camera s BETTY E. BOX „Koffie!" ODE AAN DE ZEE VAN AEGEUS De dagelijkse kreet: ROND EN VOETLICHT ZATERDAG 26 NOVEMBER WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 4 ENGELANDS ENIGE VROUWELIJKE FILMPRODUCER Geen BRIT, maar IER HOE WERKT HET? ONS KORT VERHAAL kompasroos volgring VOOR SCHEPEN EN VLIEGTUIGEN rotor Het gyrokompas aan boord van schepen en vliegtuigen wijst het noorden aan doormid del van een sneldraai- ende gyroscoop of tol. rotor hu is I horizontale tap stator 1 Bijgaand verhaal van de hand van de heer P. Dorhout is weder om een artikel in het kader van de actie „Herstel Sociëteit Minerva", waarbij wij de leden van het Leid- sche Studentencorps de gelegenheid hebben geboden om door het leve ren van een literaire bijdrage te voldoen aan hun verplichting tot persoonlijke financiële steunverle ning. Het honorarium voor deze ar tikelen wordt door ons namelijk ten name van de auteurs gestort in de kas van het bovengenoemde comité. Meerdere bijdragen worden nog gaarne ingewacht. verzinken in prevelende gebeden, in een overgave, die voor ons niet is weg gelegd. Daarna verdwijnen ze weer, kwebbelend, zoals ze gekomen zijn. Hun levensdraad loopt door de kerk, niet er omheen. De buitenkant van Mukonos is een totaal andere wereld. Genoeglijk, ge- j zellig en frivool: Jonge Franse vrou- welijke studenten in zeer korte shorts flaneren over de primitieve „boule- vard" van Mukonos, een welkome af leiding voor de hardwerkende dorps bewoners. Hun netten knopend of hun oude sloepen weer opkalefaterend, kij ken de jongelieden uit het dorp ge boeid naar zoveel vertoning van schoonheid en dromen hun onvervul- bare dromen. Ze weten heus wel, dat het onbereikbaar is en zijn daar niet verbitterd over. Ondanks hun beschei den wereld zijn van een wijsheid, die ook de onze niet is. Mukonos is een schoon oord. Ik verlang er naar terug nu ik hier weer terug in Piraeus ben, meer nog misschien dan naar het his torisch veel interessantere Delos. Vlak bij gelegen, konden we de verleiding niet weerstaan ons in te schepen naar dit wondere eiland, vol van herinne ringen aan een groots verleden. De tocht er naar toe was alleen al een feest. Een stoere Griekse visserssloep lag onrustig te spartelen aan de kade met driftig draaiende motor, toen wij er aan kwamen. Na eindeloos wachten Grieken hebben nooit haast maakten we eindelyk los. Onrustig slingerend in de haven, kreeg hij in volle zee zijn soepele gang. Gebouwd op deze golslag pareerde hij moeite loos de stugge aanvallen van de on stuimige zee. Ondertussen hesen de matrozen het vierkante zeil. Op één oor in de galven gedrukt, stoven we I i schuimend op Delos af. met volle wind achter. Een onvergetelijk moment. Die dag zwommen we voor het eerst in de Aegeïsche Zee, doorkruisten het eiland, en ontdekten de resten vaneen i lang vergane wereldstad. Onbegrij pelijk, dat dit nu zo dorre eiland eens 1 het centrum was van handeldrijvend Griekenland. Prachtig zijn de stenen honden, levensgroot, gehurkt op een rij naar een onzichtbaar verleden sta- 1 rend. Een oude tempel, gewijd aan Poseidon, verbergt tussen zijn ver- brokkelde zuilen nog een paar mo zaïeken. die praktisch gaaf zijn. Om j de oude kleuren weer op te roepen, goot ik er wat water uit mijn veld- I fles overheen. De doffe kleuren gloei den weer op en geboeid keken we naar de spartelende dolfijnen en de oude motieven, als door een mystieke han- deling weer tot leven gebracht. Een triest kijkende gids verstoorde ons spel en verweet ons ons gedrag op hoffe lijke wijze. Hij legde ons uit, dat al zovele mo- zaïeken op deze wijze waren verbrok- I keld. Beschaamd kwamen we tot in keer en verontschuldigden ons voor onze barbaarse handelwijze. We voer den een aardig gesprek met deze oude Griek en vertelden dat we geen Duit sers waren. „Ah, Ollandia, zeedijk, ja, ja!" en zijn oude oogjes glommen ver rukt. Dat Hollands roem zó ver ver spreid was, hadden we geen ogenblik verwacht. Diezelfde dag hadden we nog een vreemde ontmoeting. Lopend langs het strand van de luidklotseden, wennkleu- rige zee vonden we een eenzaam hoopje kleren in het zand en geen zwemmer te zien. Verschrikt om ons heenkijkend za gen we de waarschijnlijke eigenaar (of i eigenaresse?) in zeer natuurlijke staat in het gras liggen, genietend van de Griekse zon en haar milde warmte. We t hadden nog willen vragen hoe laat het was. maar wat doet dat er eigenlijk toe op zo'n stralende dag. 1 Mijn vriend maakt mij wakker uit mijn gepeins. De tijd drijft ons voort, tijd om het gebeuren te laten bezin ken wordt ons pas na de terugkeer in „Ollandia" gegund. Spijtig, maar on vermijdelijk bij iedere reis. i P. DORHOUT Daarom wordt hij voorzien van een kwikbalans bestaande uit twee met kwik gevulde vaten verbonden door een I buisje communicerende vaten Statig deinend draagt de „Koloko- tronis" zijn rumoerige en zeezieke have over de diepblauwe Aegeïsche Zee. Lui genesteld in een rol kabeltouw lig ik aan dek en kijk net over de reling naar de wazige einder van het Griek se land. We zijn op weg naar Piraeus, de haven van Athene. Het is vijf uur in de morgen. Aan boord is de ergste zeeziekte voorbij. Het is voor velen een barre nacht geweest. Ronddwalend over het schip daalde ik af in steeds die pere ruimen, waar een grauw en goor schijnsel hing in de benauwde ver trekken onderdeks. Overal lagen uit geputte mensen temidden van hun be smeurde bagage. Grieken kunnen zee ziek zijn als geen ander. Volkomen overtuigd dat hun laatste dag is aan gebroken, lopen ze dan stuurloos over het deinende dek, vergeefs de heilige moeder Gods aanroepend, smekend om hier een einde aan te maken. Is de haven in zicht, dan is de ellende ver geten en lachen ze vrolijk om het doorgestane leed. Mijn goede vriend en reisgezel heeft niets vermoedend tot nu toe diep ge slapen. Geïrriteerd kijkt hij mij aan: Op haar visitekaartje staat: Betty E. Box - filmproducer". Wie is de vrouw, die dit kaartje overhandigt? Wie is die producer, die zich reeds zo lang en zo goed heeft staande gehouden in een beroep zo zwaar, dat het vrijwel altijd voor mannen is voorbestemd gebleven? Toch is er niets mannelijks aan de verschijning van Betty Box. Wel getuigen de trekken in het door blonde krullen omspoelde gelaat van vastberadenheid. En verraden haar heldere ogen waakzaamheid en intelligentie. Maar deze vriendelijke vrouw is uitgerust met een aantal hoeda nigheden, die haar in staat hebben gesteld vele artistiek verantwoorde kasstukken te fabriceren: een zeldzame combinatie van vrouwe lijke intuïtie, van weten en kun nen en van, bereidheid tot hard heel hard werken. BETTY E. BOX producer Want wellicht behoort Betty Box tot de werkzaamste vrouwen van Europa. Ze heeft in haar carrière meer films geproduceerd dan de meeste Britse mannelijke collega's. Ze werkt n.l. met een gemiddelde van vijf films in twee jaar. En ze smijt daarbij niet met geld. De kosten van haar films variëren tussen de twee en drie miljoen gulden. En dat is beslist niet hoog als men de fabelachtige begrotingen ziet, waar mede de moderne Amerikaanse film- produktie van start gaat. Het recept Wat Is nu eigenlijk het recept van haar succes? Wat zijn de maatstaven, die zij aanlegt, om zo'n rolprent niet alleen artistiek .rnaar ook financiëel acceptabel te maken? Wanneer iemand haar dat hevig geinteresseerd zou vra gen. zou hij een pijnlijke teleurstelling te incasseren krijgen. Want Betty Box houdt er zo'n recept niet op na. Ze vaart gewoon op eigen kompas. „Ik maak de films, die ikzelf graag wil zien: Ik voel mijzelf nergens boven verheven. Ik zoek altijd naar een le vendig goed verhaaltje met veel ge legenheid tot een bevrijdende lach, met een overvloed aan zo mogelijk gezel lige, anders in ieder geval logische si tuaties en vooral een goede rolbezet ting. Maar boven alles, er gaat niets boven hard werken Betty Box werkt tenminste twaalf uur per dag. Ze is altijd in de buurt, ook wanneer er geen opnamen plaats hebben en ze heeft altijd tijd voor iedereen, niet alleen voor duurbetaalde acteurs en actrices, maar ook voor de (heel wat lager gesalariëerde) vaklieden. Want ze weet maar al te goed, dat een film alleen kan slagen als een ieder, van hoog tot laag, zijn uiterste krachten geeft. En tussen dat alles door nog de geregelde controle en de administratie. Wanneer er tijdens de produktie iets scheef gaat en geen film ontkomt daar aan de persoon, die het minst in de war lijkt is zij, die de grootste verantwoording draagtBetty Box. Want haar fijn afgestemd intuïtie ver telde haar al heel lang geleden, dat niets zich zo snel kan verspreiden als paniek. RALPH THOMAS ivqisseui Onderscheidingsvermogen Langdurige samenwerking met film mensen en filmzaken heeft haar een scherp onderscheidingsvermogen gege ven. Ze kan haar medewerkers snel peilen. En het zou bepaald niet juist zijn te beweren, dat ze met iedereen even gemakkelijk kan opschieten. Ze is nogal kort aangebonden als het gaat om mensen, die nogal traag van be grip zijn of gebrek aan humor aan de dag leggen. Originaliteit en vin dingrijkheid zijn belangrijke factoren bij het maken van een film en wat dat betreft komt Bettv Box zelf zeer be hoorlijk voor de dag. Dat blijkt bijvoorbeeld wel uit de titels van haar laatste film. „Upstairs en downstairs" werd zo origineel ge acht, dat krantenschrijvers er zelfs artikelen aan hebben gewijd. Het feit, dat zij de enige vrouwe lijke producer in Engeland is. bete kent voor haarzelf niets. „Het gaat de bioscoopbezoeker niets aan. Hij wil waarde voor zijn geld. En het intere- seert hem werkelijk niet of een vrouw of een man die film gemaakt heeft". Broers invloed Betty Box. die werd geboren te Bec- kenham in Kent. begon haar loopbaan bij Verity Films in 1942. Ze werkte daar mede aan de voorbereiding van meer dan 200 films, waaronder be roemdheden als „De zevende sluier". Toen kwam zij in dienst by Gainsbo rough Studios als producer. Daar maakte zij o.a. ..Dear murderer", „When the bough breaks", het grote succes met Glynis Johns „Miranda" (onlangs nog voor de Nederlandse te levisie) en „The blind goddess". Haar broer Sydney Box heeft een grote invloed gehad op haar carrière, want zij heeft een grote bewondering voor hem en toen hij filmproducer werd wilde zij het ook worden. Tot haar verdere succes behoren ook de produkten uit die vrolijke Doctor-serie. Maar tussen al haar activiteiten door heeft zij toch tijd gevonden om te trouwen. Haar echtgenoot is ook pro ducer. Hij Peter Rogers heeft vooral naam gemaakt met komedies, zoals de „Carry-on"-serie. Filmduo Maar als men tegenwoordig Betty Box zegt. voegt men daarbij in één adem de naam van regisseur Ralph Thomas. Sinds zij bij de vervaardiging van „Miranda" met elkaar in contact kwa men. hebben zij tezamen achttien films gemaakt. De werkwijze van de rustige, bijna ongecompliceerde film maker past voortreffelijk bij de stijl van Betty Box. El1 zijti instelling te genover de films heeft ook veel ge meen met die van zijn cheffin: „De meeste mensen houder ervan te la chen, als zij gelukkig zijn. Als zij moei lijkheden hebben, willen zij een echt drama zien met veel actie. Het is onze taak om te weten, wanneer de mensen gelukkig zijn en wanneer zij zich el lendig voelen en daarnaar te hande len"! Het geheim van het succes van dit team is dan ook, dat zij geven, wat de mensen willen, zonder aan een ver afgoding van de publieke smaak ten prooi te vallen. Hetgeen overigens niet wil zeggen, dat Betty en Ralph het in alle opzichten met elkaar eens zijn. Ralphs harte wens is nog eens een mu sical te regisseren, maar Betty voelt er nog steeds niets voor. Hij heeft haar niet kunnen overreden. Nog een laatste vraag, tot de vrouw die in ieder geval een opmerkelijke vrouw is: „Mevr. Box, hoe voelt u zich, wanneer u per jaar zo'n 7 Vi mil joen gulden moet investeren in te ma ken films?". Het antwoord van Betty Box: „Op school was ik heel aardig in wiskunde, maar ik haat cijfertjes. Ze zijn zo dood. En toch heeft zij nu al bijna 35 jaar met die cijfertjes moeten optrekken. Want voor alles we betoogden het al eens meer filmmaken is ook een kwestie van geld Tenslotte, wat zegt regisseur Ralph Thomas over zijn producer gedurende vele jaren: „Ik ga liever met haar dineren dan met iedere andere pro ducer, die ik ken". Vorige week vertelden wij hier van. een onbekend Brits acteur, die de hoofdrol zou gaan vertolken in een nieuwe film van het vooral door „Brug over de Kwai" bekend geworden duo producer Sam Spiegel-regisseur David Lean. Terwille van hem zouden ster ren als Gary Grant. Kirk Douglas, Horst Buchholz en anderen naar het tweede plan verschoven worden. We noemden de naam Albert Finney. Of het nu is, dat de heer Finney tenslotte toch niet met de filmmensen kon op schieten of andersom, dat de filmmen sen te elfder ure toch maar niet met Albert Finney in zee wilden gaan. we ten we echt niet. Een feit is echter, dat de heer Finney weer in de verge telheid althans buiten Engeland is teruggedoken en in zijn plaats wordt nu de 27-jarige Ier Peter Toole gepousseerd als hoofdrolver tolker in de op stapel staande „Law rence of Arabia". En vanzelfsprekend hebben de filmmensen weer allerlei lovende dingen in petto. De theater critici van Londen zouden hem heb ben ingehaald als „een stralend nieuw talent voor heroïsche uitbeeldingen". Hij zou een prijs als „beste acteur va,i het jaar' verworven hebben. Een uitzonderlijk succes dus voor een jongeman, die als jongste bedien de op een krant is begonnen, later ver slaggever werd. als matroos in de Britse Marine heeft gediend en daar na zich op het toneelspelen heeft toe gelegd. De jonge acteur, die nu bij de film zijn kans krijgt, is getrouwd met een toneelstuk broer en zuster had den gespeeld. Het echtpaar heeft een dochtertje van negen maanden. zijn hoogblonde haar heeft een grote aantrekkingskracht vooral op de Griek se vrouwen. Ook nu weer zit een don ker klein mensje hem gebiologeerd aan te staren. Meestal trekt hij er zich niets van aan, maar nu is zijn och tendhumeur er niet tegen bestand. Drif tig rukt hij de bril van zijn neus en kijkt het arme vrouwtje doordringend aan. Dodelijk verschrikt slaat ze haas tig een kruis en wendt zich schielijk af: moge Satan zijn boze oog weer van haar afwenden. Verwijtend kijk ik Satan aan, maar zijn wrevelige blik verraadt geen spoor van vroeging. Piraeus slaapt nog als we binnen glijden en het schip ratelend zijn an kerkettingen in het water smijt. Twee boomsterke kerels houden met moeite de ketting om de bolders. Krabbend zoekt het anker houvast op de rots bodem en trekt met een ruk plotseling de schalmen strak. De „Kolokotronis" zwaait nu langzaam om en loopt ach teruit de haven binnen. Het is zaak om zo snel mogelijk van boord te komen. Nu wil iedereen dat aan dek, zodat het even duurt voordat we, be vrijd uit het gedrang van mensen, kip pen en varkens, op de kade staan. Op zoek naar een rustplaats vinden we een vroeg geopend caféterras aan de haven met Turkse koffie en verse maanzaadbroodjes. Eindelijk rust en koelte en weer wat smaak in je mond na deze lange nacht. Voorzichtig de gloeiende Koffie slur pend, geniet ik van het uitzicht op de haven, hoe lelijk die ook eigenlijk moge zijn. Het enige werkelijk mooie is de kleur van het water, dat in zijn turkooizen schoonheid royaal en on bekommerd een plaats biedt aan roes tige karonjes van vrachtschepen. In lange rij liggen ze stil en zwijgend naast elkaar, wachtend op de slopers hamer. Oude schoeners, lelijk hoog op gebouwd en onttakeld, keren be schaamd hun morsige achtersteven naar de kade. Een triest gezicht, deze eens zo snelle zeilers zo verminkt te zien liggen. Mijn gedachten gaan terug naar Mu konos, het witte eiland, dat we giste ren verlieten. Het lijkt zo kort geleden dat we er aan kwamen, midden in de nacht. Het woei hard en de „Despoi- na", waarmee we aankwamen, deinde hevig, hoewel het toch een vrij robuust schip was. Een brede trap was opzij neergelaten. Door het slingeren van het-schip verdwenen de onderste tre den telkens in de golven. Enkele kleine sloepen dobberden ergens onder in de diepte aan het einde van de trap. De „Despoina" was een te diep geladen schip om aan de kade te meren, dus moest het wel op deze manier. Met ware doodsverachting daalden de men sen af in het duister, beladen met ba gage, kinderen en jammerende huis dieren. Door meesterlijk vangwerk van de sloepbemanningen kwam iedereen tenslotte van boord. Nadat alles vak kundig gestouwd was, voeren we tot de boorden geladen en zwaar stampend de haven van Mukonos binnen. Het was diep in de nacht, maar toch was het hele dorp uitgelopen om vrienden en kennissen af te halen. Een vriendelijke Griekse vrouw bood ons in haar huis een kamer aan. We verlieten de haven kant, die met zijn vele uitbundig ver lichte café's een levendig nachtleven bood. en doken het duistere Mukonos in. Het was nog een flink eind lopen door een doolhof van straatjes, einde loos kronkelend, kerend en wendend tussen witte wanden van huizen en kerken, slapend in de nacht. De witte muren, die 's nachts heerlijk koel zijn, houden het schaarse nachtelijke licht van maan en sterren nog vast. Het wordt ooit helemaal donker in de nauwe stegen en sloppen. Over dag alleen slaan ze het felle zonlicht zo schel terug in de blauwe ruimte, dat de zon er geen vat op heeft en het binnenshuis heerlijk koel blijft. Het voortdurende, generaties lang, altijd opnieuw weer gewitte.dorp heeft geen enkele scherpe afgrenzing meer van vlakken. Alle vormen lopen in elkaar over, nergens is een scheiding te zien. De witkwast heeft alle vormen afge- ond. Het geheel maakt een onwezen lijke indruk, misschien ook wel dooi de ontelbaar vele kerken en kapellen, die door de open deuren altijd en voor iedereen toegankelijk zijn. De sfeer in de kapellen is mystiek door het kaars licht en door het onaardse zingen dei- priesters. Vrouwen komen kwebbelend binnen, kussen de heilige ikonen en IK vraag me soms af, waar het met onze bevol king héén zou gaan als die koffie er niet was. Iedere ochtend dat kopje met een koekje, iedere zondagoch tend na de kerkgang het kopje met een stuk koek en 's avonds (Foto Will Elselin, Rijswijk) Wat ik dan ook niet ben of zijn wil, al zóu U misschien het tegendeel dénken. Maar heus, ik krijg er geen énkele cent méér voor, alsU van vandaag af twee kopjes inplaats van één gaat drinken FANTASIO Het tolhuis hangt met twee horizontale asjes (tappen) in een verticale ring die aan een stalen draad draaibaar in een tweede ring (volgring) hangt. Deze volgring volgt de koerswijziging van het schip, zodat beide ringen ten opzichte van elkaar draaien. In een tolhuis binnen in het schip is een zware tol (rotor) licht draaibaar geschoven over de wikkelingen van de aan het huis bevestigde stator. Wanneer draaistroom door de wikkelingen wordt gevoerd zal het draaiend veld dat ontstaat de rotor meene men. De draaiing stuurt een stroom door een hulpmotor die de volgring weer - in hetzelfde vlak draait als de verticale ring. Daardoor wordt de roos evenveel versteld als de koers was gewijzigd. Op de brug en in het stuurhuis bevin- den zich rozen, die door dezelfde stroom gedreven de beweging nauwkeurig vol- gen (dochterkbmpassen). Een gyroscoop vertoont twee kenmerkende eigenschappen onder invloed van de tolwetten: 1° wetDe as van een vrij draaiende tol behoudt zijn stand in de ruimte inertie of traagheid). 2°wet: Werkt op de as van een draaiende tol een koppel of moment, dan zal de as een draai ing vertonen loodrecht op het vlak van het koppel (precessie). Een gewone gyroscoop zal dus wanneer hij in een andere stand gebracht wordt niet terugke ren inde oorspronkelijke stand: hij wijst dus niet het noorden aan. Het kwikoppervlak zal steeds horizontaal boven het aardoppervlak blijven en op die wiize met de wenteling meedraaien. De tolas niet, hij behoudt zijn eigen stand. Daardoor zal het kwik \ran de ene zijde naar de andere stromen zodat het ene vat zwaarder wordt dan het andere en het tolhuis„om wil vallen". Het kwikge wicht drukt dus verticaal op de tol die horizontaal gaat draaien tengevolge van de precessie: hij richt zich naar het noorden (indien de draairichting goed is)- DE koffie is bruin! Véélgehoorde uitdrukking, die onmiddellijk tallozen in het geweer brengt! Wie houdt er nu zonder reclame te willen maken niet van dit stimulerende vocht? 's Morgens héél vroeg, pik lk op weg naar m'n werk, al een kopje op en ze doen met tien tallen met me mee. Er worden in het tentje, zo onder de opwekkende invloed, zakelyke, politieke, sportieve en oneindig veel andere problemen besproken, die niet zo'n dave rend scherpzinnige inslag zou den hebben, als de koffie niet haar woord meesprak! voor hen, die er tegen kunnen en er niet slapeloos van worden, alwéér een kopje, desnoods twee of drie We zijn zó koffieminnend ge worden, dat er geen reclame schrijver aan te pas hoeft te komen om het gebruik op te voeren. HAAST geen mens ter wereld ontkomt er aan, want in hoeveel huisgezinnen, ca fé's of bedrijven wordt in de loop van de morgen niet een kopje koffie geserveerd, wat een gezelligheidsmoment mag heten in de ononderbroken stroom der dagelijkse bezigheden? Men kijkt er allang van te voren naar uit. Wanneer dan het „koffievrouwtje" binnen komt, gaat er een daverend ge juich op: zij is tot de meest be gerenswaardige persoonlijkheid van de dag gepromoveerd. Men zou het zonder haar en zonder wat ze dampend binnen brengt eenvoudig niet künnen stellen t ANGS de weg is de service prima Duizenden vrachtrijders, verkleumd en vermoeid van de rit, zien hevig verlangend in hun verbeelding de dampende ketel staan. En als ze binnen komen, klinkt er slechts één kreet van opwinding: „koffie!" Onverzadigbaar is die ketel, zij verzwelgt ontelbare koffie bonen en liters heet water. Eén slok van de kostelijke drank en de conversatie komt onmiddellijk weer op peil. de slaap is, na dat éne kopje, als op slag verdwe nen!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 22