Betsie Rudersdorff VORST EN IJZEL ONS WEKELIJKS FOTO-praalje FOTO'S VAN HET BEELDSCHERM UIT VOORTHUIZEN MAAKT HAAR KAARSEN MET DE HAND ZATERDAG 28 JANUARI WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 2 De schone icas van de bijeenzwermen hangt aan de ,droog-lijntjes Zij leeft ill vrijheid in de dennenbossen Kaarsen aan de „draaitafel" ALS ALLES ONDER DE IJZEL ZIT Kamermuziek door Betsie Ru- dursdorff. Speelt ze geen viool dan ontlokt ze aan de piano, de dwarsfluit of aan één van de zelf gemaakte bamboefluiten wonder schone klanken. deling, totdat de aldus gevormde kaar sen de gewenste dikte hebben. Gezien het feit dat de was enigszins uitzakt, ontstaat vanzelf bovenaan een fraaie, gothisch toelopende punt. Heeft het proces zich voltrokken, dan worden deze „lijntjes-met-de-bijenwas' 'als het ware te „drogen" gehangen. TIPS VOOR TELEVISIE FOTO'S Neem een film van middelmatige gevoeligheid b.v. 21 Din.° Zet de sluiter op 1/25 seconde (of op 1/10 seconde) en stel het dia fragma op ongeveer 4.5 of 5.6. Plaats het fototoestel recht voor het beeldscherm, zodat de lens zich tegenover het centrum van de beeldbuis bevindt. Gebruik liefst een statief en een draadontspanner. Draai de contrast-regelende knop iets terug evenals de knop die de hoeveelheid licht regelt, zodat het scherm een zacht maar duidelijk en doortekend beeld geeft. Neem geen scènes waarin veel actie is, maar wacht ter vermijding van bewegings-onscherpte een rus tig moment af. Vermijd lichtreflectie van in de huiskamer brandende lampen. Kies een afstand, waarbij een deel van de lijst van het toestel mee op het negatief komt, zodat een indruk gegeven wordt dat het een opname van de beeldbuis is. Bij vergrotingen kan deze rand al tijd desgewenst weggelaten worden. Probeer niet of u de lijnen van het beeld weg kunt krijgen, dit lukt niet: de lens van uw toestel blijft ze altijd duidelijk zien. Het lijkt simpel Het lijkt allemaal zo simpel, maar het is nu juist de kunst, om de kaarsen mooi recht en gelijkma tig van vorm te krijgen, een kunst die men zich pas na heel veel experi menten eigen kan maken. Dit mon nikenwerk vraagt enorm veel geduld, toewijding en liefde. „Waar haalt u al die was vandaan en waarom juist bijenwas?" Zijn deze kaarsen niet veel duurder dan die wel ke machinaal gemaakt worden?", in formeerden wij. Mejuffrouw Ruders dorff vertelt dat ze de was in grote blokken, in de vorm van afgeknotte kegels betrekt van een zemerij uit Bar- neveld. Energiek zet ze er dan de bijl in om daarna de brokken te smelten. En die twee andere vragen? Ja, daar heeft ze zo haar eigen filosofietje over: „Wie aan kaarsen denkt, denkt ook aan kerstmis. Men viert o.a. de terugkomst van het licht, want de kortste dag van het jaar is dan weer voorbij. Een natuurverschijnsel dus. En bijenwas is een zuiver natuurprodukt, terwijl ze bovendien verwant is aan het licht, want wordt ze niet in de zomerse warmte en zonneschijn gewonnen? Machinaal gemaakte kaarsen zijn goed koper, natuurlijk, maar ze bestaan gro tendeels uit stearine, een produkt dat diep uit de aarde, uit de duisternis dus, gehaald moet worden. Ze heeft nog meer argumenten: „mijn kaarsen brandden wel 2 tot 3 maal zo lang als stearinekaarsen en ze verspreiden een lichte honinggeur. Daarby is handwerk uiteraard altijd nog wat anders dan die onpersoonlijke, gladde fabriekskaarsen", voegt ze er fel aan toe. Wie zelf een verzamelaar is en zich bijvoorbeeld toelegt op het samenstellen van een collectie postzegels, lucifersmerken of suikerzakjes, zal stellig geen grote verwondering laten blijken, wanneer hij hoort, dat iemand een verzameling van lidmaatschaps-insignes, geboortekaartjes of militaire knopen (van kledingstuk ken!) heeft. Z'n eigen onderwerp van verzamelzin zal hij uiteraard meestal wel veel interessanter vinden, anders was hij niet daaraan juist begonnen, maar hij kan zich als verzamelaar volkomen indenken, dat iemand anders een ander menten besteed en daarmee is dan het experiment afgesloten. Niet alzo de man, die misschien vindt u het vreemd een speciaal en alleen daar voor bestemd cameraatje op z'n sta tief heeft staan en op kleinbeeldfilm regelmatig opnamen maakt van al die gebeurtenissen op het beeldscherm, die hem om een of andere reden interesse ren. Is de film volgeschoten dan wor den na ontwikkeling van elk negatief op eenzelfde formaat beelden gemaakt en de data van de opnamen vermeld in het t.v.-foto-album. Velen complete ren hun foto-arsenaal van artistieke gebeurtenissen met kleine verslagen of kritieken, waardoor ze een uniek over zicht krijgen. Moeilijk is zoiets hele maal niet en zou u een poging in die richting willen wagen, dan vindt u hieronder enkele technische gegevens om tot goede opnamen te komen. Let wel, reeds eerder hebben wtf beweerd, dat voor goede opnamen geen „foto recept" gegeven kan worden. Wanneer we dus nu wel een „t.v.-recept" geven is dat alleen maar om te zorgen, dat u goed gedekte negatieven krijgt. Net als bij het fotograferen in de natuur geldt echter ook hier: 'tgoede moment moet u zelf uitkiezen. Veel beweging mag dan in een t.v.-beeld niet voorko men, omdat uw sluiter ingesteld moet zijn op 1/25 seconde. Want het beeld op een televisiescherm wordt door een zeer klein lichtpuntje gevormd, dat wisselend in intensiteit in een ra zend snel tempo evenwijdige lijnen van licht en schaduw trekt. Nu is bij de Europese televisie het beeld „vol" in de tijd van 1/25 seconde (Amerika 1/30 sec.). Wel kunt u opnamen maken met b.v. 1/10 seconde, maar korter dan 1/25 mag niet, daar u anders incomplete beelden krijgt. Let er bovendien op, dat u de hel derheid van uw beeldscherm niet vol uit draait, zodat het beeld„stralend" wordt. Ook de knop voor het contrast moet iets teruggedraaid worden. Laat voor uw smaak het te fotograferen beeld op uw toestel wat milder en zachter zijn, dan dat waar u normaal naar kijkt. Want anders worden de negatieven vrij hard en worden later de afdrukken erg roeterig. Kies momenten die een bepaalde „ruststand" weergeven omdat in de 1/25 seconde die u belicht de bewe gings-onscherpte het beeld zou kun nen verstoren. Voor verdere technische gegevens leest u maar even onze tips voor tele visie-foto's bij dit artikel. Een gelukkig mens Vermoedelijk is Betsie Rudersdorff uit Voorthuizen de enige in Ne derland, die op „middeleeuwse" wijze uit pure bijenwas kaarsen vervaardigt. In een werkplaatsje, twintig minuten gaans buiten het kleine Veluwse dorp, oefent zij al jaren dit merkwaardige ambacht uit. Misschien klinkt het wat vreemd, maar tóch ben ik blij dat Kerstmis en nieuwjaar weer achter de rug zijn. Nu kan ik tenminste even op adem komen. En dan ga ik veel muziek maken", verzekerde zij ons. Een paar rustige weken heeft zij ook wel verdiend: „In het afgelopen jaar heb ik ongpveer 17.000 kaarsen gemaakt. Vergeet niet, ik doe het werk alléén". Rust nemen. Jawel, maar hoe mejuffrouw Rudersdorff zich dat eigenlijk voorstelt is ons niet geheel duidelijk geworden. Nauwelijks was ze begonnen ons het „hoe" en „waarom" van haar beroep te vertellen, of ze zat alweer „kaarsen te trekken", zoals dat in vak jargon heet. Veel beroepen „Hoe ik tot dit werk ben gekomen? Laten we er dan wèl even voor gaan zitten. Wilt u een sigaret?En dan volgt een brok Rudersdorffse geschie denis over een periode van meer dan 25 jaar. Een hele beroepenhjst heeft deze Amsterdamse van geboorte in die tfjd afgewerkt, van lerares bewegings leer in een Zwitserse kliniek tot gara ge-houdster en goudsmid toe. Elf jaar werkte ze 's zomers op een vakantie oord, in een banketbakkerij heeft ze gestaan en zelfs een kyikenbroederij behoorde enige tijd tot haar arbeids terrein. In die Zwitserse kliniek nu leerde ze van een Schotse dame hoe men kaarsen moet maken. Het leek zo bij zonder eenvoudig: een katoenpit maar net zo vaak in een pot gesmolten bij enwas op en neer halen, tot de kaars de juiste dikte had gekregen. Ze ging het proberenen het lukte niet! Het intrigeerde haar waaraan de misluk king te wijten kon zijn. Misschien was de temperatuur van de was niet goed? Of was katoen niet het juiste materi aal voor de pit? „Uitproberen" was het devies! Zo ontdekte Betsie Rudersdorff op ze kere dag dat de pit geprepareerd moest zijn, wilde de kaars goed branden. Nog was het resultaat slechts twijfel achtig. Ze ging door en zomaar op zekere dag had ze de eerste bijenwas kaars „getrokken" die redelijk goed wilde branden. Een houten wiel bleek uitstekend geschikt om als „werktafel" te worden gebruikt. Rondom het wiel namelijk sloeg ze op gelijke afstan den van ongeveer 4 5 cm. spijkers, nu kon aan een hele serie kaarsen tegelijk gewerkt worden doordat de pitten door middel van draadijzeren haakjes aan de spijkers gehangen kon den worden. De doorsnede van de pit ten is overigens niet zuiver rond, eer der halfcirkelvormig, met één platte kant. Hierdoor trekken zij krom en hoeven niet gesnoten te worden tfj- dens het branden. Om de beurt wordt er nu één in een met vloeibare was gevulde cilinder gedompeld en vervol gens aan het wiel gehangen. Na een volledige omwenteling van het kaarsen rad is het dunne waslaagje dat zich op de eerste pit heeft afgezet, voldoende gestold om weer ondergedompeld te worden. Steeds herhaalt zich deze han- Ze is een gelukkig mens, Betsie Ru dersdorff. Ze leeft in de vrije na tuur in een eigen huis. Ja, een eigen stenen huis in de allerletterlijkste betekenis van het woord. Ze heeft het namelijk zelf ontworpen en gebouwd, samen met een vriendin die bij haar inwoont en met slechts héél weinig hulp van een enkele deskundige. „De stenen Joris" heet haar woning In de dennenbossen. Ze leeft in een mate van vrijheid zoals 'maar weinigen die kennen. In de huiskamer wordt menig uurtje doorgebracht met musice ren. Viool, dwarsfluit en piano ze is autodidact! zijn de instrumenten waar ze zich muzikaal op uitleeft. En geen buren die er last van hebben! Eenzaam? Beslist niet! In de garage staat een kleine auto waarmee zfj in een wip in de omliggende steden kan komen. Als ze zelf niet muziek of to neel speelt gaat ze naar concerten of toneelvoorstellingen. Betsie Rudersdorff heeft de verdien ste dat zü de gaven, die ze meekreeg haar moeder speelde vroeger in het Rotterdams Toneel goed ontwikkeld heeft. En alles praktisch zonder hulp. Zo heeft ze dus uit een hobby haar beroep gecreëerd, een beroep dat bo-i vendien altijd een liefhebberij zal blij ven. Of ze tevreden is met alles om haar heen? Uitermate! In haar huis kamer hangt een tegeltje, waarop te lezen staat: „We hebben het nog nooit zo goed gehad!" thema gekozen heeft. Met foto-amateurs ligt het eigenlijk net zo. Want behalve de verzamelaars van de doodgewone „zo-was-het" en „hier-waren-we" foto's zijn er tal van specialisten, die zich voornamelijk toe leggen op bepaalde onderwerpen. Steeds bloemen in allerlei soorten pro beert de een met zijn lens te pakken: een ander maakt hele series stillevens en vogelfotografie, beoefend uit een zelfgebouwde schuilhut is een ander voorbeeld uit de talloze reeks van on derwerpen, waarvoor foto-amateurs zich interesseren. En uit deze groep zal het dan ook niemand verwonderen, dat een nieuwe hobby van velen ge worden is: opnamen maken van het televisie-scherm. Waarbij de een uit de verschillende journaals van iedere dag een aantal beelden zal pakken als een vorm van zelf-samengesteld-geschiede- nisboek en anderen een bijzonder op treden van bepaalde artisten of specia le kunst-manifestaties met hun foto toestel willen vastleggen. Nu doelen we hierbij niet op die amateur, die ook wel eens omdat hij er iets over gehoord heeft ge probeerd heeft enkele beelden uit een of andere uitzending op te nemen. Want dat is in de meeste gevallen een kwestie van: „Kan ik dat met mijn toestel ook?" Wanneer er dus eens een bijna volgeschoten film in het toestel zit, worden de laatste opnamen voor de aardigheid aan een paar t.v.-mo- A'ls het in deze tijd van het Jaar hard vriest, zal dat uw planten niet veel kwaad doen. Het is er de tijd voor en ze zijn er helemaal op ingesteld. Als het eohter ijzelt, vinden ze dat helemaal niet prettig. Dan is het maar beter zoveel mogelijk uw tuin met rust te laten. Kan er 's winters als het niet te hard vriest heus wel gesnoeid wor den; als de takken met een laag ij zei zijn bedekt, kan men er niet aan werken. Het zou be slist verkeerd zijn; de planten moeten dan echt met rust ge laten worden. Tegen de tijd dat het gaat dooien, kan men er nog iets aan doen, n.l. ze af schudden om ze zo gauw moge lijk van het ijs te verlossen. Als het eenmaal dooit is de ijzel ook snel verdwenen en meestal kan men het wel aan de natuur overlaten. Ook een dik pak sneeuw kan er nu liggen. Doe er zo weinig mogelijk aan; het staat zo mooi die blanke sneeuw. Men make dus niet te veel paadjes en laat de sneeuw rustig liggen waar het zonder bezwaar kan blijven liggen. Laat die sneeuw zo lang mogelijk in uw siertuin liggen en schep alleen een paadje waar u dagelijks moet zijn. Uw plan ten vinden het heel prettig dat ze onder zo'n dikke laag sneeuw zitten; ze zijn heerlijk be schermd en het is voor hen veel beter dan kale vorst. Uw ro zen zitten er ook heerlijk on der. Vooral voor hen zal dat plezierig zijn, indien u verzuimd heeft ze wat aan te aarden; ze zullen dan zeker niet bevriezen. Op het gazon mag niets aan de sneeuw gedaan worden: vele grassoorten vinden het erg pret tig er rustig onder te zitten. U zult eens zien: het gras komt er net zo groen onder uit als het er onder is gegaan. Loop in de winter niet over een bevroren gazon: het gras kraakt onder uw voeten en het is alsof het af breekt. Aanvankelijk is er van schade niet veel te zien. doch vroeg in het voorjaar zijn er al lemaal dode plekken. Dan moet men dus opnieuw inzaaien en graszaad is heus niet zo goed koop tegenwoordig, dat men het maar rustig om zich heen strooit. En bovendien: de eerste tijd kan men het kleurverschil tussen jong en oud gras duide lijk zien. G. KROMDIJK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 18