„Bas" Hageman gaat afscheid nemen
van Litteris als regisseur-acteur
Gero-casseffe
Surrealistische ontmoetingen
BENJAMIN IS NOG IN HUIS
Leven gewijd aan amateurtoneel
Opgericht 1 maart 1860 Zaterdag 22 april 1961 Tweede Mad no. 30336
Zoekt U een
van f40.of f400.
v. d. WATER, Haarlemmerstr. 207
heeft het. De Gero-specialist.
Na een halve eeuw verbondenheid
Serlie. die gisteren haar honderdste
verjaardag vierde, op medisch ad
vies geen bezoek kon ontvangen,
heeft zij gisteren in de loop van de
dag ten huize van haar dochter aan
de Jan van Goyenkade zeer vele
bewijzen van medeleven in de vorm
van bloemen, geschenken en fruit
mogen ontvangen, w.o. ook een at
tentie van de burgemeester, jhr. mr.
F. H. van Kinschot en een bloem
stuk van de directie van ons Blad.
waarvoor zij als onze oudste abon-
nog degelijk belangstelling
toont. Mevrouw Oostveen. die dit
eeuwfeest slechts in de kring van
haar naaste familieleden heeft her
dacht, toonde zich over dit mede
leven zeer verrast.
Tentoonstelling in het Academiegebouw
Dat het surrealisme als bepaalde filosofische levenshouding lang niet „dood" is,
zoals vele van zijn vijanden stelselmatig beweren, bewees gisteravond de grote
belangstelling tijdens de opening van de expositie „Surrealistische ontmoetingen"
in het Academiegebouw aan het Rapenburg 73. Deze tentoonstelling, eerst te Parijs
en te New York gehouden, terwijl zij binnenkort te Milaan te bezichtigen zal zijn,
geeft aan de hand van uniek documentatiemateriaal, poëzie, schilderstukken,
litteratuur en talrijke pamfletten een overzicht van deze vooruitstrevende stroming
en haar bedoelingen, welke overigens z.eer moeilijk in het kort weer te geven zijn.
Met omschrijvingen als ,Jhet waarma
ken van het onmogelijke", ,4e gruwelijke
realiteit aantonen door bepaalde abstra
heringen" wordt het „surrealisme"
slechts ten dele gedefinieerd.
De tentoonstelling, welke gehouden
wordt onder auspiciën van het Leids
Akademiseh Kunstcentrum en de Stich
ting .Studium Generale", is georgani-
Vraagt demonstratie!
(ïjkuknecht
Volledige Wasautomaat
UW WASKNECHT
weekt, wast, verwarmt,
spoelt vier maal en centrifu
geert vier maal, terwijl U
gezellig winkelt!
Reeds compleet v.a. f. 1460.-
draaistroom
en f. 1495.- 220 Volt wissel
stroom
Imp. N.V. Mentor Apeldoorn
Kras echtpaar in Leidse Dozystraat
viert op 1 mei diamanten bruiloft
„Tot mijn negen-en-zestigste jaar heb ik gewerkt. Nu zijn wij beiden in de
tachtig, maar wjj verheugen ons nog steeds in een goede gezondheid". Dit zei de
heer J. Schouten (81 jaar), die op 1 mei a.s. samen met zyn vrouw (83) een dubbel
feest hoopt te vieren: zjjn diamanten bruiloft èn de nationale feestdag.
In een gerieflijk ingericht huisje aan,gen wij niet af. Bij het praatje, dat wij
de Dozystraat 13, woont dit bejaarde, I daarna maakten kwam de heer Schou-
doch nog steeds vitale echtpaar. Van ten alras over zijn liefhebberijen op de
geboorte zijn de heer en mevrouw
Schouten-de Haan rasechte Leidenaars.
„We zij precies vyf-en-twintig jaar uit
Leiden weggeweest, maar vanaf 1926
wonen wij alweer in onze goede, geliefde
Leiden", aldus mevr. Schouten. „Wilt u
misschien een bruidssuiker?" Dat sloe-
yyDoen wat de
regisseur zegt"
Tenslotte zegt Hageman: „een groot
voordeel van het toneelspelen was
voor mij pers. de kennismaking
op „Litteris" met mijn vrouw. Zij heeft
me bij al m'n werk geweldig gesteund!
En wat vooral belangrijk is: ze volgde
zonder aarzelen mijn adviezen en gaf
daarmee een uitstekend voorbeeld aan
anderen. Zó moet het zijn: iedereen
heeft te doen, wat de regisseur hem
zegt".
Dót was dus de klap op de vuurpijl!
Zo iemand het weten kan, dan is het
wel „Bas" met zijn halve eeuw toneel
routine.
Wij danken hierbij de man, die het,
als gevolg van een juiste tijdsindeling
tóch klaar speelde, gedurende vijftig
jaren zo ontzaglijk veel voor het Leidse
toneelleven te presteren en de toneel
liefhebbers talloze uren van amusement
of ernstig cultureel genot schonk.
Een grote leegte
Zijn afscheid zal een grote leegte bren
gen, zowel voor zijn vele „discipelen",
als voor de ontelbaren voor wie een
voorstelling zonder „Bas" in wélke
vorm dan ook! geen eigenlijke voor
stelling is!
Maarer is een nageslacht! De
naam Hageman blijft op het toneel
voortleven. Ener zijn de vele me
dewerkenden, die zo véél van hem heb
ben opgestoken.
Daarom zijn wij voor de toekomst wel
gerust!
En nu éérst nog: vanavond en volgende
avonden „Knickerbockers Holiday",
waarvan Bas Hageman in samenwerking
met mr. Harm Smedes de regie verzorg
de. Als dat voorbij is, sluit Hageman
het gordijn!
Moge zijn „zwanezang" al het voor
gaande overtreffen.
En daarmee „bas"-ta!
Th. J. H.
Uit de oude doos: de heer en mevr.
Hageman~Verhagen tijdens op
voering in 1921 van Romanesque
praatstoel. Het bleek, dat hij de scepter
zwaait over een keurig volkstuintje,
maar dat hij tevens een beoefenaar van
de kleurkanariesport is.
50 JAAR LID VAN „DE ZANGER"
„Ja. ik ben nu al vijftig jaar lid van
„De Zanger". Een tijd lang ben ik voor
zitter van die vereniging geweest." Hij
toonde ons een welgevulde prijzenkast
met bekers en „plakken", alle gewonnen
met kanarievogels. Op zijn uitnodiging
om de kweek eens in ogenschouw te
nemen, begaven wij ons naar boven. In
prachtige nestjes van mos zaten de vo
geltjes daar op hun broze eitjes. Die be
loven stuk voor stuk een lid van een
nieuwe generatie kleurkanaries te wor
den, dachten wij. Maar neen, de heer
Schouten vertelde ons, dat het in deze
moeilijke liefhebberij dikwijls tegenzat.
Gezien de vijftigjarige ervaring van de
heer Schouten mogen wij er echter wel
op rekenen, dat hij er in zal slagen de
kweek ook dit jaar tot een goed einde
te brengen.
Weer terug in die huiskamer, vertelde
mevrouw Schouten ons, dat zij drie
„kinderen" had van respectievelijk 59, 53
en 43 jaar. De oudste is werkzaam als
machinebankwerker, de tweede (een
dochter) is getrouwd en de benjamin
„Nee, die is nog niet getrouwd, die heb
ben wij nog in huis", aldus mevr. Schou
ten.
Natuurlijk zijn de op 1 mei 60 jaar ge
trouwde echtgenoten ook grootvader en
grootmoeder. Zij hebben zeven klein
kinderen en ook een achterkleinkind.
„We wonen alweer 22 jaar in dit huis"
aldus de heer Schouten, het lijkt wel of
de tijd voorbij vliegt. Maar we mogen
niet mopperen, we verheugen ons nog
steeds in een goede gezondheid. Ik hoop,
dat ons lange, gelukkige huwelijk we
hebben nog nooit ruzie gehad een
voorbeeld voor de jeugd mag zijn".
seerd door het „Bureau de recherches
surrealistes" van de Nederlandse Sur-
reaelistische Groep.
In een inleidend woord van de direc
teur van dit Bureau Her de Vries heeft
deze gewezen op het international! e ka
rakter van het surrealisme, dat ook bui
ten FTankrijk vele aanverwante geesten
telt, o.a. in België, Joego-Slavië, Enge-
lanid, Japan en Denemarken. Hij sprak
over de oneindige mogelijkheden der
menselijke verbeelding, menigmaal ook
voortspruitend uit het onderbewuste en
de droom.
De sul-realisten doen een poging in een
wereld, waarin tegenwoordig het ab
stracte prevaleert een ander geluid te
laten horen. Hiier zijn uitingen waar te
nemen van revolterende, vrije geesten,
die, ondanks allerlei verdachtmakingen,
toch een eigen weg gaan. Hun „revo
lutie" is nog lang niet beëindigd.
Onder de schilderijen, tekeningen en
voorwerpen bevinden zich „scheppingen''
van Wülem van Leusden, J. H. Moes
man, die zich reeds een zekere reputatie
heeft weten te verwerven, W. Wagenaar,
de jeugdige Geert Hofman, Martin van
Veen en vele anderen.
De uitgebreide surrealistische litteraar
bevat o.a. poëzie van de dichters André
Breton en Benjamin Prevet. Enige voor
beelden van de laatste werden voorge
dragen door mevrouw Van der Meulen.
Tenslotte zijn enige surrealistische
films vertoond, t.w. de uit 1927 dateren
de stomme film „Un dhien andalou" van
Louis Bunuel en Salvador Dali (de ver
maarde surrealistische schilder) met als
bijpassende muzikale illustratie „Isolde's
Liebestod" en „Zéro de conduite" van
Jean Vigo, stammend uit de dertiger ja
ren. Als grapje was ter inleiding bedoeld
de binnenkomst van „La veuve du cou
reur", waarby mevrouw Van der Meulen
wederom een gedicht zegde. Dat in de
eerste film o.a. het doorsnyden van een
oog gevolgd kon worden, behoefde in
deze kring geen verbazing te wekken. Er
zijn nu eenmaal in de werkelykheid
meer gruwelijkheden aan te wijzen, die,
indien men de „waarheid" dienen wil.
zoals dat bij de surrealisten het geval is
(„het machtigste element van de vrij
heid is de Waarheid"), ook uitgebeeld
j moeten worden.
Dat men bij het bezichtigen van een
en ander wel eens sterk het gevoel krijgt,
dat de grenzen tussen de waarheid, de
werkelijkheid en de waanzin byzonder
vaag getrokken zijn, is niet zo verwon
derlijk, voooral wanneer het onderbe
wuste daarin zyn rol speeltIn een
tijd, waarin de waanzin in velerlei op
zicht reëel en actueel lijkt, valt het niet
te verbazen, dat zij ook in de kunst
uitingen haar weerspiegeling vindt. Ook
in dit opzicht hebben de surrealisten
naar ons gevoel zeker iets te zeggen, dat
tot nadenken stemmen kan!
De expositie is geopend tot 13 mei a.s.
Geringe stijging winst en
omzet Grofsmederij
De werkplaatsen van de NV Konink
lijke Nederlandsche Grofsmederij zijn in
1960 over het algemeen goed bezet ge
weest. Wel werden begin 1960 enkele op
drachten tegen slechte prijzen aanvaard
om de bezetting in sommige werkplaat
sen op peil te houden, maar nadien
steeg het aantal orders voortdurend.
De omzet steeg slechts weinig, doch
ultimo 1960 waren nog belangrijke op
drachten onderhanden. Hiermede reke
ning houdende was de stijging 10 pet.
Voor verscheidene werkplaatsen is reeds
een goede bezetting voor 1961 verkre
gen. Wegens de steeds toenemende
staalsmeltcapaciteit in Nederland en ook
elders werd besloten de ijzergieterij uit
te breiden om de capaciteit voor de fa
bricage van blokvormen op te voeren.
Het saldo bedrijfsrekening steeg slechts
weinig van f 1.116.678 tot f 1.171.786,
omdat deze in tegenstelling tot 1959
belast werd met op de fabricage van
nieuwe produkten nog geleden verliezen.
Na normale en extra afschrijvingen,
belastingen enz. rest als winstsaldo
f 278.624 (f 227.752), waaruit een, zoals
gemeld, van 6 tot 7 pet. verhoogd divi
dend wordt voorgesteld. Wegens de stij
ging van voorraden en onderhanden
werken werd een onderhandse lening
van 1 miljoen gesloten
Tlr hiplrt HwurnHnnlrs v«
Mede dank zij hem voor toekomst gerust!
De heer B. Hageman, in de Leidse toneelwereld beter bekend als
,,Bas Hageman, neemt zaterdagavond a.s. afscheid als voorzitter
regisseur en acteur van de Kon. Ver. Litteris Cacrum", de wijd en
zijd geroemde Leidse amateurtoneelvereniging. Gedurende vijftig jaar
heeft ,,Bas", wiens leven zich voortdurend bewoog tussen het ,,meel"
als handelsman en het ..toneel" als artiest zijn onverflauwde
aandacht aan „Litteris Sacrum" gewijd. Haar grote opkomst dankt zij
voor een niet gering deel aan hèm!
Nu acht ,,Bas" zoals wij hem hier populair, maar vertrouwd willen
noemen, het „welletjes"!
Mocht nog eens in de toekomst door een of andere omstandigheid
een drihgend beroep op hem gedaan worden: alla!
Overigens zal deze nog steeds vitale en sprankelende toneelkenner
slechts nog in de zaal toekijken, wat anderen ervan terecht brengen,
ook als toneelcriticus van ons blad.
Gerust en met vól vertrouwen: daar heeft hij wel voor gezorgd!
Vroege toneelliefde
Een halve eeuw by „Litteris Sacrum".
Toch belangryk genoeg voor een
praatje, vindt u óók niet?
Vóór ons zit een man, wiens hart en
ziel, ondanks het klimmen der jaren,
nog steeds bij het toneel zyn.
Terzijde, in de boekenkast, een macht
toneelstukken, al of niet door hem ge
regisseerd. Er moet immers veel gelezen
en doorgewerkt worden, alvorens de
keuze bepaald is?
Bas Hagemans' toneelliefde openbaarde
zich héél vroeg. Als 18-jarige stond hy
al ingeschreven als lid van de toneel
vereniging „Jacob Cats" en speelde er
zijn eerste hoofdrol in Kaderburgs
„Mijnheer de Senator".
„Jacob Cats" had zich met krachten
als Laterveer, mej. Oostdyk en Greet
Geyp een zekere reputatie weten op te
bouwen, doch toen het spelpeil wat ging
afzakken, deed hij op 20 februari 1911
zyn intrede bij het uit 1856 daterende
„Litteris Sacrum".
Zyn eerste rol? Die van „De tuinman"
in Van Riemsdijks „Se non vero", ge
volgd door die van „De student in de
medicijnen' in Frederik van Eedens „IJs
brand". Zyn eerste grote succes!
Het eerste stuk, dat Bas Hageman
zélf regisseerde er zouden hierop nog
wel ruim 100 volgen! was „Candida"
van Shaw, voor het eerst op 9 mei 1914
gespeeld. Zélf beeldde hy toen de rol van
de dichter Eugene uit, welke in 1937
vervuld zou worden door Han Bentz v.
d. Berg, die toen nog op de Amsterdam
se Toneelschool was en door een toeval
lige omstandigheid kwam inspringen.
Hageman speelde toen de rol van de va
der. Ook later heeft nog een enkele
maal een beroepskracht medewerking
aan L.S. verleend: o.a. de bekende
Esther de Boer-Van Ryk tijdens de
voorstelling van „Liefdesdemon", ge
schreven door het L.S.-lid F. H. N.
Bloemink. Dat was in 1926 ter gelegen
heid van het 70-jarig jubileum van Lut-
teris Sacrum.
Spelen bij Rooyaards
Zo ging dat enige jaren door: met
regisseren en acteren. Op de fa
briek was er echter in de eerste
wereldoorlog voor een verkoopslei
der niet veel meer te doen: met één
dag werken in de week was de zaak
bekeken
Het toneelspelen ging echter door,
totdat Johan Fabricius Hageman zag
spelen in Roelvinks „Freuleken".
„Jij moet naar het beroepstoneel",
zei Fabricius. Jk zal je introduce-
„Bas" Hageman
ren bij de béste man, die er is, bij
Rooyaards". -1
En Hageman ging. Van fabriek
naar toneel.
Er kwamen nuttige en vruchtbare ja
ren. Van 1917 tot 1919 viel hij met de
neus in de boter! Er was héél wat voor
hem te doen. Alleraardigst werk in
Hauptmanns „Voerman Henschel",
„Monsieur Bretonneau" en „De familie
Lehmann", resp. onder regie van Jan C.
de Vos, Hubert la Roche en Louis de
Vries en bovenal in de gedenkwaardige
opvoeringen van Goethe's „Faust", on
der regie van de „grote man" zélf, in
casu Rooyaards. Ook werden hem kleine
rollen toebedeeld in Shakespeare's „Mid-
zomernachtdroom". .Driekoningenavond',
„De vrolyke vrouwtjes van Windsor" en
„Jonkvrouwe de la Seiglière" van Jules
Sandeau. Ja, dét waren mooie jaren en
een prachtige leerschool.
Tweestrijd
Na de oorlog naar de fabriek terug.
„Ja, hoe is dat zo gekomen?"
,,'t Was een geweldige tweestrijd".
„Ik had, na mijn handelsopleiding en
jaren geleefd te hebben in een totaal
éndere, zakelijke wereld in de mij om
ringende volkomen tegenovergestelde
sfeer, toch een gevoel van een zekere
„leegheid". Voor dit „losse" toneelleven
was ik te laat gekomen en ik besloot
Rooyaards te zeggen, dat ik ermee op-
„Je hebt het
doen?"
„Ik hield desondanks vast aan mijn
besluit, want kon me, naar eigen in
zicht te weinig by de échte toneelsfeer
aanpassen".
Oneindige lijst
Zo kwam lk dus weer ln de handel en
ook., opnieuw by .Litteris Sacrum'.
Er was nu, dank zy Rooyaards pas
„vorm" en „iyn" in myn regie gekomen.
Maar ik imiteerde Rooyaards ook in al
les, maakte byv. van de Markies de la
Seiglière" min of meer een copie van
hem. Waarom zou ik me er voor scha
men het te zeggen? Ook de kritiek merk
te het op.
Later ben ik toch meer een eigen weg
gegaan".
„In hoeveel rollen?" Het zyn er wel
ruim tachtig geweest!"
wy noemen er enkele.
Hagemans jeugdsucces in Kaderburgs
„Het familiekind", de Iwan van Aer-
schot in Roelvinks „Freuleken", de titel
rol in „Dolle Hans" van Fabricius (1919)
de jeune premier Percinet in Rostands
„Romanesque" (1919) en de Kroonprins
in Försters „Oud-Heidelberg".
Na het tragische spoorwegongeluk by
Voorschoten (1926), waarby Hageman zo
ernstig gewond werd, kwam er even
pauze.
Van november 1927 af, ging het echter
weer met volledig enthousiasme door!
Hageman regisseerde „Vadertje Lang
been", een voorstelling, die bygewoond
werd door Koningin Juliana met enige
vriendinnen tydens haar studietyd.
Voorts o.a. Shaws „Pygmalion". Voor
het eerst als acteur weer op de planken
in 1931 als de schurk Giinther in Ibsens
„Nora", waarmee vele pryzen behaald
werden. Dan regisseur van- en acteur
(de schryvert in „Een nachtrepetitie"
van Franz Molnór. Verdere stukken volg
den, totdat Hageman in 1936 zyn zilve
ren jubileum vierde als Napoleon in „La
belle Marseillaise". Dat ging zo door, o.a.
in 1938 de rol van de Rus Grimochenko
in „Vorstelyke emigranten" van Jacques
Duval.
Tydens de tweede wereldoorlog werd
niet gespeeld. Litteris Sacrum weigerde
vanzelfsprekend zich by de Kultuurka
mer aan te sluiten. Maar na de oorlog
ging het met vaart weer verder, met
als een der hoogtepunten in 1954 „De
Patriot", waarin Hageman de rol van de
waanzinnige Tsaar speelde, volgens hem
zelf zyn beste creatie. Dat waren de
voorstellingen, waarmee Han de Wilde
afscheid van het toneel nam.
Oneindig schier is voorts de lyst van
de door Hageman geregisseerde en/of
gespeelde stukken. We kunnen er niet
aan denken, ze op te sommen. Daar is
een boekwerk voor nodig!
Goede wenken
Een man met zóveel toneelervaring
kan tot besluit wel enige goede
wenken geven. Daar vragen wy
dan ook om.
„Ja, vroeger was Litteris een vereni
ging, zoals er zo véél zyn. De studie
ging zonder de nodige ernst. Toen ik
van Rooyaards terug kwam, werd het
repeteren niet meer een „gezellig samen-
zyn", integendeel, het werd „hard wer
ken".
Dót had ik van Rooyaards geleerd.
Geen grapjes maken, serieus aanpak
ken! Alle leden van L.S. hebben juist
daarin een grote voldoening gevonden.
Zonder voorbehoud onderwerpen zy
zich daarbij aan de „leiding" en dót is
de kracht van Litteris.
„Wat ik persoonlijk geleerd heb?"
..Dat het toneelspelen enorm bij
draagt tot de geestelijke ontwikke
ling van de mens. Door het instude
ren van rollen en het uitbeelden van
een door de schrijver gedacht karak
ter, krijg je een veel betere kijk op
je medemensen. Men krijgt boven
dien gemak in de omgang, kan zich
vlotter uiten. Daarom is het voor
jongelui van grote waarde de toneel
kunst te beoefenen".
,J£en eerste voorwaarde voor het
brengen van goede voorstellingen is:
ken de tekst vier of vijf weken vóór
de première al prima! Die moet geen
moeite meer geven. Dan kan je pas
gaan werken aan de verdieping. Te
dikwijls komt 't helaas nog voor,
dat de tekst eerst in de laatste paar
dagen „gekend" wordt. Dan is het
voor ook maar iets anders te laat
en blijft het een zielig tekstje op
zeggen". En juist de „tekst" moet
vervallen, het ongedwongenge
sprek dient op de voorgrond te staan.
De „Sunday Times" maakt melding
van een in Lagos (Nigeria) in uitgeput
te -toestand aangetroffen vogel, die aan
zyn rechterpoot een ring droeg gemerkt
K - 104535 Museum Leiden.
Hoewel mevr. C. W. Oostveen-