HET WONDERKIND UIT HOLLAND Kleine psychische storing kan dodelijk ongeluk veroorzaken Een Zoeklicht Amerikaanse deskundigen verzamelden belangrijke gegevens WOORD VAN BEZINNING DE WERELD IS ANDERS GEWORDEN Op 11-jarige leeftijd student Zaterdag 23 april 1960 Automobilisten opgepast(I) De Pacific Highway in Californië, waar ondanks de vier verkeersbanen vele verkeersongevallen voorkomen (Bijzondere medewerking) Ook U kunt vandaag, morgen of volgende week een ver keersongeluk veroorzaken. Zou dit, onverhoopt, gebeuren, dan is er een kans van 80 dat de verklaring gevonden moet worden in een kleine storing of ontsporing van Uw persoonlijkheid. Het be hoeft maar een heel korte geestelijke inzinking te zijn, die in de regel volstrekt ongevaarlijk is, maar die, als U achter het stuur zit, Uw reactiesnelheid verminderen, Uw beoordelingsvermogen ongunstig beïnvloeden of U blind maken kan voor de gevaren van de weg. DE wereld is anders gewor den. Een dergelijke op merking zal weinig tegen spraak ontmoeten, vooral bij oudere mensen, die deze we reld In korte tijd verbazingwek kend zagen veranderen. De wereld is kleiner geworden: ,,er zijn geen afstanden meer". Binnen enkele minuten weten we wat er aan de andere kant van de wereld gebeurt. Er is geen volk, dat kan leven zon der rekening te houden met andere volken. De wereld is kleiner geworden en zelfs zo klein, dat de mens zijn onder zoekingen tot ver in het heelal uitstrekt: deze aarde lijkt niet interessant genoeg meer. te ontkennen. Stelt u zich ech ter voor, dat op een goede dag de kranten verschenen met grote koppen: de wereld is An- ders geworden! U zoudt een zucht van verlichting slaken: eindelijk! Want we willen alle maal deze wereld anders: be ter, gaver, veiliger. We willen allemaal graag leven in een wereld zonder spanningen, zon der rampen, zonder levensge- maakt. Ook wordt niet bedoeld, dat de mensen anders gewor den zijn, beter of slechter. Het gaat hierom: deze wereld heeft niet meer het laatste woord. De wereld, waarin wij leven, is niet de laatste wer kelijkheid. Hoevelen leven niet, alsof deze wereld wel het laat ste woord *heeft (en met de donkere dreiging van de kern wapens zal dat een onheils woord zijn) Over de afgelopen week lag nog de glans van het Paas feest. Het feest, waarop dat vaststaande feit werd geprocla meerd: deze wereld is anders geworden, omdat er Iemand in ons midden is geweest, voor Maar de wereld is ook groter geworden en dan met name in de sfeer van de problemen, in de sfeer van de spanningen, in de sfeer van het geweld; die zijn alle wereld-omvattend. Daar zit duidelijk de groei in naar een top (vandaar top-con- ferenties?). En ongetwijfeld was, wat vroeger in genoemde sferen plaatsvond, een kinder stadium vergeleken bij nu. Zonder dat we zouden willen beweren, dat de mensheid nu in het stadium der volwassen heid is aangeland (dan zou ze wijzer, evenwichtiger moeten zijn). Maar goed, de wereld is an ders geworden. Zoals boven omschreven, valt het niet vaar. Wat wordt er niet ge daan om deze wereld anders te maken. We kunnen nooit zeggen, dat het aan pogingen daartoe ont breekt. Dat alles neemt niet weg, dat de wereld toch niet zó anders is geworden, als wij in onze stoutste dromen hopen en wensen. Vele pogingen blij ven slechts pogingen en de kranten kunnen ons nog niet melden als resultaat van aller inspanning: deze wereld is an ders geworden. Toch is er een dergelijk be richt en het wordt als een vast staand feit geproclameerd. En daarbij wordt niet gedoeld op de ontwikkeling, die de wereld heeft doorgemaakt en nog door Dit zijn zegt Michael Ja- cot geen ijdele bespiegelin gen van een studeerkamer psycholoog, maar feiten, geconstateerd door samenwer kende verkeersdeskundigen en psychiaters in Canada en de Verenigde Staten tijdens hun onderzoekingen naar de fun damentele oorzaken van verkeersongevallen. Aan de uit komsten van die onderzoekin gen wijdt Jacot deze beschou wingen. ter bleken anti-sociaal te zijn en alle brokkenmakers waren impulsief en onrijp. Onbewuste gevoelens van minderwaardigheid en vijandigheid probeert men vaak te compenseren door de gaspedaal diep in te druk ken", zei dr. E. J. Kelleher, direc teur van een psychiatrisch instituut in Chicago, waar verkeerszondaars worden getest. Dr. Kelleher is van oordeel, dat roekeloze automobilisten, die de verkeersvoorschriften overtre den, omdat zij dat prettig vinden, zulks vaak doen om daardoor hun emotionele spanningen geheel of ten dele te doen verdwijnen. Grote geestentoch mensen (VII) Op het einde van de 15de en het begin van de 16de eeuw zwermen Columbus, Vasco da Gama en andere koene ontdekkingsreizigers uit over de oceanen op zoek naar nieuwe landen. Als zij, thuisgekomen na hun ontdekkingen, vertellen over de onmetelijke rijkdommen, die zij aantroffen in de onbekende gewesten, welke zij bezochten, ont waken bij hun landslieden de winzucht en het verlangen naar avontuur. Weldra ontstaat tussen de Europese volkeren een ware wedloop om het eerste in de verre en rijke landen overzee voet aan wal te zetten en koloniale rijken te stichten. Zoals het altijd gaat, wanneer er geld op het spel staat, zo is het ook thans: de concurren ten gunnen elkaar het licht in de ogen niet. Zij zien er niet tegen op eikaars schepen te plunderen. Met de wapenen in de vuist bestrijden zij elkander de pas ontdekte gebieden. Roof en ruzie zijn aan de orde van de dag. Zware gevallen Deskundige onderzoekers in de Canadese provincie Ontario kwamen tot de slotsom, dat 80 van alle auto-ongelukken die in Canada jaarlijks aan drieduizend mensen het leven kosten hun oorzaak vinden in psychische storingen bij automo bilisten. Meestal zyn het lichte sto ringen, maar ook ernstige gevallen komen voor. Zo stelden de deskundi gen van een psychiatrisch instituut in Chicago vast, dat 40 van de verkeersovertreders in die stad een zodanige psychische gesteldheid heb ben, dat zij zich zouden moeten on derwerpen aan een psychiatrische behandeling. Lichte gevallen OOK .lichte gevallen" kunnen echter fatale ongelukken ver oorzaken. De experts wijzen er met nadruk op, dat ieder mens onderhevig is aan kleine geestelijke of psychische storingen, die zeer ge vaarlijk kunnen zijn in het verkeer, vooral in het snelverkeer. ,,De ge vaarlijkste automobilist", aldus in specteur Witts (Ontario), ,,is de man, die zichzelf een goede rijder vindt en waant geen last te hebben van sto ringen. Vooral deze mentaliteit kAn ernstige gevolgen veroorzaken". Dr. J. W. Lovett-Doust, verbonden aan het Psychiatrisch Hospitaal te Toronto, ,zei, dat men zich waarlijk niet behoeft te schamen, als men zich eens een beetje irrationeel ge draagt. ,,Het bewijst alleen maar, dat iemand menselijk is". Maar om dat zelfs de meest begrijpelijke kleine psychische storing kan leiden tot doden en gewonden, als men achter het stuur zit, ,,is het uiterst belang rijk, zo'n storing zelf vast te stellen en er ernstig rekening mee te hou den als men rijdt!" Hoewel het vaststaat, dat er een nauw verband is tussen psychische storingen en onverantwoordelijk rij den. geven de psychologen en psy chiaters niettemin toe. dat er nog heel veel onderzoekingen nodig zullen zijn alvorens zij alle antwoorden zul len weten, die zij op den duur willen en zullen moeten geven. ,,Er zullen nog jaren nodig zijn om het nodige materiaal bijeen te brengen", zei kolonel Walter Reynolds, commissa ris van verkeersveiligheid in Ontario, „maar de feiten, die wij thans ken nen", zijn reeds bezwarend genoeg". Hoe bezwarend zij zijn, bleek bij voorbeeld in de plaats Londen (On tario). Dr. William Tillman onder zocht daar eens 76 taxichauffeurs om na te gaan of de .brokkenmakers" onder hen onderling punten van over eenkomst vertoonden. De chauffeurs, die nooit een ongeluk hadden gehad, kwamen bü de tests goed uit de bus. der brokkenmakers ech- Rulm 60 DAT lang niet alle verkeersonge vallen het gevolg zijn van lichte, dus van min of meer normale. psychische storingen, bleek duidelijk in Detroit. In de Kli niek voor Verkeersveiligheid (een soort Psychiatrische Rechtbank") aldaar onderzocht men eens 832 ver keerszondaars. Toen bleek, dat slechts 79 hunner geen ernstige psy chische problemen hadden. Negentig anderen waren zwakzinnig of op de rand van zwakzinnigheid, terwijl 154 automobilisten uit die groep van 832 een minder dan middelmatige intel ligentie hadden. De overige 509 leden aan ernstige storingen als, bij voor beeld, alcoholisme, seniliteit, para noia en schizophrenie. Het meest alarmerende van deze uitkomsten is, dat er dus zeer veel mensen zijn, die een officiële ver gunning hebben om een auto te be sturen, maar wier potentieel zeer ge vaarlijke afwijkingen niet onderkend werden. ,,Wij hopen zover te komen", aldus kolonel Reynolds, ,,dat wij iemand, die als het ware voorbestemd is om brokken te maken, kunnen ontdek ken, als hij een rijbewijs aanvraagt. Dan kunnen we misschien zorgen, daht hij geen of een minder groot ge vaar op de weg wordt". In Ontario heeft men al enige stap pen in die richting gedaan. Zowel de aanvrager van een rijbewijs als een verkeerszondaar kan daar gedwongen worden een doktersverklaring over te leggen, waarin de arts verzekert, dat de man (of vrouw) geestelijk en lichamelijk gezond is, dan wel defec ten vertoont. Die attesten worden be studeerd door een medische commis sie, bestaande uit een psycholoog, een psychiater en een huisarts. Deze commissie kan aanbevelen, geen rij bewijs uit te reiken of een bestaand rijbewijs in te trekken, eventueel tot dat de lichamelijke en geestelijke ge steldheid van de aanvrager (houden weer aan de noodzakelijke eisen za' voldoen. De autoriteiten weten, da' dit systeem nog verre van volmaak' is en dat bij routine-onderzoekingen de kans bestaat, dat een aantal po tentieel gevaarlijke rijders niet ont dekt worden. De voorstanders van het systeem hebben hun hoop geves tigd op ingrijpende verbeteringen, die vermoedelijk mogelijk zullen zijn zo dra de uitkomsten bekend zijn var de onderzoekingen en studies, die ee> speciale commissie thans doet. In andere Canadese provincies men minder ver dan in Ontario maar ook daar is reeds de neiging bespeurbaar om te komen tot een verplicht psychologisch onderzoek voor aanvragers van rijbewijzen. (I.O.R. - Leldsch Dagbhid) MAAR middenin deze strijd, mid denin de tijd waarin een van deze volkeren het. Neder landse in het Verre Oosten een geweldig koloniaal rijk grondvest, staat er in zijn midden een man op, die tot de dag van heden beroemd is geble ven als de eerste, die aan ruzie en roof een einde wilde maken door een voor alle volkeren aanvaardbare rechtsgemeenschap in de wereld te vestigen. Die man is de beroemde Ne derlandse grondlegger van het volken recht: Huigh de Groot of met zijn verlatynste naam Hugo Grotius. Een kind overtroeft oude rotten GEBOREN te Delft in 1583 uit een oud geslacht van regenten en geleerden .geeft hij al heel jong blijk van een uitzonderlijke begaafd heid en een geweldige leergierigheid. Op elfjarige leeftijd wordt hij stu dent aan de Leidse Uiniversiteit. Een jaar later verschijnen zijn eerste pu- blikaties: een Latijns en een Grieks ge dicht. Op zijn veertiende jaar verde digt hij stellingen op rechtsgeleerd heid, wijsgerig en wiskundig gebied. In 1598 vergezelt hij de Nederlandse landsadvocaat Jolian van Oldenbar- nevelt op een diplomatieke zending naar Frankrijk. Hier wordt hij nauwelijks vijftien jaar oud aan de Franse koning Hendrik IV voor gesteld als „het wonderkind uit Hol land!" Teruggekeerd naar zijn vaderland vestigt de jonge geleerde, die niets liever zou doen dan zijn leven aan de studie wijden, zich op aandrang van zijn vader als advocaat te Den Haag. Nog maar zestien jaar oud kruist hij reeds "1 de degen Hugo de Groot maakt toebereidselen voor zijn spectaculaire vlucht „per boekenkist met vergrijsde advocaten van de te genpartij. Zijn cliënten kunnen ver trouwen hebben in dit wonderkind, want hij blijkt uiterst gevat en steekt de oude rotten in het vak meermalen de loef af. In 1604 wordt De Groot door de twee jaren eerder opgerichte Oost-Indische Compagnie aangezocht als haar raads man op te treden in een proces over de rechtmatigheid van het in beslag nemen van de „Santa Catarina", een Portugees schip met een waarde van meer dan drie miljoen gulden. Nederlandse schepen hebben een jaar te voren dit schip in de Straat van Malakka buitgemaakt om daar mee repressailles te nemen tegen de Portugezen, die de Nederlandse be langen in Oost-Indië op alle moge lijke manieren trachtten afbreuk te doen. Omdat weze inbeslagneming wordt veroordeeld door vele Neder landers, die niet op de hoogte zijn van de Portugese intrigues in de kolo niën, leidt zij tot een proces. De een entwintigjarige Haagse jurist krijgt de belangen der Oost-Indische Com pagnie te verdedigen In 1605 heeft De Groot zijn pleidooi gereed. Hij somt de misdrijven der Portugezen op en betoogt, dat Portu gal geen uitsluitend recht bezit op de Oostindische handel, zodat het in be slag nemen van de „Santa Catarina" als een rechtvaardige strafoefening dient te worden beschouwd. Het plei dooi wordt echter niet gepubliceerd, omdat de openbare mening de gehele kwestie al spoedig is vergeten, maar wel verschijnt in 1609 één hoofdstuk ervan, de beroemde verhandeling „De vrije zee", waarin De Groot de vrij heid der zee verdedigt en stelling neemt tegen het Spaans-Portugese mo nopolie van de vaart op Indië. De Engelse verontwaardiging over het door De Groot verdedigde stand punt, dat de zee een „gemeenschap pelijk goed' 'is, loopt zo hoog, dat Ko ning Jacobus I door zyn gezant in de Nederlanden in 1619 bij de Staten- Generaal laat aandringen op bestraf fing van de man, die het waagt de vermeende Britse rechten aan te tas ten. Maar de regeerders der Republiek eggen dit dringende verzoek naast zich neer. In de eerste plaats achten zij zich e hoog om zich door vreemde vorsten de wet te laten voorschrijven. In de tweede plaats bevindt De Groot zich ten tüde van Jacobus' diplomatieke stap al in gevangenschap, doordat hij zich in de binnenlandse politieke strijd heeft gemengd en aan het kortste <?ind heeft getrokken Droeve ballingschap ALS De Groot tezamen met Ol den barnevelt wordt gevangenge nomen, komt er een plotseling einde aan zijn prachtige loopbaan in de Lage Landen. De man, die in „De vrije zee" op de bres heeft gestaan voor de verdediging van de rechten van zijn zeevarend volk, wordt op 18 mei 1619 tot levenslange gevange nisstraf veroordeeld en korte tijd la ter overgebracht naar kasteel Loeve- stein. Gedurende twee jaar schrijft of ontwerpt hij daar een groot aantal historische, rechtsgeleerde en literaire werken. Geholpen door zijn vrouw, Maria van Reigersberch, en het dienst meisje Elsje van Houweningen, ont snapt hij vervolgens in de boeken kist. Hij gaat naar Gorcum, vanwaar hij, als metselaar verkleed, eerst Ant werpen en later Frankrijk weet te bereiken. In Parijs wordt De Groot aanvan kelijk met open armen ontvangen, maar als blijkt, dat hij geld noch goed bezit en moet leven van de ge ringe geldmiddelen van zijn vrouw, staat de Franse regering hem mor rend een beperkt jaargeld toe. Maar de Franse schatkist is berooid, het be loofde jaargeld wordt zeer onregel matig uitbetaald en de familie De Groot leeft weldra in stille armoede, ver van het geliefde vaderland. Wie dat laatste woord van de wereld („sterven, dat is haar laatste woord") niet het laat ste is geweest. Hij verbrak de boeien van de dood en toonde daarmee zijn macht over de dood. En daarom heeft Hü, Jezus Christus, in deze wereld het laatste woord. Zijn Ko ninkrijk komt. Zoals over de afgelopen week de glans van het Paasfeest lag, zo ligt over deze wereld de glans van de toekomst van Jezus Christus. Daarom is deze wereld an ders geworden: ze hóéft niet zonder hoop te zijn. U ook niet. E. H. KALKMAN, hervormd predikant te Waddinxveen. DE GROOT zoekt in Parijs ver getelheid in zijn arbeid. Hier voleindigt hij zijn beroemde hoofdwerk: „Over het recht van oor log en vrede", waaraan hij al in Loe- vestein is begonnen. Maar zijn leven is geknakt. Als ook nog zijn meest ge liefde dochter sterft, heeft het leven alle aantrekkelijkheid voor hem ver loren. Het inmiddels verworven ambt van Zweeds gezant in Frankrijk wordt hem een last. Op een terugreis van Zweden in 1645 blaast hij in Rostock de laatste adem uit. Zo sterft in den vreemde een van de beroemdste rechtsgeleerden van alle tijden en alle volkeren, de schrijver van het boek, dat Nederland tot „het land van Grotius" zou maken en waarin de grondslagen van het volken recht voor eens en altijd zijn gelegd. Als een wijs vermaan, ook voor onze tijd, klinken de woorden, waarmee de vader van het volkenrecht zijn hoofd stuk besluit: „Hoe stipt men zich ook gedurende de oorlog tegenover de vijand houdt aan het gegeven woord, men mag nimmer een gerust geweten hebben, noch vol vertrouwen zijn in de bescherming des hemels, indien men niet bij alles, wat men in de oorlog verricht, onafgebroken de vrede voor ogen houdt". De volgende keer: Stoottroepers van de nieuwe tjjd. OP DE BOEKENMARKT Helma Wolf-Catz. „Diepzee". Uit geverij Contact, Amsterdam 1960. „Men moest moeite doen het leven als een geheel te zien, niet elk deel als een boek op zichzelf, dat voorgoed ge sloten was en waarvan iets van het bittere of het zoete was gebleven." Deze zin trof mij op de eerste blad zijde reeds van Helma Wolf-Catz' nieu we roman „Diepzee", want hij is van toepassing op haar werk. Duidelijk toont dit nieuwe boek de continuïteit daarvan. Continuïteit niet in de zin van „hoe 'het verder ging met de figu ren uit boek I", maar continuïteit in het tijdgewricht. Zij geeft in ieder boek een ander aspect van de zielstoestand van de moderne mens. Ziel/toestanden ik heb dit reeds eerder opgemerkt die met grote hechtheid in de grond van alle leven geworteld zitten. Wanneer wij ons bepalen tot de laatste drie boeken van deze schrijf ster: „De Droomgestalte', „De vreemde Drift" en dit nieuwe boek, dan treedt de gang van het leven na de oorlog daar duidelijk uit naar voren, echter zonder dat de schrijfster zich bedient van de verschijnende en snel weer ver dwijnende elementen van een tijds bestek. Zoals „De Droomgestalte" een universele verzetsroman is en „De Vreemde Drift" het universele pro bleem van de rust zoekende mens af tast, zo geeft „Diepzee" een staal van jeugdleven. Hedendaags jeugdleven, omdat de jonge mensen, die zij tekent, meer dan ooit leven onder de dwang van de impuls. Een Franse studente ztf krijgt geen naam, wat tekenend is voor 't univer sele element in dit werk leeft in Parijs. Haar buurjongen en jeugd vriend. Alexi. is haar gevolgd. De jonge mensen ontmoeten elkaar geregeld, maar van enige emotionele 'band is geen sprake. „Alexi zat, als een voor wereldlijk tijdperk, in een kamer als een pijpela", zegt de schrijfster. Op een dag volgt haar op straat een man. Hie- ronymus, de genius van het kwaad „in staat de kwade gedachten, die eens ge dacht waren, te volgen". Pas wanneer wij geheel thuis zijn in het milieu van deze jonge lieden, komt de figuur Fernant voor het voetlicht, een medische student, waar het meisje verliefd op wordt en die het slacht offer van haar moorddrang zal wor den. Wonderbaarlijk is de luciditeit, waar mee de schrijfster voetje voor voetje de emoties volgt, die zullen leiden tot de moord. Dit is daarom zo buitenge woon, omdat het meisje, dat de daad plegen zal, van aanleg eigenlijk niet misdadig is en omdat de reden, waar om zij liaar minnaar vermoordt, ter nauwernood voldoende is, redelijk be schouwd. Dat men de gang van zaken toch aanvaardt en zelfs ziet als onont koombaar. komt geheel voor rekening van het uitzonderlijke talent van de schrijfster, die in deze roman toont een zeer fijnzinnig psychologe op de koop toe te zijn. .Diepzee" de impuls tot de moord ligt zo diep verscholen in de ziel van het meisje, dat noch haar advocaat, noch de rechter er eigenlijk iets van begrijpen. Pas als zij levenslang opge sloten is in de gevangenis, komt by haar de bewustwording. Bij het lezen van het woord „gratie" vormen haar hersens het woord „dankbaar". „Als de groene stekelige bast van de neerplof fende kastanje barstte de schil van de egocentriciteit", zegt Helma Wolf-Catz. Door zo'n zin alleen al blijkt hoe diep haar inzicht is in de moderne jonge mens en tevens dat zy het welhaast ondoorgrondelijke doorgrond heeft. Inez van Dullemen. „De Schaduw van de Regen". Querido, Amster dam, 1960. Drie schetsen heeft de jonge schrijfster Inez van Dullemen, dochter van de ro mancière Jo d© Wit, verzameld in de bundel „De Schaduw van de Regen". De drie verhalen hebben de overeen komst „tranches de vie", moten leven te zyn, want verhalen in de letterlijke zin van het woord zjjn het eigenlyk niet. Het eerste ..De oude Man", is tame lijk zwak. Niet zozeer van compositie, want de schrijfster heeft bereikt wat zij wilde. Zy heeft de gevoelsverschui- ving duidelijk willen maken, welke heeft plaats gevonden in een jonge vrouw, die in haar prille Jeugd gefas cineerd is geweest door een vriend van haar moeder. Zwak is de tekening van de man in kiwestie. een pantomine- speler, en van zijn omgeving. Het twee de verhaal „Eiland in de wind" is gaaf, maar niet erg interessant. Ook hierin is te veel bijwerk voor het kleine ge geven. Het derde „De Reisgezellen" is nog het beste. Alle drie schetsen ma ken de indruk, dat de schrijfster haar weg, gelegen tussen maatschappij en vryheid, nog niet gevonden heeft. CLARA EGG INK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 13