ASPIRIN Nederlanders gaan steeds meer op in verenigingsleven van Australië Kapitaalkwesties in T uitgestrekte Noorwegen Televisie-ervaring komt jager op grond te pas Par Lagerkvisl Harry Martinson De Nederlandse Clubs wellicht binnen afzienbare tijd overbodig Socialistische regering trekt buitenlandse geldmiddelen aan Filmcowboy claimt heel stadje Ook in het buitenland beroemde leden van de Zweedse Academie en nu °°k kinder-AS PI BIN in élk gezin „gezien!" Assimilatie voltrekt zich in snel tempo DONDERDAG 16 MAART 1961 (Van onze correspondent In Sydney) De mens is lid van een sociale gemeenschap. Dit geldt in Australië net zo goed als in Nederland. Helaas zijn er nog vele immigran ten, die menen zich van het sociale leven afzijdig te moeten houden, meestal omdat zij in de verkeerde veronderstelling leven, dat er in Australië niet de soort club is, waarvan zij in Nederland gewend waren lid te zijn. Zulke klagers hebben ongelijk. Australië biedt namelijk grote rijk dom aan verenigingen en in het verenigingsleven zelf. Er is keus te over in alle vormen en graden en er is nog nooit, bij mijn weten, een immigrant het lidmaatschap van welke club ook geweigerd op grond van zijn nationaliteit. Het sociale leven begint in de kleine gemeenschap van de plaats waar men woont. Dit geldt voor Australië zelfs sterker dan voor Nederland, want de afstanden zijn in dit eilandcontinent groter en een kleine gemeenschap is in derdaad op zichzelf aangewezen, als het naaste dorp honderd of meer kilometer verder ligtEn dat is heus geen uit zondering! Altijd welkom „Belangstellenden zijn welkom" en „Neemt uw vrienden en kennissen mee" zijn twee telkens weerkerende uitdruk kingen in de verslagen van bijeenkom sten en vergaderingen van Australische verenigingen. Zij ondervinden ruime medewerking van de plaatselijke pers, die kolommen ruimte afstaat voor die verslagen. Jammer genoeg zijn er vele Nederlandse immigranten, die de En gelse taal niet voldoende machtig zijn om de krant te lezen. Er zijn echter duizenden andere Nederlanders, die hier al langer dan vandaag zijn en de weg naar deze verenigingen hebben gevon den. Dit laatste is een van de oorzaken, waardoor er in de Nederlandse clubs slechts een kleine groep van oud-gedien- den is overgebleven. De anderen heb ben zich in de loop der jaren geassimi leerd en hebben zich bij Australische verenigingen aangesloten. In de laatste tijd zijn bij de Nederlandse verenigin gen algehele wijzigingen in de besturen gekomen. Oude, bekende namen zyn vervangen door nieuwe. Nederlandse namen Daartegenover kan men in de plaatse lijke pers steeds meer Nederlandse na men lezen in de verslagen van Australi sche verenigingen. Het is goed, dat de Nederlander zich op die wijze assimi leert met zijn omgeving, want in het Australische verenigingsleven vindt hij ook de maatschappelijke steun, die hij net zo goed als de Australiër zelf in tijden van tegenspoed nodig heeft. Dit wil geenszins zeggen, dat de Neder landse vereniging zich niets aan hem gelegen zou laten liggen als het zover mocht komen, maar het is een feit, dat de geassimileerde Nederlander zich steeds verder verwijdert van de Neder landse gemeenschap, soms zelfs tegen wil en dank, doordat zijn Australische vriendenkring zich verruimt. Het assi milatieproces is niet te stuiten. „Verschillende Nederlanders, aan wie ik vroeg waarom ze geen lid waren van onze vereniging, vertelde me, dat ze aan gesloten waren by een Australische club en daar genoeg voldoening von den", zo vertelde my een bestuurslid van de „Nederlandse Vereniging in Sutherland Shire", waar eertijds een bloeiende Nederlandse club bestond, die thans in ledental tot een 150-tal is ge slonken, terwyi het aantal landgenoten in deze streek toch tegen de drieduizend bedraagt. Te kust en te keur Wie eenmaal Ingeburgerd Is In het Australische leven, vindt er verenigin gen te kust en te keur. Dit geldt zowel voor de man als voor de vrouw. Behalve vele en velerlei sportverenigingen (voor jong en oud, op alle gebied, buitenshuis zowel als binnenshuis), zijn er de bij zondere verenigingen van kerk, school zakenlieden, liefdadigheid, amateur-fo tografen, wandelaars en woudlopers, honden- en duivenliefhebbers, tuiniers, handboogschutters en andere schutters. De variatie is in aantal groter dan dat van de volkeren der wereld. Het is geen uitzondering meer als men onder leden van deze clubs, en zelfs in de besturen ervan, Nederlanders aan treft. Wie niet weten zou bij welke ver eniging zich aan te sluiten, omdat hij geen winkelier is, niet aan sport doet, niet bij een kerk is aangesloten, geen byzondere hobby heeft, vindt zyn weg wel naar de „vereniging ter bevordering van het welzijn van de plaats zyner in woning". Hij kan er menig gezellig ogenblik beleven op de vergadering en feestjes, die zo'n vereniging organiseert. Vrywel alle verenigingen zijn heel sterk in het houden van „parties" want de burgers van Australië zijn een actief volk en de vrouwen (die zich in „Ladies auxiliaries" organiseren) niet het minst. Uitersten Dit geldt ook voor Rotary, de Lions (leeuwen) en Apex Clubs, die zich voor- namelyk bezighouden met de bevorde ring van naastenliefde, niet alleen door geld te geven, maar ook arbeidskracht. Het is niet ongewoon, dat de leden de handen uit de mouwen steken om by- voorbeeld een huis te bouwen voor iemand, wiens woning door brand of storm is vernield en in ernstige nood verkeert, of de oogst binnen te halen voor een boer, die door een ongeval in het ziekenhuis ligt. Dit zijn twee voorbeelden om als „uitersten" te worden aangehaald van de activiteit van een grote en gevariëer- de reeks van verenigingen in de Austra lische samenleving. Er is daarin niet alleen plaats voor Nederlandse immi granten in feite vervullen zy al een rol van betekenis: de betekenis name lijk van de assimilatie, welke bezig is te voltrekken met zoveel gemak, dat zy er zelf niet eens meer by stilstaan. (Van onze Scandinavische correspondent) Noorwegen, dat grote land met zijn grote schoonheid en zijn lange afstanden, lijdt aan een chronisch kapitaalgebrek. En dat is begrijpelijk. Want er wonen te weinig mensen in Noorwegen om voldoende kapitaal te kunnen vormen. Noorwegen is ongeschikt als transitoland, omdat het geen achterland van enige betekenis heeft. Het verkeer te water en te land verslond in vroeger jaren de weinige besparingen en doet dat eigenlyk nog. Al mag men er aan toevoegen, dat de scheepvaart in de laatste decennia zeer winstgevend is geweest. Voor dat dit het geval was, was het echter haast onbegrypelyk, dat een zo schaarse bevolking de eindeloze wegen heeft kunnen bouwen, die in de vorige eeuw en het begin dezer eeuw tot stand gekomen zyn. Kritiek van de zijde der oppositie Die wegen kwamen er dan ook alleen doordat men ze met verplichte hand- en spandiepsten, zonder beloning, liet aan leggen. De herenboerlegerkapitein uit de buurt had vaak het toezicht en kreeg na gedane arbeid een standbeeld bij het begin, midden of einde van de nieuwe weg. Daarom ziet men in afgelegen oorden soms plotseling een stenen beeld. Het is volkomen redelijk, dat Noorwe gen, om het industrialisatietempo van onze tyd te kunnen volgen, meer kapi taal nodig heeft dan het uit eigen mid delen kan krygen en de regering wenst daarom vreemd kapitaal aan te trekken. De wetten des lands verzetten zich daar wel tegen, maar de socialistische regering, die op de meerderheid van De 39-jarige Pat Hawley, die optreedt in t.v.-films over cowboys en het Wilde Westen, heeft zijn kennis van het oude Amerikaanse recht gebruikt om zich uit te roepen tot eigenaar van de grond waarop het villastadje Laguna Beach, in de staat Californië, gebouwd is. Hij is bereid de grond voor 90 miljoen dollar aan het gemeentebestuur te verkopen. Volgens gebruiken van de gouddelvers Het is de vorige maand begonnen met een stuk strandgrond. Het gemeente bestuur zocht de eigenaar van deze grond, want het wilde er een park aanleggen. Hawley hoorde dit en begaf zich ylings naar het strand. Langs de grenzen van het gedeelte dat de ge meente wilde kopen zette hy paaltjes in de grond, met zyn naam erop. Daar na begaf hij zich naar een notaris om, zoals in de dagen van de gouddelvers gebruikelyk was, zyn „claim" (aan spraak op eigendom) te laten registre ren. Die keer viel het nauweiyks op, maar toen Hawley zijn familie en vrienden paaltjes in de grond liet slaan om heel Laguna Beach heen, trok er toch een frons over de gemeentelijke voorhoof den. Rechtskennis In de TV-films had Hawley een grote kennis opgedaan van de „squatters I rights", de rechten op bezit van grond waar iemand zich vestigt als er geen eigenaar is komen opdagen. In de dagen van de „Goldrush" werkten de gouddel vers, die ergens goud vermoedden, niet anders. Zodra zij hun „claim" notari eel hadden geregistreerd was die erkend. Terwyl het gemeentebestuur nog bezig was Hawley's rechten op het stuk strand te bestryden, trok deze ten aan val op Laguna Beach zelf. Met de pre cisie van een generaal die zyn leger leidt, dirigeerde hij zyn medewerkers naar de plaatsen waar zijn paaltjes de grond in moesten. Hy was opmerkzaam gemaakt door een berichtje dat de ge meente de eigenaar van een stuk grond zocht in verband met rioleringswerk zaamheden. Wel erg veel" Toen de paaltjes stonden ging Haw ley naar de rechtbank. Mevrouw Ed gar, de substituut-griffier, zag de nota rieel erkende akte die Hawley mee bracht even door en zei: „Wat? De hele stad?" Zy haalde Wylie Carlyle, een andere griffier, erbij. Die zei: „Gunst, deze keer claimt u wel erg veel Maar de griffier, die tenslotte ook in consult geroepen werd, moest conclu deren dat er niets aan haperde. „Dit is een notariële akte waar niets aan mankeert en derhalve zal ik hem in schrijven. Kosten dezes 2 dollar 80". Hawley betaalde graag en ging toen vergenoegd door Laguna Beach wan delen. Het allesbehalve armoedige stad je, thans zijn bezit, lag er vreedzaam bij, vond hij Iemand die eigenaar is van enkele stukken grond in het stadje zei mistroos tig: „Eigenlyk moest je erom lachen". Maar hy lachte niet. Het gemeente bestuur kykt ook sip. Hawley heeft, doodernstig, meegedeeld dat hij bereid is de grond waarop het stadje staat in zyn geheel aan het ge meentebestuur te verkopen. Voor 90 mil joen dollar en dat is, zoals Hawley zei: „Een heel schappelijke prys. Ik haal ze het vel niet over de oren de kiezers steunt en al van 1939 af re geert, wenst die oude, uit 1907 daterende wetgeving veranderd te zien. Kapitaal is voor haar een noodzakelijk hulpmid del en of dit nu van Noorse of buiten landse oorsprong is maakt voor haar geen verschil. Zij zond Trygve Lie als ambassadeur in buitengewone dienst naar kapitaal- sterke landen om daar mede te delen, dat men vreemd kapitaal voortaan wel kom zou heten en de bepalingen dien aangaande zou gaan verzachten. Een Engels concern, dat een papierfabriek in Noorwegen wilde stichten, werden geen moeilijkheden in de weg gele^ Aan de overneming van een Noorse werf door het concern-Verolme werkte de re gering van Noorwegen mede. Brochures met kritiek Evenwel is er uit de oppositie en wel licht ook uit eigen rijen kritiek gekomen. Er verschenen in januari j.l. zelfs een paar brochures, waarin de regering be voordeling van het buitenlandse kapi taal boven het Noorse verweten wordt. Het hjemkjope (terug kopen) van aan delen, die in buitenlandse handen ge raakt waren, wordt daarin als een lof waardig streven voorgesteld. Het is als of het om vaderlandse grond gaat, die door een zwart schaap in de familie is vervreemd en nu door brave nazaten weer bij stukjes en beetjes ter herstel van het familiebezit wordt teruggekocht. In deze brochures staat meer te lezen. De auteur, een bekend advocaat met een leidende positie in de papierin dustrie, werpt de regering voor de voe ten na de oorlog papierfabrieken, waar de staat aandelen van bezat, als onren dabel te hebben willen stilleggen, terwijl juist deze fabrieken, toen het plan ver ijdeld werd, in hoge mate hebben bijge dragen de deviezenkas van het rijk te spekken doordat zij een aanzienlijke exportwinst opleverden. Nog minder aangenaam moet het de regering in de oren klinken, dat de auteur aan de grote klok hangt, dat de regering een aantal jaren exportpremies van de papierindustrie heeft geheven en daar de gaten in de begroting mee heeft gestopt. Finland en Zweden hieven ook exportpremies maar daar werden de enorme bedragen, die daarmede ge moeid waren, gereserveerd voor tijden van neergang. Deels zyn die gelden te ruggegeven, deels komen ze nu be schikbaar. Het wordt hoogst onbillijk gevonden de Noorse papierindustrie aldus lasten, te hebben laten dragen, die over het gehele volg verdeeld hadden moeten worden En daar valt wel iets voor te zeggen. Het resultaat is geweest, dat men in die bedrijven nu geen kapitaal kon vormen voor modernisering en daarom aangewezen was op buitenland se hulp. De Marshall-fondsen zijn er gedeeltelijk voor gebruikt, maar er is meer voor nodig om de Noorse industrie niet achter te laten komen. Nu deze premieheffing bij de vrijhandelsover eenkomst der „Zes" als strijdig met het beginsel van de vrijhandel is verboden, krijgen de Zweedse en Finse bedrijven grote sommen terugbetaald. Aluminiumbedrijven De investeringen in Noorwegen van na de oorlog zijn voor een aanzienlijk deel in de aluminium (staats) bedrijven gedaan. Met Canadese bijstand. De re gering heeft daar een gelukkige hand in gehad. Minder gelukkig was zij met de stichting van een aantal staalbedrij ven annex elektrische centrale in Mo-i- Rana, aan de poolcirkel. Daar worden de laatste jaren verliezen geleden. Twee Zweedse ons terfelij ken en (Van onze Scandinavische correspondent) Par Lagerkvist, lid van de Zweedse Academie (de achttien wijzen, die niet in de laatste plaats tot taak hebben de Nobelprijskandidaten voor litératuur te wegen en er elk jaar een of twee zwaar genoeg te Vinden voor een hele, resp. halve Nobelprijs) is in 1931 zelf met die prijs bekroond. Hij kwam in de van oorlogsdreiging vervulde jaren '30 voor het internationale voetlicht met zijn novelle ,,De Beul", later tot toneelspel in moderne stijl omgewerkt. Ook in Nederland werd het op gevoerd, met Albert van Dalsum in de titelrol. Wie het gezien hebben, herinneren zich het stuk als een der hoogtepunten van het toneelleven in het vooroorlogse Nederland. soon, waar gewone mensen geen raad mee weten. Hij schreef zijn meest be kende werk „Barabbas" en een ander „Sybille, priesteres van Delphi". En, zo als de uitgever vermeldt: hij „schonk" in 1960 aan zijn lezers „Ahasverus' dood". Het is opnieuw, en weer anders dan Barabbas, het getuigenis van een verscheurde ziel, een visionair werk, vol rampen en rampzaligheden, als steeds eigenlijk leidend naar de ondergang. Het werkt vaak onaards maar is krach tig geschreven. In „Ahasverus' dood" worden wij met drie figuren uit een pelgrimsstoet naar Jeruzalem vertrouwd gemaakt: 1. Tobias de moordenaarwiens beter 'ik boven komt als hij een gestig matiseerde dode vindt en dan pel- Nieuwe literatuur iu Scandinavië Het stond midden in de eigen ver warde tijd en zijn anti-fascistische ten dens bracht het Amsterdams Toneel nog in moeilijkheden. Dat kon in die dagen. Achteraf mag Van Dalsum er trots op zijn als artiest de beul van Europa eer der herkend te hebben dan vele anderen, die zijn uitvoering veroordeelden. Par Lagerkvist is sindsdien met tal van boeken gekomen: vrijwel'alle novel len of gedichten en maar één roman van grootsere conceptie namelijk „De Dwerg". Elk dezer prozawerken is ge bouwd rond de figuur van een halve duivel of halve heilige, een mystiek per- Oat is pas je ware beleg: Sandwichspread van Calvé: smeuïg en vers uit de vacuümpot: pssst... proef! U MA AKT ER MÉÉR VAN MET CALVÉ! Internationale deelneming in dit pro ject is niet tot stand gekomen. De Zwe den hebben het project bestudeerd en zich afzijdig gehouden. Propaganda, in Nederland gemaakt, voor deelneming in een te stichten bui- zenfabriek, daar ginds in de winterse duisternis en de zomerse middernacht zon, was eveneens vruchteloos. Sinds de grondstoffenprijzen zyn gaan dalen worden er verliezen geleden, die naar de oppostie zegt door de belastingbetalers moeten worden opgebracht. De regering kan echter tot dusver nog wijzen op winst, bij de aluminiumsmelteryen ge maakt, welke daar ruimschoots tegenop weegt. Het paradoxale verschijnsel doet zich intussen voor, dat de socialistische rege ring het kapitaal voor zich tracht in te nemen en de kapitalistische oppositie foei roept over die vrijerij naar vreemd kapitaal. Keuzeprobleem Men kan de kwestie ook zo stellen: er is te weinig kapitaal om iedereen aan het werk te houden en om de indus trieën te doen bloeien. Moet men nu met het weinige, dat uit de arbeid van het Noorse volk opzy gelegd kan worden, het vreemde kapitaal uit de inheemse oude industrieën uitkopen of moet men het in nieuwe beleggen? Bij keuze van het eerste wordt het eigen nationale conjuctuurrisico, dat met de oude bedrijven wordt gelopen, sterk vergroot en verkrygt men geen nieuwe bedrijven en geen grotere werk gelegenheid. By keuze van de tweede oplossing krijgt men die wel en wordt het risico met aandeelhouders buiten de landsgrenzen gedeeld. Zou dat niet de voorkeur verdienen? Het in de brochures ten gunste van de uitkoop der buitenlanders gebezigde argument was, dat die aandeelhouders (de Londens agenten van de bewuste papierfabrieken, die 18 pet. der aande len bezaten) toch geen verstand van het leiden van een Noorse papierfabriek hadden. Maar, vraagt men zich onwillekeurig af, aandeelhouders leiden het bedrijf toch niet? En als de agenten in het buitenland, medewerkers dus, aandelen in de fabrieken bezitten, die zij verte genwoordigen, kan dat toch ook een voordeel zijn? Een stimulans immers voor hun activiteit? Blijf van tie hoek af! FOUT II! parkeert te dicht bij de hoek en belemmert tevens het uitzicht In de centra van de grote steden is het parkeren een heel probleem. Zo'n groot probleem zelfs, dat een enkele automobilist welbewust zijn wagen ver keerd parkeert alleen maar om hem kwijt te zfjn. Zo staan er wel auto's by straathoe ken: TE dicht by straathoeken, waardoor zy het uitzicht van het overige verkeer belemmeren en zomede de oor zaak kunnen zyn van een ongeval, Als u de neiging heeft uw auto op zo'n plaatsje te zetten, vraagt de ANWB u niet alleen te denken aan het risico van een flinke boete, maar ook aan het risico dat een ander loopt door uw ver keerd parkeren. grim ivordt; hij is er steeds van overtuigd, dat hij het recht heeft verbeurd om het heilige graf te mogen bezoeken; 2. Diana, de verpersoonlijking van het natuurkind, dat gedoemd is ten ondffr te gaan zodra het met de beschaving in aanraking komt maar dat in staat blijkt tot de grootst mogelijke offers voor an der er welzijn 3. Ahasverus: deze legendarische fi guur wordt nergens in het boek met name genoemd, behalve in de titel; het is de opgejaagde eeuwige buitenstaander, die aan niets deel mag hebben wat hem met ande ren zou kunnen verenigen, niets dan dat ene onvermijdelijke, de dood. Lagerkvist is ook in dit boek zichzelf. Hij dingt niet naar de gunst van zyn publiek. Hy is een extreem ongenaak bare, schuwe figuur en het is ons in ziens meer de uitgever dan de auteur, die zijn publiek het boek schenkt. Lager kvist zelf treedt in hef openbaar niet op. Hy is zelf al lang een buitenstaand waarnemer en te denken, dat hy een boek in een warenhuis zou signeren, is ongerijmd! Kolentremmer op hoge post Het Zweeds is een taal, waarin veel verzen geschreven worden. Zweden heb ben een natuurlyke aanleg voor het technische. Heel kleine jongens ziet men met aandacht en spanning zich verdie pen in de werking van een machine en hoort men vaak opmerkingen maken, die volwassen aandoen en welke men van de meeste volwassenen in andere landen niet of nauwelijks kan verwach ten. Veel uitvindingen staan op Zweed se naam. Het volk telt knappe inge nieurs, chirurgen, chemici, schaakspe lers en verzenmakers. Ook de dichtkunst in zijn hoogste vormen alsmede het ver mogen om een gedicht te waarderen, vereist een zekere vaardigheid. Er komen in Zweden dan ook veel oorspronkelijke verzenbundels op de boekenmarkt. Dit seizoen kwam Harry Martinson met „Vagnen" (De wagen), een bundel, waarin onder meer de auto, de dictator van onze tyd, de slaaf van de moderne mens, meer wordt uitge beeld en uitgescholden dan bezongen. Harry Martinson, wiens roman „De weg naar Klockrike" het epos over een landloper ook in Nederland be kendheid kreeg (wanneer komt de pocket?), is sedert enkele jaren lid van de achttien dat deftige gezelschap „onsterfelijken", waarvan ook Lagerkvist deel uitmaakt. Toen hij gekozen werd, ging er een golf van verwondering, maar ook van voldoening door het Zweedse volk. Voor het eerst was een arbeiders jongen, een gewezen kolentremmer van oceaanboten, tot deze hoge post geroe pen. En hij moest, bij het innemen van zyn genummerde zetel, de overleden voorganger op deze stoel herdenken en aldus een eeuwige plaats in het boek der geschiedenis verlenen. Achtergelaten Toen kort daarna in zyn geboorte plaats Gothenburg een literaire avond ter gelegenheid van zyn vyftigste ver jaardag werd gegeven, zat er ergens in de zaal een oude vrouw zachtjes te hui len. De heer, die naast haar zat, vroeg deelnemend wat er aan scheelde. En zy vertelde hem en hij later ons wat er aan schortte. Zy was alleen haar ontroering maar niet meester ge bleven, het had niets te betekenen. Zij had alleen moeten denken aan ruim veertig jaar geleden toen ze een huilende jongen op de stoep van het spoorwegstation aantrof. De negenjarige knaap vertelde haar, dat zijn ouders, met duizenden anderen uit het toen maals doodarme Zweden, naar Amerika vertrokken waren. De boot was weg. Hy had gedacht, dat ze hem mee zouden nemen, maar dat hadden ze niet ge daan! Hy was eenvoudig achtergelaten en hy had geen dak boven het hoofd! Zy had hem toen meegenomen en op gevoed. Ze was deze avond uitgenodigd, nu welvarend Zweden ter ere van de grote proletarische dichter een feestavond gaf. Want die jongen heette Harry Martinson. wy besluiten met enkele vertaalde ci taten uit „Vagnen": „Nu ik dagelijks zwerf in Jagan- natha ben ik dagelijks dankbaar voor wat zij mij schenkt; zij deint mij voort in haar warme omarming, als ik klaag is het slechts om ob stakels op Jagamiatha's weg, om een spat boze modder in haar heilige olie, om de heidense schreeuw van de dwaze pelgrim onder Jagannatha's wielen Zodra hij de innerlyke spanning over de huidige verhouding menstechniek heeft overwonnen, keert hij terug tot zyn oude liefde: de verhouding mens natuur (die overigens in Zweden ook nog steeds hoog in koers staat) NACHTELIJK ONWEDEB Uit de circulatie genomen oudjes ontwaken in hun slaapvertrek; zij kijken de nacht in luisterend naar 't zich verwijderend gerommel. Zij praten wat, vergelijken met vroe ger dagen maar niets is er nieuw meer; de zomerse hagel slaat toe als voor heen, slagregen striemt de velden in ver zwegen land". Chinezen uit Siam naar Formosa Morgen zal een begin gemaakt wor den met 'evacuatie van vroegere Chi nees-nationalistische soldaten uit een gebied in noord-Thailand (Siam) dat grenst aan Birma en Laos. Deze nationalisten, die na de Chinese burgeroorlog in 1949 naar Birma vlucht ten, zyn onlangs naar Siam uitgewe ken nadat Birmese troepen een offensief tegen hen hadden ingezet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 9