt. Voor de verwachte stijging
van de lonen met 5 en de belasting
verlaging per 1 juli acht zij voldoende
ruimte op de betalingsbalans aanwezig.
Deze zienswijze klopt met het oordeel
van de president van de Ned. Bank,
die in zijn jaarverslag een vrij opti
mistische beschouwing over de Neder
landse economie heeft gegeven. De
stijging van het nationaal inkomen is
in het afgelopen jaar weer groter ge
weest dan in 1959. Toen een vooruit
gang van f. 36.3 miljard tot f. 38.7
miljard, dat is met 6.7 in het afge
lopen jaar een toeneming tot f. 42.5
miljard, dat is met rond 10 Doordat
de ontwikkeling van het verbruik bij
de stijging van het nationaal inkomen
is achtergebleven, ging de spaarquote
van 22 tot 23)6 vooruit, zij het ook
dat dit voornamelijk aan de kleinere
overheidsuitgaven was te danken.
In zoverre beschouwt de president
die stijging dan ook als een tijdelijk
verschijnsel, wat niet wegneemt dat de
omvang van de particuliere bestedingen
tot dusver geen verontrustende vormen
heeft aangenomen. Het saldo van de
betalingsbalans moge dan voor 1960 la
ger zijn geweest dan dat van de beide
voorgaande jaren (f 1.083 miljoen te
gen f. 1.606 miljoen in 1959 en f 1.661
miljoen in 1958), het is nog altijd zo
groot dat het een verdere vermindering,
uit monetaire oogmerken wenselijk, kan
verdragen.
De ontwikkeling van de Nederlandse
handelsbalans zal daartoe in het lopen
de jaar zonder twijfel bijdragen. Terwijl
in het eerste kwartaal van 1960 het in-
voersaldo ruim f. 500 miljoen beliep,
was dit in 1961 f. 823 miljoen, door
dat de invoer in sterkere mate stijgt
dan de uitvoer. Het grote knelpunt blijft
voorlopig de schaarste aan goed perso
neel, die voor een gewenste toeneming
van de industriële produktie een bedrei
ging vormt en de regering huiverig
maakt voor een al te snelle invoering
van de vijfdaagse werkweek.
Ook deze week heeft het merendeel
der jaarverslagen de aandelenmarkt in
haar optimisme gesteund en het buiten
land gelijk gegeven in de gunstige be
oordeling van het Nederlandse bedrijfs
leven en de daarop gebaseerde aanko
pen op de Amsterdamse aandelenmarkt.
In 1960 was het bedrag daarvan weer
hoger dan in 1959 (1.055 miljoen tegen
f. 830 miljoen), waardoor het bedrag
voor de laatste drie jaar tot ruim f. 2,3
miljard is gestegen. Ook in 1960 was
Amerika weer de voornaamste koper,
als tweede gevolgd door Zwitserland.
Hiertegenover stonden in het afgelo
pen jaar Nederlandse aankopen van bui
tenlandse fondsen tot een bedrag van
463 miljoen, doordat voor bijna f. )6 mil
jard Duitse fondsen werden gekocht, wat
wel meest obligaties zullen zijn geweest.
Nog altijd blijft de belangstelling van
de Nederlandse belegger voor deze waar
den bestaan, ook al treedt langzamer
hand een daling van de Duitse rente
stand in. Toch maakt men van goede
Duitse obligaties nog altijd ca 5
rendement, terwijl dit voor de Neder
landse staatsobligaties e.d. niet meer
Bezoek president
van Oostenrijk
Van 1619 mei
De Rijksvoorlichtingsdienst deelt
mede, dat voor het staatsbezoek,
dat de president van Oostenrijk
van 16 tot 19 mei aan H.M. de
Koningin en Z.K.H. de Prins der
Nederlanden zal brengen het vol
gende programma is vastgesteld.
dan 3 3/4 4 1/4 bedraagt. De reva
luatie heeft zowel het Duit-se als het
Nederlandse krediet versterkt, zodat de
Duitse regering opnieuw maatregelen
heeft genomen om de toevloed van bui
tenlands kapitaal af te remmen en men
een discontoverlaging blijft verwachten.
De monetaire reserves zijn in Duits
land reeds tot DM 32 Vs miljard geste
gen.
Zo blijven de factoren, die aan de
opwaartse tendens van de Amsterdamse
aandelenmarkt ten grondslag liggen, on
verminderd bestaan. Uit het verslag van
de N.B. is gebleken dat behalve door
het voordelig saldo van het effecten
verkeer met het buitenland, ook het
binnenlandse aanbod van kapitaal is
gestegen, zodat de bij de handelsban
ken gedeponeerde gelden van f. 6.9 mil
jard uit. 1959 tot f. 7.8 miljard uit.
1960 zijn toegenomen, waaronder de
spaargelden van f. 494 miljoen tot
f. 915 miljoen. Niettemin wijzen de te
goeden bij de spaarbanken ook nog elke
maand een belangrijke vooruitgang aan.
Per 1 april jl. bedroegen deze tegoeden
voor de particuliere spaarbanken f. 2.952
miljoen tegen f. 2.841 uit. 1960 en
f. 2.505 miljoen uit. 1959.
Het is duidelijk dat onder de hierbo
ven genoemde omstandigheden het ge
vaar voor een overwaïfrdering van de
Nederlandse aandelen toeneemt.
De president komt dinsdagmorgen 16
mei om 10.44 uur met de Nederlandse
koninklijke trein op het station Staats
spoor in Den Haag aan.
Per calèches wordt naar het Huis ten
Bosch'gereden in dit paleis zal de
president van 16 tot 19 mei verblijf hou
den alwaar kort na aankomst de
hoofden der diplomatieke missies hun
opwachting zullen maken. Na het noen
maal zal Amsterdam bezoèht worden.
De president zal een krans leggen bij het
Nationaal Monument. De ontvangst door
het gemeentebestuur van de hoofdstad
vindt in het Stedelijk Museum plaats,
dat tevens bezichtigd zal worden. Daar
na begeeft men zich naar 't Rijksmuse
um, waar enige der belangrijkste schil
derijenzalen worden bezocht. Het bezoek
van Amsterdam wordt besloten met een
rondvaart door de grachten, 's Avonds
vindt in de oranjezaal van het Huis ten
Bosch een gala-diner plaats, waaraan
ook de Prinsessen Beatrix en Irene zul
len aanzitten.
De morgen van de 17e mei is bestemd
voor een bezoek aan Rotterdam. Na een
bezoek aan de Euromast wordt naar de
residentie gereden, waar de ministerraad
in de Trèveszaal aan het Binnenhof het
noenmaal zal aanbieden.
De president heeft het voornemen
's middags in de Witte Sociëteit de Oos
tenrijkse kolonie in Nederland te ont
vangen.
Het gemeentebestuur van Den Haag
biedt 's avonds in de Kon. Schouwburg
een voorstelling aan, die verzorgd zal
worden door het Nederl. Ballet in sa
menwerking met het Residentie-Orkest.
Donderdag 18 mei zal de president
via Edam naar Volendam rijden. Daar
ligt het koninklijk jacht Piet Hein ge
reed, dat de president naar Lelystad (O.
Flevoland) zal brengen. In Lelystad zal
een uiteenzetting van de Zuiderzeewer
ken worden gegeven. Langs de in uit
voering zijnde werken vaart de Piet Hein
naar Muiden, vanwaar per auto naar
Den Haag wordt gereden. In de ambas
sade van Oostenrijk zal de president aan
de koningin, de prins en de beide oudste
prinsessen het contra-diner aanbieden.
Vrijdagmorgen 19 mei keert de presi
dent om half elf met de koninklijke trein
van het station Staatsspoor naar zij land
terug. De koningin en de prins zullen
de president op het station uitgeleide
doen.