VenhcJe Leidenaar keert na 17 jaar terug naar de beruchte dodenrivier Hervormd Leiden thans vrijgesteld van „kerkelijke belasting" KOEK Maakt deel uit van een Deense oudheidkundige expeditie Er komt nu een vrijwillige bijdrage voor in de plaats Opgericht 1 maart 1860 Donderdag 15 september 1960 Tweede blad no. 30152 wy in de kolenmynen te werk gesteld zouden worden. Op 6 juni 1944 vertrok ken wy uit Singapore. Het was dezelfde dag, dat de geallieerde legers Normandië binnenvielen, welke gebeurtenis reeds na enkele uren bij ons bekend was. Zigzagvarend wegens het duikboten- gevaar, bereikten wy wonder boven won der de havenplaats Modji zonder onge lukken. Na aankomst volgde de gebrui- kelyke inspectie. Een Hollandse arts ont dekte plotseling myn vondsten onder de bagage van één der Koreanen. Met zijn tweeën hebben wy ze teruggenomen en wachtten gelaten de inspectie af. Ditmaal deed ik geen moeite de stenen te verber gen. Wy hadden geluk, want wy werden bij deze inspectie toevallig vergeten. In het mijnwerkersdorp heb ik ze kunnen verbergen op een plaats waar ze onge stoord zyn gebleven tot de vrede kwam. Na een verblijf van een maand na de vrede met Japan werden wy per B29 via Okkinawa naar Manilla overgevlo gen. De vondsten gingen mee. Toen be gon de revolutie in Indonesië. Bij mijn vertrek uit dit land leek het mij beter om de kostbare vondsten bij een vriend, een Amerikaanse hoogleraar, prof. Otley Beyer, te Manilla achter te laten tot betere tijden zouden zijn aangebroken. Deze op zijn beurt stelde ze ter hand aan een priester, die de stenen naar New- York heeft meegenomen en ze aan dr. Hallam L. Movius ter hand stelde. Dit was eind 1949. Thans liggen ze vei lig in het Peabody Museum....", tot zo ver de heer Van Heekeren, die 15 okto ber a.s. naar Denemarken zal vertrek ken om zich op de expeditie voor te be reiden. Een week later denkt men naar het operatieterrein te vertrekken. Hoe wel het in de bedoeling ligt de onder zoekingen circa twee jaar voort te zet ten, zal de heer Van Heekeren slechts een half jaar aan de expeditie deelne men. Dan keert hjj naar Leiden terug, naar het Museum voor Volkenkunde. Vermoedelijk niet met lege handen, want zyn kennis hoopt hij tevens in dienst te stellen van dit museum. Olifant gaat mee Men hoopt dat de expeditie ook een olifant gaat mee gegevens zal weten te verzamelen over de betrekkingen tus sen de .Peking-mens" en de „Java- mens". Overigens wil men trachten meer te weten te komen over de migratie route door het Kwai-dal in het stenen en bronzen tijdperk en daarna. Het eerste gedeelte van het werk be gint in november en duurt tot ongeveer mei 1961 het droge seizoen in Thai land voort. Het tweede onderzoek wordt uitgevoerd in het droge seizoen van 1962. BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN GEBOREN Willem, zn. van J. Varkevisaer en W. Ouwehand; Johannes Samuel Hendrik, zn. van J. de Vries en E. M. Bink; Peter, zn. van P. Lardee en G. van Winkel; Ni- colaas, zn. van G. J. v. Mourlk en A. J. Bom; Yvonne Reglna Anna, dr. van S. J. van Kins en G. D. T. de Jong; Hans Peter Bernhard, zn. van H. P. B. Nieu- wenhoven en J. J. Phlllppo. GETROUWD A. Mlssaar en M. Polane; N. A. L. Touwen en M. W. Sickler. OVERLEDEN E. A. J. van Dijke, 49 jaar, man; C. R. Bijl. 51 jaar, man; P. Weij, 19 Jaar, zoon; P. H. M. Nljssen, 4 Jaar, dochter. The River Kwai. Tienduizenden lieten aan deze dóden-rivier het leven bij de aanleg van de spoor baan Siam-Birma. De heer H. R. van Heekerenindertijd ingedeeld bij de spijkerploeg. gaat er thans weer naar toe. Verheugde gezichten der deelnemers aan de Lexington-Rome reis Advertentie The River Kwai Lexi Het aantrekkelijke programma omvatte bezoek aan de PCeft Goud Olympische Spelen, tochten naar Napels en in de omge ef J ving van Rome. De reis werd gemaakt in het speciaal VOOf gecharterde Lexington vliegtuig. Blijft u onze adverten- ties volgen. Er staat voor onze vele Lexington vrienden ee)l gulden l in de komende maanden - weer zeer veel aantrekke lijks op stapel. Lexi zorgt goed voor u Tijdeus krijgsgevangenschap deed de heer H. R. van Heekeren belangrijke opgravingen „Volgende maand ga ik terug naar de River-Kwai in Thailand. Zal ik weer staan en lopen zoals zeventien jaar geleden, doch toen als krijgsgevangene, ingedeeld bij de spijkerploeg van wat over is ge bleven van de Siam-Burma-spoorweg, welke later, ook onder Neder landse krijgsgevangenen, de bizarre bijnaam van de dodenspoorweg heeft gekregen. Wat al een onmenselijk leed heeft zich in deze vallei, waar tienduizenden Aziaten en Europeanen de dood vonden, voltrok ken. Nooit, nee nimmer, kan en zal ik dit vergeten. Wat een trooste loze ellende wat een bittere herinnering Vol' gende maand ga ik terug naar de River-Kwai. Hoe anders zal ik alle» s terugvinden, maar ookwat een droeve herinnering aan iets, dat eens wasDit vertelde ons de heer H. R. van Heeke ren, sinds 254 jaar als wetenschappelijk ambtenaar verbonden aan de afdeling „pre-historie buiten Europa" van het Rijksmuseum voor Vol kenkunde, toen wij hem dezer dagen ontmoetten in dit „Leidse mu seum", waar hij voorbereidingen trof voor zijn tocht naar de River- Kwai. Op grond van zijn kennis van deze streek - onder welke droeve omstandigheden heeft hij haar le ren kennen - is de heer Van Heeke ren uitgenodigd om deel uit te ma ken van een Deens-Thailandse pre historische expeditie naar het dal van de River-Kwai. Aan deze expe ditie, welke onder leiding zal staan van dr. Phil. Eigil Nielsen uit Ko penhagen, nemen ook geleerden uit Denemarken en Thailand deel. Deze door Denemarken en Thailand financiël gesteunde expeditie is de eerste met buitenlandse deskundi gen, welke vergunning krijgt dit ge bied te betreden. Een gebied waar doorheen, naar aangenomen wordt, één van de voornaamste wegen van pre-historische migratie heeft geleid. Dat de aandacht op de heer Van Heekeren is gevallen, is niet toeval lig. Tijdens zijn krijgsgevangen schap heeft hij van de nood een deugd gemaakt. Is hij ijverig aan het speuren en onderzoeken geslagen, met als resultaat, dat hij een van de meest spectaculaire ontdekkingen uit de pre-historische archaeologie van het Verre Oosten heeft gedaan, t.w. een vondst van zeven stenen, toelke tweehonderdduizend jaar ge leden in Siam door de rechtopgaan de aapmens uit rivierrolstenen wer den gebikt. TharCs liggen deze ste nen veilig opgeborgen in het Pea body Museum in Amerika. Over deze ontdekking en de wonder lijke reis van deze zeven oude stenen, laten wij hier de heer Van Hekeren aan het woord. „In het begin van 1943 werd ik, zoals duizenden andere krijgsgevan genen, van Java afgevoerd met onbeken de bestemming. In het donkere ruim van een stoomschip zonder naam. waarin wy samengepakt waren, was het een gissen en raden wat onze bestemming zou zijn. Achteraf bleek, dat het de berucht ge worden Siam-Burma spoorbaan zou wor den. In Siam aangekomen werden wij ingedeeld by de z.g. spijkerploeg. Onze taak was het om de draadnagels in de dwarsliggers te slaan. Hierdoor was ik in de gelegenheid deze spoorbaan te leren kennen vanaf het begin tot aan de „Drie Pagodenpas", een afstand van ruim 200 kilometer. Ik begon reeds onmiddellijk mij bezig te houden met het onderken nen van de uitgegraven grond. Aanvan kelijk had ik weinig succes. Tijdens de verkenningen werd het mij duidelijk, dat de rivier in de loop der tyden haar bed ding nogal eens verplaatst had, totdat er verschillende terrassen waren gevormd. 200.000 jaren oud Eén van de hoogste en oudste terras sen was aangesneden door de spoorbaan en daar vond ik tot mijn grote vreugde een stenen werktuig, dat tot een der oudste beschavingsperioden van de mens heid moest behoren en in jaren uitge drukt op zijn minst 200.000 jaren oud moest zyn. Ondanks de ernst der tijden, liet deze ontdekking my niet meer los en wist ik het, met behulp van de Hol landse kampcommandant, gedaan te krygen om tydelyk by de malaria-be- strijding geplaatst te worden, zodat ik meer in de gelegenheid zou zyn myn onderzoekingen voort te zetten. Uit dezelfde geologische formatie, een oude rivierbank met rolstenen, werden nog diverse werktuigen te voorschijn ge- De heer H. R. van Heekerendie deel uitmaakt van een Deens-Thai- landse expeditie naar the River- Kwai. bracht. Aangemoedigd door dit succes, zette ik de onderzoekingen voort. Dit maal was het een grot, welke mijn aan dacht trok en onder de grootste geheim houding werd daar een kleine ingraving verricht, waarbij enkele stenen werktui gen van de holbewoners werden uitge graven, welke verwant bleken te zijn aan de grottencultures van Tonkin en Ma- lakka. Enkele malen strekten mijn onder zoekingen zich uit tot aan de overkant van de rivier, die dan zwemmend moest worden overgestoken. Daarna kwam ik weer aan de spoorbaan te wei-ken en uit de verwerkte aarde konden drie stenen rechthoekbijlen uit de nieuwe steentijd verzameld worden. Razzia in tentenkamp Een volgende opgave was het verza melde materiaal te behouden tot de vrede ons zou verlossen. Steeds verder trokken wij het bergland in; slechte tyden braken voor ons aan. Epidemieen kondigden zich aan: cholera, dysenterie en malaria. Bijna niemand was vry van tropenzweren, waarbij het vlees tot op het bot wegrotte. Verschillende malen hielden de Japanners als wij aan de baan waren razzia's in ons tentenkamp en werden mijn vondsten weggeworpen. Maar steeds was er wel iemand In de nabijheid, die ze wederom verzamelde, zodat de voornaamste stukken bewaard konden blyven. Stenen overleefden de oorlog Wy bleven 17 maanden in Siam en behalve 2 lendendoeken en de stenen be zat ik op het laatst niets meer. Toen werden wij teruggevoerd naar het basis kamp te Nom-Pladuk om vandaar uit naar Japan gezonden te worden, waar Hervormde Kerkvoogdij kiest nieuwe koers President-kerkvoogd D. v. d. Kwaak: een kerk, die leeft, bouwt aan haar toekomst Met ingang van vandaag slaat de Kerkvoogdij der Leidse Her vormde gemeente een geheel nieuwe richting in. Vanaf dit moment is Hervormd Leiden vrijgesteld van kerkelijke belasting" (Kerkelijke Omslag). Daarvoor in de plaats komt het beschikbaar stellen van een vrijwillige bijdrage. Met de invoering van deze bijdrage, wordt ge broken met een systeem, dat in de Napoleontische tijd (1812) werd ingevoerd en dat bij velen op weerstand stuitte. Men heeft er nu eenmaal een hekel aan om en dan nog wel van kerkelijke zijde voorgeschreven te krijgen wat of men per jaar moet betalen, al was deze omslag dan ook enerzijds gebaseerd op hetgeen er nodig was om de kerk in stand te houden en anderzijds op wat de hervormde lid maten ieder persoonlijk kunnen betalen. Dit kunnen betalen werd steeds bepaald aan de hand van de gege vens, welke de Rijksbelasting over ieders inkomen aan de Kerkvoogdij- verschafte. Zit hier reeds iets afsto tends in, de tot op heden toegepaste methoden van heffing heeft in het verleden meerdere malen tot gevolg gehad, dat een aantal hervormde ge meenteleden niet aan zijn verplich tingen voldeed. Op basis van vrijwil ligheid - zo werd dan geredeneerd - zou men ongetwijfeld meer geven. Thans bestaat hiertoe de kans. Gevolg was, dat de aangeboden kwi tanties werden geweigerd. Op het aan bod van het weigerachtige lid om b.v. de helft te betalen, kon de Kerkvoogdij tegenover de wel- betalende lidmaten moeilijk ingaan. Intussen worden de laatste jaren de jonge lidmaten (ook al omdat nog niet over fiscale gegevens beschikt kon wor den) in de gelegenheid gesteld, zelf hun jaarlijkse bydrage te bepalen. Ook werd, j wanneer overleg met het Kerkelyk Bu- I reau werd gepleegd, bij inderdaad ge- I bleken bijzondere omstandigheden, met 1 goedkeuring van kerkvoogden, een ge- hele of gedeeltelijke ontheffing van de Kerkelijke Hoofdelijke Omslag verleend. Hierdoor werd echter op de schouders van hen die geregeld hun bijdragen be taalden, een onevenredig zware last ge legd. De vrijwillige bijdrage Teneinde niet achter de feiten aan te lopen en de verdeling van de lasten over de gehele hervormde gemeente recht te trekken, hebben de kerkvoog den na zeer ryp beraad thans beslo ten de Kerkelijke Hoofdelijke Omslag af te schaffen en evenals dit ook el ders b.v. in Oegstgeest met veel succes is gedaan, over te gaan tot de invoering van de Vrijwillige Bydrage, waarby men vooropstelt, dat deze bij drage nimmer de sluitpost van de be groting mag zyn. Als gevolg van deze beslissing, welke vanzelfsprekend met een actie naar bui ten gepaard gaat, is men op het Kerke lijk Bureau aan het Pieterskerkhof al dagen lang onder hoogspanning aan het werk. Ruim 15.000 adressen van hervormde lidmaten (gezinnen) zullen in de eerste drie dagen van de volgende week „be werkt" worden. Het materiaal hiervoor wordt door het Kerkelyk Bureau ver schaft. Aan de hand van met zorg sa mengestelde tabellen ook bij andere kerken geschiedt dit kan men zelf vaststellen hoe hoog deze vrijwillige bij drage zal uitvallen. Het voordeel hier van is. dat men rekening kan houden met de inkomsten uit het lopende jaar. In het verleden dateerden de verstrekte gegevens van twee jaar terug. Bovendien kan men n ook rekening houden met extra lasten of permanente verplichtin gen, doch ook met onverwachte voor delen. Men ontvangt circa veertien da gen de tyd om op basis van vrijwillig heid het formulier in te vullen en terug te zenden. In verband met deze actie, waarvan men zich in de kring van kerk voogden zeer veel voorstelt, wordt zon dag a.s. in alle hervormde kerken een kanselboodschap voorgelezen. In het Kerkelijk Bureau aan het Pieterskerkhof wordt thans onder hoogspanning gewerkt aan de voor bereiding van de actie. (Foto LJD./Holvast) Geen waagstuk De heer D. v. d. Kwaak, president kerkvoogd, die ons een toelichting op het besluit van kerkvoogden gaf. zei ons, dat men deze koersverandering in deze kring niet ziet als een waagstuk, doch veeleer als een geloofsdaad. Wij staan hier op een keerpunt in het hervormd kerkelyk leven. Uit vele op basis van vrijwilligheid gevoerde financiële acties is meerdere malen gebleken, dat de offervaardigheid nog groot is. Een sprekend voorbeeld? Ruim een jaar geleden besloot de kerk voogdij tot afschaffing van plaatsengeld in de kerken. Hiervoor in de plaats kwam de derde collecte „Hervormd Lei den offert en bouwt". Resultaat: thans uit vrijwillige bijdragen (collecte) een meeropbrengst van circa f5.000 a f6.000 per jaar! Bouw van kerken Mede met het oog op deze actie wees de heer Van der Kwaak op de hoge uitgaven waarvoor de kerkvoogdij zich in de komende jaren ziet gesteld. Een enorm bedrag de heer Van der Kwaak rekent op f 350.000 per jaar moet in de naaste toekomst in o.a. kerkbouw worden geïnvesteerd. Naast de toekomstige bouw van een kerk in Leiden-noord, waarover wij gisteren uitvoerig schreven, staat de bouw van een Vredeskerk in de Professorenwyk op het programma. In 1961 of uiterlyk in 1962 denkt men met deze bouw te beginnen. Verder zyn er plannen om in de naaste toekomst over te gaan tot kerkbouw in zuid-west, een stadsdeel, dat zich byzonder snel uitbreidt. Uitbreiding predikantsplaatsen Naast het jeugdwerk en de restauratie (Koepel Marekerk) en het onderhoud van kerkgebouwen, is het gewenst, dat op zo kort mogelyke termijn ook uitbrei ding aan het aantal predikantsplaatsen wordt gegeven Een jeugdpredikant, al dus de heer Van der Kwaak, hebben wy dringend nodig. Overziet de president- kerkvoogd het gehele terrein van kerke- lyke arbeid, tot de instandhouding waar van de kerkvoogdy mede is geroepen, dan zegt hjj ervan overtuigd te zyn, dat een kerk, die leeft, aan haar toekomst bouwt. Aan deze toekomst kan z.i. Hervormd Leiden via de thans ingezette actie bou wen. Kwam totnutoe uit de verplichte bydragen een bedrag van f 130.000 bin nen, de actie is eerst dan geslaagd in dien „de twee ton wordt gehaald". Aan Hervormd Leiden thans de daad!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 3