<~YVla)eóteit
enó
TAPTOE DELFT-weer magistrale
manifestatiemuzikaal en militair
Elektronische metingen leiden
tot betere dijkconstructies
Opgericht 1 maart 1860
Vrijdag 26 augustus 1960
Vierde blad no. 30135
1 rinses Wilhelmina heeft zich na haar
abdicatie bijzonder gewijd aan twee
terreinen jeugd en geestelijk leven,
waarin een voorname plaats was toege
kend aan de godsdienst. Bewust schrij
ven wij hier niet „kerk" in plaats van
„godsdienst". In „Eenzaam maar niet
alleen" schrift zij zelf, dat „hierin weinig
gewag gemaakt wordt van de kerken. Zij
hebben geen rol van betekenis vervuld
in mijn leven. Zij stonden daarvoor te
ver af van mijn persoonlijke binding
met Christus en Zijn Leiding met mij".
Haar belangstelling gaat vooral uit naar
vestiging van geloof in God als leiding
van mens en samenleving, niet naar de
vorm van het uiterlijk belijden van dit
geloof.
Van deze levensopvatting uit is haar
belangstelling verklaard voor die twee
terreinen oecumene en jeugd (de jeugd
die met een ontvankelijk hart nog open
staat voor het effect van een zending),
welke zo sterk op de voorgrond staan in
het beeld, dat wij ons van Prinses Wil
helmina als mens kunnen vormen.
„Eenzaam maar
niet alleen" in
liet buitenland
Prinses Wilhelmina heeft haar
boek „Eenzaam maar niet alleen"
niet beschouwd als de memoires
van een Koningin, zoals zovele
levensherinneringen in de naoor
logse jaren door prominenten van
de samenleving zijn gepubliceerd,
maar als een boodschap aan de
mensen waarin zij een diepe levens
overtuiging tot uitdrukking wil
brengen.
Het moet voor haar een bijzondere
voldoening zijn, dat haar werk
spoedig na het verschijnen door
ontelbare Nederlanders gelezen is
en dat ook in het buitenland bij
zondere belangstelling voor dit boek
blijkt te bestaan.
In de Scandinavische landen is
het boek het eerst in vreemde talen
verschenen, in Finland thans zelfs
reeds in drie drukken. Twee druk
ken zijn reeds verschenen in Noor
wegen en Denemarken en de eerste
druk in Zweden.
Op de tachtigste verjaardag van
Prinses Wilhelmina, 31 augustus
a.s., verschijnt het in het Engels
tegelijkertijd in Londen en de lan
den van het Gemenebest. Eind sep
tember verschijnt een Amerikaanse
uitgave.
In Duitsland zal de eerste druk
in oktober van dit jaar het licht
zien. Deze uitgave heeft vanzelf
sprekend iets meer zorgen meege
bracht dan de uitgaven in andere
talen.
Waarschijnlijk zullen velen dit
boek lezen uit nieuwsgierigheid naar
de persoonlijke levenservaringen
van een Koningin, doch ongetwij
feld zal tot de meesten de bood
schap, welke daarin is neergelegd,
doordringen.
TWEE bijzondere aspecten voor haar
toewijding aan de jeugd mogen wij
niet onvermeld laten: haar doch
ter en haar kleinkinderen.
Als moeder heeft Koningin Wilhelmina
ons volk een nimmer ten volle te om
schrijven dienst bewezen, door ons in de
mens Koningin Juliana een opvolgster
te schenken, van wie de harmonische
kwaliteiten van geest en hart het voort
bestaan van een onverbrekelijke band
tussen Oranje en Nederland garanderen.
Voor deze gave, opgebouwd uit grote
menselijke liefde en diep verstandelijk
inzicht, kan ons volk nimmer dankbaar
genoeg zijn.
Prinses Wilhelmina's liefde voor de
jeugd strekt zich vanzelfsprekend, met
een extra dimensie, uit tot haar klein
kinderen, die zeer dikwijls haar graag
geziene gasten of bezoeksters zijn, die
van hun kant deze hechte familieband
met liefde onderhouden. Telkens weer
gaat de belangstelling van Prinses Wil
helmina uit naar de vier Prinsessen, zo
verschillend in aard, maar allen gevormd
naar een evenbeeld: de hartelijke Kroon
prinses, die de open gulheid van haar
vader paart aan de verstandelijkheid,
welke kenmerkend is voor vrijwel alle
Oranjes der geschiedenis; de onlangs
21 jaar geworden Prinses Irene, die in
gevoel voor Majesteitelijke waardigheid
het evenbeeld is van haar grootmoeder,
de in alles perfecte Prinses Margriet, de
bijzonder intelligente Prinses Marijke in
wie zich het verstandelijk erfgoed der
Oranjes zo merkwaardig sterk openbaart.
HET zijn echter niet slechts jeugd
en oecumene, waarop het leven
van de nu tachtigjarige Prinses
Wilhelmina zich richt.
Haar, ondanks hoge ouderdom, onge
broken geestelijke gaven kunnen zich,
na een leven waarin zij zozeer gericht
moesten zijn op de ontelbare facetten
van de samenleving, niet aan begrenzing
onderwerpen.
Doordat Koningin Wilhelmina een
halve eeuw lang regerend Vorstin is ge
weest, ruim acht jaar voordien Koningin
in naam en nu twaalf jaar afgetreden
staatshoofd, kent zjj als vrijwel geen an
der ter wereld de mensen, die thans de
„bovenlaag" van de maatschappij vor
men uit persoonlijk contact.
Dat is een merkwaardige positie,
deze menselijke gebondenheid aan
hen, die het lot van de wereld en van de
menselijke verhoudingen in handen heb
ben.
Met velen hunner heeft zij bovendien
nog persoonlijk contact. Geen officieel
bezoek van een staatshoofd aan ons
land gaat voorbij, of op de een of an
dere wijze kan, buiten de ogen van de
publieke belangstelling, ook nog een ont
moeting met Prinses Wilhelmina wor
den ingelast. Haar menselijk contact
met hen, die zij persoonlijk en func
tioneel in hun moeizame plichtsvervul
ling heeft waargenomen, is daardoor
nog steeds behouden.
Wanneer zij bijv. een onderhoud heeft
met Albert Schweitzer, dan mag er
worden aangenomen, dat er niet
gesproken over het weer of de plan
tengroei in Afrika, maar worden essen
tiële menselijke problemen in het licht
van het moment en in niet aan ogenblik
gebonden perspectief besproken.
Haar boodschappen aan bijeenkomsten
(vooral weer van jeugd en oecumene)
dragen een persoonlijk stempel, meer
dan zij er ooit in haar regeringsperiode
aan kon geven, en zij getuigen naast
een zeer persoonlijke opzet van een vol
komen meeleven met de tijd. De betrek
kelijke vrijheid welke haar in deze bood
schappen gegeven wordt gebruikt zij
overigens nimmer voor een bewust op
dringen van eigen visie. Nog nooit heeft
zij boodschappen als deze ongevraagd
gericht.
De vrijheid welke haar door haar af
treden op dit gebied geboden is, wordt
wellicht het sterkst geïllustreerd door
de boodschap aan de wereld over de ge
lijkheid van de mens voor God, onaf
hankelijk van zijn ras, zoals zij deze in
april jl. uitte in de tijd van troebelen
over de apartheid in Zuid-Afrika. Voor
hoevele ouderen zal toen niet de herin
nering levendig zijn geworden aan de
tijd, dat zij als Koningin president Krii-
ger uit Zuid-Afrika liet halen met Hr.
Ms. Gelderland aan het einde van de
Boerenoorlog. „De enige man op een
Troon" was het oordeel, dat toen de ge
voelens van de wereld vertolkte. Het is
niet onaardig in dit verband te herin
neren aan de uitspraak van een Enge
landvaarder, die haar namens het ver
zet ook een compliment overbracht:
„Majesteit, ik moest U zeggen, dat U de
enige kerel bent, tussen veel oude wij
ven".
MAAR het Zijn ook „kleinere" za
ken, niet alleen die van wereldpo
litiek en de mensheid omvattende
vraagstukken, die haar bezig houden,
ook nu zij na een leven vol plichtsbe
trachting - haar tachtig jaren tellen
minstens voor 120 - aan een lichamelijke
doch ook geestelijke rust tce is welke
anderen reeds veel eerder geschonken
wordt. Wij hebben onszelf voorgenomen,
bescheiden en kort deze tachtigste ver
jaardag te hanteren als argument om
iets van de mens naast de Majesteit te
mogen belichten.
Wij willen die „kleinigheden" dus
slechts in één enkel voorbeeld naar vo
ren brengen.
De dodencijfers van de stormramp,
die de wereld deden verstellen, hebben
Prinses Wilhelmina ook iets anders ver
teld: dat niet de natuur maar de mens
zijn eigen grootste kwaad is. Kort nadat
zij de menselijke eindbalans van deze
ramp onder ogen kreeg, vernam zij het
aantal slachtoffers van het verkeer in
ditzelfde kleine landje in één enkel jaar
tijd, een aantal dat groter was dan dat
van een natuurramp die ons slechts
ééns in honderden jaren treft. Sindsdien
is zij, die in haar jeugd één van de eer
ste velocipèdes in ons land met angstige
bewondering aanschouwde en derhalve
de gehele ontwikkeling van het verkeer
heeft meegemaakt, een hartstochtelijk
voorvechtster geworden van alle moge
lijke acties voor verkeersveiligheid. Zij
stelt daarbij voorop, dat ook op dit ge
bied beschaving uitkomst brengen kan,
beschaving als begrip voor erkenning
van de rechten van de ander. Bescha
ving als menselijke mildheid.
Het is slechts één voorbeeld. Maar het
voorbeeld is tekenend.
*iÈir
WANNEER wij in deze gedach
ten het leven van Koningin
en Prinses Wilhelmina overzien,
dan zouden wij Majesteit en Mens
niet meer als polen willen beschou
wen waartussen dit leven zich
heeft afgespeeld. Dan lijkt ons een
zuiverder verband tussen deze be
grippen gepast: Mens in Majesteit,
Majesteit in Mens.
Zo worden deze twee geen
tegenstellingen, welke de onbe
twistbare gaafheid van een leven
afbreuk zouden doen, maar een
synthese, welke ten volle eer be
toont aan een der grootste Oranjes,
naar wier geluk en welzijn bij deze
bijzondere verjaardag de oprechtste
wensen van het hart van alle
Nederlanders zoals altijd
uitgaan.
Koningin Wilhelmina met Prin
ses Juliana, zoals zij in 1909 in deze
zeer bekende foto werden ver
eeuwigd door de fotograaf Guy de
Coral in Amsterdam. Een van de
grootste geschenken van Koningin
Wilhelmina aan ons volk was haar
dochter, aan wie zij bijna veertig
jaar na het maken van deze foto
met een hart vol liefde en vertrou
wen haar loodzware Majesteitelijke
taak uit handen kon geven.
Alle twintig!
De Deen Th. Kristensen, die onlangs
benoemd werd tot secretaris-generaal
van de Organisatie voor Europese Sa
menwerking en Ontwikkeling (OEES)
heeft verklaard, dat de Europeanen
moeten beginnen te denken in termen
van de „20" en niet van de „6" of de
„7". De nieuwe organisatie moet den
ken in heel wat ruimere zin dan de
Organisatie voor Europese Economische
Samenwerking (O.E.E.S.), zo zei hij.
Behalve de „7" en de „6" zijn er ook
nog de „2": De Verenigde Staten en
Canada, en de „5": Ierland, Spanje,
Griekenland, Turkije en IJsland. Wij
moeten niet slechts denken aan het bij
elkander brengen van de „6" en de „7",
maar van alle „twintig". Dat is de taak,
die de nieuwe organisatie op lange ter
mijn wacht. Ook zou de mogelijkheid
overwogen moeten worden Finland en
Joego-Slavië binnen een nieuw ruim
handelsgebied te brengen, aldus Kris
tensen.
Prof. Sassen naar Mexico
Prof. dr. F. L. R. Sassen, hoogleraar
aan de Leidse Universiteit, zal optreden
als vertegenwoordiger van deze Univer
siteit, de Gemeentelijke Universiteit te
Amsterdam, de Technische Hogeschool
te Delft en het Internationaal Instituut
van Sociale Studiën te 's-Gravenhage
Vereenvoudigde
modellenbouw
(Van onze Haagse redactie)
Voor het bekleden van dijken wordt op
't ogenblik op grote schaal gebruik ge
maakt van asfalt. Dit materiaal is be
langrijk minder waterdoorlatend dan het
onderliggende zand. Daardoor kunnen
onder de asfaltlaag waterspanningen
ontstaan, die zowel voor de stabiliteit
van het zand als voor de bekleding ge
vaar opleveren. De berekening van der
gelijke spanningen, aldus het driemaan
delijkse rapport van de Deltadienst,
neemt lange tijd in beslag.
Voorheen werden ook schaalmodellen
- analogie-modellen zoals de vakman
zegt - gebruikt waarbij men inplaats van
met door zand stromend water, werkte
bij de derde algemene conferentie van de
Association Internationale des Univer-
sités, die van 6 tot 12 september te Me
xico zal worden gehouden en zal tevo
ren de vergadering van het bestuur van
de association te zelf der plaatse bijwo
nen.
Vragen alarm voor militaire oefening
Omstreeks halfelf in de avond van
12 juli werd een peloton van de com
pagnie van het regiment Menno van
Coehoorn in de Tapijnkazeme te Maas
tricht gewekt door een officier: .Jon
gelui, het is nu alarm. Russische troe
pen zijn West-Duitsland binnengevallen.
We dienen zo snel mogelijk achter het
gebouw aangetreden te staan". In het
donker kleedden de militairen zich snel
aan.
Het bleek dat zij waren opgeroepen
voor een nachtelijke alarmoefening.
In schriftelijke vragen heeft het
Tweede Kamerlid, de heer Borst (CPN)
de minister van Defensie gevraagd of
bijna smetteloze langdurige exercitie
uitvoert. Tegen kwart voor elf staan alle
zevenhonderd medewerkers voorna
melijk militairen, slechts enkele bur
gers. zoals enige leden van K. G. uit
Leiden, die de piccolo blazen op het
nu hel verlichte plein voor een finale
van saamhorigheid, culminerend in Va
lerius' gedenkclacken en een massaal
Wilhelmus.
Dan doven de mannen van de Verbin
dingsdienst de lichten op het Plein De
massa is weggetrokken. Militairen uit
vroeger eeuw nemen in enkele minuten
de sprong terug naar het heden. De
sfeer is verbroken. Tot de volgende
voorstelling. Dan bevolken weer acht
duizend mensen de tribunes en de ra
men van de huizen daarachter. Dan is
Delft weer voor enkele uren, Taptoe -
stad!
hij niet van mening is, „dat door het
alarm slaan op bovenomschreven wijze
de sfeer van de koude oorlog en de geest
van vijandschap tegen andere volkeren
opzettelijk worden bevorderd en dat dit
als ontoelaatbaar moet worden be
schouwd".
Minister S. H. Visser antwoordt op de
vragen o.m., dat de betrokken officier
op eigen initiatief deze wijze van alar
mering heeft gebruikt. De beide overige
pelotons werden zonder de genoemde
woorden gewekt voor de oefening. Kort
voor het tijdstip van het alarm was deze
oefening met alle kaderleden besproken.
0.m. werd bepaald dat geen lichten
mochten worden ontstoken, teneinde de
rekruten te leren zich ook in het donker
snel te kleden en rich gereed te maken
om uit te rukken.
Na onderzoek is gebleken, aldus de
minister van Defensie, dat bij de mi
litairen door deze wijze van alarmeren
geen ongerustheid was ontstaan. „Men
gedroeg zich rustig en normaal".
„Het is gebruikelijk", aldus de minister,
„aan oefeningen een bepaalde veronder
stelling ten grondslag te leggen. In deze
geest werd de gedane mededeling gevat".
Minister Visser is niet van mening,
dat de gebezigde wjjze van alarmering
ertoe heeft bijgedragen de sfeer van
koude oorlog en de geest van vijand
schap tegen andere volkeren te bevor
deren. De opzet daartoe is zeker niet
aanwezig geweest.
De minister acht dan ook geen ter
men aanwezig voor een terechtwijzing
aan de betrokken officier, zoals het
Kamerlid had gevraagd.
met twee dicht bijeen geplaatste even
wijdige platen waartussen vloeistof
stroomde. Het bezwaar van zo'n sleep-
model was echter hetzelfde, als dat bij
de directe meting, er ging veel tijd mee
heen, eer men tot een definitieve uit
komst kan komen.
Daarom wordt nu door het elektro
technisch laboratorium van de Delta
dienst een nieuwe methode toegepast.
Hierbij gaat het om de overeenkomst
tussen de stroming van een vloeistof
door poreuze media en de elektrische
stroming voor een geleider met meer of
minder weerstand.
Als model dient een plaatvormige ge
leider, zodat alleen tweedimensionale
stromingen bestudeerd kunnen worden.
De plaat wordt gelijkvormig gemaakt
aan het doorstroomde grondpakket en
aan de grenzen van de plaat worden de
juiste randvoorwaarden ingevoerd. Het
voordeel van deze methode is, dat er
voor de bouw van zo'n (plat)model
slechts weinig materiaal nodig is. Het
meten is bovendien weinig tijdrovend en
door wijziging van de randstromingen
kan men variaties toepassen.
Op deze wijze heeft men ook de
stroomtoestand in het Veer se Gat kun
nen meten. Tevens kan men met een
dergelijk model vrijwel alle metingen
verrichten, om te zien welke spanningen
er optreden bij extra hoge stormvloed
standen. Door resultaten met dergelijke
metingen verkregen, kwam men tot wij
ziging van de constructie van de teen
der te bouwen dijken. Zo worden regel
matig de nieuwe vindingen toegepast om
te komen tot nog betere, stabielere en
daardoor veiliger constructies, die vaak
een belangrijke geldbesparing kunnen
opleveren.
Kanaanietische offerplaats
bij Bethel blootgelegd
De directeur van de Jordaanse Oud
heidkundige Dienst heeft medegedeeld,
dat Ameiikaanse archeologen overblijf
selen van een 4.500 jaar oude Kanaanie
tische offerplaats hebben blootgelegd,
gelegen in Bethel, de kanaanietische
stad waar Abraham en zijn kleinzoon
Jacob woonden. Op de plaats waar vroe
ger Bethel gevestigd was, dicht bij
Jeruzalem, ligt thans de stad Beitin. Op
het witte kalkstenen altaar zijn de
bloedvlekken van de offerdieren nog
zichtbaar.
Bethel werd in 1550 voor Chr. door de
Egyptenaren verwoest, toen zij de
Huksos uit Egypte en Palestina verdre
ven. Na honderd jaar werd de stad
weer opgebouwd, waarna zij opnieuw
tot grote bloei kwam.
Omstreeks 1200 jaar voor Chr. werd
de stad veroverd door Jozua en in brand
gestoken om later opnieuw te worden
opgebouwd.
Om de gevonden offerplaats was een
tempel gebouwd ter ere van de godheid
Bel. Enkele delen van de oude tempel
muur zijn nog intact.
(Van een onzer redacteuren)
Ook de Taptoe Delft 1960 Is uitge
groeid tot een magistrale manifestatie,
militair en muzikaal.
We hadden nauwelijks anders ver
wacht. Immers de faam gevestigd in
zes voorafgaande jaren stond er wel
borg voor.
Maar desondanks, we zijn toch weer
gegrepen door dat fascinerende spel van
klank en kleur in die sfeervolle entou
rage van de Grote Markt te Delft.
In deze door onzichtbare meesterhan
den zo grandioos geregisseerde show
wordt ditmaal de gTootste eer bewezen
aan de Landstrijdkrachten ter zee. En
het moet gezegd, de Koninklijke Marine
en de Mariniers tonen zich deze eer
waardig.
De Marinierskapel, geflankeerd door
fakkeldragers, en een exercitie-peloton
van het Korps Mariniers zorgen voor
een vroeg, herhaaldelijk door klaterend
applaus onderbroken, hoogtepunt in
deze Taptoe. De klanken van de „Colo
nel Bogey" tijdens de afmars worden
aan de andere kant van het duistere
plein overgenomen door de Matrozen-
kapel van de Koninklijke Marine: drie
muziekkorpsen uit verschillende Mari
nekampen voor deze gelegenheid tot een
eenheid samengevoegd. En het gaat nog
voortreffelijk ook...
Geschiedenis
Tevoren was een stukje geschiedenis
van het Korps Mariniers in enkele tafe
relen tot uitdrukking gebracht: de op
richting in 1665 en een van de vroegste
wapenfeiten, de slag bij Seneffe. Zo
realistisch moest die uitbeelding zijn,
dat twee eeuwenoude kanonnen uit het
Legermuseum te Leiden waren gehaald
en geheel bedrijfsklaar waren gemaakt.
Maar zowaar, ze schoten nog ook...
En daarmede wordt dan de eigenlijke
show ingeschoten. Welk een raffine
ment vindt men daarin, welk een hoge
graad van perfectie. Hoe fraai blijken
kleurrijke uniformen te kunnen har
moniëren, terwijl ze toch zo gemakke
lijk kunnen detoneren. Hoe glad zijn de
overgangen en de feeërieke lichteffecten.
En hoe knap is niet de totale samenstel
ling van het programma, vol variatie,
en contrasten. Gisteravond tijdens de
geheel uitverkochte, tot zelfs op de
daken van de omliggende woningen
generale repetities waren er nog enkele
rimpeltjes. Ze zullen tijdens de normale
al weken tevoren eveneens uitver
kochte voorstellingen wei glad ge
streken zijn.
De eeuwenoude kanonnen uit het
Legermuseum deden het nog best.
Een enorme knal en veel rook. Zij
zorgden voor een kostelijk effect.
Maar met dergelijk geschut vochten
in 1674 de Mariniers de slag bij
Seneffe uit. Alleen zaten er toen wel
projectielen in
Visitekaartje
Trouwens deze smetjes zijn onbelang
rijk in het geheel van deze weergaloze
show van militair muzikaal kunnen,
waarbij men het alleen maar kan be
treuren, dat dit evenement zo moeilijk
vroeger eerder in de vakantietijd te
realiseren is, opdat nog meer buiten
landers dit klank- en kleurrijke visite
kaartje van onze strijdkrachten in ont
vangst kunnen nemen.
Zeven kwartier duurt dit aantrekke
lijk spektakel aan de voet en in de ver
lichte toren van de Nieuwe Kerk. De
duizenden op de tribunes slaan zich de
handen warm voor de muziekkorpsen en
de exercitiepelotons, zoals het „spook-
peloton" van het Luchtmacht Instructie
Regiment» dat zonder commando's een