PeekgCloppenburg
Leidse raad teleurgesteld over
geringe woningtoewijzing in 1961
In motie aangedrongen op
extra toewijzing uit reserve
elke woensdag
jongensmarkt
KINDER
JACKETS
Eerste optreden in Leiden
een succes
Luctor et Emergo voerde blijspel
op voor Zeeuwen in Leiden
Opgericht 1 maart 1860
Dinsdag 21 maart 1961
Tweede blad no. 30310
Plannen voor 620 woningen kannen
thans niet ivorden gerealiseerd
De woningtoewijzing aan Leiden voor het jaar 1961 in totaal 495
woningen is gistermiddag uitvoerig in de Leidse raad ter sprake
gekomen. Na een debat van 2x/2 uur, waaruit duidelijk bleek, dat alle
fracties teleurgesteld waren over „deze geringe toewijzing", werd een
door alle fractievoorzitters ondertekende motie aangenomen, waarin er
bij Ged. Staten van Zuid-Holland op wordt aangedrongen om te
overwegen of uit de reserve voor 1961 alsnog aan Leiden een extra
toewijzing kan worden verstrekt. Bovendien werd in deze motie aan
G.S. verzocht terdege rekening te houden met de noodsituatie, waarin
Leiden verkeert, wanneer in juli a.s. door een besluit van de minister
van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid alsnog 2500 woningen
beschikbaar komen.
Interpellatie
C. J. Piena
In deze motie, welke ook ter ken
nis zal worden gebracht van de mi
nister van Volkshuisvesting en
Bouwnijverheid, wordt tevens gewe
zen óp het grote aantal woningzoe
kenden in Leiden (4151 per 1 jan.
1961)dat nog zal stijgen door nood
zakelijke saneringen en het groot
aantal op te ruimen krotten (3000).
Het indienen van deze motie was
een gevolg van de door de fractie
voorzitter van de PvdA, de heer C. J.
Piena, gehouden interpellatie.
De heer Piena, die in eerste instantie
zijn teleurstelling uitsprak over de fu
neste Leidse woningtoewijzing voor het
jaar 1961, vroeg het College B. en W.
antwoord op de volgende wijze:
1. Is gezien het schrijven van het
college van Geduputeerde Staten der
Provincie Zuid-Holland d.d. 6-10 febru
ari jl. no. 488/1 inzake de woningbouw
1961, het toegestane contingent van
255 woningwetwoningen niet beneden de
verwachting van het college van Bur
gemeester en Wethouders gebleven?
2. Is het College van B. en W. niet
van mening, dat gezien deze toewijding
het illussoir genoemd moet worden dat
het woningtekort in onze gemeente,
vooral voor de minst draagkrachtigen,
in de komende jaren opgelost kan wor
den?
3. Is het College van B. en W. niet
van mening, dat gezien het onder 2
gestelde, de krotopruiming en de sane
ring daardoor tot de onmogelijkheden
gaat behoren?
4. Ziet het College van B. en W.,
naast de reeds door hen gedane stappen
bij het College van Gedeputeerde Sta
gen om het aantal woningwetwoningen
te verhogen, nog andere mogelijkheden
om deze voor onze gemeente funeste
toewijzing in gunstige zin te beïnvloe
den?
Aan de hand van enkele cfjfers toon
de spreker aan, dat het knelpunt in de
woningbouw ligt bij hen die aangewe
zen zyn op een woningwetwoning of
een woning in de goedkopere premie-
bouw. Ook de krotopruiming en de sa
nering spreken, volgens de heer Piena,
voor Leiden een woordje mee.
De gemeente telt ongeveer 3000 krot
ten, dit is 12% van de woningvoorraad.
Bij een algehele sanering zullen echter
rond 6000 woningen moeten verdwijnen
ofwel 24% van de huidige woningvoor
raad.
Leiden heeft volgens spreker, een
combinatie van bedenkelijke eigen
schappen. Zelden zal men elders in een
dergelijke mate de combinatie kunnen
opmerken van slechte woningtoestanden
naast een nijpend woningtekort.
Onaanvaardbare gang
van zaken
Hoewel de heer Piena geen kritiek
had op de vele door B. en W. aange
wezen pogingen om tot verhoging
van het Woningcontingent te koinen,
was hy van mening, dat de autoritei
ten in Den Haag gewezen moet wor
den op deze voor Leiden onaanvaard
bare gang van zaken.
Vèr beneden verwachtingen
Wethouder Jongeleer, die uitvoerig op
de door de heer Piena gestelde vragen
inging, zeide, dat de toewijzing van 255
woningwetwoningen voor 1961 ver be
neden de verwachtingen van het Col
lege is gebleven.
Verscheidene malen heeft het College
schriftelijk en mondeling bij Gedepu
teerde Staten gewezen op de grote wo
ningnood, welke blykt uit het aantal in
geschreven woningzoekenden en op het
grote aantal slechte woningen in Lei
den, welke dringend moeten worden ver
vangen. Per 1 januari 1961 waren 4151
woningzoekenden ingeschreven, terwijl
uit het in december/januari j.l. inge
stelde onderzoek bleek, dat 2846 be
staande woningen niet aan redelijke
eisen voldoen, deels zelfs zeer slecht
zijn.
De herhaalde aandrang om een con
tingent van tenminste 500 woningen toe
te wijzen uit de woningsector, hebben
niet tot resultaat geleid. Ged. Staten
hebben er zich toe bepaald de 27 wo
ningen, welke vorig jaar reeds bij voor
schot waren verkregen, te honoreren en
de uitvoering dit jaar van het dezer
dagen aanbestede plan voor 228 wonin
gen mogelijk te maken.
In uitwerking zjjn de plannen voor
260 woningen in de Meerburgerpolder en
360 woningen in Zuidwest moeten blij
ven liggen.
„Rampzalige toewijzing"
Wel moet volgens de wethouder, in
het oog worden gehouden, dat het lan
delijke contingent woningwetwoningen
is verlaagd tot 32.500 en het provinciale
zelfs met plm. 24%, met bijna 2000, van
9150 tot 7240.
Dit is weer een gevolg van het nieuwe
beleid per 1 april 1960 („A" premiewo
ningen), waardoor voor 1961 slechts
32500 woingwetwoningen worden ge
subsidieerd. De landelijke en provinci
ale verlaging werkt uiteraard door.
Leiden is thans in zyn toewyzing niet ver
hoogd (255 inplaats van 250), maar een
vergelijking met de „rampzalige toewij
zing" voor 1960 mag in feite volgens
spreker niet worden gemaakt.
Achterstelling randstad
Holland
Nadat wethouder Jongeleen er op ge
wezen had, dat de regering thans alle
nadruk legt op de particuliere bouw,
merkte hyi o.m. op, dat b.v. de noor
delijke provincies weinig zijn gekort. Dat
bijvoorbeeld Leeuwarden 350 woningen
krijgt, wijst op een achterstelling van
de randstad Holland.
Het moet volgens de heer Jongeleen
van groot belang worden geacht zoveel
„A" woningen als mogelijk te doen bou
wen, omdat daardoor de .goedkopere wo
ningwetwoningen volledig bestem kun
nen worden voor de lagere inkomens
groepen. Bij een te gering aantal „A"
woningen is het immers onvermijdelijk
dat ook de middengroepen aangewezen
zijn op huisvesting in woningwetwonin
gen. Daaraan werkt ook namelijk mee
de toewijzing van 165 „A" premiewonin
gen als richtcontingent. Het aantal te
verwachten aanvragen voor premie-
C. PIENA
bouw alhier omvat al meer woningen,
zodat ook hier volledige uitvoering niet
mogelijk is. Het tekort is plm. 175 pre
miewoningen.
Voor „keuzeplannen" is de rijksbij
drage f 2,- per week hoger, maar deze
woningen vallen in het woningwetcon
tingent. Het College heeft hiervoor een
plan in Groenoord in overweging, dat
echter eerst in 1962 kan worden uitge
voerd, omdat het contingent 1961 on
toereikend is en binnenkort al ver
bruikt.
Vervolgens deelde wethouder Jongeleen
mede, dat ook voor de toegewezen 75
„A"woningen door woningbouwver
enigingen te bouwen met gemeentelijke
garantie een plan in de maak (deel
van 260 woningen Meerburgerpolder) is.
Verder moet volgens hem de bouw in
de vrije sector, die tot opschuiving en
doorstroming kan bijdragen, worden ge
stimuleerd.
in originele
,,Nino-flex" poplin
6 leuke pasteltinten
met grappige
Nino-streepvoering
Speciaal verlaagde J.M. prijs
leeftijd 2 jaar
Kleine stijging per wadi
Krotopruiming wordt
vertraagd
Nadat wethouder Jongeleen er op had
gewezen, dat de krotopruiming, de sane
ring en de totstandkoming van de
noord-zuid-verbinding door de geringe
toewijzing worden vertraagd, zeide hij,
dat er bij G.S. nog pogingen in het werk
worden gesteld om het richtcontingent
voor de premiebouw te verhogen,
Terwijl er door G.S. geen reserve t.a.v.
woningwetwoningen is achtergehouden.,
behoort Leiden tot een van de eerste
gegadigden, welke deelt uit de premie-
bouwseresrve 700 woningen).
Tenslotte wees de heer Jongeleen er
nog op, dat de minister geen bemoeiing
heeft met verdeling van de woningbouw
over de gemeenten. Deze is geheel in
handen van Gedeputeerde Staten.
Er is alleen nog een mogelijkheid, dat
het landelijk aantal woningwetwoningen
in de loop van 1961 wordt opgetrokken
met 1250 woningen.
Motie Plena - amendement
Van Dijk
De heer Piena, die wethouder Jonge
leen dankbaar was voor zijn uitvoerig
antwoord achtte het van belang, dat de
raad by Ged. Staten in een motie zijn
teleurstelling uitspreekt over de geringe
toewijzing, gelet op het groot aantal
woningzoekenden en de noodzakelijke
krotopruiming, en aandringt op een
grotere toewijzing gesubsidieerde wonin
gen. Spreker dient een motie in, welke
ook ter kennis zal worden gebracht bij
de minister van Volkshuisvesting en
Bouwnijverheid.
De heer Van Dijk (KVP) dient een
amendement op deze motie in. Z.i. heeft
het geen zin gezien de „magere toe
wijzing" om deze motie te richten tot
G.S. „Laten wij volstaan met deze motie
tot de minister te richten". De heer Van
Dijk, die ook het bezoek van minister
Van Aartsen aan Leiden ter sprake
brengt, spreekt zijn verwondering uit,
dat hij over het resultaat van dit bezoek
zij het slechts summier in de pers
niets heeft vernomen. Volgens de heer
Van Dijk verdient het aanbeveling de
motie vergezeld te doen gaan met het
door de KVP-fractie verzamelde docu
mentatiemateriaal t.a.v. de Leidse
woningsituatie, dat onlangs de Tweede
Kamerfractie van de KVP ter hand is
gesteld.
„Slag in de lucht'
De heer Winsemius (P. v. d. A.) acht
het een „slag in de lucht" om de motie
alleen te richten tot de minister, aange
zien deze de provinciale woningtoewij
zing heeft gedelegeerd aan de Colleges
der Staten. Ook de heer Hagens (VVD)
ziet hierin geen heil. Het zou „een tik op
de vingers van G.S. betekenen". De heer
Van Weizen (CPN) acht het eveneens
niet juist om G.S. te passeren. Indien
wij deze motie uitsluitend naar de
minister zenden, is dit een bewijs van
wantrouwen tegenover G.S., aldus spre
ker.
De heer Harmsen (Prot. Chr.) ziet er
belang in om bij G.S. aan te dringen om
het ontvangen van een extra toewijzing
uit de nog aanwezige reserve-voorraad.
Geen mededeling in
openbare zitting
Nadat de voorzitter er bezwaar tegen
had gemaakt om in een openbare zitting
mededelingen te doen over het gesprek,
dat onlangs met de minister plaats vond,
zette wethouder Jongeleen nogmaals uit
een, dat het College er bij diverse in
stanties meerdere malen op heeft aange
drongen om voor Leiden een groter
woningcontingent beschikbaar te stellen.
„Gezien deze besprekingen hadden wü
nog goede verwachtingen, doch ze zijn
alle in rook opgegaan".
Tenslotte merkte de heer Jongeleen op,
dat in Rotterdam en in de naaste omge
ving van Leiden de woningtoewijzing
gelet op het aantal ingezetenen, gunsti
ger ligt dan voor de Sleutelstad.
Teneinde de fractievoorzitters gelegen
heid te geven tot onderling overleg
inzake de inhoud van de motie, werd de
vergadering geschorst. Na heropening
van de zitting werd een door alle fractie
voorzitters ondertekende motie zie
boven ingediend en z.h.s. aangenomen.
De motie-Piena en het amendement-
Van Dijk werden ingetrokken.
Alle aan deze interpellatie voorafgaan
de en door ons reeds gepubliceerde voor
stellen werden z.h.s. aangenomen. Slechts
bij het voorstel om de jaarwedde van de
wethouders te bepalen op f. 15.000 per
jaar, vroeg de heer Van Weizen aan
tekening geacht te hebben tegengestemd.
Werkgroep Haagsche Comedie
„Eerste optreden in Leiden van de Werkgroep Haagsche Comedie met een
bijzonder toneelexperiment", aldus kondigt K. en O. in het maandblad de opvoering
aan van „De dienstlift", één-acter van Harold Pinter, en „Politie", toneelspel in
drie korte bedrijven van de Poolse schrijver Slawomir Mrozek, die ditmaal niet in
de Schouwburg, maar in de Grote Pers van de „Lakenhal" plaats vond.
„Baes Jewannes en z'n knecht
De toneelgroep van „Luctor et
Emergo"de Vereniging van Zeeu
wen in Leiden, heeft gisteravond in
de geheel bezette grote zaal van
„Den Burcht" een zeer geslaagde
opvoering gegeven van „Baes Je
wannes en z'n knecht", een blijspel
in drie bedrijven van H. Frieling.
Het stuk, dat in Zeeuwse klederdracht
werd gespeeld, verplaatst de toeschou
wers naar het huis en kruidenierszaak
je van Jewannes Bakker in een Zeeuws
dorpje. Jewannes is ongetrouwd gebleven
en zijn huishoudinkje wordt bestuurd
door Siemen, een nog jonge man, die
geenszins van plan is om evenais zijn
baas vrijgezel te blijven. Siemen ver
wijt zijn baas, dat deze zijn winkeltje
al lang had moeten laten ver
bouwen teneinde tegen moderne zaken
te kunnen concurreren. In een vertrou
welijk gesprak bekent Jewannes hem,
echter dat hy zijn spaarcenten door
ongelukkige speculaties heeft verspeeld
en dus, in tegenstelling tot ieders me
ning, ternauwernood rond kan komen.
Geld om te verbouwen is er dus niet,
doch als Siemen wil kan hij het zaakje
voor niets krijgen, omdat hij Jewannes
steeds trouw heeft gediend en ei toch
geen erfgenamen zijn. behoudens dan
drie nichten, doch deze zijn al getrouwd.
Siemen accepteert het aanbod maar
al te graag en speculerende op het feit
dat genoemde nichten denken, dat oom
Jewannes er warmtjes bijzit, ontwik
kelt hjj een plan om aan geld voor de
verbouwing te komen. Achter de rug
van de baas om vertelt hy de nichten
en aangetrouwde neven, dat zij in ooms
testament staan en binnenkort door deze
op de proef zullen *worden gesteld door
het verzoek om een geldlening. Om te
bewijzen, dat zij alles voor hun oom over
hebben mogen zij natuurlijk niet wei
geren met het gevolg, dat Jewannes de
andere dag drie enveloppen met inhoud
in handen krijgt. Siemen wordt ter ver
antwoording geroepen en bekent, dat
hy de nichten tegen elkaar uit heeft
gespeeld, waarop Jewannes zwicht voor
zoveel mensenkennis en het spel gaat
meespelen. De nichten beijveren zich,
uiteraard onafhankelijk van elkaar, bij
oom in de gunst te komen tot geheel
onverwacht een oude vriendin van Je
wannes Tannetje in het dorp terug
keert uit de Wieringermeer, waar zij
jaren geleden heen trok om aldaar met
een kapitaaltje, dat zij grotendeels van
Jewannes leende, een manufacturen-
winkeltje te beginnen, Zij heeft goede
zaken gedaan, haar winkel verkocht en
komt Jewannes de geleende som terug
betalen en hem tevens vertellen, dat zij
hem nog steeds graag mag.
Het behoeft geen betoog, dat de con
sternatie groot is, als de nichten en
neven hiervan horen, via de intrigeren
de Siemen, daar de erfenis nu in groot
gevaar komt. Alle tweespalt wordt opzij
gezet en eendrachtig wordt gepoogd dat
vreemde vrouwen weg te krijgen.
Het behoeft geen betoog, dat Tan
netje uiteindelijk zegeviert, daar Jewan
nes gaat inzien wat hij tot nu toe aan
waar medeleven heeft gemist. Neven en
nichten krijgen hun geld terug en ver
dwijnen uit zijn leven. Siemen krijgt
de zaak en gaat bouwen met het kapi
taal, dat Tannetje in de zaak steekt
en Jewannes gaat met zijn Tannetje
een nog ongekend huwelijksgeluk tege
moet.
„Luctor et Emergo" is erin geslaagd
de toeschouwers te boeien en menig
maal te doen schaterlachen. Het stuk
werd op de planken gezet onder regie
van de heer N. L. van Daisen, die
zelf voortreffelijk de rol van Jewannes
vervulde. Het Leids Kamerorkest onder
leiding van Joop Trouwee verleende
muzikale medewerking.
Europese rivièra's
De filmdienst van de Nederlandse Reis
Vereniging heeft onder leiding van de
heer C. H. Groen en met L. Willemstein
aan de camera een kleurenfilm opgeno
men getiteld „Rivièra's van Europa".
Gisteravond werd deze film voor de
leden van de Leidse afdeling gedraaid in
de foyer van de Stadsgehoorzaal.
De reis begint in de Spaanse miljoe
nenstad Barcelona. Na Sitges ten zuiden
en het bergland ten westen van deze
stad, arriveert de reiziger denkbeeldig
althans aan de Costa Brava, de eerste
der Europese rivièra's. Deze streek biedt
de toerist alles, wat hij maar verwachten
kan. Vriendelijke stadjes, grijze rotsen,
een heldere blauwe zee, palmen, olijf
bomen, een exotische bloemenpracht en
intiéme kleine stranden. Ook de stadjes,
gelegen in het achterland bij de uitlopers
van de pyreneeën, met fraaie oude ker
ken en kloosters zijn de moeite van een
bezoek waard. Via Port Bou voert de
film de kijker Frankrijk binnen. Even
wordt de rivièrakust verwisseld voor het
wat vlakke strand tussen Perpignan en
Marseille. Natuurlijk wordt van de ge
legenheid gebruik gemaakt om de hoog
in de bergen gelegen „dode stad" „Les
Beaux" te bezichtigen. De Franse rivièra
wijkt geheel af van de Spaanse Costa
Brava. Bekende plaatsen in Zuid-Frank
rijk zijn Cannes, Antibes, Nice en St.-
Raphaël. Bij Menton na het overschrij
den van de Frans-Italiaanse grens,
komt men weer in een geheel andere
wereld: de Rivièra del Fiori, de bloemen -
rivièra, ideaal vakantieoord.
Meer in de richting van Genua treft
men plaatsen als Santa Margherita en
Rapallo, waar men heerlijk kan zwem
men, luieren en genieten. Om de vijfde
en laatste behandelde rivièra te bezoeken
namelijk de Rivièra Adriatica, moest de
filmdienst dwars door Italië trekken,
maar voordien werd natuurlijk een be
zoek gebracht aan de zich als sneeuw
bergen voordoende marmerbergen van
Carrara en aan de bekende badplaats
Viareggio. Via Pisa, Lucca en Florence
brengt de Passio del Muraglione de be
zoekers naar de Rivièra Adriatica. Met
een rondblik door het staatje San
Marino eindigt de film.
De rustige en vertrouwelijke besloten
heid van de omgeving (het speelvlak
bevond zich als het ware te midden van
het publiek en deed de soms hinderlijke
grens tussen spelers en toeschouwers
wegvallen) droeg er vooral in „De
dienstlift" in hoge mate toe bij de be
oogde sfeer op te roepen.
Beide auteurs behandelen, zij het op
verschillende wijze, hetzelfde thema: de
massamens doet om de individuele ver
antwoordelijkheid te ontlopen, maar al
te gemakkelijk afstand van zijn recht op
een eigen geweten en onderwerpt zich
zodoende aan de door welke tiran ook
voorgeschreven normen, die uiteindelijk
moeten leiden tot geestdodende gelijk
vormigheid. Niettemin zullen de indi
vidueel denkenden zich steeds met meer
of minder kracht verzetten.
Harold Pinters één-acter slaat gemak
kelijker aan dan zijn „De huisbewaar
der".
In „De dienstlift" werkt zijn schijnbaar
onopvallende dialoog intensiever, waar
toe de intieme sfeer ongetwijfeld mee
werkte. Mijn grote waardering gaat uit
naar de regie van Broes Hartman en
zijn suggestieve uitbeelding van Ben, die
uit onderworpenheid aan en angst voor
zijn „opdrachtgever", geen moment aar
zelt zijn helper Gus neer te schieten.
Deze medewerker vond in Piet Römer
een vertolker, die volkomen voor zijn
taak berekend bleek; aanvankelijk dom
weg de lugubere opdrachten uitvoerend
en langzamerhand zich zijn verantwoor
delijkheid bewust wordend. Zijn nog on
rijp en zwak verzet wordt in de kiem
gesmoord.
Voor de pauze vertelde Broes Hart
man na een korte bespreking van de
één-acter, dat bij de eerste opvoering
voor uitsluitend collega's, deze meer
malen bl(jk gaven van grote vrolijkheid,
waarvan het soms even opklinkend ge
lach op déze avond slechts een flauwe
afspiegeling was, waaruit valt af te lei
den dat de evolutie van de toneelspeel
kunst zich sneller voltrekt dan van de
toeschouwer, wat overigens begrijpelijk
is.
Na de pauze „Politie" van Mrozek. Het
is een uitgesproken satyre, die de vol
strekte onderworpenheid aan de „macht
hebber", met uitsluiting van eigen me
ning op vaak geestige wijze op de hak
neemt. Hier voerde Bas ten Batenburg
met vaardige hand de regie, bovendien
een voortreffelijke interpretatie leverend
van de tot „de heilstaat" bekeerde
samenzweerder. Van zijn collega's ver-
Advertentie
Even lopen
VELPON kopen.
VELPON pakken
Alles plakken.
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
GEBOREN
Ingrld Jolanda, dr. van W. Koet en M.
S. Aben; Anita Rosamunda Maruschka,
dr. van W. Huitema en J. Franssen; Anja
Patrice, dr. van J. Altink en W. vanHerk;
Yvonne, dr. van W. C. Hoogeveen enC.
J. Martens; Johannes Maria, zn. van H.
Zwart en E. M. Heerschop; Christina Ma
ria, dr. van B. C. Duivenvoorden en M.
C. A. Kouwenhoven; René Adriaan, zn.
van A. Koenen en J. S. C. Teske; Ronald,
zn. van J. H. v. d. Heiden en N. G. Jans-
sen; Hans, zn. van P. Corba en M. Har-
tevelt; Susanna Constance, dr. van P. A.
Emanuel en S. C. van Santen; Joseph
Alexander, zn. van T. M. Juffermans en
C. Duiverman; Andreas, zn. van W B.
v. d. Pouw Kraan en M. J. v. d. Laan;
Hendrika Cornelia Johanna, dr. G. Zuur
bier en M. M. A. Glorie; Johanna Catha-
rina, dr. van W. Blok en J. C. v. d. Vos;
Eveline Gerharda Josephine, dr. van J.
P. F. ten Broek en W. Hinnen; Johannes
Roelof Jozef, zn. van C. F. van Leeuwen
en J. C. Vaneman; Maarten Cornells, zn.
van H. Haasnoot en E. Langmuur; Mar-
garetha Johanna Wilhelmina, dr. van J.
Slegtenhorst en J. de Bolster.
GETROUWD
T. L. W. Lelieveld en C. Zanonl; J. J.
T. Spaans en S. J. F. de Haas.
OVERLEDEN
N. van D(Jk, 44 Jaar, echtgen. van J. C.
Leurink.
Geboren: Petronella J. M., dr. van C.
van der Post en M. J Beugelsdijk; Hans
B. F., zn. van Chr. M. van Trigt en M.
T. J. Oudejans.
melden wü Carl van der Plas als de eer
lang overbodige Politie-Commissaris,
John Koch, als de Wachtmeester-provo
cateur en tenslotte rebel, Camille de
Vries als diens vrouw en Wim de Haas
als de generaal.
De Werkgroep Haagsche Comedie kan
stellig nuttig en baanbrekend werk ver
richten, velen zullen het toejuichen als
K. en O. erin zou slagen deze enthou
siaste, merendeels jonge acteurs nog
meerdere malen in de Lakenhal te doen
optreden.
B.H.
LANDSTEINER
PLAQUETTE EN PENNING
Uitgereikt aan 120 donors
In de aula van het Acad. Ziekenhuis
is gisteravond aan 120 donors van de
Bloedtransfusiedienst van de afdeling
Leiden e.o. van het Ned. Roode Kruis
resp. de Landsteiner-plaquette (voor het
15 maal afstaan van bloed) of -penning
(5 maal) uitgereikt.
De plaquette werd toegekend aan:
J. A. Verhoef te Aiphen a.a. Rijn; P. C.
van Andel, H. A. Kuipers, A. G. Seinstra,
J. Verloop, P. de Vries, C. de Vries, mej.
H. L. v. d. Weerd te Katwyk aan Zee en
Katwyk a. d. Rijn; H. C. F. de Greef jr.,
mevr. A. v. d. Ham-Lambooy, mevr. P.
M. Helleman-v. d. Linde, A. Heükoop,
mevr. W. G. Koelewyn, mej. A. M. H.
Kriek, mej. H. H. Krol, mej. E. C. Lens
hoek, W. A. C. Ligtvoet, D. A. Louwerse,
A. v. d. Luit, J. Mourits, J. Neuteboom,
C. D. den Os, J. J. Pollman, G. Reinders,
A. Stouten, mevr. S. A. Tegelaar-Bekooy,
G. M. Tros, N. v. d. Tuin, J. Th. Witte
te Leiden; C. J. Kop te Leiderdorp; W.
Nederveld te Nieuw-Vennep; C. N. van
Bohemen, F. H. Smit te Noordwyk-Bin-
nen; A. W. J. de Haas te Noordwyker-
hout; P. A. D. v. Berge Henegouwen; W.
Hartog te Oud-Ade; P. A. van Egmond
te Oude-Wetering; mevr. J. M. Heems
kerk-Denkers; C. P. Borsboom te Ryns-
burg; R. Duiker te Sassenheim; P. Vo
gelezang te Warmond; mevr. V. van Ba-
tenburg-v. Schouwenburg, mej. A. G. P.
Zonneveld te Wassenaar; J. A. Detmers,
A. Knul te Zoeterwoude.
De Landsteiner-penning werd ter hand
gesteld aan; W. A. Wolswyk te Alphen a.
d. Ryn; A. v. d. Bosch, P. Spruitenburg
te Benthuizen; D. Boesveld, mevr. N. v.
Driel-de Bruyn, J. v. Ofwegen, A. J.
Luüken te Hazerswoude-dorp. mevr. M.
J. M. Pannekoek-Hoogeveen, mej. N.
Pennings te Hazerswoude; mej. A. S.
Bakker, C. Guyt, mej. N. Vooys te Kat-
wük aan Zee; J. Etman te Koudekerk
a. d. Rün; H. W. Bokma, mej. E. de
Deugd, T. Dük, A. Gottmer, W. J. de
Gunst, A. J. v. d. Heyden, G. A. v. d.
Hout, F. van Kan, D. H. A. Kolff, mej.
A. M. H. Kriek, mej. H. J. Lagerberg, A.
N. Mank, J. J. Oranje, frater Raynald,
A. B. Rottier, F. v. d. Schaaf, mevr. S.
A. Tegelaar-Bekooy. D. Tuithof., J. H.
v. Veen; mej. A. A. in 't Veld. W. A. M.
Wamelink, J. M. v. d. Werf, mevr. A. C.
v. d. Wüngaard-Bruné te Leiden; F. P.
J. van Straaten te Leiderdorp; mevr.
E. Woudsma-Malipaard te Leimuiden;
C. G. M. Langeveld, mej. M. J. A. On
derwater te Lisse; J. P. Barnhoorn Pzn.,
mej. C. M. M. v, Deursen, F. H. v. d.
Graas, B. C. Hooijberg, C. L. Kortekaas,
A. G. v. d. Ploeg, mevr. C. E. Weenk-
Bal te Noordwyk; C. C. Broekhof, mevr.
A. G. v. Wieringen-Hensbergen, J. J v.
Wieringen te N'hout; H. P. Loogman te
Nieuw-Vennep; C. Hortensius. S W.
Tromp; W. F. van Dam te Oude-Wete
ring; mej. J. M. Spierenburg te Roelof-
arendsveen; mevr. H. C. Bakker-Menken
te Rijpwetering: mej. M. M Spyker te
Rynsaterwoude; J. Bruinsma. P. v. Duin.
A. Hogewoning, L. W. Passchier. mej. G.
J .v. d. Speld, C. W. Went, Th. H. L.
Witteman te Sassenheim: F. C v. Dam
broeder Jozef te Voorhout; mej. j!
Boonstra, N. H. Schüf, mevr. A M H
Valkenburg-Boeken te Voorschoten
mevrouw A. Ph. A. M. Ancion-Val-
kenberg. mevrouw V. van Batenburg-
Schouwenburg. J. P. Eüs, mevrouw T.
T. v. d. Heyden-Polstra, W. Odük te
Wassenaar en N. Minn aard te Zoeter
woude.