„ZWANEBANS"
GLYCA
voor Europa's laatste Maecenas
ONS MENU
KOKEN
Ruwe
handen?!
EEN TWEE-MINUTEN MYSTERIE UIT HEI
ARCHIEF VAN INSPECTEUR S. HERLOX
ZATERDAG 28 JANUARI
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA 3
WONDEREN DER NATUUR
Cuevas-balletten spaarden kosten noch
moeite voor TsjaikofskVs Schone Slaapster
Heeft U een speurneus
VAN DE IVEEK
JMET&a JOKE
Alléén
helpt direct!
Mammie gaf een pakje toast en een
klein, geopend blikje leverpastei. Ver
der hebben we nodig: 2 lepels marga
rine en iets peterselie.
Spoel jy een kommetje om met heet
water. Dolf?
Vlug afdrogen want dan kan de mar
garine erin, die je, met een vork, zo
lang roert, tot ze zacht is.
Markies De Cuevas met zijn (te) kostbare danseressen aan zijn linkerzij: Rosita Hightower
en Vyrobova.
Klaar? Kok mikt er de leverpastei
bij en nu maar weer roeren Dolf tot
alles vermengd is.
Kom jongens we nemen allemaal
een toastje, besmeren het dik met le
verpastei en strijken het mooi glad.
Wie een trektocht onderneemt, weet wel hoe belangrijk
het is de richting van de wind te kennen. Wind mee of
wind tegen vooral de jager, die achter groot wild aan
zit, zal zich eerst zorgvuldig van de windrichting verge
wissen, want voert de wind zijn reuk mee, dan zal het
wild hem ongetwijfeld op grote afstand ruiken en op de
vlucht slaan. Olifanten nemen op hün manier
precies hetzelfde standpunt in. Als zij, in grote kudden,
op pad gaan, laten ze de leiding graag over aan een oude,
ervaren olifant, die er wel voor zorgt, dat ze een veilige
richting inslaan. Ze verzamelen zich op een open plek in
de savannah, de reisleider treedt naar voren en terwijl
(Van onze Parijse correspondent)
The International Ballet of the Marquis de Cuevas - dat zijn naam
vroeger echter in het Frans aan zijn standplaats Monte-Carlo placht te
koppelen - danst momenteel zijn zwanedans in Parijs. De vijfenzeven
tig-jarige markies, die Europa's laatste Maecenas voor het ballet is,
heeft zich gewonnen moeten geven. Hij is gecapituleerd in de strijd
tegen een zware ziekte en, meer nog, tegen de miljoenenlast waarmee
deze onderneming op zijn schouders drukte en waartegen zelfs hij (of
beter nog zijn Amerikaanse echtgenote, de kleindochter van John D.
Rockefeller), niet langer blijkt opgewassen te zijn.
De Portugese edelman mocht nog blij
zijn dat zijn dokters hem tenminste
hebben toegestaan vanuit een loge en
op de brancard die hem met een spe
ciaal vliegtuig vanuit zijn ziekbed aan
de Rivièra naar Parijs had getrans
porteerd, zijn „kinderen" (zoals hij
zijn zeventig danseressen en dansers
onder wie de grootste sterren van de
wereld noemt) nog een laatste maal
bezig te mogen zien op de planken
van het Champs-Elysées-theater, waar
men al weken lang in de rij staat
om een plaats te veroveren.
Niet alleen om afscheid te nemen
van de laatste, grote balletgroep die
Frankrijk sedert de roemruchte jaren
van Diaghilef of minstens van Ro
land Petit buiten de Opéra nog be
zat, doch óók om Tsjaikofski's legen
darische Schone Slaapster te aan
schouwen, het ballet dat de markies
voor zijn „zwanedans" had 'uitver-
ren en dat met zijn drie acten een
ganse avond duurt en in 't bijzonder
aan de solisten zulke hoge fysieke
eisen stelt dat hun rollen in .dubbele
doublure" moesten worden vervuld.
Vier paren dus, die elkander per
voorstelling afwisselen met namen als
een Rosella Hightower, een Vyrobova
een Daydé, een Golovine. Het speel
goedje, zijn ballet, dat de markies na
veertien jaren dan nu uit handen
moet geven, wós dan ook wel een wat
kostbare luxe.
„Jan Admirabel en Kitty Waller, kortom het echtpaar Admirabel, in
Abisko," zei inspecteur Herlok, „dat maak ik ten minste op uit de zonder
linge kaart, die ik vanmorgen kreeg. Daarop zie je alleen maar een soort
ruimteballon met twee onduidelijke figuurtjes aan boord. Hun namen zijn
verwerkt in een verontschuldigende voetnoot. Iets heel aparts: typisch
Jan! Er staat ook nog een adres op: Turiststation, Abisko, Zweden."
Her lok wendde zich tot zyn assistent Harjans, die de atlas al van de
plank had genomen, en sprak ten overvloedde: „Zoek Abisko eens op, Har!
Waar ligt, 't precies?"
Herlok had Jan Admirabel jaren geleden leren kennen, op een namid
dag, in een kleine koffiebar. Veel bezoekers waren er toen niet geweest.
Bij het raam had een roodharige jongeman gezeten, achter een kop koud
geworden koffie. Op het eerste gezicht een student, want hij had een hoop
leerboeken meegebracht, maar in plaats van te blokken had hij maar naar
buiten gekeken, naar de voorbijgangers. Herlok was met hem in gesprek
geraakt toen hij, bij het passeren van zijn tafeltje, boeken over crimino
logie had zien liggen.
Droogjes had hij gezegd: „Als het niet allemaal verouderde drukken
waren, zou ik verondersteld hebben, dat U criminologie studeert!"
De jongeman had hem geringschattend opgenomen, maar was verbleekt
bij het horen van de naam Herlok. „Ik verzamel gegevens voor een detec
tiveroman, die ik ga schrijven, meneer Herlok. Ik moet toch weten hoe
Interpol werkt, en Scotland Yard en de F.BJ
Hij heette Jan Admirabel. Hij was uit het isolement van het platte
landsmilieu getreden en had, toen hij zich in de grote stad ging vestigen
moeten ervaren, dat de vereenvoudigde waarheden, die hem opgedrongen
waren en waarmee hij altijd had kunnen leven, nu niet langer golden.
Radicaal, zoals alleen maar losgebroken provincialen kunnen zijn, had hij
besloten met alle conventies te breken en het ongebonden leven van een
behémien te gaan leiden. Toch zag hij spoedig in, dat hij tè sceptisch
van aard was voor deze rol. En hij was, hoewel uiterlijk niet te onder
scheiden van andere onafhankelijken, toeschouwer gebleven, óók in zijn
eerste boek, deels autobiografisch, dat Herlok vóór de publikatie ter lezing
had gekregen.
„Abisko, toeristenoord in het hoge Noorden van Zweden, aan de spoor
lijn Kiruna-Narvik."
„Dank je, Har!" Herlok zag de mooie, maar volstrekt ondoorgrondelijke
vrouw weer voor zich, met wie Jan, om de verschijning van het boek te
vieren, een verhouding begonnen was. Kitty Waller: een vastberaden
vrouw die, als fotografe, tevergeefs geprobeerd had naam te maken. Jan,
die zichzelf al begon te vergelijken met Georges Simenon, vond dat zij
dat nutteloze „kieken" maar op moest geven en hèm voortaan moest
dienen, gelijk Madame Simenon, haar man bewakend als een Cerberus,
zónder hem van zijn vrijheid te beroven. Maar Kitty eiste na de huwe
lijksvoltrekking Jans verdiensten op voor een kostbare foto-uitrusting en
bovendien het alleenrecht om de omslagen voor zijn volgende boeken te
ontwerpen. Nu waren ze ongeveer een jaargetrouwd. Herlok had zich
afgevraagd of de uitspraak van Lord Dewar: „De weg naar het succes is
vol vrouwen die hun man voortduwen", die Jan tot de grote stap bewogen
had, wel van toepassing was.
Nu waren ze dus in Abisko aangeland, een wintersportplaats in het
berggebied van Zweden. Drie dagen later las Herlok in de krant, dat de
schrijver Jan Admirabel verongelukt was in het onherbergzame gebied
van Noord-Zweden. Neergestort in een ravijn. Hij was na het posten van
enige brieven met Kitty de bergen ingetrokken. Ze hadden geweigerd een
mededeling achter te laten omtrent de te volgen route. Ze hadden zich
ook buiten de aangegeven paden begeven. Opeens wilde Jan gefotografeerd
worden. Hij ging daartoe op een heel gevaarlijk punt staan. Kitty wilde
net de sluiter indrukken toen zijn hoed door 'n felle, plotseling öpgestoken
wind werd meegenomen. Hij er achteraan ondanks haar waarschuwings
kreten. Ze had de handen voor haar gezicht geslagen. Toen ze weer dorst
te kijken, was hij verdwenen. In een soort paniekstemming was ze de
bergen ingehold en vervolgens het spoor bijster geraakt, want het duurde
twee dagen vóór men haar vond. Het lijk van Jan werd geborgen door
de bergreddingsdienst.
Herlok bekeek de foto die gemaakt was op het moment, dat de wind
bezit nam van Jans hoed. Hij herkende, ondanks de slechte kwaliteit van
de film, duidelijk Jans trekken. „Verderop was een berghut," vertelde
Kitty, „maar die kon ik niet meer terugvinden toen ik weggehold was.
Ik wilde hulp gaan halen. Gelukkig was hij op slag dood hij heeft niet
geleden...."
„Hoewel deze foto de nodige aandacht zal trekken, geloof ik, dat uw
carrière als fotografe hiermee afgelopen is," zei Herlok koeltjes. „Misschien
nog één zelfportretje voor 't politie-archief, mevrouw Admirabel
Vraag: WAAROM VERMOEDDE INSPECTEUR HERLOK DAT HIER
SPRAKE MOEST ZIJN VAN MOORD?
usqqsq
pj3ddBM36 J3^3Z SJ3pUB pUIAS. 3J3n}U3A3
U33 (iq noz ?nq6j3q'u363[36(iqjqDip ap do 6e[a 3[[i}S
~pe[q ap :6uis[baj3a uaa ojoj ap sbm. ^ojjaiq suabjo^ ipjoomiuy
nig geld verspild. Visioenen van rijk
dom, van weelde, van klassieke en ook
wel romantische schoonheid uitgedrukt
en opgewekt met de middelen van het
menselijk lichaam: die stonden hem
voor ogen en die poogde hij te ver
wezenlijken met behulp van zijn uit
gelezen staf van choreografen, solisten,
dansers en decorateurs.
In overdrachtige pracht
gestorven
Men kan zeggen dat dit visioen met
Tsjaikofski's Schone Slaapster, die Pa
rijs sedert Diaghilef niet meer op de
planken had gezien, in schoonheid of
althans in een overdadige pracht ge
storven is. Men had de vermaarde
Robert Helpman uit Londen laten ko
men, die hetzelfde ballet ook voor de
Coventgarden regisseerde en, volgens
het programma, zou hij de oorspron
kelijke choreografie die in 1890, in
nauw overleg met de componist, Ma-
rius Petipa, voor de Russische pre
mière had ontworpen daarby op de
voet gevolgd hebben.
Een verzekering die ge dan maar
meer volgens de geest dan de letter
nemen moet, aangezien Petipa's cho
reografie ook Helpman slechts bij
(vage) overlevering bekend kon zijn.
Een notatiesysteem waarin en waar
door choreografische ontwerpen voor
het nageslacht bewaard kunnen blij
ven, is nog altijd niet uitgevonden, en
de film stond in Petipa's tijd nog
maar nauwelijks in zijn kinderschoe
nen.
Feeëriek
Ofschoon dus vermoedelijk meer
Helpman dan Petipa, is de hele voor
stelling niettemin een feeërieke, over
dadige, schitterende en soms haast be
dwelmende vertoning geworden. Een
Argentijnse neef van de adellijke Mae
cenas, Larrain, had de tweehonderd
kostuums en de vier decors ontworpen;
en wat hij daarbij het publiek aan
paleisinterieuren, bostaferelen, aan el
ven en feeën, aan bruidstoiletten, die
rengestalten voor de ogen wist te to
veren was al evenmin een kleinigheid.
Persoonlijk speet het me op de
avond van mijn bijwoning niet High
tower maar wel de heel koele Vyrobo
va in de hoofdrol van Prinses Aurore
te hebben getroffen, al werd dat ver
lies, op het tweede plan, door verschil
lende briljante prestaties een be
angstigend suggestieve kwade fee van
Olga Adabache bijvoorbeeld voor
een deel wel weer opgeheven. En ook
de vertolking van Tsjaikofski's parti
tuur had, naar mijn smaak, wel een
zweempje méér Slavische hartstocht en
charme kunnen verdragen.
Het zijn echter detailopmerkingen
die de grandioze eindindruk ter nau-
wernood ondermijnen, en nog minder
het leed verzachten van het verlies
dat men met de verdwyning van de
markies en zijn balletgroep deze avond
te incasseren kreeg.
Ook De Cuevas heeft zich nu dus in
de droeve ry geschaard der balletlei
ders die in Frankryk hun activiteit
het laatste jaar staken moesten: Ja-
nine Charrat, Jean Babilée, Ludmilla
Tcherina, Bejart, Miskovitisch, Reich
en anderen. Het wordt wel tijd dat
minister André Malraux eindelijk voor
de dag treedt met zijn „Nationaal
Volksballet" dat de tegenhanger van
Jean Vilars T.N.P. zou worden (T.N.P.:
Théatre Nationale de Paris) om deze
leemte in de Franse danswereld weer
op te vullen.
alle dieren belangstellend toezien, krabt hij met zijn poot
een hoopje droog stof by elkaar. Dit wordt in de slurf
opgezogen en vervolgens krachtig omhoog geblazen. Als
het een bepaalde hoogte heeft bereikt, ontfermt de wind
zich er over en voert het mee, zodat zich een langgerekte
grijzige streep tegen de hemel begint af te tekenen, een
feilloze, betrouwbare windwijzer, die aangeeft welke kant
de olifanten uit moeten. De leider voegt zich by de kudde
en zo trekken ze, tegen de wind in, voorwaarts, wetend
dat ze alle gevaren die op hun weg liggen zullen kunnen
waarnemen zónder zelf geroken te worden.
Annemleke heeft al een plat schaal
tje gehaald, waax we het lekkers op
leggen. Zullen we nog een klein pe
terselie takje in het midden steken
of hier en daar op de rand van het
schaaltje?
En dan. tJLA op naar Mammie.
Miljoenen guldens
De kosten van de montage van een
nieuw balletnummer mochten voor
hem zo gemiddeld op een zeshonderd
miljoen oude Franse franken of vier
èi vyf miljoen gulden worden geschat.
De Schone Slaapster moet de markies
echter byna het dubbele bedrag heb
ben gekost, en om deze apotheose te
kunnen bereiken heeft hij zijn vorste-
lyke appartement, beweert men in Pa-
rys, waar een S. Mazarin heeft ge
woond, van de hand moeten doen.
Reken daarby dan nog de vaste las
ten voor verblyf, reizen, administratie,
verzekering en bovenal de gages van
sterren die meestal eerst elders moes
ten worden „weggekocht", en ge komt
tot een budget waarvan de nullen u
als even zovele sterren voor de ogen
zullen draaien. Men weet in Parys
ook nog te vertellen dat de markiezin
van haar grootvader, de filantroop
John D., een fortuin had geërfd dat
haar per dag een bedrag van dertig
miljoen oude franken ofwel zo'n drie
ton interest oplevert. Niettemin kan
ook met die vriendelyke rente van
daag dus geen privé-ballet meer wor
den onderhouden
Geen moderniteiten
Zyn balletomanie heeft, zoals men
ziet, de markies wel een lieve duit ge
kost in die veertien jaren dat hy zijn
repertoire tot zo'n honderd titels wist
uit te breiden. Zijn keuze getuigde van
'n blik die consequent achterwaarts
gericht was, en aan buitennissigheden
en moderniteiten heeft de markies wei-
In een publikatie van het Voorlich
tingsbureau voor de Voeding van deze
maand is aan de hand van vergely-
kingsmateriaal weer eens duidelyk
naar voren gekomen, dat melk, karne-
,melk en kaas zeer goedkope eiwitbron
nen zijn en het is verstandig, om deze
produkten in voldoende mate in te
schakelen. En dat wil dan zeggen dat
we kaas niet alleen als lekkere brood
belegging moeten zien, maar ook ge
regeld in de warme maaltyd moeten
laten optreden in de vorm van warme
of koude kaasgerechten.
Enkele voorbeelden hiervan zyn in
onderstaand weekmenu te vinden.
ZONDAG:
champignonsoep; omelet met kaas-
gehakt, botersaus, brussels lof, aard
appelen; gebakken appel met slag
room.
MAANDAG:
stamppot groene kool met krab
betje; rödgröd.
DINSDAG:
aardappelen gevuld met kaas,
spruitjes; drie in de pan.
(pruime weken)
WOENSDAG:
kipragoüt, stoof sla, aardappelen j
zeeuwse vlaschotel.
DONDERDAG:
vleeskoekjes, gebakken prei, aardap-
pelpurée; yoghurt met appelmoes.
VRIJDAG:
stokvis met ryst, gebakken uien,
mostersaus of gebakken bloedworst,
gebakken uien, ryst, mosterdsaus;
warme vruchtenpudding.
ZATERDAG:
kop rystsoep; macaronischotel met
veldsla.
ZEEUWSE VLASCHOTEL
1 ei kloppen met 30 gr bruine bas
terdsuiker en 1 theelepel kaneel, 30
gr bloem erbij doen en met 1 dl melk
een dik papje ervan maken. Dit al
roerende in 4 dl kokende melk gieten
en tot een dikke vla koken. 50 gr ge
stampte bitterkoekjes en 1 lepel keu
kenstroop erdoor doen en de vla in
een beboterde vuurvaste schotel over
brengen; enkele geweekte gedroogde
pruimen erop leggen en het schoteltje
plm. 20 min. in een matig warme oven
zetten.
OMELET MET KAASGEHAKT
Eén gesnipperde ui fruiten in 40 gr
boter, 200 gr gehakt erby doen, goed
fyndrukken en meebakken tot het
goudbruin is geworden. Van het vuur
af 100 gr geraspte kaas en desgewenst
wat zout en peper erdoor roeren. Met
dit kaasgehakt omeletjes vullen die op
een schotel worden geschikt en gegar
neerd met schyfjes citroen, pepers en
peterselie.
MACARONISCHOTEL
25 gr boter smelten, een fyn gesne
den knoflookteentje of wat ui erbij
doen en 1 min. smoren. 25 gr bloem
toevoegen en scheutje voor scheutje
onder voortdurend roeren 3 dl melk
erbij doen. Wanneer een mooie glad
gebonden saus is ontstaan, deze van
het vuur nemen. 75 gr geraspte kaas
erdoor roeren. De saus zo nodig met
zout en pepter op smaak afmaken en
vermengen met 250 gr gaargekookte
macaroni. Daarna in een vuurvaste
schotel overbrengen, met geraspte
kaas bestrooien, bedekken met plak
ken tomaat en in de over gratineren.
LEVERPASTEIBROODJES.