„Bankier van het verzet" betaalde in totaal honderdenzes miljoen Geniale leiders vielen door moordenaarshand Ingenieuze manupilaties gaven uitkomst aan vele onderduikers DE BELASTINGINSPECTEURS KNOEIDEN OM HET HARDST.... NSF: uniek in bezet Europa SD trof het NSF in het hart Opgericht 1 maart 1860 Dinsdag 3 mei 1960 Derde blad no. 30039 Historie van het Nationaal Steun Fonds Financiering van verzet slaagde volkomen (Van onze Amsterdamse correspondent) Overmorgen, 5 mei, gaan de vlaggen uit! Nederland herdenkt dan de dag, waarop de bevrijders een eind maakten aan de onderdrukking van de Duitse bezetters. Nederland herdenkt ook die vijf donkere jaren, die aan die bevrijding vooraf gingen. Jaren van angst, leed, honger. Jaren ook van hardnekkige ondergrondse tegenstand. Het ver zet is een periode uit onze vaderlandse geschiedenis, die wij in tegen stelling tot vele zwarte bladzijden, met trots kunnen tonen. Dat verzet uitte zich in het uitgeven van illegale bladen en brochures, het verza melen van militaire en civiele inlichtingen, gewelddadige activiteiten tegen de vijand, maar ook in het helpen van personen, die door de Sicherheitspolizei werden gezocht en het inzamelen van gelden ten behoeve van de actieve verzetsarbeid. Pecunia nervus rerum. Zonder geld was het verzetswerk ondenkbaar. Sober relaas Een juistere verschijningsdatum van het boek „Het Nationaal Steunfonds- bijdrage tot de geschiedenis van de financiering van het verzet, 1941—1945" is dan ook nauwelijks denkbaar. Prof. mr. P. Sanders, hoogleraar aan de Economische Hogeschool te Rotterdam, die deze studie in opdracht van het Rijksinstituut voor Oorlogsdokumentatie heeft geschreven, heeft in een sober relaas van 180 pagina's de belangrijke rol beschreven, die het Nationaal Steun fonds in het verzet heeft gespeeld. Hoe belangrijk die rol was, blijkt uit een enkel cijfer: het NSF heeft ter finan ciering van het verzet meer dan f. 106 miljoen bijeengebracht. Gegroeid uit een organisatie de zeemanspot die uitsluitend gezinnen van de opvarenden der koopvaardij te hulp kwam, heeft het N.S.F. zich tot een machtig en wijdvertakt geheel ont wikkeld, dat met name van 19431945 niet meer weg te denken valt uit de ontplooiing van de Nederlandse illigali- teit. GROTE OFFERZIN Overigens omvatte het werk van het N.S.F. niet alle geldinzamelingen, die voor het verzetswerk zijn gehouden. Reeds onmiddellijk na de Duitse inval in 1940 verleenden tallozen directe steun aan degenen, die zij in nood en gevaar wisten. Daarnaast kwamen al spoedig kleine organisaties, die brodeloos geraak te geestverwanten bijsprongen. Een vol ledig overzicht is niet te geven. Wel is bekend, dat in kringen van de oude SD.AP. f. 400.000 werd bijeengebracht, de AR. Partij zamelde f. 150.000 in ter ondersteuning van journalisten, die weigerden de Nazi's naar de ogen te zien, in Leiden werd f. 60.000 bijeenge bracht voor steun aan gezinnen van hoogleraren, die ontslag hadden geno men of gekregen, de r.-k. kerk collec teerde f. 15 miljoen voor degenen, die hun betrekking hadden verloren, een collecte in de Hervormde Kerken bracht f. 700.000 op voor jpodse en andere on derduikers, bij andere kerkgenootschap pen bleek een soortgelijke offervaardig heid en de communistische partij Nederland zamelde van 19401943 ruim f. 700.000 in. Daarnaast had vrijwel iedere verzetsgroep de noodzaak gevon den om ter voortzetting van het werk inzamelingen te houden. DE „ZEEMANSPOT" De eerste financieringsinstelling van betekenis was de z.g. „zeemanspot". In 1941 verbood de bezetter de uitbetaling van de volledige salarissen aan gezinnen van zeeheden, die in geallieerd verband voeren. De Nederlandse regering te Lon den reageerde hierop door zich garant te stellen voor deze salarissen en de be volking op te roepen de zeemansgezin nen te steunen met geld, dat dus later zou worden terugbetaald. Aanvankelijk beperkte die hulpverlening zich tot de activiteit van tal op zichzelfstaande kleine organisaties. In 1942 werd de zaak overkoepeld in de zeemanspot. In deze organisatie vonden de twee mannen, die later het N.S.F. zouden opbouwen, elkaar: Walraven van Hall (de jongere broer van de huidige burgemeester van Amsterdam), commissionair in effecten te Zaandam, en Iman J. van den Bosch, een oud-marineman, die chef van de expeditie bü Philips in Eindhoven was. Walraven van Hall GECAMOUFLEERDE LENINGEN Walraven van Hall was de uitvinder van het ingenieuze systeem, waarbij het mogelijk werd geldleningen te sluiten zonder dat de leninggevers daarbij ge vaar tegenover de bezetter zouden lopen. Hun namen mochten nergens worden geregistreerd. Als bewijs voor de geld lening zou gelden een waardeloos effect, een oud markenbiljet of eenzilverbon. Het was nu alleen nodig een lijst van deze stukken aan te leggen met, des noods in code, het bedrag van de lening, die na de oorlog zou worden terugbe taald. Hoe knap de Duitse speurhonden ook waren, zij zouden zo de lijsten hun in handen zouden vallen moeilijk kunnen nagaan, wie de eigenaar was van b.v. 4Vj obligatie Wladikawkas 1896 no. 91615 of van een zilverbon van f. 1.— serie no. 65782. De leningen werden dus op gecamou fleerde wijze geregistreerd en als code werd achter de naam van het waarde loze effect b.v. 5x geschreven, hetgeen f. 5000.betekende. Om de administra tie niet te omslachtig te maken, werden alleen leningen van f. 1000.of meer geaccepteerd. Vele miljoenen guldens kwamen op deze wijze binnen. Moeilijker werd de afrekening, waar van uiteraard na de bevrijding bewijzen op tafel moesten komen. Walraven van Hall eiste kwitanties en stuitte hiermee aanvankelijk op veel verzet, met name van zijn medewerker Van den Bosch. Zij kwamen tnslotte over deze kwestie, ook in het latere N.S.F., tot volledige over eenstemming. De kwitanties werden als onvermijdelijk, ondanks de bezwaren, geaccepteerd. LANDROTTENFONDS Al spoedig, nadat de arbeidsinzet met het wegvoeren van arbeiders naar Duits land op gang kwam, bleek het nodig naast de zeemanspot een „Landrotten- fonds" te stichten, ter ondersteuning van de onderduikers. Van Hall en Van den Bosch wierpen zich ook op deze taak. Het bleek echter noodzakelijk de zeemanspot van het nieuwe NBR. ge scheiden te houden. Immers, voor de „zeemanspot" had men de garantie uit Londen, waarop leningen konden worden afgesloten, terwijl het N.S.F. moest trachten schenkingen te krijgen of gel den, die werden gegeven als lening met de wetenschap, dat de regering ze wel licht niet zou terug geven. Het bleek zeer moeilijk de financiering van onderdui kers en andere slachtoffers van de Duitsers op de lange duur vol te houden. Men slaagde er echter in via de belas tingdienst en het bedrijfsleven toch een flink fonds te vormen. GARANTIE Via tal van Engeland-vaarders werd de regering in Londen duidelijk gemaakt hoe belangrijk het was, dat het N.S.F. over meer geld kreeg te beschikken. Dit resulteerde eind 1943 in een bescheiden toezegging, die per telegram onder de schuilnaam „kaaskop" naar Nederland werd gebracht: het N.S.F. kreeg een garantie voor een totale uitkering van f. 200.000. Nadat opnieuw op de nood zaak van een vèr strekkende garantie werd aangedrongen, bereikte het N.S.F. een door minister-president Gerbrandy ondertekend en per microfoto overge bracht schrijven, waarin een machtiging werd gegeven tot uitbetalingen van in totaal f. 30 miljoen, waarvan f. 20 mil joen op een door de regering nader te bepalen tijdstip ter beschikking zou komen. De terminologie was wat slordig, want de argeloze lezer zou denken, dat het om een gewoon krediet ging en men slechts om betaling behoefde aan te kloppen. Bij wie? Bij de NSB-er mr. M. M. Rost van Tonningen van de Neder- landsche Bank ERKENNING Ook later bleek men in Londen geen juist inzicht te hebben in de werkelijke situatie in het bezette gebied, aldus constateerde prof. Sanders thans in zijn geschiedboek. Op 2 augustus 1944 kwam de tweede machtiging: men mocht over gaan tot distributie van de f. 20 miljoen. Voor het NSF betekende dit niet al leen meer mogelijkheden tot het verkrij gen van geld via leningen, maar ook, dat de organisatie zich als een centraal hulpverleningslichaam erkend voelde. Het aantal gijzelaars en onderduikers narp van maand tot maand toe en de uitgaven gingen met sprongen omhoog. Met de regeringsgarantie achter de Zij stonden aan de goede kant Belastinggelden vloeiden naar het verset Van meet af aan is in Neder land tijdens de Duitse bezetting verzet geboden tegen de overwel diger. Van meet af aan heeft men er geld voor nodig gehad. Men moest aanvankelijk honderden, la ter honderdduizenden personen steunen, die door de vijand ge zocht werden. Op tal van wüzen is het beno digde geld bijeengebracht en ge distribueerd. In dat proces heeft één speciale geheime organisatie een vitale en onmisbare rol ge speeld: het Nationaal Steun Fonds. Onder de bezielende leiding van Walraven van Hall en Iman J« van den Bosch heeft het N.S.F. zich ontwikkeld tot een organisa tie, nniek in geheel Europa. Men kan haar het best aanduiden als ,,De bankier van het verzet". Met ingenieuze middelen wist het N.S.F. f. 106 miljoen aan het ver zet dienstbaar te maken. Het optreden van het N.S.F., gektyimerkt door moet}, vinding rijkheid en integriteit, wordt door prof. mr. P. Sanders in zijn boek over de financiering van het ver zet uitgebeeld, grotendeels aan de hand van lange gesprekken, die de auteur na de oorlog met meer dan 100 personen gevoerd heeft, die nauw bij de leiding en de werkzaamheden van de orga nisatie betrokken waren. Over het algemeen zijn in het boek de ware namen van de me dewerkers van het N.S.F. niet vermeld. Het gebruik van schuil namen waarvan de sleutel zich in de collectie van het Rijksinsti tuut voor Oorlogsdocumentatie bevindt is echter geheel in over eenstemming met de geest, die het N.S.F.-werk heeft gekenmerkt: een geest van onbaatzuchtigheid en integriteit, waarin enkele dui zenden landgenoten een prachtig stuk verzetswerk hebben verricht. hand werden twaalf grote banken bena derd om elk f. 200.000 te lenen op een speciale wijze, waardoor deze leningen niet in de boeken zouden voorkomen. Ook de grote levensverzekeringsmaat schappijen werden bewerkt. Een NSF- medewerker zegt hierover: „Wij wogen f. 100.000 in bankpapier en gaven dit aan het NSF. Wij borgen op: een kwasi- ton in een verzegelde enveloppe met pre- Belastingambtenaren staan bekend als nauwgezette en integere werkers. Zy willen graag, dat die indruk be stendigd blijft. Daarom is in het hoofd stuk „Belastingverzet" in het boek over het Nationaal Steun Fonds van prof. mr. P. Sanders geen enkele naam van inspecteur of ontvanger der belastin gen genoemd. Immers, de financiële manipulaties, die tal van hooggezeten belastingfunctionarissen tijdens de oor log ten behoeve van het verzetswerk op hun naam hebben staan, zouden in vre destijd gepleegd, met vele jaren gevan genisstraf gestraft worden De belastingdienst deed in maart 1943 zijn intrede in het verzet. Op die datum dreigde de kas van de Onder steuningsorganisatie .Zeemanspot" de dupe te worden van de verordening, waarbij de bankbiljetten van f. 500. en f. 1000.— waardeloos werden ver klaard. Niet vergeefs werd toen een beroep gedaan op enkele belasting inspecteurs. die uit hoofde van hun functie wisten, waar zich liquide mid delen zouden bevinden. Zij konden zodoende medewerken, dat de grote biljetten op legale wijze werden onder gebracht. Valse aangiften Ook illegaal is medewerking ver leend ten behoeve van joodse medebur gers, die door deze maatregel van hun liquide middelen beroofd dreigden te worden, en wel op deze wijze: de aan gifte van een vertrouwd persoon, die daarvoor zijn medewerking wilde ver lenen, werd gewijzigd, zodat deze bijv. in plaats van f. 100.000.aan effecten f. 100.000.aan contanten opgaf, waar na de inspecteur de beschikking gaf op grond waarvan de f. 100.000.— door de ontvanger werden ingewisseld. Deze methode werd later nog ver fijnd, doordat men de medewerking van een belastingplichtige overbodig maakte. Men werkte eenvoudig met een fictieve belastingplichtige en een fictief dossier. Op kleinere inspectieswerd bijna f. 800.000.ontvangen. kon met vrucht het volgende systeem worden toegepast. Er werd een volko men normale aanslag opgelegd, echter met een speciaal artikelnummer, bijv. boven de 8000. De ontvanger, die mede in het komplot was, wist daardoor, dat, wanneer een dergelijke aanslag werd voldaan, hij het bedrag niet in zijn verantwoording moest opnemen, welke maandelijks naar Den Haag werd ge stuurd. Het bedrag werd in een ge heim journaal geboekt en aan de in specteur ter hand gesteld, die het ten goede van het N.S.F. liet komen. Inspecteur ontving Een andere methode, welke overal kon worden toegepast, bestond hierin, dat voor verschuldigde inkomstenbe lasting, ondernemingsbelasting, vermo gensbelasting of vennootschapsbelas ting geen aanslag of navorderingsaan slag ten kohiere werd gebracht. De ver schuldigde belasting werd betaald aan de inspecteur in plaats van aan de ontvanger.'Soms moest men de belas- tingplechtige nader inlichten om hem tot een dergelijke abnormale wijze van betalen te bewegen, maar vaak viel het hem niet eens op. Dan was er de uitstel van betaling". In overleg met de belastingplichtige betaalde deze echter toch op tijd en wel in handen van de inspecteur. Ook kwam het voor, dat de inspecteur een bevelschrift opmaakte tot verminde ring van een betaalde aanslag, zon der dat in werkelijkheid enige aan spraak op vermindering bestond. Een inspecteur verleende tot een bedrag van bijna f. 300.000.aan fictieve te ruggaven voor omzetbelasting. In de inspectie Rotterdam, waar grote bedragen waren verschuldigd wegens accijnzen, werd voor deze be dragen .uitstel verleend". In werke lijkheid werden zij tegen afzonderlijke kwitantie ontvangen. Bij de ontvanger berustte te dien einde een kwitantie boekje. getiteld „geleend ten behoeve van het' onderwijs". Op die manier Hongerwinter ivas de vuurproef Het huis aan de Leidsegracht 48. waar het hoofdkwartier van het N.S.F. was gevestigd. Door een simpele aanduiding in de agenda van een gearresteerde verzetsman greep de S.D. in. Op 27 januari 1945 werden hier Walraven van Hall en vier van zijn medewerkers gegrepen. (Foto afgestaan door Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie) cies hetzelfde gewicht aan krantepa pier. Op de enveloppe stond: „Deze en veloppe bevat geld voor noodrantsoe nen voor personeel en mag slechts in noodgeval in presentie van de directie worden geopend'. Zij was voorzien van de handtekeningen van de president commissaris en de directie. OPPOSITIE Prof. Sanders gaat in zijn boek uit voerig in op tal van moeilijkheden, die zich in de illegaliteit afspeelden. Een er van was de oppositie van Limburgs zijde, waar men het onjuist vond, dat alleen het NSF garanties uit Londen had ge kregen. Het was dr. L. Neher van het nationaal comité, die hier een bemidde lende rol heeft gespeeld. Niettemin zond Limburg een afgevaardigde naar Lon den om daar een andere grondslag voor de financiering te bepleiten, namelijk uitgaande van de geestelijke stromingen in ons volk. De regering heeft haar inzicht echter niet gewijzigd en beperkte de garantie verlening uitsluitend tot het NSF Do spoorwegstaking stelde het NSF door de enorme toeloop van onderdui- De hongerwinter is voor het Natio naal Steun Fonds de vuurproef ge weest, die het met bovenmenselijke inspanning glansrijk heeft doorstaan. Inspanning op ieder gebied: bij de géld- creatie met medewerking van de kop stukken op financiëel terrein in den lande, geestelijke en zware lichame lijke inspanning van leiders en mede werkers, die onvermoeid de talloze taken, die op hun schouders rustten tot een goed einde wisten te brengen, en doorzettingsvermogen om ondanks de vele tegenslagen, die het werk on dervond, tot het einde toe vól te hou den. Bij dit alles het voortdurend tast baar aanioezige gevaar van een des perate vijand, die niets naliet om op standig Nederland met slag op slag te treffen. In het boek, waarin prof. mr. P. San ders de geschiedenis van het NSF heeft beschreven, lezen wy, dat er na Dolle Dinsdag, in september '44 de zwaarste slagen zijn gevallen. Niet minder dan 85 medewerkers zijn gesneuveld. Onder hen bevonden zioh de twee steunpilaren Van de verzetsarganisa/tde Iman J. van den Bosdh en Walraven van Hall. kers voor enorme problemen. Daarbij kwamen de wrijvingen tussen de directie van de Spoorwegen en de NSF-leiding, waarover in het onlangs verschenen boek over de spoorwegstaking eveneens uitvoerig is geschreven. De Spoorwegen stelden zich op het standpunt, dat de lonen voor 100 aan de stakers moes ten worden uitbetaald, terwijl het NSF de spoormannen niet meer wilde geven dan de steunnormen, die voor alle on derduikers golden. Won Walraven van Hall de strijd, dat zijn organisatie de touwtjes van de uitbetalingen in han den kreeg, zo won ir. Hupkes het geschil over de hoogte van de uitkeringen: de spoorwegstakers kregen het volle loon met daarenboven nog een kerstgratifi catie. GENIALE VERVALSINGEN Het was duidelijk, dat er nieuwe geld bronnen moesten worden aangeboord. De spoorwegstaking alleen al vergde een aderlating van f. 5 miljoen per maand. Particulieren, banken en bedrijfsleven waren reeds eerder ingeschakeld en ook de belastingdienst had al belangrijke medewerking verleend. Er bleef nog één weg open: de Rijksfondsen, waar men tot dusver niet had kunnen aankloppen, omdat deze onder controle stonden. Toen werd het geniale plan ontwik keld, waarin mr. G. van Hall, de huidige burgemeester van Amsterdam zo'n be langrijke rol heeft gespeeld: het werd de grootste „zwendetzaak" uit de financiële geschiedenis van ons land. Prof. San ders zet deze ingewikkelde financiële manipulaties uitvoerig uiteen. Het komt in het kort hierop neer, dat het NSF valse schatkistpromessen liet vervaar digen. die onder de ogen van de NSB- directie van de Ned. Bank werden ver wisseld voor de echte, welke vervolgens werden uitgewisseld met de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank, die deze exemplaren ruilde voor schatkist-pro messen, die op handelsnaam stonden en konden worden verzilverd. Het aantrekkelijke van deze falsifica tie was, dat een promesse minstens f. 100.000 groot was, waardoor er betrek kelijk weinig behoefde te worden aange maakt. Deze truc speelde het NSF het kapitaal van f. 51 miljoen in handen. Hiermee kon men ruimschoots door de hongerwinter komen. AFWIKKELING Het NSF. de „bankier van het verzet", is als instituut enig in Europa geweest. De illegaliteit in Frankrijk bijv. kon van Noord-Afrika uit van geld worden voor zien. Nederland miste iedere communi catie met zfjn regering in Londen. Bij zonder is wel de zeer accurate boekhou ding, die kenmerkend was voor het NSF, zodat na de bevrijding iedere le ning tot op de cent nauwkeurig kon worden teruggestort. De toen in het le ven geroepen stichting, die de afwikke ling voor haar rekening nam, hield zelfs nog geld over, waaruit diverse instellin gen, zoals de Stichting '40-'45, nog enig profijt hebben mogen trekken. Prof. Sanders komt in zijn boek tot dezelfde conclusie als die van de en quêtecommissie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal: „aan de perfecte organisatie van het NSF is het te dan ken, dat de financiering van het verzet - de spoorwegstaking daaronder begre pen - ten volle geslaagd is". Iman J. van den Bosch. IN DE VAL Van den Bosch, die sinds 1942 in Gro ningen was ondergedoken en de centrale fig-uur was van het NSF voor de vijf noordoostelijke provincies, werd in het najaar van 1944 verzocht de leiding op zioh te nemen van de overkoepeling van het gewapend verzet in Groningen. In het grote belang van een ongestoorde fi nanciering van het verzet, dat mede door de spoorwegstaking gigantische af metingen had aangenomen, meende hij dit niet te moeten aanvaarden en be paalde hij zich tot het geven van advie zen. Helaas is dit hem toch nog nood lottig geworden. Op 18 oktober 1944 werd hij door een ongelukkig toeval opgewacht door de SD op een vergaderplaats en ofschoon hij het gevaarsignaal op het laatste ogen blik opmerkte en doorliep, achterhaalde een Duitse kogel hem. Hij werd in de schouders geraakt. Na enige pijnlijke verhoren, die hij als een man doorstond, zonder iets los te laten, was de ring om hem gesloten. Op 28 oktober werd het vonnis te Westerbork voltrokken. De verzetsstrijder „Van Dijk" zegt over hem: .Rechtop en onversaagd waöhtte hij de kogel van zijn moordenaars en on der de uitroep „Leve de Koningin" viel een van onze meest vooraanstaande ver zetslieden, een onzer edelste mannen, voor zijn vaderland." ZAKBOEKJE Eveneens een toeval, eveneens een vergadering, hebben geleid tot de dood van Walraven van Hall. de leider van het NSF in het Westen. Van Hall was niet alleen de financier van de illegali teit, hij zorgde tevens voor de samen bundeling van het verzet. Steeds wist hij groepen, die gespannen tegenover el kaar stonden, tot elkaar te brengen en te zorgen, dat de samenwerking tot stand kwam. Zijn aandeel in het lande lijk werkcomité, dat speciaal in het le ven was geroepen om de maatregel van de bezetter tot arbeidsinzet van alle mannen van 16 tot 40 jaar te doen mis lukken. is hem noodlottig geworden. Op 26 januari 1945 werd een zekere „Hugo" gearresteerd, in wiens zakboekje de SD op de volgende dag de aanduiding .Land.W. 12.30 LG" aantrof. Tijdens het verhoor gaf „Hugo" te kennen, dat hier mee bedoeld werd, dat op die dag om 12.30 uur op de Leidsegracht een verga dering van het landelijk werkcomité zou plaatsvinden. Na de oorlog verdedigde hij zijn loslippigheid door te zeggen, te hebben gemeend, dat iedereen voor die tijd wel van zijn arrestatie op de hoogte zou zijn gebracht, zodat de vergadering op de Leidsegracht wel niet zou door gaan. SLACHTOFFERS Maar de arrestatie van .Hugo" bleek niet bekend en op die noodlottige zater dag stapten vijf verzetsleiders, onder wie Walraven van Hall, het huis aan de Leidsegracht binnen en daarmee ook de val. die de SD hier had opgezet. Van Hall werd naar het huis van be waring aan de Weteringschans gebracht. Er was nog hoop. De SD wist nog niet. dat zij met Van Hall de veelgezochte „Van Tuil" gevangen hadden. Die hoop bleek ij del. Een medegevan gene venried zijn identiteit. Wallie van Hall werd op 12 februari 1945 met enke le anderen, onder wie Frits Nieuwen- huysen, de secretaris van het Nationaal Comité, in Haarlem-Noord gefusilleerd. Zo ontvielen het NSF zijn beide hoofd figuren. Hun werk werd echter voort gezet. Geen van de ondersteunden, geen van de verzetsgroepen, die op de finan ciering waren aangewezen, hebben ge weten hoezeer de Duitsers het NSF in het hart hadden geraakt. De bezieling van de gevallenen heeft tot het einde haar uitweiding op degenen, die verder gingen niet gemist. Militair verongelukt In de legerplaats Nunspeet is gister - middeg een ongeluk gebeurd, dat het le ven heeft gekost aan de 21-jarige sol daat eerste-klasse L. L. M. Lemmens uit Boxtel. Deze stond bjj een garagedeur, toen een chauffeur een zware trekker in de garage wilde plaatsen. Door nog on opgehelderde oorzaak raakte soldaat Lemmens met het hoofd tussen de trek ker en de deur bekneld. Hij werd naar het Piusgesticbt te Harderwijk overge bracht, doch bleek bij aankomst daar te zijn overleden. De marechaussee stelt 'n onderzoek in naar de toedracht. Het slachtoffer behoorde tot de staf- oompagnie logistieke brigade in de le gerplaats Nunspeet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 9