Conducteur v. Lieshout ziet t nut
van de bussen wel in, maar toch....
ROUTES EN HALTES
IN EN OM LEIDEN
Een tikkeltje weemoedig rijdt ome
Nico laatste tram naar de remise
DIRECTEUR JURRISSEN: OP 9 OKTOBER
OVERHEERST VREUGDE IN ONZE HARTEN
„Ik lioef geen fooien te hebben"
WOENSDAG 28 SEPTEMBER 1960
Wilt U een sigaret?" „Graag. Een
conducteur mag nooit iets afslaan.
Dan zou je de passagier kunnen be
ledigen". zegt de 64-jarige heer J. v.
Lieshout uit de Soembastraat 13 te
Oegstgeest, die nu al bijna 37 jaar de
NZHVM heeft gediend. Eerst als wa
genvoerder, later als conducteur. Als
conducteur van de „Katwijker" en
de „Noordwijker" zal hij de laatste
rit van de blauwe tram meemaken.
Ook hij heeft, evenals de heer Ouds
hoorn zijn hart aan de blauwe tram
verpand. Maar hij heeft toch wel zo
veel werkelijkheidszin, dat hij ter
dege inziet, dat de oude Boedapes-
ters en de „vierhonderds" niet meer
in het huidige verkeer passen. „Nu
moet ik met m'n ouwe lichaam nog
een jaar op de bussen mee. Ik geloof
wel, dat het zal lukken".
Hoewel de bussen het verkeer heel wat
minder last zullen bezorgen dan de gro
te logge trams, zal door het verdwijnen
van de blauwe veel gezelligheid verloren
gaan, meent de heer Van Lieshout. „Je
ker.de je passagiers. Maakte een praatje
met ze en soms een geintje, als jÖ of zij
er zin in hadden. En nooit de mensen
meteen een kaartje laten kopen. Dat is
er niet bij. Laat ze eerst maar een
shagje rollen, dan is er nog tijd te over
om ze te laten betalen".
Psycholoog
Als conducteur moet Je een klein
beetje psycholoog zijn. „Je moet je pap
penheimers kennen en je kunt beter
Conducteur J. van Lieshout:
Wie mag ik nog een kaartje
geven? De laatste rit is in zicht
vliegen vangen met stroop dan met
azijn", zo brengt de heer Van Lieshout
het onder woorden. „Je dienst gaat heel
wat sneller om als je vrolijk en gedien
stig bent dan met een lang gezicht en
zure opmerkingen". „De mensen zijn je
er dankbaar voor als je ze helpt uit
stappen. Niet altyd jonge dametjes hel
pen, zeg ik altyd maar, maar vooral ook
oude dames en mensen, die niet zo goed
ter been zijn. Heel wat collega's van my
- en beslist niet alleen de jongeren -
kunnen wat dit betreft nog heel wat le
ren".
Onlogisch
Over de „logica" van sommige reizi
gers raakt de heer Van Lieshout by na
niet uitgepraat.
,,'t Publiek is vaak zuiver onlogisch.
Dat ';un je van oude mensen nog wel
verwachten, maar niet van mensen in de
majesteit van hun leven", meent de heer
Van Lieshout, die er echter nooit zyn
goede humeur by verliest, omdat hy van
mening is alleen zyn maatschappy te
kunnen dienen met gedienstigheid en
een vroiyk gezicht.
Natuuriyk heeft de heer Van Lieshout
wel eens last gehad van dronken men
sen op de tram. Hy heeft het echter al-
tyd zo weten te schipperen, dat hy ze
nooit van de tram heeft hoeven te zet
ten.
Voor en tegen
Nog niet zo lang geleden zat er
een Katwijker in de tram, die een
borreltje te veel ophad. Hij zat in
de laatste tram en moest naar Kat
wijk aan Zee. Maar in Katwijk aan
Zee ging hij er niet uit. Hij wilde
zo lang mogelijk in de tram blijven
zitten. „Ik ben zo gek op die tram",
herhaalde hij steeds maar weer. In
Katwijk aan Zee kwam er een ander,
die eveneens te diep in het glaasje
had gekeken en een groot voorstan
der van de bus bleek te zijn, naast
hem zitten. Tot Katwijk Rijn hebben
ze hevig geredetwist over de voor- en
nadelen van de tram ten opzichte
van de bus. „Toen ze waren uitge
stapt, bleven ze nog lange tijd geba
rend bij de halte staan".
Vele jaren geleden heeft de heer Van
Lieshout eens een vry ernstige trambot
sing meegemaakt. Dat gebeurde met Pa
sen. Het was mistig. Twee trams reden
vlak achter elkaar. „Ik stond achterin de
achterste wagen, toen ik zag, dat een
oude vrouw wat moeiiykheden had met
instappen. Ik ging naar voren om haar
te helpen. Dat is m'n redding geweest,
want nauwelyks was ik weg of die an
dere tram daverde tegen de achterkant
van onze tram op".
De heer Van Lieshout is geen voor
stander van het geven van fooien. „Er
zyn zo veel mensen, die best een fooi
willen geven, maar het eigenlijk niet
kunnen missen. Ik ben bereid iedereen
de volle service te geven. Dat is m'n
taak. Mensen, die me een grote fooi ge
ven, zal ik heus niet meer en beter hel
pen dan de anderen. Er zyn heel wat
collega's, die dat niet willen inzien. Ik
zou het toejuichen als er binnenkort een
groot bord in de bussen kwam met: Ver
boden fooien te geven"
De heer Van Lieshout draagt niet al
leen de tram, maar ook de NZH een
goed hart toe. Niet alleen omdat deze
maatschappy hem in de crisistyd aan
werk hielp en ook niet, omdat hy voor
niets met de bus naar familie in Haar
lem en Amsterdam kan, maar eigeniyk
omdat het de NZH is.
Het grootste feest, dat hy heeft mee
gemaakt? Dat was tydens de eerste rit
na de bevryding. In Katwyk werd de
„bemanning" van de tram onthaald op
blikken zoute haring en bloemen. „Ik
heb nog nooit zo'n fyn feest meege
maakt. Het was zo groots die haring
Je kon byna nog niets krygen. En druk,
dat het was".
Het zal bij de laatste rit ook wel
weer erg druk zijn. Maar of de heer
Van Lieshout zich even feestelijk zal
voelen als bij die „eerste" rit naar
Katwijk?
Met Ingang van zondag 9 oktober zyn
de route en halteplaatsen van de NZH-
bussen in Leiden. Oegstgeest, Rynsburg.
Katwyk en Noordwyk als volgt vastge
steld:
Leiden
Warmonderweg, Wassenaarseweg (vm.
Posthöf), Acad. Ziekenhuis, Station (al
leen om uit te stappen), Stationsplein
(ter hoogte van het voormalige gebouw
van de LDM), Amicitia, Kort Rapen
burg, tweemaal op de Breestraat (onge
veer ter hoogte van de Diefsteeg en het
kantoor van Van Gend en Loos). Kore-
vaarstraat, halverwege het Levendaal,
Plantage, Rembrandt Lyceum, deGoeje-
straat (Hoge Ryndijk), om dan verder
door te ryden naar Leiderdorp.
In tegenovergestelde richting - de bus
zal ook dan via het Levendaal ryden -
komen de halteplaatsen op ongeveer de
zelfde hoogte te liggen. Op de Breestraat
zal de bus dan echter shoppen ter hoog
te van het Stadhuis en ook by de Stads
gehoorzaal. In de richting Station zal
men verder kunnen in- en uitstappen
voor het Lido-theater. doch niet by
Amicitia. Voordat de bus door het via
duct rydt, wordt nog gestopt even voor-
by het gebouw van de Kamer van Koop
handel.
Oegstgeest
Richting Wyttenbachweg (lijn I):
Geversstraat, Rhyngeesterstraatweg,
Schoutenburgstr., Wyttenbachweg (eind-
beginpunt 10 meter uit hoek Floralaan).
Richting Leiden: Wijttenbachweg.Flo
ralaan, Korenbloemlaan, Lange Voort,
Schoutenburgstraat, Rhyngeesterstraat
weg, Geversstraat.
„Bestuurder van de stadstram
Daar kun je 100 jaar bij worden",
zegt dp 59-jarige heer N. Oudshoorn
uit de Kanaalstraat 33 te Leiden, die
nu al 35 jaar in dienst is bij de
NZHVM, waarvan 30 jaar als wagen
voerder.
Honderd jaar kan deze vriende
lijke trambestuurder natuurlijk wel
worden. Maar beslist niet op de
stadstram, want die zal op 8 okto
ber haar laatste rit maken
„Ome Nico", zoals vele Leidenaars
hem kennen zal de trouwe blauwe
echt wel missen, al zegt hij dat niet
met zo veel woorden. Hij zal met
moeite afscheid nemen van „zijn'
tram, die hij zo vele jaren heeft ge
diend. Waarop hij zo menig ritje
heeft gemaakt. Van de Hoge Rijndijk
naar Oegstgeest en terug. Hij zal
nog vaak genoeg naar die logge suk
kelende sta-in-de-weg terugverlan
gen. Naar dat schorre fluitje, dat
knarsend piepen in de bochten
„Het prettige als bestuurder is, dat je
geen rompslomp hebt van geld wisselen,
dat Je geen passagiers tevreden hoeft te
stellen. Kortom, je hebt geen kopzorgen.
Natuuriyk, de drukte in het verkeer eist,
dat Je voortdurend waakzaam bent.
maar ik praat toch niet mee met de
mensen die zeggen: die rottram hoort in
het museum thuis
De eerste tram doet na de be
vrijding Katwijk aan. Het werd een
jofel feest, waarbij de mannen van
de NZH danig in de bloemetjes
werden gezet. Conducteur J. van
Lieshout (de eerste bebloemde man
van rechts) kreeg als eerste deze
geurige en kleurige hulde aange
boden.
REEDS in de oorlog werden plannen ontworpen en
uitvoerige berekeningen gemaakt teneinde te
kunnen nagaan op welke wijze de N.Z.H. in
haar streekvervoergebied in de toekomst in het
openbaar vervoer zou moeten voorzien. Hierby mocht
niet uit het oog worden verloren, dat sinds de twin
tiger jaren een nieuw vervoermiddel de autobus
hoe langer hoe meer een belangryke rol in de ver
zorging van het openbaar vervoer was gaan spelen.
Bovendien dienden zich by de N.Z.H. nieuwe vraag
stukken aan, waarvan ik er een paar zal noemen.
De veroudering van het wagenpark, samengesteld
uit rytuigen gebouwd in de jaren 1904, 1910, 1917,
1924 en 1932.
Vernieuwing was vóór 1940 ten gevolge van de
crisisjaren en de moordende concurrentie van de
autobus helaas niet mogelyk. Wel werden in het
begin der dertiger jaren 10 zeer moderne twee-
lingrytuigen aangeschaft, in verband met de
elektrificatie van de stoomtramiyn Leiden—
Haarlem.
O De nieuwe wyken van steden en dorpen kwamen
op steeds groter afstand van de tramiynen te
liggen.
Op talrijke wegen was, door de verwachte toe
neming van net verkeer, geen plaats meer voor
de tram.
Het bedryf diende zo economisch, zo gezond
mogelyk te worden gehouden; zowel in het be
lang van het publiek als van hen, die in het
bedryf hun levenswerk vinden.
Q De reizigers tegen een zo laag mogelyk, mits
economisch verantwoord, tarief te vervoeren.
O Het personeel een sociaal verantwoord en men-
selyk bestaan te verzekeren.
Het kosten vraagstuk van modern trammaterieei
baan. bovenleiding en veiligheidsinstallaties, als
mede zo efficiënt mogelyk ingerichte remises.
Het kosten vraagstuk van moderne autobussen,
bouw van zo efficiënt mogelyk ingerichte garages.
Maar steeds was het resultaat, dat de autobus het
op alle fronten won De teerling was geworpen! De
N ZH. zou haar trambedryf niet meer vernieuwen
maar over de gehele linie successievelijk op auto
busexploitatie overgaan. Voor het echter zover was,
zyn bergen werk verzet of moeten de tramlyn
Leiden—Den Haag via Voorschoten kan niet vóór
eind 1961 door een autobusiyn worden vervangen
nog worden verzet.
IJ dat wil zeggen mannen uit het trambt
dryl en economen hebben zich gebogen
over de in de aanhef bedoelde plannen en
hebben de berekeningen gemaakt. Hebben deze meer
malen vernietigd en nieuwe plannen gemaakt. En zo
ging het ook met de berekeningen.
Directeui jURRlSSEN
van de N.Z.H.V.M.met begrip
voor zijn klanten strevend naar
rendabel bedrijf
OP deze plaats wil ik allen, in en buiten het be
dryf, die op enigerlei wyze aan de reorganisatie
hebben medegewerkt of daarvoor hun toe
stemming en medewerking hebben verleend, hartelyk
dank zeggen.
Het heeft my tot grote dankbaarheid gestemd, dat
de gemaakte plannen en de daaruit voortvloeiende
berekeningen in de praktyk aan de gestelde verwach
tingen volledig hebben voldaan. Met trots kan ik
verklaren, dat het N.ZH.-personeel door de reorgani
satie op generlei wyze is gedupeerd.
Na de omschakeling van de stadstram in Haarlem
>1948), de tramlyn LeidenHaarlem (1949), de tram
lyn ZandvoortAmsterdam (1957) volgen op 9
oktober 1960 de lokaaldienst LeidenOegstgeest en
de tramiynen Leiden—Katwyk en Leiden—Noordwyk.
Ook de a.s. omschakeling is niet zonder stryd gegaan;
maar wat zou het leven betekenen als alles zonder
stryd zou verlopen. Moge het een troost zyn voor
hen, die beweerden „De N.Z.H. redt het met bussen
nooit" dat de N.Z.H. er niet tegen op zag en daarin
ook is geslaagd om op een zomerse topdag 30.000
reizigers van Amsterdam naar en van Zandvoort per
bus te vervoeren met kortere wachttyden voor de
reizigers, dan ooit met de tram het geval was!
PARTIR, c'est mourir un peu. De tram, het
vertrouwde beeld in stad en dorp, verdwynt en
gaat naar de sloper. Ook wy van de N.Z.H.
zullen hem in de avond van 8 oktober aanstaande met
leedwezen zien verdwynen en hem danken voor de
.oewyding, welke hy meer dan 75 Jaar aan de ge-
neenschap heeft betoond. En in deze dank betrek ik
dan allen van de N.Z.H. die het de tram mogelyk
hebben gemaakt zyn meer dan 75-jarige taak op
uitnemende wyze te vervullen.
Maar op 9 oktober des morgens vroeg is er weer
vreugde in onze harten, want dan presenteren wy
ons publiek onze nieuwste stads- en interlokale
bussen.
Moge ik besluiten met de wens uit te spreken, dat
deze nieuwe buslynen ook zo spoedig zullen zyn
ingeburgerd, als in 1948, 1949 en 1957 het geval is
geweest.
J. J. JURRISSEN
Directeur der N.ZH.V.M. N.V.
Geven en nemen
Dat de heer Oudshoorn inderdaad al
tyd op z'n tellen heeft gepast in het ver
keer, biykt wel uit het geringe aantal
ongelukken, dat hy met de tram heeft
gehad. Wat blikschade daargelaten.
Maar dat was te wyten aan onvoor
zichtige automobilisten. De heer Ouds
hoorn weet wat te geven en nemen in
het verkeer betekent. Daarom heeft hy
nooit streng de hand gehouden aan de
bepaling, dat de tram te allen tyde voor
rang heeft.
Met de studenten, de „heren", heeft de
heer Oudshoorn uiteraard wel eens wat
van doen gehad. Zoals die keer toen ze
in de Breestraat een grote bank op de
rails hadden gezet.
„De heren bleven doodgemoede
reerd zitten, wat ik ook praatte.
Toen heb ik heel voorzichtig ma
noeuvrerend met de tram de bank
stukje bij beetje opzij geschoven. De
heren hadden hier kennelijk wel
waardering voor ondanks het feit,
dat drie van de vier poten van de
bank sneuvelden, want er steeg een
hartelijk gejuich op toen het gelukt
was. Stel je voor. dat ik het niet
had gedaan dan was de tram in
de Breestraat blijven staan, 's Nachts
schakelen ze namelijk de stroom
uit".
Een veel toegepast grapje was voorts
het naar beneden trekken van de beu
gel. Ook dat heeft de heer Oudshoorn
heel wat keren meegemaakt.
De heer Oudshoorn en enkele colle
ga's zyn ook eens, toen ze van de remise
aan de Rynsburgerweg naar huis wan
delden, uitgenodigd op de sociëteit „Mi
nerva". „Eerst maakten we een ritje met
een koetsje door de stad en daarna gin
gen we naar de soos. We waren nog niet
binnen of we waren onze petten kwyt.
Nadat we staande op een tafel nationale
liederen hadden gezongen, werden we
fyn onthaald".
Suikerklontjes
Met veel plezier vertelt „Ome Nico"
over de kinderen, die elke dag met hem
meeryden naar school. Ze weten, dat hy
altyd wel een suikerklontje voor hen
heeft. De kinderen vragen hem ook vaak
iets in hun poëzie-album te schryven.
„Soms knip ik een trammetje uit ons
maandblad. Dat plak ik dan in zo'n
boekje en schryf er een gedichtje bij".
Halteplaatoen richting Oegstgeest: Ge
versstraat naby Kempenaerstraat ook
voor lyn II). Rhyngeesterstraatweg
tussen Nassaulaan en Oranjelaan en t.o.
Huize Duinzicht. Schoutenburgstraat
lantaarn, t.o. perceel 6 en nabij Lange
Voort; Wyttenbachweg 10 meter uit
hoek Floralaan (eind-beginpunt).
Richting Leiden: Korenbloemlaan lan
taarn t.o. perc. 27; Lange Voort lantaarn
t.o. perc. 3/5; Schoutenburgstraat 22 m.
uit hoek Rhyngeesterstraatweg; Rhyn
geesterstraatweg t.o. Huize Duinzicht en
naby de R.-K. Kerk; Geversstraat hui
dige tramhalte. Lyn I rydt via de stad
door tot Leiderdorp.
LRn II richting Oegstgeest: Gevers
straat, Nassaulaan. Terweeweg, Emma-
laan, Marelaan, Hofbrouckerlaan, Laan
van Alkemade, Hazenboslaan, Piet Hein-
laan (Bejaardentehuis) eind-beginpunt.
Richting Leiden: Plet Heinlaan, Hof
brouckerlaan, Marelaan, Emmalaan,
Waldeck Pyrmontlaan, Oranjelaan, Ge
versstraat.
Halteplaatsen: richting Oegstgeest:
Geversstraat by Kempenaerstraat: Nas
saulaan lantaarn t.o. perc 2; Emmalaan
lantaarn t.o. perc. 3; Marelaan 20 m. uit
hoek Hofbrouckerlaan; Hofbrouckerlaan
\antaarn naby Laan van Alkemade; Ha
zenboslaan t.o. perc. 1 en Piet Heinlaan
neven Bejaardentehuis.
Richting Leiden: Hofbrouckerlaan
lantaarn naby perc. 50-52 en t.o. perceel
22; Marelaan plantsoen t.o. perceel 9/11;
Waldeck Pyrmontlaan t.o. perceel 26;
Oranjelaan lantaarn t.o. perc. 17; Rhyn
geesterstraatweg naby de R.-K. Kerk en
Geversstraat bestaande tramhalte.
Lyn II rydt niet verder door dan tot
het eindpunt Hoge Ryndyk.
Rijnsburg
Komende van Leiden: Brouwersstraat
(H), Noordeinde (H>, Burg. Meyboom-
straat (H), Hyacinthenstraat (H. by
Maranathakerk)
Gaande in de richting Leiden: Hyacin
thenstraat (H. by MaranathakerkHer
manstraat (H), Noordeinde (H) en
Brouwersstraat (H).
Katwijk
Komende van Leiden: Sandtlaan
(halte tJi.v. uitbreidingsplan), Molen-
tuinweg (H), Prov. weg, Callaoweg (H),
Zeeweg (H. tJi.v. gemeentehuis), Duin
oord (H.), Varkevisserstraat (2 H),
Vuurbaakplein (H. tJi.v. autobusstation)
Boulevard (3 H.), Rynmond (H.), Sluis-
weg (H. Visseryschool).
Gaande in de richting Leiden: in om
gekeerde volgorde t.m. Zeeweg, daarna
Callaoweg (H.), Commandeurslaan (2
H.), Mol en tuin weg (H.), Sandtlaan (be
ginpunt)
Noordwijk
Komende van Voorhout: Lage weg
(H.). Sc hl ©straat (H.). Wilhelminastraat
(H. by H. Geestweg), IJmulderstraat
(H. by Katwyksestraat), Ringkade, Van
Panhuysstraat (H.), Duinweg (H.),
Nieuwe Zeeweg (H.), Huls ter Duin
straat (H. by Stationsplein), Oude Zee
weg, Kon. Wilhelminaboulevard (H. by
Oranjebad), Golfbaan (eindpunt Want-
veld), Route en halte plaatsen gelden
voor belde richtingen.
De heer Oudshoorn kent heel wat
Leidenaars van middelbare leeftijd
bij hun voornaam. Als kind al reden
ze met de tram van „Ome Nico" mee.
Dat zijn ze nog steeds niet vergeten.
Als de Indeling van de diensten niet
wordt gewyzigd, rydt de heer Oudshoorn
met de „laatste tram" naar de remise
toe. Hy houdt zyn hart vast voor de
souvenir Jagers. „Stel Je voor, dat ze m'n
manometer slopen. Dan heb ik geen
lucht meer en kan ik niet eens ryden.
Nu dreigen ze al, dat er „niets van me
overbiyft". Ik houd m'n hart vast
Wat „Ome Nico" gaat doen als de
tram is opgedoekt? „Dan zal ik m'n tyd
moeten uitdienen als conducteur op de
bussen". Of hy het prettig zal vinden?
Gaat U dat zelf maar vragen. Het kan
nog steeds
„Ome Nico" met zijn tram" bij
het station. Nog ruim een week en
dan zal hij deze stadstram in groot
formaat naar de remise moeten
rijdenvoorgoed