camera s
joseph losey
i in KAMER en TUIN
FOTOGRAFIE MET DE SCHOENENDOOS
ROND
EN
VOETLICHT
ZATERDAG 21 JANUARI
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA 2
Mevrouw Marquini verzamelt
bandtekeningen van staatshoofden
Loemoemba schreef niet terug
maakte realistische film over
misdadigers: en gevangenissen
VOOR FOTO-KNUTSEL-
MANNETJES.
Wie een experimentele gaatjes
camera voor zich zelf of z'n nieuws
gierige zoon wil maken: de eerste
voorwaarde is, dat de doos vol
komen licht-dicht moet zijn.
Ook een klein doosje (5 cm.)
geeft een goed negatief! De grootte
van het gaatje, dat de dienst van
lens doet, hangt samen met de
lengte van de doos.
Neem voor een doosje van 5 cm.
brandpunt een „lens"opening van
hoogstens 03 millimeter. De belich
tingstijd zal bij een 17 Din-plaat
bij goed licht ongeveer een kwart
minuut zijn.
Voor verschillende brandpunten
volgen hier ook enkele gegevens:
brandpunt doorsnede geschatte
diepte van belich-
v. d. doos) opening tingstijd.
(mm.)
10 0,4 %-l minuut
20 0,5 l%-2 minuten
30 0,6 -3 minuten
lijke veiligheid en een pensioen ga
randeert of omdat zij niet geschoold
genoeg zijn om iets anders te doen."
„Tenslotte is er de bewaker, die in
zijn hart sadist ls. Waarom hij deze
„Toen ik het script voor de eerste
maal onder ogen kreeg wemelde het
van clichétermen en talloos gebruikte
situatie. In die vorm volkomen on
bruikbaar. Maar idee, uitwerking en
handeling troffen mij desondanks. Ik
was zo gelukkig iemand als Alun Owen
te vinden, die een nieuw scenario
6chreef. Aan de hand van het oude
script bezorgde hij mij nieuwe karak
ters en situaties, waarmede ik voor
treffelijk kon werken."
Geen toestemming
Maar dat was een heel eenvoudig
werkje vergeleken bij Loseys volgende
taak: toestemming zien te krijgen van
het Home Office, het ministerie,
dat toezicht houdt op de Britse ge
vangenissen om een aantal van de
ze gevangenissen te mogen bezoeken,
en met de gevangenen en hun bewa
kers te mogen praten.
„Het was onmogelijk. Nadat mijn
eerste verzoek reeds was afgewezen
moesten al mijn camera's buiten ge
zichtsafstand blijven van elk staats
gebouw", zei Losey.
Maar iedereen, die deze informele
doorzetter kent, weet, dat Losey niet
zo gemakkelijk was af te schepen. Via
een ingewikkelde keten van bekenden,
relaties, vrienden, collega's en anderen
kreeg hij tenslotte alles gedaan dat
hij verlangde.
De lange, atletische figuur leunde achterover in de stoel. Zijn
beweeglijke handen lagen een ogenblikje stil. De bleek blauwe ogen
keken strak in de verte. Hij aarzelde even. Toen zei hij met zijn licht
Amerikaans accent zonder enige stemverheffing: „Laten we maar
zeggen, dat de film gemaakt werd onder tamelijk ongewone omstan
digheden".
Het was zijn commentaar op de conclusie, dat zijn onlangs gereed
gekomen rolprent „Concrete jungle" toch eigenlijk grotendeels in het
geheim was opgenomen. De 52-jarige regisseur Joseph Losey wil dat
wel toegevenin principe. Maar hij geeft toch de voorkeur aan
zijn wat voorzichtiger omschrijving. „Concrete jungle" is een film
over de misdaad. De zoveelsteMaar toch een buitenbeentje,
omdat het hier om de eerste Britse film gaat, die een realistisch beeld
geeft van de onderwereld en de gevangenissen in Engeland. De film
laat zien, hoe misdadigers hun onderwereldactiviteiten voortzetten,
ook al zitten zij achter tralies en hoe zij in voortdurend nauw contact
blijven met hun kameraden buiten de muren.
„Een vriendelijke gevangenisdirec-
directeur, die wel wat risico aandurfde
ik kan uiteraard zijn naam niet noe
men gaf mij toestemming Stanley
Baker (de mannelijke ster van de film)
en een aantal vooraanstaande technici
binnen de muren van zijn gevangenis
te brengen", vertelde Losey. „En hij
bracht mij in contact met een voor
malige gevangene wiens naam van
zelfsprekend ook ongenoemd blijft
die gedurende de gehele produktie mij
als adviseur terzijde heeft willen staan".
Deze twee mensen de directeur
en de ex-gevangene en daarnaast
ook vele anderen bezorgden Losey een
schat van gegevens en zo een solide
ondergrond om zijn historie op te ba
seren. De camera's draaiden, een reëel
filmbeeld van misdadigers en hun le
ven in de gevangenis werd geschapen.
Zelfs het ministerie van Binnenlandse
Zaken zag geen kans dat tegen te
houden.
Intelligent
Gedurende alle opnamen stond de
ex-gevangene aan de zijde van Joseph
Losey. Hij deed vele suggesties en
maakte vele aanmerkingen waardoor
kleine onjuistheden konden worden
voorkomen. Alleen ervaring kon in de
ze behulpzaam zijn
(Van onze Zeeuwse correspondent)
Mevrouw Marquini-Vercruysen in
Middelburg, staat voortdurend in con
tact met Koningen, prinsessen en re
geringspersonen. Dit is uiteraard niet,
omdat zij de zaken voor deze belang
rijke mensen behartigt, maar omdat
zij verzamelaarster is in hart en nie
ren. Naast enorme hoeveelheden lu-
cifermerken en suikerzakjes uit alle
windstreken, verzamelt zij ook „hand
tekeningen van personen van konink
lijke bloede" en van regerende per
sonen. De unieke verzameling is reeds
opgevallen en eerstdaags zal zü er
mee voor de televisie verschijnen.
Samen met haar man, die een be
kend goochelaar is, leest zij niet min
der dan dertien dag- en weekbladen
tot de laatste letter uit. Vindt zij er
gens een bericht, waarin aangekon
digd wordt, dat bijvoorbeeld Adenauer
of de koning van België ziek is ge
worden, dan schrijft zij ogenblikkelijk
een briefje, waarin zij haar deelne
ming betuigt en van harte beterschap
wenst. Over het algemeen laat iemand
als Adenauer door zijn secretaris dan
een bedankje schrijven. Voor mevrouw
Marquini is aldus echter haar opzet
mislukt. Zij verzamelt namelijk alleen
persoonlijke brieven van hooggeplaatste
personen. Als zü later leest, dat Ade
nauer weer beter is, dan kan men in
Bonn weer een brief uit Middelburg
verwachten: ditmaal een felicitatie met
het vlotte verloop van de Blekte^ of
„Hij was een hoogst intelligente
man". Losey lachte „Merkwaardig,
maar de „hersenmisdadigers" zijn vaak
zeer intelligent. Veelal zijn het bij
zondere persoonlijkheden, die in indus
trie, handel of elders zeer bekwame
medewerkers hadden kunnen worden,
wanneer zij aan de goede zijde van het
recht hadden gebleven".
De niet-rokende Losey praatte ver
der. Eindelijk een pauze en toen stap
te hij zelf over het onderwerp, waar
over een vraag al enige tijd op de
lippen brandde: „Hoe komen de ge
vangenen dan in contact met de bui
tenwereld?"
Een nadrukkelijke pauze volgde. Lo
seys ogen dwaalden af. Toen zei hij
zacht: „Ze hebben mij die vraag al
meer gesteld. Maar laat ik beginnen
met je dit te vertellen. Na zoveel ge
zien te hebben van gevangenissen zou
ik de bewakers in vier categorieën wil
len indelen. De eerste is een toegewijde
bewaker, die een werkelijk belang
stelling koestert voor de gevangene en
zijn problemen. Hij ziet zijn beroep
als een roeping".
„Dan zijn er bewakers, die dit baantje
gekozen hebben omdat het betrekke-
betrekking heeft aanvaard ligt voor
de hand."
„Begrijp mij goed. Ik beweer niet,
dat alle bewakers in gevangenissen
corrupt zijn. Maar sommigen moeten
het zijn. En door hun bemiddeling
kunnen de misdadigers hun contac
ten met de buitenwereld in stand hou
den."
Verbazing
Dat was het dus. Duidelijk en een
voudig. Er moet een beetje ongelovig
gekeken zijn, want Losey lachtte op
nieuw en voegde er aan toe: „Ik weet
het, het klinkt ongeloofwaardig. Maar
het gebeurt nu eenmaal!" Hoe denkt
Losey over de Britse gevangenissen?
„De meesten zijn uit de tijd. Gewoon
lijk zitten er drie man geperst in een
ruimte, die nauwelijks groot genoeg
is voor een van hen. In die hokjes
dringt het licht en de lucht spaar
zaam binnen. Eigenlijk zijn het weinig
meer dan middeleeuwse kerkers."
„Met deze overbevolking gebeurt het
onvermijdelijke. De geharde misdadi
gers komen in nauw contact met de
gelegenheid-diefjes en het wordt van
kwaad tot erger".
Dat alles heeft Losey er niet toe
kunnen brengen om een „boodschap'
in zijn film te lassen. Het is een kei
hard, realistisch verhaal. Een serieuze,
verantwoorde film met een tweeledige
Van hem hoorde ik over de goed
koopste camera, die iedereen zelf kon
maken. Wat hij mij vertelde over die
z.g. gaatjescamera was tè fantastisch
om waar te zijn: een toestel zonder
lens en zonder sluiter! Maar in ons
leven wint de nieuwsgierigheid het
meestal van het ongeloof en dus be
sloot ik zo'n wondertoestel zelf te
maken.
't Recept was doodeenvoudig: men
neme een schoenendoos van niet al te
grote afmetingen 25 cm.) en liefst
van stevig karton. In het donker wordt
een lichtgevoelige plaat met een klein
plakstrookje aan een van de zijkanten
bevestigd, waarna het deksel op de
doos gaat. Dat wordt met zwart papier
lichtdicht vastgeplakt. In de karton
nen zijwand tegenover de gevoelige
plaat wordt precies in het midden een
gat van 1 cm. gemaakt en daar
overheen een stukje zwart papier ge
plakt. Nu kan de doos in het daglicht
komen. In de tuin bij helder zonnig
weer wordt hij op het keukentrapje
gezet. Met een stopnaald moet nu een
gaatje van ongeveer een halve milli
meter in dat zwarte papier geprikt
worden, 't Hele geval blijft nu rustig
staan. Na ongeveer een minuut of drie
wordt de vinger op het speldegaatje
gelegd en de doos mee naar binnen
genomen. In de donkere kamer wordt
de plaat ontwikkeld en het ongeloof
lijke is een realiteit: een uitstekend
negatief komt uit de ontwikkelaar te
voorschijn. Want de scherpte van fo
to's met zo'n gaatjescamera gemaakt
functie. In de eerste plaats is de film
gemaakt om de bioscoopbezoekers te
onderhouden, maar daarnaast toont de
film hoe de overbevolkte en het perso
neelsgebrek kampende Britse gevan
genissen gemakkelijk „misdadigersscho-
len" kunnen worden.
„Weet je", besluit Losey: „Duizen
den mensen zitten opgesloten in de ge
vangenissen. Vele mensen rijden er
elke dag langs zonder maar een mo
ment te denken aan de mensen, die
binnen de muren hun dagen sljjten.
Ik geloof niet, dat zü dat nog zullen
doen nadat ze mün film gezien heb
ben".
Een film waarin dus de mannelyke
hoofdrol vertolkt wordt door Stanley
Baker, terwül de Duitse ster Margit
Saad het vrouwelyke element in deze
rolprent verzorgt.
iets dergelijks. Dan gebeurt het wel
eens dat een dergelijk schrijven van
een eenvoudige vrouw ergens bij iemand
als Adenauer aanslaat. Hij grijpt dan
persoonlijk zijn gekroonde briefpapier
en gouden vulpen en schrijft zelf een
brief terug. Zo heeft mevrouw Mar
quini b.v. een door Nasser zelf geschre
ven brief, waarin hij haar tegelijk
maar een politiek lesje geeft over de
toestanden in het Nabije Oosten.
Van Prinses Ragnhild uit Noorwegen
heeft zij een persoonlijk geschreven
brief. In een bijzonder fors hand
schrift zegt de prinses „hjertelistz"
dank voor de „opmerksomhet" van de
ze Nederlandse vrouw by haar verlo
ving.
Op het ogenblik heeft mevrouw Mar
quini verschillende brieven „lopen", o.a.
natuurlijk naar Kennedy, waarin zy
de nieuwe Amerikaanse president en
zijn vrouw van harte gelukwenst met
de geboorte van hun jongste kind. Van
Loemoemba heeft zij nog nooit iets
terug ontvangen, maar dat verwondert
haar ook weer niet erg. Mevrouw Mar
quini schrijft al haar brieven in de
Nederlandse taal. Een keer heeft zij
een brief laten vertalen in het Engels.
Dat was omdat zü nooit iets uit Japan
terug hoorde. De Engelse taal heeft
hier echter toch geen uitkomst kun
nen brengen, zodat zij nu maar dap
per doorgaat om de Japanners, Ame
rikanen, Kongolezen enz. het beste te
wensen in de Nederlandse taal!
Er is de laatste jaren veel
meer belangstelling voor kleine
bomen en heesters dan er wel
eens geweest is. Men kan ze be.
schouwen als de grote meubelen
van de tuin. Onder de heesters
komen ook wel klimmende soor
ten voor of althans soorten, die
men kan laten klimmen. De
Chaenomelis behoort ertoe; de
ze kan het beste tegen een gevel
op het zuiden opgroeien, want
ze heeft de volle zon nodig. Er
zullen anders niet veel bloemen
komen en uiteraard ook geen
appelachtige vruchten. Deze
vruoht doet meer aan een appel
dan aan een peer denken en
toch heeft ze de naam schijn-
sierkweepeer gekregen. Dit wel
licht om geen verwarring te ver
wekken met het geslacht Malus,
dat men als sierappels kent. De.
ze klimmende soort bloeit met
rode bloemen; zó vroeg in het
voorjaar, dat ze wel een be
schutte standplaats moet heb
ben, want anders komt het nog
al eens voor dat open bloemen
bevriezen. Op plaatsen waar de
tuinen erg open liggen, zou het
niet best gaan; langs de kust
provincies zal men echter van
bevroren bloemen weinig last
hebben.
Deze heester groeit vrij snel.
Men zal dus ook moeten snoei
en en dat doet men over het al
gemeen in de winter. Doch het
is veel beter het in het vroege
voorjaar te doen, doch dan in
ieder geval na de bloei: Vóór die
tijd moet men er met de snoei-
schaar niet aan komen; de tak.
ken zitten dan vol dikke bloem
knoppen en die zou men alle
maal verliezen.
Als men ze als sierstruik zo
maar tussen andere heesters
wil poten, moet men haar wat
op de voorgrond plaatsen. Er
zijn vele mooie en laagblijvende
soorten, die niet veel hoger dan
ongeveer één meter opgroeien.
Ze bloeien met roze of met
zalmkleurige bloemen; ook de
rode zijn heel mooi en kunnen
in de herfst vol grote vruchten
zitten.
Het is echt iets voor de liefheb-
berstuin; doch zet ze niet te
dicht op elkaar. Op den duur
nemen ze toch nogal wat ruim
te in beslag.
G. KROMDIJK
Of de moderne schoenmaker in zyn geautomatiseerd bedryf nog in diezelfde
mate de roep heeft een filosofisch mens te zün als zyn meer op hand- en
hamerwerk ingestelde voorganger, waag ik sterk te betwijfelen. Want vóór de tyd
dat de echte schoenlapper aarzelend promoveerde tot gediplomeerd schoenher
steller, was zün werkplaats in zeer veel gevallen een discussie-oord voor ouderen
en een tempel der wüsheid voor schoolgangers. Waarbü hü dan in bespiegelende
trant de rol vervulde van wat men nu een gespreksleider noemt.
't Is dan ook bij zo'n onvergelükelük-sympathieke schoenmaker geweest, dat
ik m'n eerste lessen in levenswijsheid enin fotografie ontving.
is prima: het beeld wordt zonder enige
vertekening helder, zelfs briljant weer
gegeven.
Voorwaarde is, dat het gaatje in het
„fototoestel" niet te groot is, want
daardoor kan juist onscherpte ont
staan. Maakt men de opening met een
zeer fyne naainaald echter te klein,
dan treden buigingsverschijnselen op
en wordt de afbeelding aanmerkelijk
slechter. Bovendien zullen dan de be
lichtingstijden zeer lang worden. Voor
liefhebbers geven we aan het slot en
kele gegevens hierover.
Grappig is wel, dat de gaatjes-ca
mera voor wetenschappelijke doelein
den nog steeds gebruikt wordt, zij het
dan ook dat deze hierbü niet van een
schoenendoos is gemaakt!
Os. omdat men er foto's mee kan
maken van objecten, die onzichtbaar
licht uitstralen. Onzichtbare Röntgen
stralen bijvoorbeeld worden niet door
lenzen gebroken. Met een normaal fo
totoestel kan men dus niets bereiken.
Maar met behulp van Röntgenstralen
„verlichte" voorwerpen, kunnen wel
met een gaatjes-camera gefotografeerd
worden. Wie zuivere architectonische
opnamen wil maken met een vrü grote
beeldhoek, kan bü de gaatjes-camera
terecht, want zelfs sterke groothoek
opnamen door een korte doos te
kiezen worden perspectivisch na
tuurgetrouw weergegeven.
Tenslotte kan ook de knutselaar een
lens met een enorm lang brandpunt
maken. Wanneer men de doos zeer
lang kiest, maakt men opnamen met
een brandpuntsafstand van bijvoor
beeld één of nog meer meters. Voor
lange-afstandfotografie op zeer goed
kope wijze is de gaatjes-camera dus
de oplossing. Wie weet komen enkele
liefhebbers nog eens aandragen met
pas-gemaakte opnamen die toch „uit
de oude (schoenen) doos" zijn.
Zelfs Brits ministerie
kon hem niet stoppen
De vruchten van de schijnsier-kweepeer.
VARIA
De Dode Zee-rollen
Niet alleen de teksten op de beroemde
„Dode-Zee rollen", die de laatste jaren
in Israël opgegraven zijn, hebben nieuwe
feiten aan het licht gebracht over de
tweede eeuw voor onze jaartelling, ook
het materiaal van de rollen heeft ons
iets „nieuws" geleerd.
De rollen zün namelük vervaardigd
van schapevellen. Onderzoek van deze
vellen, dit „leer", heeft nu aangetoond
dat de huiden afkomstig zün van bü-
zonder fün-wollige schapen, hetgeen er
op wüst, dat men in het oude Palestina
al systematisch schapen kweekte.
De theorie van de „wandeling van het
schaap over onze aarde" heeft in deze
ontdekking weer een nieuwe bevestiging
gevonden. Zü sclujnen „ergens in het
Midden-Oosten" de geschiedenis bin
nengewandeld te zün, vervolgens het
Romeinse rük te hebben aangedaan,
zich als de beroemde merino-schapen in
Spanje te hebben gemeld, om vervolgens
uitgezwermd te zün naar Australië,
Nieuw-Zeeland, Zuid-Afrika en de rest
van Europa.
Nieuw wereldrecord:
een schaap scheren per minuut
De Nleuw-Zeelander Godfrey Bowen
heeft een nieuw wereldrecord gevestigd
toen hü het op 15 Juli 1960 presteerde
om op een bedrüf in Montgomershire
(Engeland) in 9 uur niet minder dan
559 schapen te scheren. Het vorige re
cord stond eveneens op naam van een
Nieuw-Zeelander, met 502 schapen in
dezelfde tüd. De werkdag van Bowen
duurde van 's morgens 5.30 uur tot
's avonds 5.30 uur. Er waren 3 uren be
schikbaar voor het gebruiken van een
maal tüd en enkele verversingen,