Rijkspolitiemannen namen geld aan;
tien tot twaalf maanden geëist
Commentaar over voorgenomen
vrijlating oorlogsmisdadigers
„Het vertrouwen is beschaamd!"
„VAN P-ALEN
RUILVERKAVELINGSWET IS
VOLKOMEN VEROUDERD
Commodore Frits de Jonge nam
afscheid van de „Willem Ruys"
prettige dagenbeste
ma» mt te we!...*
jg met mensen die
Vtevtq aan VREOE
qaan denken
Inpoldering Lauwerszee
Advies ontvangen van
Raad voor de Waterstaat
Enige dagen geleden heeft de minister
van Verkeer en Waterstaat het advies
ontvangen van de Raad voor de Water
staat over het al of niet inpolderen van
de Lauwerszee. Dit zeide minister-pre
sident De Quay gistermiddag in de
Tweede Kamer. Het is de bedoeling, dat
de minister van Verkeer en Waterstaat
een nota over deze kwestie aan de
Tweede Kamer zal doen toekomen al
vorens in januari of februari de begro
ting van Verkeef en Waterstaat zal
worden behandeld. De minister-presi
dent weet niet of het advies gunstig is,
maar hy hoopt, dat een oplossing moge
lijk zal blyken die vreugde wekt. Prof.
De Quay deed zijn mededelingen in
antwoord op vragen van de heer Von
deling over verklaringen van de minis
ter-president in Parijs tegenover de
Amerikaanse minister Herter.
Aan journalisten in Parijs heeft prof.
De Quay gezegd, dat. de regering nog
geen beslissing heeft genomen over
verhoging van de defensie-uitgaven
omdat er vele andere plannen en wensen
bestaan, die grote uitgaven vergen, zoals
Onderwijs, het Delta-plan, de Zuider
zeewerken, aanleg van wegen en kana
len en de Lauwerszee.
Zolang hierover geen beslissing is
genomen, is ook nog geen beslissing
kunnen vallen over verhoging van het
defensie-plafond. Alleen in dit verhand
heeft de minister-president aan de
journalisten de Lauwerszee genoemd.
stemgerechtigden, waren o.m. een
geestelijke, een kraamverzorgster, een
schoolmeester, een slager en verschei
dene in het buitenland wonende kin
deren, aldus pleiter.
Pleiter protesteerde fel tegen de we
derlegging van de grieven door de
minister van Landbouw.
„Een 78-jarige boer had my verklaard
te hebben tegengestemd. De tegenpartij
voert aan dat de boer thans niet meer
weet wat hij gedaan heeft".
Pleiter was voorts de mening toege
daan, dat bij de stemming met twee
maten was gemeten. „Aan de ene kant
accepteerde men vlot de 9 schijnover-
drachten, maar weigert men rekening te
houden met een volkomen reële grond-
overdracht van een tegenstander".
Belediging
Wat de negen schijnoverdrachten be
treft merkte pleiter op: „Men beledigt
toch wel erg de R. v. S. wanneer men in
ernst meent, dat het intelligentiepeil
van degenen, die geroepen zijn om recht
te spreken, zo gering zou zijn, dat zij de
voos- en valsheid van deze 9 grondover-
drachten niet terstond zouden door
gronden. Desondanks is op de voos- en
valsheid van deze overdrachten de ver
kregen meerderheid gegrond. Hier is
een besluit gevallen, dat indruist tegen
de wet en de goede zeden, welke voor
het land van Hugo de Groot bescha
mend genoemd moeten worden".
„Ik ioü van deze zaak geen
tweede Meulenbelt-affaire maken, maar-
verwerp positief het standpunt dat de
betrokken boer niet in staat zou zijn
geweest te verklaren hetgeen hij deed".
Pleiter beriep zich op een hem uitge
bracht rapport van een Leidse psychior
ter, die van oordeel was, dat de boer
zeer goed weet wat hij wil en weet
wat hij zegt. „En ik kan de R. v. S.
meedelen, dat de betrokkene ten over
staan van een notaris bij authentieke
akte heeft verklaard, dat een ieder
die beweert dat hij voor de ruilverka
veling heeft gestemd, onwaarheid
spreekt".
Vervolgens voerde Dirk Heemskerk,
een boer uit Hoogmade, het woord. Hij
sprak namens 6 polderbesturen en ver
klaarde. dat deze principiële tegen
standers zijn van de ruilverkaveling.
Naar zijn mening is verbetering van
de grond in Ade niet nodig en beant
woordt de waterhuishouding aan alle
redelijke eisen. „Het vertrouwen in de
Cultuurtechnische Dienst heb ik ge
heel verloren", riep hij uit.
Noch van de zijde van het ministerie
van Landbouw, noch van de zijde van
de Cultuurtechnische Dienst werd be
langstelling voor de zitting van de
R. v. S. getoond. Tijdens de stemmings
vergadering waren wel vertegenwoordi
gers van het ministerie en van bovenge
noemde dienst aanwezig.
De Raad van State zal zich nader
over deze kwestie beraden en vervolgens
advies aan de Kroon uitbrengen.
Nooit snijden!
„De Joodse Wachter
„Nog kan vreselijk kwaad verhoed worden"
De wet schrijft voor, dat nè. het inha
len weer naar rechts mag worden ge
gaan, wanneer dit geen gevaar of belem
mering oplevert voor het ingehaalde
verkeer.
Ook hier geldt dus weer de gulden
regel: Houdt rekening met uw mede
mens.
Het hulpmiddel voor het op een cor
recte wijze teruggaan naar de rechter
weghelft is: Kijk in uw binnenspiegel
en ga éérst dan naar rechts als de beide
koplampen van de ingehaalde auto in
deze spiegel zichtbaar zijn, zegt de
ANWB.
De ingehaalde bestuurder de pas af
snijden, waardoor deze zich genoodzaakt
ziet bij te sturen of sterk af te remmen
kan ernstige gevolgen hebben.
Haal nooit in, als het niet royaal kan.
De gezagvoerder van de „Willem
Ruys", kapitein Frits de Jonge, heeft
gisteren afscheid genomen omdat hü
met pensioen gaat. De commodore van
de Lloydvloot werd na aankomst in
Rotterdam met zyn echtgenote in de
grote hal van het schip ontvangen. De
gezagvoerder werd ook gehuldigd van
wege het feit dat hij een veertigjarig
zeemansleven achter de rug heeft.
De burgemeester van Rotterdam, mr.
G. E. van Walsum, deed mededeling van
kapitein De Jonges benoeming tot Offi
cier in de Orde van Oranje Nassau.
„Mensen zoals U hebben we niet al
leen vandaag nodig, hadden we niet al
leen gisteren nodig, maar zullen wy
blijvend nodig hebben", aldus de burge
meester.
Namens de directie van de Kon. Rot-
terdamsche Lloyd prees de heer B. E.
Ruys in kapitein De Jonge niet alleen
de zeeman, maar vooral de ambassadeur
van goodwill, die hy geweest is voor dit
schip zowel als voor de redery. Spreker
bood een oud-Hollands bureau aan, be
nevens zijn eigen commodore-vlag als
blijvende herinnering.
Verder werd nog het woord gevoerd
door de heer J. Zaayer namens het per
soneel en door de nieuwe gezagvoerder
Kapitein De Jonge van de „Willem
Ruys", die bij zijn afscheid van de
brug na een veertigjarige zeemans
loopbaan achter de rug te hebben,
is door de Koningin benoemd tot
Officier in de Orde van Oranje-
Nassau.
van de „Willem Ruys", de heer C. G. F.
Hoek uit Den Haag.
In zijn woorden van dank zeide kapi
tein De Jonge, dat de Lloyd er eigenlijk
nog twee Willem Ruys'en by zou moeten
hebben. Maar, zo ging hij voort, daar
voor is geld nodig. Een cadeau onder
couvert zullen de leden van de directie
daarom ook wel kunnen gebruiken. Hij
overhandigde de directie daarop een
enveloppe met inhoud. Deze bestond uit
een gedenkpenning, die Bermuda ge
slagen heeft ter gelegenheid van het
feit. dat het nu 350 jaar geleden is dat
Bermuda een kolonie werd. Ook burge
meester Van Walsum ontving eenzelfde
couvert „om de begroting sluitend te
maken". Zijn sextant overhandigde
kapitein De Jonge aan de heer Zaayer
„om cadeau te geven aan iemand van
het lagere personeel, als die eens stuur
man mocht worden".
„Van joodse en inzonderlijk van zionistische zijde dient zeer nadrukkelijk en
zeer ernstig te worden geprotesteerd tegen het feit, dat de Nederlandse regering
ernstig overweegt enkele in Nederland en naar Nederlands recht gestrafte oorlogs
misdadigers het verdere uitzitten van hun straf hier te lande kwijt te schelden.
Deze oorlogsmisdadigers zullen toestemming krijgen naar Duitsland te gaan,
hetwelk in feite hun invrijheidstelling betekent", zo schrijft de redactie van „De
Joodse wachter" in het jongste nummer van dit orgaan van de Ned. Zionistenbond.
..Aangezien het in onze bedoeling ligt,
dat dit protest ook door de Nederlandse
autoriteiten zal worden gehoord, willen
wij ons standpunt in deze zo klaar mo
gelijk stellen. Enige der mannen, wier
vrijlating thans overwogen wordt, heb
ben zich op zodanig gruwelijke wijze
aan de joden, dat wil zeggen aan het
joodse volk, vergrepen, dat het zionis
tische plicht is de stem te verheffen, nu
deze vrijlating aan de orde komt. Er is
niemand in Nederland, jood of geen
jood, die niet weet wat een Aus der
Fünte en een Lages misdreven hebben.
Het gaat hler om „gewone" niet-poli-
tieke misdadigers, om mensen die ge
moord hebben engros. Het gaat om ge
nociden. Om mannen die duizenden en
tienduizenden de dood in hebben ge
zonden, op het enkele motief dat zij
joden waren Hun moorden was moor
den puur, een l'art pour Tart. Men kan
in dit verband van vergevingsgezindheid
niet meer spreken.
Het joodse volk in Israël en daar
buiten heeft getoond, dat het gezond
begrip heeft en dat het een streep
kan zetten onder wat gebeurd is. In
dien het individueel niet vergeet, kan
het collectief en individueel met
Duitsland en met Duitsers van een
nieuw Duitsland spreken en verkeren.
Een dergelijke houding kan tegenover
het zwaarste type misdadiger niet
aangenomen worden. Men laat een
duizendvoudige moordenaar niet meer
los, als er zelfs maar de allergeringste
kans is, dat hy weer vrij in de maat
schappij komt".
„Het kwijtschelden van zelfs maar
één dag van de hun door de Nederland
se rechter opgelegde straf van mensen
als Aus der Fünte en Lages is niet al
leen 'n zeer gevaarlijk experiment voor
de maatschappij, het is daarenboven
nog een belediging voor het joodse volk.
Niet voor dat handjevol Nederlandse
joden alleen, die door de Aus der Füntes
en Lagessen zozeer getrapt zijn, dat zij
verder trappen bijna niet meer voelen,
maar voor het ganse joodse volk, waar
toe dat handjevol Nederlandse joden
ook behoort. Geen volk heeft verge
vingsgezindheid gepredikt voordat de
joden dit predikten. Maar ook geen volk
heeft gerechtigheid gepredikt, voordat
de joden haar in het hart van hun le
vensbeschouwing plaatsen.
Nog is het tyd. Nog kan het vrese-
JÜk kwaad verhoed worden. Mogen zij
in wier hand de beslissing ligt, wel
weten en zich ervan bewust worden,
dat er ogenblikken zijn, waarop er
niet getwijfeld kan worden en dat er
I voornemens zyn, die nimmer mogen
I worden uitgevoerd", zo besluit het ar-
I tikeL
fintt VMijWKmtfcest
4 c^aavi oygy evi
President rechtbank: Roofridders
DONDERDAG 24 DECEMBER 1950
(Van onze Amsterdamse correspondent)
„Deze mannen die als wachtmeesters der Rijkspolitie met eervolle
opdrachten werden belast, zoals het begeleiden van Koninklijke bezoe
kers, hebben het vertrouwen dat hun superieuren in hen stelden,
ernstig beschaamd". Dit zei de officier van Justitie bij de Amsterdamse
rechtbank, mr. H. Bouma, gistermiddag in zijn requisitoir tegen drie
van de vijf wachtmeesters van de verkeersgroep Amsterdam, die
beschuldigd worden van het aannemen van giften van verkeersover-
treders, waarna zij het opmaken van proces-verbaal nalieten.
Tegen een 45-jarige wachtmeester
eerste klas en diens 25-jarige collega,
eiste hy een onvoorwaardelijke gevan
genisstraf van een jaar met aftrek. Een
41-jarige wachtmeester eerste klas, die
door de officier een „meelopertje" werd
genoemd, hoorde tien maanden met af
trek tegen zich eisen. Mr. Bouma hield
rekening met het feit, dat de mannen
uit de politiedienst zullen worden ont
slagen. Hij achtte geen termen aanwe
zig voor een gedeeltelijk voorwaardelijke
straf. De rechtbank kwam gistermiddag
niet meer toe aan de behandeling van
de zaak tegen een 46-jarige wachtmees
ter. die van dezelfde feiten wordt be
schuldigd. Een vijfde wachtmeester, de
enige, die niet is gedetineerd, had be
zwaar aangetekend tegen de dagvaar
ding. Zijn zaak zal later worden behan
deld.
Verward
D« rechtzitting die werd bijgewoond
door de districtscommandant en dirige
rend officier der Rijkspolitie overste H.
A. van Steenis, dreigde kort na. het mid
daguur een spectaculaire wending aan
te nemen. „Het is bijzonder moeilijk een
duidelijk beeld van de zaak te krijgen.
Ik acht de instructie hoogst onvolledig
en ik overweeg deze zaken naar de rech-
ter-commissaris terug te verwijzen",
merkte president mr. J. Coninck Lief-
sting op na een langdurig maar vrij ver.
ward getuigenverhoor.
„Ik ben het volkomen met u eens",
viel de officier hem bij. Het was de grij
ze strafpleiter mr. T. Muller Massis. die
een compromis voorstelde: „Verwijst u
de zaak terug naar de rechter-commis
saris, maar stelt u de verdachten dan
voorwaardelijk in vrijheid. Deze mensen
mogen niet de dupe worden van de ge
breken in de Instructie". De officier
maakte hiertegen bezwaar en na In
raadkamer te zijn geweest, deelde de
president mede, dat de rechtbank „niet
zonder aarzeling" had besloten het ver
dere verloop van de zitting af te wach
ten.
Bezwarende verklaring
Een van de belangrijkste getuigen was
de reclame-adviseur J. A. Poortman uit
Blaricum, die in de nacht van 1 op 2
september op de Rijksweg nabij Muiden
door een patrouillewagen van de Rijks
politie tot stoppen werd gedwongen, om
dat hü volgens zijn eigen verklaring
wegens vermoeidheid met zijn auto
een slingerende beweging had gemaakt.
Een van de beide wachtmeesters had
de heer Poortman naar diens antece
denten gevraagd. Toen bleek dat hij op
de Firato werkte, kreeg hij te horen:
„Dan verdient u zeker wel veel hé?" De
heer Poortman werd verboden zelf te
rijden. Een van de politiemannen bracht
de auto toen naar de woning van de
heer Poortman, waar een gesprek plaats
had. dat veel weg had van chantage
Volgens de getuige eisten de wachtmees
ters een transistor-radio of desnoods
geld ervoor. De heer Poortman die de
autosleuteltjes en zijn rijbewijs had
moeten afgeven, trachtte de mannen
eerst te lijmen met vrijkaartjes voor de
Firato, maar betaalde tenslotte f. 150.
De wachtmeester beschreef hij als ie
mand, die hem aan de SS deed denken
De verdachte echter verklaarde, dat de
heer Poortman zelf was begonnen met
hem geld voor een radio aan te bieden.
„Ik had een zwak moment en ik heb
het aangenomen". Het geld deelde hy
met zijn collega's.
De verklaring van de heer Poortman
stond echter niet alleen. Daar was de
autohandelaar en logementhouder F. J.
J. Ouwes uit Alkmaar, die uitriep: „Me
neer de president, ik kom liever een
hongerige wolf in de wildernis tegen dan
deze man". Hij doelde op een der wacht
meesters die vader en zoon Ouwes op de
Rijksweg Utrecht-Amsterdam had aan
gehouden. toen deze 's nachts met een
op de Utrechtse automarkt gekocht wa
gentje onderweg waren naar huis. De
verlichting bleek niet in orde, de heer
Ouwes kon éi raison van tien gulden
,van alles af" komen.
En dan was er de Amsterdamse auto
sloper G. Postma, die ook al met een
oud autootje van de Utrechtse markt
op de Rijksweg werd aangetroffen en
met 8 a 9 bekeuringen werd bedreigd.
Hij betaalde f. 25.-.
De Alkmaarse uitvoerder A. J. Reu
vers tenslotte bracht de corruptiezaak
aan het rollen door luidkeels te moppe
ren over de twee wachtmeesters, die
hem op de Utrechtseweg hadden aange
troffen met een woonwagen, welke de
maximum toegelaten lengte overschreed.
Nadat de agenten de gegevens, nodig
voor een proces-verbaal hadden geno
teerd, accepteerden zij f.30. De getuige
zei: „Zij hebben er niet rechtstreeks om
gevraagd, maar ik kreeg duidelijk de in
druk dat het om geld te doen was".
,Ik vind het maar roofridders",
merkte de president op.
Ondermijnd vertrouwen
Mr. Bouma zei in zyn requisitoir dat
de handelwyze van de wachtmeesters
het vertrouwen in het opsporingsappa
raat heeft ondermijnd. Hoe zy tot deze
misdrijven zijn gekomen? De officier
merkte op dat de mannen zeer vry wa
ren en vooral 's nachts vrijwel geen con
trole kregen. De aard van de dienst
brengt mee dat er nogal eens een sigaar
of sigaret of soms geld wordt aangebo
den door dankbare automobilisten voor
wie de agenten als een soort wegen
wacht zijn opgetreden. Anders wordt
het, aldus de officier, wanneer men geld
gaat vragen voor geconstateerde over
tredingen en een proces-verbaal achter
wege laat. De onderhavige gevallen acht
te de officier zo ernstig dat een proces
verbaal had moeten volgen.
Mr. Bouma merkte nog op, dat het
met de criminaliteit onder de politie
ambtenaren nogal losloopt. In de laat
ste zes jaren zyn 127 ambtenaren on
herroepelijk veroordeeld wegens ver
duistering e.d. Van hen behoorden er
slechts twee tot de politie. Bij vijf ge
seponeerde gevallen was er een van een
politie-ambtenaar. De verdedigers van
de drie verdachten vroegen allen om in
vrijheidstelling bij de uitspraak. Mr. J.
K. M. Mathuizen, drong aan op vervol
ging van de, zoals hy het uitdrukte, om
kopers. De officier liet zich hierover ech
ter niet uit.
De rechtbank zal in deze drie zaken
over 14 dagen uitspraak doen.
beige
citroen
90
Donkersteeg 21 - Leiden
Raad van State behandelde kwestie Ade
Voor dc Raad van State heeft gisteren de ruilverkavelingskwestie
Ade gediend. Enige veehouders hadden een beroep op de Kroon
gedaan, waartoe de geruchtmakende stemming, die-5 augustus van het
vorige jaar werd gehouden, aanleiding had gegeven. Als gemachtigde
van een aantal appellanten trad de heer Th. J. van der Heyden uit
Leiden op.
Pleiter verontschuldigde zijn cliënten
voor het feit, dat zy niet onmiddeliyk
in hun beroepschrift alle grieven tegen
de ruilverkaveling naar voren hadden
gebracht. Hy zei. dat zij eerste telegra
fisch hadden geprotesteerd, omdat zij
vreesden, dat mogeiyk de termijn van
beroep anders zou verlopen. Later heb
ben zij in een memorie van toelichting
hun bezwaren tegen de Kroon naar
voren gebracht.
De heer Van der Heyden was van
mening, dat de ruilverkavelingswet
fabelachtig onduidelijk is en citeerde
een gedeelte uit het handboek van
prof. mr. P. A. H. Houwing over die
wet. De professor, raadsheer in de
Hoge Raad, noemde de wet onover
zichtelijk, omslachtig en juist wat de
belangrijkste gedeelten betreft duister
en onvolledig.
Einde lange zeemansloopbaan
Uit het een en ander kwam wel naar
voren, dat niet geheel duidelyk was of
de kwestie nu wel door de Raad van
State, dan wel door de civiele rechter
moest worden behandeld.
Voordelen
De heer Van der Heyden wees erop,
dat de wet belangrijke voordelen biedt
aan de voorstanders van de ruilverkave
ling. Iedere grondbezitter, agrariër of
niet, grote boer en eigenaar van 20 bun
der of eigenaar van een miraculeus
klein stukje land, allen mogen hun stem
uitbrengen. De stemgerechtigden, die
niet verschijnen worden automatisch ge
acht te hebben voorgestemd.
Pleiter noemde de veronderstelling,
dat degenen, die door onverschillig
heid of door andere oorzaken wegblij
ven, geacht worden voor de verkave
ling te zyn, uitermate dubieus.
Het feit, dat overledenen, die in het
kadaster nog als eigenaren te boek staan
een dwingend voorstemrecht uitoefe
nen, met een passage uit het boek van
de Rus Gogol „Dode zielen", waarin lijf
eigenaren, die al lang en breed dood
zijn, door een oplichter worden „ge
kocht" om vervolgens hypotheek op deze
dode zielen te nemen.
„Men zou over het aan de Neder
landse doden toegekende exclusieve
voorstem plicht kunnen lachen ware het
niet, dat de consequenties daarvan voor
de nog levende anti-ruilverkavelaars zo
indroevig zou zyn".
Pleiter wraakte het, dat de voorzitter
van de stemmingsvergadering het nut
van de riulverkaveling had geprezen. „Ik
zie het al gebeuren, dat de voorzitter
van een stembureau bij een verkiezing
zo handelt".
Niet toelaatbaar
De heer Van der Heyden vond de op
de stemming door de voorzitter ge
maakte propaganda niet toelaatbaar.
„Te meer niet. omdat de tegenstanders
hun mond moesten houden".
Pleiter benadrukte, dat de stemming
ten voordele van het aannemen van
de ruilverkaveling in hoge mate was
beïnvloed door 9 overdrachten van
kleine stukjes grond door ouders aan
hun kinderen. „Deze schynhandelin-
gen hadden tot doel de wet te ontdui
ken zonder met de woorden van de
wet in stryd te komen. De nieuwe
4/
yt>\
V
trè keystmfi.met kaardt