JODENHETZE IN NEDERLAND IN PROCES - EICHMANN BELICHT „Fanatieke groep, die de natie niet kent". Chroesjtsjow: Amerika bereidde agressie voor Ons land was toneel van een niet-aflatende jacht op joden Tfoermn E/astiC DE GAULLE VOOR RADIO EN TV President neemt maatregelen diehem noodzakelijk voorkomen Dr. Stalmann vrijgelaten Boodschap aan president V.S. Verkeersslachtoffers in weekeinde Een slippende auto bij Heenvliet kostte aan twee mensen liet leven MAANDAG 24 APRIL 1961 Davidsster ereteken De openbare aanklager in het proces-Eichmann, mr. Gideon Hausner, heeft op de vijfde dag van het proces uitvoerig aandacht besteed aan de jodenvervolging in Nederland door de Duitsers. Mr. Hausner volgde in zijn rede stap voor stap de lijdensweg van de Neder landse Joden en zei dat de nazi's reeds direct na de overmeestering van Neder land hun „oplossing van het Joden vraagstuk" inzetten. By de Nederlandse sectie van de „Sicherheltspolizei" werd meteen een afdeling Joodse Zaken in gesteld, naar later bleek onder dezelfde naam als de afdeling van Eichmann, „4B4". Aan het hoofd van deze afdeling stonden Eichmanns mensen Zopf, Ra- jakowitsch en anderen, die in Amster dam begonnen gegevens over Joden in Nederland te verzamelen. De eerste maatregelen tegen de Ne derlandse Joden bestonden uit hun ver wijdering uit openbare ambten, een reisverbod, verbod tot het bezoeken van theaters, bioscopen en restaurants, een verbod voor Joodse kinderen de school te bezoeken en een maatregel die ten doel had de Joden nog meer te verne deren, het dragen van de gele Davids ster. Hierbij hadden de nazi's echter niet gerekend op het verzet van het ge hele Nederlandse volk. Vele niet-Joden begonnen namelijk openlijk de Davids ster te dragen, waardoor deze maatre gel het niet door de Duitsers bedoelde resultaat kreeg dat de ster een ereteken werd. Slechts door terreur konden de nazi's deze uiting van verzet neerslaan. Men ging door met maatregelen tegen de Joden, zo vervolgde de openbare aan klager. Zelfs verbood met de Joden het gebruik van de in Nederland zo populai re rijwielen. Gemengde huwelijken Een probleem in hun plannen tot „oplossing van het Jodenvraagstuk" was voor de nazi's de status van de kinderen uit gemengd Joodse huwelijken. Hitier had voorgeschreven dit vraagstuk met voorzichtigheid te hanteren met het oog op Duitse militairen die voor een deel van Joodse voorouders waren. Over dit probleem schijnt veel gestudeerd en ge confereerd te zijn. De openbare aanklager vestigt de aandacht op een rapport, opgesteld naar aanleiding van besprekingen over deze kwestie door iemand belast met de uit voering van anti-Joodse maatregelen in Nederland, waarin deze opmerkte dat Eichmann hierin een radicaal stand punt innam en eiste dat alle telgen uit gemengde Joodse huwelijken onder de anti-Joodse wetten zouden vallen. Ook hier vonden de nazi's tenslotte een „oplossing" en schreven voor dat deze half-Joden gesteriliseerd moesten worden. Mr. Hausner memoreerde het verzet van het Nederlandse volk tegen de be handeling van hun Joodse landgenoten, dat tot uiting kwam in de spoorweg staking van februari 1941, waarin de gas- en elektriciteitsbedrijven volgden. Gealarmeerd door dit antwoord brach ten de Duitsers haastig extra- SS-troe- pen uit Duitsland over en verzwaarden hun terreur. De staking werd neerge slagen en de Joden-vervolging ging on verminderd voort. In januari 1942, zo zei de openbare aanklager, begon het transport van Jo den naar concentratiekampen in Neder land. Namen als Ellekom, Vught en Westerbork waren berucht om de wreed heden, die in de daar gelegen kampen werden bedreven. Aanvankelijk wisten de Duitsers geen raad met in Nederland gevestigde Spaanse en Portugese Joden, floch Eich manns afdeling hakte de knoop door en beschikte dat deze Joden niet onder uitzonderingsbepalingen vielen en der halve hetzelfde lot moesten ondergaan als hun rasgenoten uit de door Duits land bezette landen. Maandelijks kwantum „Nederland was het toneel van niet- aflatende jacht op de Joden en hun gedwongen overbrenging naar kampen. De Joden verborgen zich, zoals in het geval van de welbekende Anne Frank. In november 1943 gaf beklaagde op dracht de beloning voor het aanbrengen van Joden te verhogen en er werd een maandelijks kwantum vastgesteld van Joden die naar Duitsland gedeporteerd moesten worden", zo zei de openbare aanklager. Tezelfdertijd was men bezig met de diefstal van Joodse eigendommen. Ook deze taak was toebedeeld aan de ver tegenwoordigers van Eichmann, Zopf en dr. Rajakowitsch. Het verslag van de Nederlandse regering vermeldt, dat in september-oktober 1941 alle openbare Joodse instellingen werden verboden, de bezittingen bij een speciale bank moes ten worden gedeponeerd en dat in mei 1942 de Joden hun geld, sieraden en kunstvoorwerpen moesten afgeven. Mr. Hausner vermeldde voorts, dat de Duitsers bereid schenen Joden tegen een losprijs vrij te laten. Slechts in 28 ge vallen echter gingen zy op de vele aan vragen in. Zopf rapporteerde Eichmann, dat hij bij wijze van uitzondering aan acht Joden had toegestaan te emigre ren in ruil voor een fabriek, die voor Duitsland grote waarde had. Eind april 1943 moest Zopf aan Eich mann rapporteren, dat hij er niet in geslaagd was aan diens voorschrift, dat de deportatie voor juli 1943 voltooid moest zijn, te voldoen en dat hy „slechts" 68.300 Joden op transport had kunnen stellen, doch dat er nog 71.200 in Nederland verbleven. Eichmann be sloot onmiddellijk tot nog strengere maatregelen en stelde het einde van 1943 als datum waarop zyn plannen voltooid moesten zyn. Om moeilijkheden met Zweden, dat de taak van beschermend land over Nederland op zich had genomen, te ver mijden, werd een speciale wet uitge vaardigd, waarbij de Joden hun natio naliteit verloren op het moment dat zij over de grens tussen Nederland en Duitsland werden gebracht. Slechts 5.000 keerden 'erug Uiteindelijk bleven er. aldus de open bare aanklager, slechts verspreide groepjes Joden in Nederland over: dia mantbewerkers, enkele handelaren in oud metalen, een groep oud-militairen, die in de Eerste Wereldoorlog in het Duitse leger hadden gediend en zy die arbeid verrichten voor de Duitsers. Ve len van hen werden echter later toch nog gedeporteerd. Van de ruim 120.000 gedeporteerde Nederlandse Joden keer den er slechts 5.000 terug. „Dit", zo besloot mr. Hausner, „is in het kort het verhaal van de uitroeiing der Joden in een van de landen, waar Eichmann opereerde. Nagenoeg hetzelf de verhaal zou over de andere landen verteld kunnen worden, met slechts en kele verschillen in stijl, afhankelijk van plaatselijke omstandigheden, variaties op een thema van gruwel, moord en uitroeiing". Deportatie Blijkens de bandopnamen heeft Adolf Eichmann bij zijn verhoor voorafgaand aan zijn proces toegegeven een order ondertekend te hebben aan de chef van de veiligheidspolitie in het bezette Ne derland in juni 1943 dat bepaalde Ne derlandse Joden die de nationaliteit van een neutraal land hadden verkregen „om redenen van buitenlandse politiek" niet gedeporteerd moesten worden. Hieraan was echter toegevoegd dat Joden die een andere nationaliteit probeerden te verkrijgen met voorrang naar het oos ten moesten worden weggevoerd. De ondervrager van Eichmann, hoofd inspecteur Less, verwees naar Neder landse documenten betreffende onthef fing van deportatie-orders voor be paalde Joden en vroeg Eichmann of hij daarvan geen gebruik had kunnen maken om de Joden te redden. Eich mann antwoordde dat hij in deze onder de orders van Himmler stond en onder ede was verbonden. Hij zou nu nooit meer een eed als getuige willen afleg gen omdat hij had ingezien dat wanneer men zich aan zijn eed houdt, daar ook de gevolgen van moet dragen. Eichmann zei verder nog betreffende zijn gevangenneming dat hij besloten had geen pogingen tot ontvluchten te doen omdat hy onder de indi-uk was gekomen van het gezegde van een vriend, die Duitsland bezocht had, dat sommige groepen van de huidige Duitse jeugd gebukt gingen onder schuldge voelens wegens hetgeen in de nazityd was geschied. Verder zei hij dat er in de reglemen ten van de SS geen bepalingen waren geweest over weigering om onwettige orders te gehoorzamen. Advertentie BOUGIES afgestemd op het hedendaagse verkeer „Top-familie" hield feestavond In de tot de laatste plaats bezette zaal van het St.-Antoniusclubhuis heeft de amusementsvereniging „T.O.P." haar talrijke schare van actieve leden en donateurs zaterdag een geslaagde amu sements-avond aangeboden. In zijn openingswoord sprak de voor zitter. de heer F. Leget, er zijn vreugde over uit, dat „T.O.P. zich ook in het zestiende jaar van haar bestaan nog steeds in een groeiende belangstelling mag verheugen. Mede dank zy een zeer aotief dames-comité onder voorzitter schap van mevr. C. Legetv. d. Kaay groeide „T.O.P." uit tot een 150-tal ac tief werkende leden en worden per jaar twee uitvoeringen geheel door eigen krachten verzorgd. Hierna maakte de voorzitter bekend, dat. mevr. M. E M. E. Vlasveld'Hatteveld de onderlin ge klaverjascompetitie seizoen 1960-'61 had gewonnen, waarna de kampioene uit handen van de voorzitter de hieraan verbonden wisselbeker inclusief een boe ket tulpen in ontvangst mocht nemen. Het is zo langzamerhand traditie ge worden, dat „T.O.P." het winterseizoen besluit met een amusementsavond, die niet door eigen krachten wordt ver zorgd. Het feestelijke gedeelte van de avond werd daarom ditmaal opgeluis terd door het oabaret-gezelschap van Tino Matrini. Dit gezelschap, bestaande uit Tino Martini, tenor Napolitano en imitator van Johnny Jordaam, „The Hawaian Minstrels" o.l.v. W. Rompa, de acrobate miss Georgette,, de Indische manipulator mr. Gabu. de sopraan Nelly van Zon. de conferencier Frits Schakels en het orkest van Francoise Hoomers. hield de ..Top-familie" enige uren gezellig bezig. Na afloop volgde nog een gezellig samenzijn o.l.v. de heer F. Mulder met muzikale medewerking van „The Rythme Club". ZAKENJUBILEUM J. BEKOOY Deze maand is het veertig jaar geleden dat het aannemersbedrijf van de firma J. Bekooy, waarvan de werkplaatsen zich aan de Oranjegracht bevinden, werd opgericht. Ter gelegenheid van dit jubileum vindt donderdagmiddag van 3.305.30 uur in „De Doelen" een recep tie plaats. President De Gaulle heeft gisteravond via radio en televisie een rede tot het Franse volk gehouden, waarin hij sprak over het „afschuwelijke en onzinnige Algerijnse avontuur" van „een groep ambitieuze en fanatieke officieren, die de natie niet kennen". Hun onderneming kan alleen maar tot een nationale ramp leiden, aldus de president, die ver klaarde, dat hij de in de grondwet voorziene bijzondere bevoegdheden op zich had genomen op een tijdstip, waarop de instellingen van de republiek, de onafhankelijkheid van de natie, de onschendbaarheid van haar gebied en de uitvoering van haar internationale verplichtingen ernstig en onmiddellijk worden bedreigd. De president, die in uniform gekleed was, verklaarde met grote nadruk, dat hij de houder van de legitieme macht in Frankrijk is. „Ik verbied alle soldaten de opstande lingen te gehoorzamen. Het lot van de opstandelingen moet zijn zoals in de volle strengheid van de wet wordt voorzien. In naam van Frankrijk gelast ik, dat alle middelen ik zeg: alle middelen worden toegepast om de weg voor deze mannen te versperren". Artikel 16 van de grondwet in werking In zyn bevel dat geen enkele Frans man, en geen enkele soldaat enige or der van de opstandelingenleiders mag uitvoeren, verklaarde de Franse presi dent, dat niemand zich moet laten be driegen door het argument, dat het plaatselijk nodig zou zijn hun leiding te aanvaarden, onder het voorwendsel van operationale of administratieve noodzaak. De burgerlijke en militaire leiders die gerechtigd zyn de verant woordelijkheid op zich te nemen zijn degenen die daarvoor langs regelmatige weg zijn aangewezen, hetgeen de op standelingen trachten te verhinderen. De Gaulle verklaarde vanaf heden, zo nodig rechtstreeks „de maatregelen te zullen nemen, die hem door de omstan digheden geboden geacht voorkomen De Gaulle, wiens rede zes minuten duurde, begon zijn toespraak met de verklaring, dat zich in Algiers door mid del van een militair manifest een op standig bewind heeft gevestigd. De schulden aan dit machtsmisbruik heb ben gebruik gemaakt van de hartstoch ten der kaders van bepaalde speciale eenheden, de aangewakkerde bijval van een door angst en fabels verdwaald deel der bevolking van Europese afkomst, en van de onmacht der verantwoordelijke autoriteiten die door de militaire samen zwering werden overrompeld. „Dit bewind heeft een schijn: een vier tal gepensioneerde generaals: het heeft een realiteit: een groep meedoende, am bitieuze en fanatieke officieren". Deze groep en dit viertal. aldus de generaal verder, zien en kennen het volk en de wereld door hun waanzin slechts mis vormd. Hun onderneming kan slechts tot een nationale ramp leiden. De Gaulle verklaarde dat aan de voor avond van het welslagen door dit af schuwelijke en onzinnige Algerijnse avontuur de geweldige inspanning tot het herstel van Frankrijk, de verzeke ring van zyn onafhankelijkheid, het herstel van de republiek, het behoud van de nationale eenheid, het herstel van zijn macht, de herbevestiging van zijn positie naar buiten, de voortzetting van het. werk overzee voor de noodzake lijke dekolonisatie, vergeefs dreigen te zijn geweest. De staat is besmeurd, het volk wordt fetart, onze macht is gedegradeerd, ons nternationale prestige verlaagd, onze rol en onze plaats in Afrika gecompromit teerd. En door wie? Helaas, helaas, he laas, door mannen wier plicht, eer en verstand meebrachten te dienen en te gehoorzamen. Ongeluk en dreiging In naam van Frankrijk gelast ik, dat alle middelen, ik zeg alle middelen zullen worden gebruikt om hun weg af te snijden. Ik verbied iedere Fransman, en vooral iedere soldaat ook maar een van hun orders uit te voeren. Het ar gument als zou het plaatselijk nodig kunnen zijn hun leiding te aanvaarden, onder het voorwendsel van opt rationele of administratieve plichten, mag nie mand misleiden. De burgerlijke en militaire autoritei ten die gerechtigd zijn de verantwoor delijkheid op zich te nemen, zijn dege nen die daarvoor langs regelmatige weg zijn aangewezen, hetgeen de opstande lingen trachten te belemmeren. Het lot van de overweldigers mag geen ander zijn dan de wet in al naar ge strengheid bepaalt. In verband met het ongeluk dat over het vaderland is gekomen en met de dreiging, die op de republiek is gelegd, heb ik, na het officieel advies van de grondwetgevende raad. de minister-pre sident, de voorzitter van de Senaat en de voorzitter van de Nationale Verga dering te hebben ingewonnen, besloten artikel 16 van onze grondwet toe te passen. Ik zal, zo nodig rechtstreeks, de maatregelen nemen, die mij door de omstandigheden geboden voorkomen. (Van onze correspondent in Bonn) Het kan met die vermeende omkoop baarheid van de directeur buitenlandse handel van het Westduitse ministerie van Landbouw, Voedselvoorziening en Boswezen, dr. Otto Stalmann, niet zo heel erg zijn. De officier van Justitie in Bonn, mr. Pfromm, heeft tenminste geen termen aanwezig geacht om h^et voorarrest, waarin deze hoge ambte naar zich sinds 15 april jl. bevond (we gens een hartziekte was hy opgenomen in het gevangenisziekenhuis in Bochum) nog verder te verlengen. Dr. Stalmann werd zaterdag op vrye voeten gesteld. Na alle drukte, die vorige week is ge maakt van de opzienbarende arrestatie van een zo hoge ambtenaar hij was de derde man op het ministerie, en gold als toekomstig secretaris-generaal, in dien het de tegenwoordige, mr. Sonne- mann, in september a.s. zou gelukken om zich in de Bondsdag te laten kiezen is deze zo evenzeer plotselinge vrij lating wel een ernstige ontnuchtering voor allen die in Bonn een geweldige sensatie hadden geroken. Dr. Stalmann werd er van verdacht steekpenningen te hebben aangenomen van Nederlandse, Deense en Poolse ex porteurs van agrarische produkten om de invoer daarvan in West-Duitsland in ruimere mate toe te laten. De steek penningen zouden op Zwitserse banken zijn gedeponeerd De zaak is aan het rollen gekomen, doordat het Nederlandse ministerie van Landbouw in Den Haag het Westduitse ministerie attendeerde op mogelijke on regelmatigheden op de wijze waarop dr. Stalmann zijn ambtszaken uitvoerde. Donderdag jl. gingen twee officieren van Justitie naar Den Haag om het justiële onderzoek daar voort te zetten. Het is niet bekend of de vrijlating van dr. Stalmann verband houdt met een eventueel negatief resultaat van dit on derzoek. Zaterdagmiddag werd de geres-1 van het middenschip tijdens de taureerde Oude Kerk in Delft weer openingsbijeenkomst. in gebruik genomen. Een overzicht I Kennedy wenst geen „openhaar debat" Premier Chroesjtsjow heeft pre sident Kennedy een boodschap gezonden waarin hij zegt dat „on weerlegbaar is komen vast te staan dat de Ver. Staten medeplichtig zijn aan de aanval op Cuba". De boodschap is zaterdag op de Ame rikaanse ambassade in Moskou overhandigd, aldus meldt Tass. „Onweerlegbaar is komen vast te staan dat de V. S. de interventie hebben voorbereid, en de bewapening en het transport van de gewapende benden hebben gefinancierd. De agressie tegen Cuba is een misdaad die in de gehele wereld weerzin heeft gewekt". Jongetje op overweg door trein gegrepen Een slippende auto heeft gister middag bij het dorpje Heenvliet op de Zuidhollandse eilanden twee mensenlevens geëist. De auto vloog uit een flauwe bocht in de Groenekruisweg. De bestuurder trachtte zijn wagen weer op de rijbaan te krijgen, maar bij deze manoeuvre schoot de auto dwars over de rijbaan. Een motor boorde zich met volle vaart in de rechterkant van de auto. De motorrijder, de 43-jarige A. Peperkamp uit Rotter dam was op slag dood. De 30-jarige me vrouw Naaykens uit Rotterdam, die naast haar man in de auto zat, overleed korte tyd na het ongeluk. Zy kreeg een slagaderlijke bloeding en kon niet tijdig uit de auto worden bevryd. Het acht jarige dochtertje van de heer Peper kamp, die op de duo zat, liep enige lichte verwondingen op. Op de Rijksweg tussen Utrecht en Zeist verloor zaterdagmiddag een 26- jarige Bilthovense zilversmid het leven, toen hij ter hoogte van de wegkruising naar Amersfoort by het oversteken door een personenauto werd geschept en on geveer 25 meter meegesleurd. Noodlottige haast had de 48-jarige J. van Gorsel uit Bergen op Zoom za terdagmiddag. Daardoor wilde hy op De Gaulle, die verklaarde dat hij, wat ook moge gebeuren, zijn legitieme macht, hem door de natie toevertrouwd, zal blijven uitoefenen tot aan het einde van zyn mandaat of tot zodanig tijd stip waarop hem eventueel de nodige krachten daartoe of het leven ontbreken, eindigde met de oproep; „Frangaises, Fransen, help mij", zijn bromfiets te scherp langs een wiel- rijdster glippen. Hy raakte het rijwiel, kwam te vallen en moest bewusteloos naar het ziekenhuis worden overge bracht, waar hij later op de dag over leed. O Op de Rijksweg Roosendaal—Breda werd zaterdagmiddag de 47-jarige onge huwde arbeider A. Jaspers door een auto gegrepen en gedood. De man stak onder St.-Willibrord vanuit een zijweg de rij baan over zonder op het verkeer te let ten. Op de onbeveiligde overweg in het Oostbrabantse dorpje Vierllngsbeek waar kortgeleden een bejaarde man werd gedood en vorige week ternauwernood twee kleuters aan de dood ontsnapten is zaterdagmiddag de 6-jarige Tony van Deenen om het leven gekomen. Het kind fietste met een vriendje de overweg op, juist toen uit Nijmegen een trein in volle vaart kwam aanrazen. De kinderen zagen de trein en wilden omkeren. Ver moedelijk is het jeugdige slachtoffertje met zijn voet of het fietswiel tussen de rails geraakt. De bestuurder van de trein kon zijn gevaarte niet meer tijdig tot stilstand brengen. Het kind werd door de trein gegrepen en op slag ge dood. Reeds enige malen heeft het ge meentebestuur van Vierlingsbeek by de N.S. aangedrongen op beveiliging van deze overweg. Het heeft er nu een triest argument bij. Drie kinderen staken gistermiddag op de Schooterlandseweg in het Friese dorpje Oudehorne onverwachts de rij weg over. Een van hen, de 4-jarige Trijntje van der Molen, werd daarbij door een auto gegrepen, 's Avonds over leed de kleine aan de opgelopen verwon dingen. Omstreeks half één vannacht is de 37-jarige ongehuwde J. Eefting, uit Holthe (gem. Beilen), door onbekende oorzaak met zyn bromfiets in de Ooster straat in Beilen tegen een boom gere den en gedood. De Amerikaanse regering probeert op Cuba „het soort vrijheid te herstellen die dit land verplicht naar de pijpen van zijn machtige buurstaat te dansen en waarbij buitenlandse monopolies de nationale rijkdom van Cuba kunnen ro ven, kunnen leven van het bloed en zweet van het Cubaanse volk". Zowel de boodschap van Chroesjtsjow als de eerder verzonden brief van Ken nedy werden door het regeringsorgaan „Izwestia" gepubliceerd. „De Sowjetrussische regering is niet uit op voordelen of voorechten op Cuba. Wij hebben er geen bases en willen er ook geen bases vestigen", aldus Chroesjt sjow. Naar aanleiding van Kennedy's ver klaring dat wellicht raketbases óp Cuba zouden worden aangelegd tegen de V.S. en de implicatie dat Amerika dan het recht heeft Cuba aan te vallen zegt Chroesjtsjow: „Mijnheer de presi dent-, u slaat een bijzonder gevaarlijke koers in. Denkt u daar eens over na". „Wanneer de V.S. in de Ver. Naties met „de imperialistische en kolonialis tische landen" willen meegaan is dit een kwestie van opvatting. Maar wat tegen Cuba is bedreven is geen kwestie van opvatting. Dit was eenvoudig ban dietisme, zonder meer". „Kennedy's laatste verklaring heeft alom grote ongerustheid veroorzaakt. De president meent het recht te hebben militair geweld te gebruiken wanneer hy dit nodig acht en andere landen te onderdrukken wanneer hij tot de con clusie komt dat hun besluiten „com munistisch" zijn. Wanneer men dit uit gangspunt aanvaardt zou men op ver andering in de binnenlandse aangele genheden van de V.S. kunnen aandri- gen", aldus de Russische premier. Kennedy antwoordt niet Het Amerikaanse ministerie van Bui tenlandse Zaken heeft zaterdag de be schuldigingen aan het adres van de Verenigde Staten ten aanzien van Cuba verworpen. Cuba is, aldus de woordvoer der van het ministerie, een voorbeeld van „meedogenloze onderdukking" door een communistische groep. De woordvoerder zei dat president Kennedy op het ogenblik niet van plan is op Chroesjtsjows boodschap te ant woorden. De president wil een openbaar debat met de Russische premier vermij den. President Kennedy en oud-president Eisenhower hebben zaterdag te Camp David een bespreking van vijf kwartier gehad waarna generaal Eisenhower er by alle Amerikanen opaandrong achter zijn opvolger te staan wat diens bui tenlands beleid betreft. Verslaggevers vroegen de oud-presi dent of hy president Kennedy's stand punt ten aanzien van Cuba deelt. Eisen hower gaf geen direct antwoord maar zei: „Ik ben er voor dat de Verenigde Staten de man steunen die de verant woordelijkheid voor onze buitenlandse politiek moet dragen". Hei Leidsch Dagblad MEEST GELEZEN COURANT van Leiden en Omstreken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 7