Boeken der bevrijding Een Zoeklicht Bartliolomeusnaclit van het Duitse verzet kostte vijfduizend levens G Plannen doorkruist WOORD VAN BEZINNING v OP DE BOEKENMARKT De bom van de twintigste juli was climaxmaar tevens ondergang der georganiseerde oppositie Ondergrondse beraamde steeds nieuwe plannen tegen bewind Zaterdag 7 mei 1960 (II, slot) Reeds in november 1939 wilde Hitier zijn legers laten opmarcheren tegen het Westen. Zijn plannen zaaiden schrik en ontsteltenis onder de legerleiding, om verschillende redenen, waarvan de voornaamste was, dat Frankrijks legendarische militaire macht Duitsland zou ver pletteren. Stafchef Halder scheen volkomen bereid om de nazi's aan te vallen, doch ditmaal stuitte hij tijdens een inspectiereis langs het westfront op de onwil van de bevelvoerende troepencommandanten, die voor een revolte in volle oorlogstoestand weinig voelden. Des ondanks zou Halder, geruggesteund door een steeds krachtiger bur gerlijke oppositie, wellicht hebben doorgezet als zich niet de tragedie had voorgedaan, dat hij via de diplomatieke kanalen van de onder grondse, volkomen aan elkaar tegenstrijdige berichten had ontvangen over de houding van de geallieerden bij een politieke omwenteling in Duitsland. WAT een voordeel had moeten zijn namelijk het veelvuldig con tact van de oppositie met de buitenlandse mogendheden ver keerde hier in een nadeel. De enige toezegging waaraan Halder houvast had werd hem mondeling overgebracht terwijl de stafchef reden had om te vermoeden dat de verzekering van een „geweer bij de voet'' van westelijke zijde hem wat positiever werd over gebracht dan zij in werkelijkheid was bedoeld. De burgerlijke oppositie had zo haar methoden om weifelmoedige generaals een hart onder de riem te steken...! Een bijkomstig nadeel was, dat andere verantwoordelijke perso nen in de legerleiding onder het mot to „van uitstel komt afstel" op mili tair-technische gronden een voortdu rend verschuiven van de data der ope raties in het westen van Hitier wis ten af te dwingen, waardoor het ka rakter van een acute noodtoestand aan de situatie in eind 1939 werd ont nomen. Het gedenkteken voor de slacht offers van de 20-ste juli in de tuin van het vroegere Reichs- kriegsministerium aan de Bend- lerstrasse te Berlijn. (Foto: Landesbildstelle Berlin) Zo was tot in 1940 niet tot daden gekomen, die iets positiefs opleverden. De wanhoop nabij, besloot Erich Kordt de diplomaat die ook de oppositie in het buitenland gewichtige diensten had bewezen zelf te handelen. Hij wilde een bom in Hitiers hoofdkwar tier plaatsen. Generaal Oster van de „Abwehr" zou voor deze helse ma chine zorgen, doch een onverwachte aanslag op Hitler in de „Bürgerbrau- keller" in München een stunt van de SA, die Hitier het aureool van onbeschadigde martelaar had willen bezorgen doorkruiste Kordts plan. De Gestapo, de ware toedracht van de aanslag niet geheel doorziende, be gon een onderzoek naar de herkomst van de gebruikte bom en kwam te recht bij Osters leverancier, Hoe geladen" de atmosfeer in Duits land was in die jaren van Hitiers po litieke en militaire successen, blijkt wel uit het feit dat er in 1939 ruim 21.000 politieke gevangenen in decon centratiekampen van het Derde Rijk zaten, zonder uitzondering Duitsers. De Kreisauer Kreis BEGIN maart 1940 klonken er op nieuw hoopgevende geluiden. Generaal Thomas, plaatsvervan gend commandant van het thuisleger, dat werd aangevoerd door de cor rupte Fromm, die in juli 1944 één der voornaamste oorzaken was van het ineenstorten der revolte, wilde de ge neraliteit tot dienstweigering bewegen en hij dacht aan een arrestatie van Hitler met behulp van het Berlijnse garnizoen. Het leger zou vervolgens het regime overnemen. Zijn streven stuitte echter op de ontmoediging van de generaals die de bevelen hadden moeten geven. Spoedig daarop brak Halder met de oppositie. Hij was vol komen over zijn toeren en huilde als een kind toen hi Goerdeler bekende er genoeg van te hebben. De burgerlijke oppositie stond al leen en kon weinig anders meer doen dan fatsoenshalve de data en uren van de Duitse aanval op de West- europese landen aan de betrokken re geringen meedelen. Na deze grote terugslag duurde het lange tijd, eer de politieke oppositie de generaals weer met. kans op succes kon benaderen. De generaals hielden zonder uitzondering een militaire tegenslag, die Hitiers prestige als oorlogsgenie zou aantas ten, voor noodzakelijk. Zo'n tegenslag liet op zich wachten tot 1943, het jaar van Stalingrad en het jaar van de mislukte aanslagen op Hitier. De verzetsgeest leefde echter ook lang voor die tijd. Het buitenlandse contact richtte zich, via de A.P.-cor- respondent, Louis P. Lochner, in Ber lijn speciaal op de Ver. Staten die in 1941 nog niet in oorlog met Duitsland waren en via de communistische on dergrondse op de Sovjet-Unie, welke, in tegenstelling tot de Westelijke lan den, de Duitse geestverwanten aan moedigend tegemoet trad, opleidde en steunde. Na 1945 heeft de Sovjet-Unie daarvan de vruchten geplukt. Onder de niet-communistische oppo sitie bezon men zich op de toekomst. Een merkwaardige en unieke discus siegroep was in dit opzicht de „Krei sauer Kreis", een groep van vooraan staande geleerden, politici, kunste naars, geestelijken en mensen uit het vakbondsleven, die zich op het land goed Kreisau van Helmut J. graaf von Moltke verenigd had, en studeer de over een regeringsprogramma voor de tijd die na de ineenstorting van het nazi-regime zou volgen. Er mocht geen regeringsvacuum ontstaan, zo re deneerden zij, terwijl het tevens in hun bedoeling lag een nieuwe staat te scheppen die de naam „democratie" waardig was. Een vredesprogramma DE idealen van de Kreisauer Kreis waren bijzonder edel van gehalte. Eén ervan was de absolute ge weldloosheid, om welke reden deze groep alhoewel zy nauwe relaties onderhield met de kringen van Goer deler, Beek, Oster, Gisevius en vele anderen een moordaanslag op Hit- Ier geen geschikte methode vond om er de democratie mee te beginnen. Dit heeft hun evenwel de bloed wraak der nazi's in de grote proces sen van 1944 niet bespaard. Zjj vie len voor idealen, die in onze ogen misschien naïef lijken, met de moed en de overtuiging van ware marte laren. Het is onmogelijk om niet ten diepste ontroerd te worden bij het lezen van hun laatste brieven en bij het horen van hetgeen zij zeiden voor .zij op de wreedste manier ter dood werden gebracht. De wrede president van het Volksgerechtshof, dat de hoofd figuren van ,20 juli" vrijwel zon der uitzondering ter dood veroor deelde. Dr. Roland Freisler werd door Hitier waarderend „Unsere Wyszinski" genoemd, nademaal hij uit de rijen der communisten voortkwam. (Foto: Landesbildstelle Bonn) In deze totslachtplaats ver bouwde ruimte van de Berlijnse gevangenis Plötzensee werden de hoofdfiguren van het Duitse verzet na het proces „20 juli" als vee ter dood gebracht opge hangen aan slachthaken. Op Hit- Iers verzoek werden de executies gefilmd. (Foto: Landesbildstelle Berlin) De Kreisauer Kreis was als het ware „het geweten" van het Duitse, georga niseerde verzet, dat zich intussen be zighield met het op papier scheppen van de naoorlogse staat. Regerings posten waren al verdeeld onder de hoogststaande figuren uit de opposi tie, radio-proclamaties die direct na de omwenteling zouden worden uitgezon den, waren geschreven, een regerings programma dat o.m. voorzag in be rechting van de oorlogsmisdadigers, ontruiming van de bezette gebieden en vredesonderhandelingen op basis van christelijke moraal was opgesteld en het wachten was alleen op het ge schikte moment om op te treden. Een moordaanslag op Hitier, mede teneinde het leger te ontslaan van zijn eed van trouw aan de Führer, waar omtrent het nog steeds scrupules koesterde was in de oppositieplan nen vanaf 1940 bijna permanent ver disconteerd. Men wilde oprecht het eigen huis reinigen. Evenwel was. ook nu een voorwaar de, dat Duitslands tegenstanders tij dens de grote schoonmaak geen ge bruik zouden maken van de interne moeilijkheden. In dit opzicht kon de oppositie een gerechtvaardigd wan trouwen koesteren, want langzamer hand was het westelijke standpunt zo, dat men het vertrouwen in welke Duitse regering dan ook, had opge zegd en dat men eerst weieens daden wilde zien voor er over eventuele vrede kon worden gesproken. Een vicieuze cirkel INTUSSEN verlangde de oppositie van de westelijken een misschien té groot optimisme, teneinde de verlangde dacjen te kunnen wagen. Een vicieuze cirkel, welke pas in 1943 na de eerste grote militaire neder laag werd doorbroken door opeen volgende pogingen om Hitier te do den. „Laat maar komen wat komen moet", besloten de geschrokken ge wetens. „Hitier is de Duitse ramp. Laten we zien wat wij uit de chaos, die onvermijdelijk volgen moet, nog kunnen redden". Doch steeds speelde een duivels noodlot de aanslagplegers parten. Een ingenieuze, als cognacfles vermomde bom in een vliegtuig dat Hitler van Smolensk naar Duitsland bracht, na een inspectiereis langs het oostfront waarbij een arrestatiepoging door en kele militaire samenzweerders was mislukt, ontplofte niet. Generaal Hen- ning von Tresckow, die de bom had geplaatst, had de grootste moeite het vege lijf te redden. Een bom die was binnengesmokkeld in Hitiers hoofdkwartier mocht niet ontploffen, omdat Hitier de conferen tie waaraan hy zou deelnemen en die zijn laatste had moeten worden, te elfder ure afzegde. Een plan voor een pistoolaanslag tijdens een frontbezoek van Hitier werd overwogen en ver worpen wegens het gevaar voor op treden van Hitiers lijfwacht. Een ware wanhoopsdaad was het plan om Hitier te doden tijdens een bezoek aan het tuighuis in Berlijn, waar hij nieuwe uniformen zou be zichtigen. Een officier zou hem om helzen en tegelijkertijd enkele hand granaten, die hij in de zak zou steken, doen ontploffen daarmee zichzelf en de tyran dodend. Een geallieerde bom vernielde het tuighuis, eer Hitier zijn bezoek kon brengen Er werden plannen beraamd voor een „paleisrevolutie" met inschakeling van Himmler of Goering, die echter te laf of te weinig eerzuchtig waren om mee te doen. Alfred Speer, de minister voor Bewapening, liep zelfs met het plannetje rond om gifgas in het ven tilatiesysteem van de „Führerbunker" te blazen. De bom van 20 juli PAS op 20 juli 1944 ontplofte er werkelijk een bom in Hitiers directe nabijheid. Dit betekende de climax en tevens de ondergang van de georganiseerde Duitse oppositie. De bom in de Wolfsschanze doodde Hitier namelijk niet, doch verwondde hem slechts. Generaal Claus Schenk von Stauffenberg, die de bom had ge plaatst, meende echter dat de tyran IK schrift dit op woensdag avond, de vierde mei. Toen om 8 uur de torenklok sloeg ben ik met mijn kinderen voor het raam gaan staan. Een enkele motorrijder moest wor den gewaarschuwd, maar overi gens werd de stilte bijna tast baar hier in Oegstgeest. Mijn ge dachten gingen terug naar die bittere jaren, naar vrienden met wie we toen zo intens hebben ge leefd, omdat de diepste bronnen van het leven moesten worden aangeboord, en die hun verzet met de dood hebben betaald. Ik dacht aan de honger en de kou en de vele vernederingen, die we moesten ondergaan. Aan onze machteloosheid om te verhinde ren, dat de joodse landgenoten werden weggevoerd. Aan de ont zetting die ons beving als in die laatste oorlogswinter een exe cutiepeloton in de straten van de goede stad waar ik woonde, zijn luguber werk had verricht. In die enkele minuten kwam veel naar boven van de pijn en de ellende, die we hebben door leefd. Maar ook andere beelden zag ik weer. De avond van die vierde mei toen opeens overal de deu ren opengingen en iedereen jui chend de straat opging. En die vijfde mei toen heel de stad één vlaggenzee was en onze jongens en meisjes dansten in de stra ten, toen ik mezelf weer na maanden vrij mocht bewegen, bevrijd van spanning en waarom dat niet eerlijk toegegeven? Ook van angst. Nooit zullen zij, die dit alles intens hebben beleefd, het kunnen vergeten. Hebben mijn kinderen, met wie ik die paar minuten voor de ramen stond, het ook zo gevoeld? Ik weet wel zeker van niet. Zo het doorleven kan alleen maar een mens, die er zelf in 1945 met zijn hele hart bij is gweeest. Maar toch mag het niet geheel aan ze voorbijgaan. Ze moeten iets weten van onze ellende, op dat ze verstaan dat het een kost baar goed is te mogen leven in de vrijheid. Daarom hebben we er vandaag ook over gesproken in ons gezin. Die kinderen willen er ook wel iets van weten, daar om hebben ze met aandacht ge lezen wat er in de kranten over geschreven werd. Het is goed, dat er over ge schreven is door mensen, die dit toen hebben meegemaakt, zoals het ook goed is dat er in deze weken veel boeken met foto's en tekst over de oorlog en over de bevrijding in onze boekhandels verschenen zijn. Alleen door daarvan kennis te nemen, kan dat deel van ons volk, dat de be vrijding niet bewust heeft be leefd, gaan verstaan waarom het ging- Drie weken geleden was het Pasen. Toen is in alle kerken ook over een bevrijding gesproken, de grootste bevrijding aller tijden. Het is door een dichter aldus onder woorden gebracht: Ik denk aan het lied, dat eenmaal diep in donkere catacomben klonk en juichend zijn gelove riep, waardoor de dood tot niets verzonk: ,X)e Heer is waarlijk opgestaan! Geopen is door Hem de poort, waardoor wij in de glorie gaan van dit geloven in Zijn woord. De dag was donker van gevaar en leven zwaar door doodsgewicht Nu is de naam van leven waar want dood geeft leven vergezicht! In Christus, broeders, aarzelt niet, Waar Hij ons zelf is voorgegaan! Wij volgen met ons levenslied: De Heer is waarlijk opgestaan!" Hoe weten we daarvan? Iets dat zoveel eeuwen geleden is ge schied. We weten er alleen maar van, omdat er boeken der bevrijding geschreven zijn door mensen, die dat toen, zeer bewust, hebben beleefd. Ook deze boeken, waar in over deze bevrijding en over wat eraan voorafging wordt be richt, zijn in iedere boekhandel verkrijgbaar. Ze zijn geschreven, zegt Johannes, één van die schrijvers, opdat gij gelooft, dat Jezus is de Christus, de Zoon van God, en opdat gij gelovende, het leven hebt in zijn naam. P. J. Mackaay, Herv. predikant te Oegstgeest.. Zo stonden de leiders van de opstand van 20 juli voor hun rechters. Hier dr. Julius Leber, vooraanstaand sociaal-democraat, die een grote rol speelde in de Kreisauer Kreis. (Foto: Landesbildstelle Bonn) niet meer leefde. Terstond gingen de bevelen voor de militaire opstand, die gedurende jaren was voorbereid en waarvoor talrijke leidende figuren in het leger en in de burgermaatschap pij waren gewonnen, naar de in aan merking komende sleutelpersonen. In Berlijn werd het regeringskwartier be zet. In Parijs en Wenen werden SS- en Gestapo-autoriteiten gearresteerd en de politieke gevangenen bevrijd. Politiek of militair succes verwacht ten de samenzweerders niet meer. Daarvoor was het te laat. Hun enige streven is geweest, te redden wat er nog te redden viel ende morele reha bilitatie van althans d&t deel van het Duitse volk dat door de aanslag en de daarop volgende gebeurtenissen heeft getoond met eigen handen de terreur te willen vernietigen. De 20ste juli heeft inderdaad in het oog van de wereld zij het pas jaren later deze morele rehabilitatie op geleverd, doch tegelijkertijd is zij de noodlotslag voor de oppositie gewor den. Terwijl in het gehele Rijk, aan het front (o.a. in de sector welke werd gecommandeerd door veldmaarschalk Rommel) de oppositie haar gezicht toonde en zich zonder meer blootgaf, bepaalde Hitier gewond, maar niet gedood meedogenloze tegenmaat regelen. Diverse generaals, onder wie Fromm, commandant van het thuis leger, en regeringsgetrouwe leiders, voerden de tegenactie uit. Het aantal arrestaties beliep meer dan zevenduizend. Tegen de verant woordelijke leiders, onder wie velen van wie men nimmer reactie tegen het regime had verwacht, werd de dood straf als eenheidsvonnis uitgesproken. Niet minder dan 4980 doodvonnissen zyn op de wreedste manier, variërend van ophanging aan vleeshaken in de gevangenis Plötzensee in Berlijn tot aan «fluipmoord en dood door mishan deling toe, ten uitvoer gelegd. Tot in de meidagen van 1945 gingen de exe cuties voort! Duizenden anderen kwamen In de concentratiekampen terecht. De ter dood veroordeelden mochten zelfs geen B. Roest Crollius. „Noodsignalen en Hartsgeheimen". Stols/Barth 's-Gravenhage 1960. Wie zich de vorige bundel verhalen van Roest Crollius, getiteld „Vertrou welijke Vertellingen", nog herinnert en die gewaardeerd heeft, zal zich verheu gen in het verschijnen van deze nieu we reeks. Evenals de eerste zijn ook deze geschreven van uit de obsessie van de eenzaamheid, overwonnen door een milde ironie. Opvallend is dat deze nieuwe verhalen een grotere realisti sche inslag hebben. Dit krachtiger be trekken van de werkelijkheid in de lot gevallen van zyn individuen, heeft de schrijver er waarschijnlijk toe gebracht de eerste twee „Het Bezoek" en ,De Gast", de lichte toon van de anekdote geestelijke bijstand in hun laatste uren ontvangen. Rouwadvertenties waren op straffe des doods verboden en bitter cynisme de nabestaanden moesten de proceskosten en zelfs de beul betalen. Een rechtvaardig oordeel ENERAALS, politici, geleerden, -j geestelijken, kunstenaars dui zenden in totaal, hebben de tol van hun leven betaald met een moed die de grootste bewondering afdwingt. De 2Ö-ste Juli heeft slechts enkelen gespaard. Deze overlevenden van de Bartholomeusnacht der nazi's bestaan thans voort als voorbeelden van „de goede Duitser", indien al niet de „dolk stootlegende" wordt geloofd, dat de opstand van 20 juli de daad was van een groepje teleurgestelde, ambiteuze Pruisische generaals. De 20-ste juli was integendeel de slotfase van een ontwikkeling welke begon op een moment, dat miljoenen in Duitsland en daarbuiten nog op recht geloofden in Hitier als de pro feet van een nieuw Rijk, toen buiten landse staatslieden met hem paoteer den, diplomaten hem de hand reikten en op hem toostten en zelfs een man als Churchill zei: „Ik heb altijd ge zegd, dat ik hoop dat God ons een man als Adolf Hitler zal zenden, als Engeland ooit in de positie komt te verkeren waarin Duitsland zich in 1933 bevond..." Het is een kant van de gruwel die het Derde Ryk is geweest, welke vjj beslist niet over het hoofd mogen zien. In de eerste plaats omwille van een rechtvaardi-, historisch oordeel. Doch tevens als een aspect in onze beschouwingen over heden en toe komst. Hitler is weliswaar dood, doch de dictatuur bestaat nog in vele lan den; volwassen, zoals in de Sovjet- Unie, of in de kiem, gelijk in Indo nesië. Maar, evenmin als in het Derde Rijk, zo leert ons dit helaas fragmen tarische en beknopte overzicht van het Duitse verzet, zal de dictatuur ooit ergens ter wereld onbeperkt en absoluut kunnen zijn. Het geweten zal steeds een minderheidsfactor, een „ver geten groep" zelfs vormen. Doch zwij gen zal het nimmer. te geven. „De Gast" is niet veel meer dan een amusante dwaasheid, waar van men de pointe al bladzijden van tevoren ruikt. Het is eigenlijk jammer, dat het in deze voor het overige zo voortreffelijke bundel, is opgenomen. Want het is ongetwijfeld een vooruit gang, dat Roest Crollius de realiteit zo dicht bij de op het oog uitzonderlijke ervaringen van deze mensenzielen weet te plaatsen, dat men niet meer de indruk krijgt dat „zulke mensen er ook zijn", maar dat de mens in wezen zo is. Dat laatste is het beste wat een schrij ver bereiken kan; deze volledige over tuiging. Voor zover de handeling van een verhaal niet reëel te aanvaarden is, in „Stadhuis" bijv., is die handeling toch een logisch doortrekken van iets, dat reëel van oorsprong was. De ironie, waarmee de reëel lokettenmentaliteit van „Ik verlang een officieel stuk waaruit blijkt dat U degene is die U voorgeeft te zijn", in dit verhaal wordt volgehouden, letterlijk totterdood, is kostelijk en oorspronkelijk. Het laatste verhaal is een Sornero- verhaal. De schrijver heeft de jurist Sornero al enige malen als verteller op laten treden in min of meer metafi- sisch getinte geschiedenissen met per soonsverdubbelingen en verbeelde lief des. Persoonlijk acht ik deze verhalen minder sterk dan die, welke direct voorgedragen worden. „Noodsignalen en Hartsgeheimen" - de schrijver had geen betere titel kun nen kiezen voor deze uit de diepten van ie menselijke aard geputte merk waardigheden, die de hele octaaf van dwaas tot tragisch omspannen. Antoinette Neyssel. „Gesloten Grenzen". De Arbeiderspers. Am sterdam 1959. Antoinette Neyssel geeft in haar tweede Boekvink twee novellen op één thema. Haar „Gesloten Grenzen" zijn zeer echt, want zy worden gevormd door de grens tussen West- en Oost- Duitsland. In het titelverhaal gaat Maarten de Bruyne, die een bezoek brengt aan Berlyn, zijn jeugdvriend ontmoeten, die aan de andere kant van de demar catielijn toeft. Julius, een econoom, blijkt communist geworden en daar vriendschap tussen communist en niet- communist niet mogelijk is, sneeft de vriendschap. Maar Maarten ontmoet in Oost-Berlijn ook de grote liefde van zijn leven in de gestalte van het meis je Luise. Hoewel zij elkaar diep be minnen, wil geen van beiden zyn over tuiging loslaten. Luïse wil niet mee naar het oude Westen en Maarten voelt niets voor het Oosten. Een tra gisch afscheid is al wat him rest. Een uitermate moderne problema tiek, zal men op het eerste gezicht zeg gen. Toch herinner ik mU reeksen van dergelijke conflicten tussen gelieven. Alleen ging het vroeger om geloofs overtuigingen: een katholiek meisje en een protestantse jongen of omgekeerd. Ook de tweede novelle brengt niet veel verrassends. De aanvangspassage, met mama „op het lage met glanzende blauwe zij overtrokken bankje, voor haar kaptafel" en dochterlief, bloe- menplukkende in de tuin voor de ta felversiering - de vrolijke, onbezorgde lach van het meisje drong tot in de slaapkamer door -, kon zo uit een ouderwetse damesroman gelicht zijn. Men staat dan ook ietwat versteld, dat de eigenaar van de toilettafelmevrouw en de zomerse dochter, de op het pre sidentschap hopende partijman Leo Luka, in de cel wordt gesleurd. Maar goed, mogelijk gaat dat zo in de com munistische landen en kruipt het bur gerlijk bloed nu eenmaal waar het niet gaan kan. Dat Luka de strijd opgeeft als zijn dochter hem onder bedekte termen komt vertellen, dat zij met haar verloofde over de grens gaat vluchten, la we! aanvaardbaar. CLARA EGGINK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 13