camera s in KAMER en TUIN Een Zoeklicht ROND „Filmacteur worden is meer dan alleen geluk EN VOETLICHT ZATERDAG 30 JANUARI WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 2 Wonderkind werd volwassen v OP DE BOEKENMARKT ,,Een succesvol filmacteur heeft niet meer geluk dan een succesvol advocaat, dokter of vertegen woordiger. „Het is niet louter en alleen geluk, wanneer een studio belang stelling voor iemand krijgt. Dat gaat 20 maar niet. Een contract krijgt men niet cadeau. En ze geven je niet zomaar een rol. waarmee je een ster kunt worden. Ze zien iets in een acteur anders zouden deze vakmensen geen tijd en geld aan hem spenderen. Daar kan men van overtuigd zijn!" Deze bewering komt van Anthony Franoiosa, een van de bekende jonge acteurs van Hollywood. Hy streeft hardnekkig naar erkenning van zijn „vak". Hy heeft genoeg van die vele acteurs, die altijd kleinerend over het filmwerk spreken. Alsof het alleen maar een kwestie van geluk ls! „Je wordt ziek van al die stoere ke rels, die maar willen doen geloven, dat acteren niets bijzonders is. Geloof me. het is een inspannend en veeleisend beroep. Het succes komt niet aange waaid. Integendeel, het ls het resul taat van verbeteen doorzetten, grenze loos enthousiasme, een flinke dosis eer zucht, maar boven alles veel en hard werk. Wat men ook mag zeggen, met minder kan men niet terecht!" Franciosa, hoewel reeds gevestigd acteur in Hollywood, studeert nog steeds intensief. Hij houdt van zijn werk ,is er trots op zioh filmacteur te kunnen noemen en heeft het vaste voornemen de hoogste sport van de ladder te bereiken. ANTHONY FRANCIOZA Robert van Gulik. „Meer van Mien-yuan". Uitgeverij W. van Hoeve, 's-Gravenhage 1959. Al blijken de misdaden in China omstreeks 666 geen haar minder mys terieus en nauwelijks minder geraffi neerd te zijn dan die van de tegen woordige detective-verhalen, het is een verademing nu eens te doen te heb ben met een gezelschap, waarin de eerbare dochters Wllgendons en Maan- fee heten en de courtisanes van de Wilgenwijk, Amandelbloesem, Anemoon en Perzik. Want niet waar, namen zijn zeer belangrijk en niemand zal zich op het eerste gezicht interesseren voor figuren, die Pietje, Jannetje of Klasientje heten. Wanneer er dan nog een beeldschone danseres het leven verliest in een huiveringwekkend ge heimzinnig meer, tijdens een feest, ter wijl de oplossing van dit dramatische geval in een schaakprobleem gevon den moet worden, dan weten wij, dat wij met de eerbiedwaardige rechter Tie zullen stijgen naar de hoogten van het abstracte denken en dalen in de krochten van politieke corruptie en bandietisme. Tussen deze bedrijven door worden er nog een verdwenen bruid opge spoord en een verkwistende Staats raad ontmaskerd en dan kan rechter Tie rustig een dag uit vissen gaan. Voor wie dit nog niet weten moch ten: Robert van Gulik ls dokter in de Oosterse talen en secretaris geweest van de Nederlandse ambassade in To kio, Choengking, Washington en New Delhi Daarna gezant in de Libanon en Syrië. Mer. kan er dus van over tuigd zijn, dat zijn verhalen inder daad authentieke bronnen hebben: n.l. Chinese historiën van misdaad en gerechtigheid uit de zevende eeuw. „De Zwerftocht" van Belcampo. Uitgeverij Kosmos, Amsterdam 1959. Belcampo, in het dagelijks leven H. P. Schönfeld Wichers, arts, is de be roemde schrijver van Nederlands meest fantastische verhalen. Dat hij ook een voortreffelijk auteur is van reisver halen, blijkt uit deze Zwerftocht. Een boek, dat weliswaar van oudere datum is dit ls de vijfde druk maar dat stellig in oorspronkelijkheid voor zijn andere werk niet onderdoet. In het jaar 1933 heeft Belcampo Nederland te voet verlaten als „een soort herenlandloper", zoals hij het zelf uitdrukt, en is Frankrijk, Italië en de Donaulanden doorgetrokken. Tijdens die tocht heeft hij zijn scha mele boterham verdiend met portret tekenen. Zodoende heeft hij niet al leen genoten van schone en merk waardige landschappen, maar is te vens in aanraking gekomen met tal loze onderling zeer verschillende men sentypen, die hij niet alleen voor hun genoegen en zyn eigen nut met de tekenStift vereeuwigd heeft, maar ook voor ons plezier met de pen. Bel campo toont zich een raak en origi neel waarnemer. Hij bezit humor, maar weet op zijn tijd ook de ernst tot zijn recht te laten komen. Door deze laatste eigenschap is dit boek, be halve een zeer boeiend en zich van alle andere onderscheidend reisboek, ook een interessant beeld van Europa ge worden, in de tijd, waarin de spoken van de tweede wereldoorlog voorgoede waarnemers him koppen begonnen op te steken. J. P. Jacobsen. „De Pest in Bergamo". Wereldbibliotheek. Amsterdam. Jens Peter Jacobsen welke min naar van het lezen heeft geen onver getelijke herinneringen aan Frau Ma ne Grubbe en aan Niels Lyhne? Met deze twee romans heeft de jongge storven Deense schrijver (18471885) de grond gelegd voor het moderne Deense proza. Hij wordt aan de hand van deze werken ook bulten Denemar ken beschouwd als een van de inlei ders van het impressionisme. Rilke o.a. had grote bewondering voor zyn werk. Behalve deze romans heeft Jacob sen in zyn korte leven nog een aantal korte verhalen geschreven, die nu hier in een mooie vertaling door J. H. Sme ding, voor ons liggen. Deze verhalen munten uit door een combinatie van hartstochtelijke liefde voor het leven en diepe melancholie. Zij zyn even romantisch als realistisch en zij heb ben het tijdloze van alle waarlijk aan het menselijk bestaan ontsproten kunstwerken. In het eerste verhaal, „Mogens", voltrekt zich op volkomen verant woorde wijze het ongeluk in de liefde en het herstel daarvan in het hart van een jonge man. Het tweede heeft de haat-liefde tot thema en ook hier staat men versteld oveir de ijzeren consequentie, waarmee deze dichter lijke prozaïst zijn figuren laat han delen. Het derde, dat de titel van de bundel draagt, is een ijzingwekkende middeleeuws aandoende legende, waar in het christendom een van de pro blemen in Jacobsens leven op de meest rauwe en tevens op de meest ontroerende wijze tot zijn recht komt tijdens een pestepidemie. Het vierde, „Mevrouw Fonss" is hoewel zuiver, voor de moderne mens wat verouderd, waarmee ik niet zeggen wil, dat het niet te genieten zou zijn voor wie de tijd iets toe wil geven. Alle verhalen munten uit door het suggereren van stemmingen, waar het landschap zijn deel aan heeft. Een uitstekende inleiding tot het werk van Jacobsen gaat aan de vertaling vooraf. CLARA EGGINK. SLECHTS BASIS „Talent en bekwaamheid alleen zijn niet voldoende", zegt hij nuchter en zakelijk. „Men kan deze zien als de basis waarop verder gebouwd dient te worden. Maar spaar me voor die figu ren, die zichzelf de „gelukkige ik" pousseren. Dat gaat allemaal om de publiciteit. Het klinkt zo aardig en het staat zo goed, wanneer het gedrukt wordt. Ik voor mij beweer, dat het vol komen nonsens is. En zijzelf geloven het evenmin als ik Franciosa, zelf energiek en ambi tieus .ergert zich kennelijk onnoeme lijk aan die verschrikkelijk duurbe taalde sterren, die iedereen willen la ten geloven, dat ze maar .per ongeluk' zo diep gedaald zijn", dooh eigenlijk veel liever iets anders gedaan hadden. „Ze geven je graag de indruk, dat ze aan een ander beroep de voorkeur hadden gegeven. Maar ze hebben de moed niet om als het waar is er de brui aan te geven en inderdaad iets anders te proberen." „Ik ben acteur geworden .omdat ik dat altijd gewild 'heb. Als lk ernaar verlangde ander werk te gaan doen. dan zou ik ervoor bedanken en over stappen. Maar het is nu eenmaal zo, dat ik mijn werk met veel plezier doe. En gelukkig, het betaalt uitstekend..." Wat dat betreft 'behoeft men zich over Franciosa geen zorgen te maken. Over dat andere: hij kan zich over heel wat filmmensen ergeen. Maar ja. het staat interessant en de publiciteit WONDERKIND Margaret O'Brien. Herinnert U haar nog? Ze is nu alweer een aanvallige jon gedame van 21 lentes, maar zo'n ze ventien jaar geleden was het een van die verschrikkelijke wonderkinderen. Een van die kinderen, die uit hun gewone wereldje gesleurd worden en dan omgeven met een heleboel luid ruchtige publiciteit voor de filmcamera geplaatst worden om niet-kinderlyke dingen te zeggen of een liedje te kwe len. Natuurlijk zyn er uitzonderingen, maar over het algemeen zijn ze onver teerbaar. Enfin, Margaret O'Brien behoorde tot deze jeugd. Toen ze vier jaar was stond ze al in het volle licht der stu diolampen. Ze heeft het lang volge houden. Eerst een jaar of vier geleden was het definitief gedaan met de kin- der- en meisjesrollen. En een normaal mens vraagt zich dan af wat er van de „jeugd" van zo'n kind terecht is gekomen! Zou zij, opgegroeid in de bedwelmen de sfeer van de schijnwereld, welke Hollywood produceert nog kunnen aar den in een ander bestaan? Vier jaar heeft ze gehad om volwas sen te worden. Tenminste, in die moei lijke jaren heeft ze zich bepaald tot scherp geselecteerde rollen op toneel of voor de televisie-camera. Maar die ja ren zijn nu voorbij. Margaret O'Brien verschijnt op het doek als een volwas sen vrouw. Voor het eerst in „Heller with a gun" naast Sophia Laren en Anthony Quinn. Het begin van een tweede filmcar rière? De tijd zal het leren. Ze is zelf enthousiast over haar rol in het verhaal van een reizend theater in de tijd van „het Wilde Westen". In het begin van de film holt zij nog rond met vlechten, maar in'de laatste meters ls zij een echte vrouw, die weet wat zij wil, ook al moest ze Anthony Quinn verliezen aan Sophia Loren. MARGARET O'BRIEN hoog te paard KOUDBLOEDIG Overigens heeft ze regisseur George Cukor wel verbaasd doen staan tijdens de opnamen voor deze film door haar koudbloedigheid. Margaret is namelijk dol op koud weer. Ze geniet ervan. Toen haar contract werd opgemaakt dacht niemand eraan haar te vragen hoe ze zich zou voelen in de tropen of binnen de poolcirkels. En toch kwam er in het scenario iets voor wat ach teloos „sneeuwscène" werd genoemd. Hoog in de bergen van Californië, waar de sneeuw zwaar op de bomen lag en de wild huilde, nam Cukor deze scene door met zijn medewerkers, die op paarden zaten. Ze vormden de theatergroep, welke volgens het verhaal net een aanval van Indianen had doorstaan en nu over de bergen vluchtten. De elementen hielpen Cukor aan een Aloë arborescens wordt ook wel de boom-aloë genoemd en dit kan u misschien afschrikken. De plant, kan inderdaad vrij hoog en breed opgroeien, doch U heeft het zelf in de hand er steeds nieuwe exemplaren van te kweken. Deze aloë laat zich namelijk heel gemakkelijk voortkweiken door middel van stekken. Het is nu niet de beste tijd om dat te doen, doch over enige maanden kan men dat wel doen. Jonge scheuten ter leng te van ongeveer tien centimeter zullen in een potje met zande rige grond vry gemakkelijk wortels schieten. De eerste maanden zal men het stekje uit de felle zon moeten houdten, doch zodra ze eenmaal wortels hebben, kunnen ze tamelijk veel zon hebben. Dat geldt niet al leen voor de Jonge stekken, doch ook voor oudere planten. Ze kunnen be t. tegen de zon. doch In het hartje van de zomer kan men ze toch maar beter eon weinig besohermon; er zullen anders lelijke vlekken op de bla deren ontstaan. Aloë arborescens kan ook heel mooi bloeien. Dat is ook één van de redenen, dat men haar zo graag kweekt. Ze groeit boven dien ook zeer gemakkelijk. Jong opgekweekte planten zal men wel een paar maal moeten ver potten: tenslotte komen ze dan in een ruime pot te staan, doch doorgaan met het geven van een grotere pot is dan niet meer mogelijk. Men zal de plant dus dan op kracht moeten zien te houden door haar in de groei- tijd wekelijks een weinig te be mesten. Voor dit doel kan men wel gebruik maken van de be kende kamerplantenikunstmest. Los per liter water slechts één theelepeltje kunstmest on Met die hoeveelheid kan men onge veer twintig planten bemesten. Als verpot moet worden, kan men dat het best in het vroege voorjaar doen. Gebruik er dan geen gewone tuingrond voor. doch vraag de bloemist naar goede cactusgrond; daar groeien ze uitstekend ln. Vergeet niet dat onder ln de pot ook wat scherven moeten komen. Het afvoergaatje mag in geen geval verstopt raken. De alë krijgt over lief algemeen in de winter te veel en 's zomers te weinig water. In deze tijd van het jaar behoeft men praktisch niet te zeer realistisch decor bij deze „sneeuw scène". Wolken snuifsneeuw woeien over het rotsige bergpad, de koude wind blies de mensen hard in het ge zicht. De zon bleef verscholen achter grauwe wolken. Sophia Loren huiverde. Ze zag blauw van de kou. Anthony Quinn keek al even ongelukkig. Eileen Heckart was een toonbeeld van koude ellende. Zelfs Steve Forrest, geboren en getogen in de kou van Texas, moest druk in beweging blijven om zich warm te houden. En Margaret? Ze deed ijverig haar best om er koud uit te zien. Ze spande zich tot het uiterste in. Ze bibberde en rilde, maar haar ogen glansden en op haar wan gen lag een hevig gezonde blos. Cukor, met slechts het puntje van zijn neus boven zyn kraag uit en des ondanks klappertandend, keek verbijs terd. „Maar ik ben dol op de kou", sta melde Margaret verontschuldigend: „Misschien als lk wat luchtiger ge kleed was Maar ze had al niet meer aan dan een gescheurd katoenen jurkje, dat wapperde in de wind. „Make up", schreeuwde Cukor. „Maak haar gezicht grauw en doe wat aan haar haar. Ze moet er koud uitzien, hoe ze zich ook voelt En dus werd de blozende Margaret door vaardige handen omgetoverd in iets diepvries. Als Sophia, Anthony en de anderen. Toen was het snel gebeurd. Het leek echt winters! ELVIS TERUG De enthousiaste bewonderaars van de ongekroonde Amerikaanse koning van de rock 'n roll kunnen wat rui mer ademhalen, binnenkort kan Elvis Presley weer bezit van zijn rijk nemen. Aloë arborescens in bloei gieten. Als éénmaal per maand een weinig wa'.er wordt gegeven, kan men dat als ruim voldoende beschouwen. In de zomer kan de plant by warm weer dage lijks wel een beetje water heb ben en staan de planten eerder te verdrogen dan u denkt. G. KROMDIJK SERGEANT ELVIS PRESLEY Zijn diensttijd zit er bijna op. Nog is hij in West-Duitsland, maar dat duurt nu niet lang meer. Tot groot plezier van de filmmensen, die alleen nog maar op Elvis wachten om met de opnamen van een nieuwe film te kunnen beginnen, keert hij spoedig naar Amerika terug. Alles staat daar reeds gereed en een enorme gage ligt op deze „zanger" te wachten. In militaire dienst heeft hij het ook niet slecht gedaan, want hij heeft er juist dezer dagen een streepje bij ge kregen. Het is nu sergeant Presley. Beter is hij er overigens niet van ge worden, want in het Amerikaanse leger is dat een onbezoldigde rang. Jammer voor Elvis, al geloven wij niet, dat hij er slapeloze nachten van gehad zal hebben. Bovendien, hij is wat trots op zijn strepentrio Ook in de winter dagelijks groente Het voorlichtingsbureau voor de voeding meldt: Zijn wintergroenten minder gezond dan zomergroenten? Vele huisvrou wen beschouwen sla, tomaten, spinazie en andere zomergroenten als de ge zondste vitaminenrykste van ons ge hele groente-assortiment; voor de wintergroenten hebben zy aanzienlijk minder waardering. Toch zyn ook de wintergroenten wel degelijk ryk aan vitamines en voedingszouten. Van kropsla bv. niets dan goeds, maar wist u, dat er niet meer vitamine C in zit dan een derde van de hoeveelheid die we in veldsla aantreffen of ln een rodekoolslaatje? Vooral de donkerge kleurde delen van bladgroenten en groenekool bevatten veel vitamines en mineralen. Daarom maken we deze groenten niet al te royaal schoon. Ook gekookt slaan de wintergoenten vergeleken by de zomergroenten geen slecht figuur, noch in voedingswaarde, noch in smaak. Wel is het zaak om aan de bereiding van kool, uien, prei, koolraap e.d. niet minder zorg te be steden dan u zou geven aan het koken van de fijnere groenten. Het gebruik van tuinkruiden (zoals peterselie en selderyen van speceryen (kruidnagel, foelie, nootmuskaat of laurierblad) kan u hierbij helpen. Kruiden en specerijen. Fijngesneden peterselie- en seldery- groen niet laten meekoken, maar op het laatst door de groente of groente saus mengen. Smaakt uitstekend met winterpeen, koolraap, knolseldery maar ook met spruitjes, savooiekool en wit lof. Nootmuskaat of foelie: over kool raap, spruitjes, savooiekool, schorse neren en witlof: Kruidnagel, peper en/of laurierblad: by koolraap, rode kool en bieten. Recepten voor 4 personen. Uienschotel met kaas. 1^ kg aardappelen, 1 kg uien, zout, 4 eieren, 100 gram pittige ge raspte kaas, boter of margarine, peper of nootmuskaat, paneermeel of peter selie. De aardappelen en de uien schoon maken en schillen. De uien in snippers snyden en in een deel van de boter of margarine gaar- maar niet bruinbak- ken in een gesloten pan. Zout naar smaak toevoegen. De aardappelen gaarkoken in weinig water met zout, afgieten en in blokjes snyden. Een vuurvaste schoten invetten en de aard appelen en uien laag om laag er in schikken. De eieren loskloppen met een paar lepels water of melk en de geraspte kaas en desgewenst peper of nootmuskaat er door roeren. De eimas- sa over de aardappelen schenken en het geheel boven op het fornuis of in de oven ongeveer 15 minuten zachtjes verwarmen tot het ei gestold is. De pe terselie zeer fyn snyden en op het laatst er over strooien. By gebruik van de oven het gerecht tevoren bestrooien met paneermeel en er hier en daar klontjes boter of margarine op leggen. Slaatje van savooiekool en wortel (en taugé) 250 g savoolekool, een winterwortel van ongeveer 125 gram, olie, azyn, sui ker, zout (aroma), desgewenst 100 gram taugé. Van olie, azyn, suiker, zout (en aroma) een sausje maken. De kool en de wortel schoonmaken en wassen. De kool zeer fyn schaven of raspen, de wortel grof raspen of fyn snyden. De taugé in ruim water wassen. De bo vendrijvende zaadhulsjes verwyderen, evenals de bruine worteltjes). Kool, wortel (en taugé) met de slasaus dooreenmengen. Het slaatje zo nodig verder op smaak afmaken en desge wenst garneren met een weinig mayo naise of slasaus.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 14