Kikvorsmannen doen een vergeefse
duik naar resten van „Brittenburg"
Gratis 8 leuke kinderboekjes
Commandeur Van Strien over taak
onzer Kon. Marine in de Antillen
„UNIEKE EXPEDITIEVOOR KATWIJKSE KUST
Op deze wijze n as het als een
zoeken naar speld in hooiberg
Voor een gasaansteKer
De avonturen van Prélientje" door Annie M. G.
Bij elke 2 pak Pré zo'n boekje cadeau. U krijgt ze direct mee bij Uw winkelier
Omvat beveiliging en opleiding
DONDERDAG 26 NOVEMBER 1959
(Van een onzer redacteuren)
Woensdagmiddag op de Noordzee.
Zojuist hebben we het strijdperk verlaten. De sterke machines van
de zeesleper „Hector" stampen ons terug naar de uitgangsstelling:
IJmuiden.
De aanval is afgeslagen. De zee heeft niet willen buigen voor de
plotselinge, incidentele actie van een groepje Amsterdamse onder
waterjagers.
Het water gaf de geheimen (nog) niet prijs van de Romeinse
vesting „Brittenburg", welke eeuwen geleden voor de Katwijkse kust
oversnoeld werd.
Op zeebodem slecht
zicht en een bij na
ondraaglijke koude
In 1520 werd voor zover thans be
kend de z.g. Brittenburg (Huis te
BrittenArx Brittannica) voor het eerst
waargenomen aan het strand, zo'n
dikke duizend meter van het oude Kat
wijk aan Zee. Toen liepen nog op twee
plaatsen de muren van deze vesting
tot onder de duinen door.
Tot 1667 zou bij laag water nog iets
van dit kasteel zichtbaar geioeest zijn.
Kort daarop werden ook de laatste
resten door de zee verzwolgen.
En het nageslacht kon slechts gissen
hoe dit bouwwerk eruit gezien heeft.
Door luie en wanneer het gebouwd
werd. Maar voor alles, waar het ge
staan heeft. Er bestaan wél globale
schattingen, maar geen enkele biedt
zekerheid. En juist als men de plaats
zeker wist, zou men wellicht meer te
weten kunnen komen.
vanaf f9.50 tot f95.
SIGARENHANDEL
voorh. H. Walenkamp Zn.,
PRINSESSEKADE 1 - LEIDEN
TELEFOON 21126
Een Albert Cuyp ontdekt?
De Delftse kunstschilder Cor van
Oei, die reeds verscheidene maanden
met zijn woonark „Sonnevaert" in
Kockengen ligt, waar hij in opdracht
van het gemeentebestuur vier schilde
rijen maakt van plekjes die gedoemd
zijn om te verdwijnen, heeft dezer
dagen een schilderij schoongemaakt
en gerestaureerd dat naar zijn mening
een werk is van de 17e eeuwse Dordtse
meester Albert Cuyp. De signatuur en
de datering 1688 zijn bij het schoon
maken tevoorschijn gekomen en onder
een goede belichting duidelijk lees
baar.
Het is een eikehouten paneel van
150 bij 100 cm. Het schilderij stelt voor
het vertrek van Koning Karei II aan
boord van het Engelse oorlogsschip
„Royal Charles". Op het schilderij ziet
men, dat de Britse vloot vaarklaar wordt
gemaakt, terwijl de Hollandse schepen
terugkeren.
Het schilderij is in particulier bezit
en blijft in ons land.
NIEUWE UITGAVEN
Marceline, roman over de Franse dich
teres Marcellne DesbordesValmore, door
Siegfried E. van Praag, en
Tot ziens grootvader, door Tine Leiker-
Kooymans. Jeugdboek. Ultg.: Leopold NV,
Den Haag.
God tussen oude en nieuwe goden; In
drukken van een wereldreis, door J. Lep-
pich. Uitg.: Lannoo, Den Haag.
Avontuur schuilt overal, door R. Ross,
en
Leven Is geen kinderspel, door R. Ross.
Jeugdpocket-reeks „Bonte Wereld". Uitg.:
Lannoo, Den Haag.
De bittere liefde van Georges Brassens,
door K. van Deuren, en
Glulletta Masina en het geluk, door Jos
Burvenich. Humanitas-pockets. Uitg.:
Lannoo, Den Haag.
De motorvlet Burwijsmet en
kele kikvorsmannen aan boord
vaart van de sleepboot Hector
weg om dichter onder de kust aan
het duikwerk te kunnen beginnen.
De heer A. G. Beijne, lid van de Ar
cheologische Werkgemeenschap voor
Westelijk Nederland was gebiologeerd
door deze essentiële vraag. Toen hij dan
ook contact kreeg met de Amsterdamse
Onderwater Jagers Club was snel het
plannetje geboren, dat zou uitmonden
in de onderneming van vanmiddag.
Men zou een poging gaan wagen om
voorlopig de plaats van de verzonken
vesting te bepalen. Het Bureau Wijs
muller te IJmuiden werd eveneens ent
housiast en stelde, zodra het mogelijk
was, een zeesleepboot ter beschikking.
Overbevolkt
Dus voer de „Hector" vanmorgen in
de mist de haven van IJmuiden uit, na
gewuifd door dr. P. Glazema, directeur
van de Rijksdienst voor Oudheidkundig
Bodemonderzoek. De avond tevoren had
hij de deelnemers reeds telegrafisch
succes met deze „unieke expeditie" toe
gewenst en een van zijn medewerkers,
ir. J. A. Trimpe Burger, maakte de
tocht mee. Deze had vast niet over ge
brek aan gezelschap te klagen. Door
een overweldigende belangstelling van
pers, radio, televisie en film was de
„Hector" tamelijk overbevolkt.
Op halve kracht danste de sleper
door de deining. Te dartel voor som
mige magen, die tegen dit urenlange
gewiebel niet bestand bleken. De kopjes
snert, die werden rondgedeeld, maakte
het er niet beter op...
Doch dat leed was snel geleden, toen
kapitein Peresutti even over twaalf het
anker voor de Katwijkse kust kon laten
vallen. Tevoren was de motorvlet reeds
van het schip weggegleden om te zor
gen, dat de „Hector" zo dichtbij als
mogelijk kon komen. Via de radio werd
contact gehouden, maar eindelijk vond
de kapitein het welletjes. De ankerket
tingen ratelden en de „Hector" lag stil,
rustig deinend op de kabbelende golf
jes.
Kikvorsmannen
Weinige ogenblikken later verschenen
een tiental onwezenlijk lijkende figuren
aan dek. Het waren de kikvorsmannen
in hun nauwsluitende donkere rubber-
pakken met lichte strepen. De zuurstof-
flessen werden in gereedheid gebracht.
De leider, ir. M. van Ruitenbeek riep
zijn mensen onder wie een student,
een laborant, een beeldhouwer, een ver
tegenwoordiger, een los arbeider en
scholieren, allemaal amateurs dus, die
hun training in de Middellandse Zee
hebben genoten nog eens bij elkaar
voor een laatste instructie.
De paren werden ingedeeld. Een de
leider en de ander de volger. Blindelings
door dik en dun.
Elkaar kwijt? Dan onmiddellijk naar
boven. Aan de oppervlakte elkaar zoe
ken en dan tezamen weer naar bene
den.
Vooral letten op de diepte, de stro
ming en de zichtbepaling.
Moeilijkheden? Een stevige ruk aan
het touw. In de boot staat er steeds
een kikvorsman klaar om te hulp te
snellen.
Verdeelde meningen
Alles gereed? De eerste groep kik
vorsmannen pakte de zuurstofflessen,
de zwemvliezen, de duikmaskers, de
messen en de gordels met verzwarend
lood, en stapte in de motorvlet. Snel
stoomde het scheepje weg. Boven in de
stuurhut stond de voorzitter van de
OJ.C., de heer Hartman, om als een
veldheer door de radio zijn troepen te
dirigeren.
Maar... de „geleerden" om hem
heen waren het lang niet eens over
de plaats, waar „Brittenburg" zou
moeten liggen.
Tussen paal 85 en 86. Ja, maar
waar precies? De een zei noordelijk,
de andere zuidelijk.
Het maakte de zaak niet gemakke
lijker. Het werd als het zoeken naar
een speld In een hooiberg.
„Meer om de noord... Meer om de
zuid... Meer onder de wal... Meer uit
de kust..." Gewillig volgde de vlet de
aanwijzingen.
Weinig moed meer
De kikvorsmannen verdwenen onder
de oppervlakte. Eerst twee op eigen ge
legenheid. Ze konden niets vinden.
Maar hun ervaringen beneden waren
weinig hoopgevend. Het zicht was bij
zonder slecht. Nauwelijks een tiental
centimeters. En de koude was schier
ondraaglijk.
Desondanks ging nummer drie het
water in. Langzaam liet hij zich aan 'n
touw over de zeebodem voortslepen.
Plotseling stuitte hij op een verho
ging. Zou dat „Brittenburg" zijn? De
man kwam naar boven zonder op deze
brandende vraag een antwoord te kun
nen geven.
Een tweede groep duikers toog aan
het werk. Zouden zij met positiever
nieuws naar boven komen? Langzaam
tastten zij de bodem van de zee op de
aangegeven plek af. Eén van hen was
met een microfoon bewapend.
„Ik heb wat" klonk het ineens. In
de vlet hield men even de adem in.
Een steen was het niet. Een paal
misschien? Ook niet... Een plank?
Een deksel van een kist? Het kan wel.
Wie zal het nu nog kunnen zeggen?
De kikvorsman kwam boven, het
voorwerp bleef beneden. De man kon
niet vertellen, wat hij daar in het
duister gevoeld had. Als hy het niet
weet, wie dan wel? Maar met het
voorwerp was eigenlijk ook het opti
misme, het vertrouwen in het wel
slagen van detze exceptionele expedi
tie, op de zeebodem gebleven.
Bovendien, de inmiddels te sterk ge
worden zeestroming maakte verder nut
tig werk onmogelijk.
De derde groep, die in de rubberpak-
ken nog aan dek stond te bibberen van
de kou, heeft het niet eens meer gepro
beerd. Ze gingen nog wel het water in,
maair bij de „Hector". Ze haalden even
een nat pak, maar het bleef een korte
oefening. Een spelletje. Een stootte nog
zijn hoofd aan de intussen alweer ach
ter gebonden vlet, een ander raakte bij
na klem tussen dit scheepje en de .Hec
tor". Het plezier ging er snel af. Spoedig
stonden zij weer aan boord. Het anker
werd gelicht en de steven gewend in de
richting IJmuiden. De expeditie be
hoorde tot het verleden. Het was ver
geefse moeite geweest.
Nieuwe pogingen
Voorgoed uit het veld geslagen door
deze mislukking?
„Geen denken aan", zei de secretaris
van de Onderwater Jagers Club, de heer
J. P. Toenbreker, weer wat bekomen
van de kou zo'n tien meter onder de
oppervlakte van de zee geleden.
„We zijn vast van plan door te zet
ten. Waarschijnlijk gaan we in het
voorjaar verder. Hoe precies weten we
nog niet. Misschien zullen we eerst de
bodem aftasten met een verzwaarde lijn
en duiken, wanneer wij ergens blijven
haken. De Katwijkse vissers blijven
toch ook wel eens met hun netten er
gens achter haken. En wie weet, wel
licht wil Wijsmuller wel weer terwille
zijn met- een van zijn schepen".
,Dat kan ik nu nog niet zeggen', vertelde
ons de heer Jonkman later, bergings-
deskundige van het IJmuidense Bureau
Wijsmuller en zelf ook duiker. „Ik weet
echt niet of dat volgend jaar zou kun
nen. Het moet in ons werkschema pas
sen. Bovendien, daarover moet de direc
tie beslissen. Maar ik vind het een leuke
onderneming".
En wij nemen wel aan, dat de Onder
water Jagers Club door de ervaringen
van vandaag wat wijzer is geworden.
Een dergelijke expeditie kan men niet
zonder een grondige voorbereiding op
touw te zetten, zonder een afbakening
van het te onderzoeken gebied en zon
der een systematische wijze van aftas
ten van de bodem. Het enthousiasme
deed weldadig aan. maar vandaag ging
De kikvorsmannen gaan te water.
men toch eigenlijk op de bonnefooi aan
het werk. Het zou een wonder geweest
zijn als men iets gevonden had. Brit
tenburg houdt voorlopig nog zijn gehei
men vast.
En terwijl wij dit schrijven is een
diepe duisternis over de Noordzee ge
vallen. Aan beide zijden van de boeg
spat het witte schuim hoog op. Voor
het eerst tijdens deze tocht vaart de
„Hector" op volle kracht. De achter-
hangende vlet en sloep, die dat be
lemmerden, zijn losgemaakt. Zij
moeten maar op eigen kracht de lok
kende lichtjes van de haven bereiken.
In de machinekamer van de sleper
zingen de 1200 paardekrachten een
machtig lied. De kapitein heeft haast,
wij stormen tussen de pieren door.
Want we moeten op tijd binnen zijn
voor de radio-uitzending. De publi
citeit moet immers ook zijn deel heb
ben...
vast ron kei wit
en...prettig snel
„Wij hebben hier de hersenen, de beenderen en het zenuwgestel.
In oorlogstijd wordt het vlees erop gelegd", aldus de commandeur
A. van Strien, commandant Zeemacht Ned. Antillen.
In zijn werkkamer op het Marinehoofdkwartier Parera, gelegen aan
de rand van Willemstad, gaf commandeur Van Strien een uiteenzet
ting van de taak der Marine in de Antillen. „Deze taak", zo zei hij,
„is tweeledig, namelijk enerzijds de beveiliging van het grondgebied
van de Antillen en anderzijds de opleiding van personeel. De bevei-
ligingstaak schept tot dusverre weinig problemen. Incidenten hebben
zich tijdens mijn bevelsperiode niet voorgedaan en de betrekkingen
met de omliggende landen zijn vriendschappelijk".
Veelomvattend
De opleidingstaak is echter veelomvat
tend. Er wordt constant geoefend ter
voorbereiding van het ongeveer 1.100
man sterke Marinedetachement voor de
nox-male oorlogstaak. Commandeur van
Strien wees er in dit verband op dat
hoewel de Antillen buiten de verdedi
gingsgordel van de Noord Atlantische j
Verdragsorganisatie vallen, de samen
werking met de Amerikaanse -vloot ook
hier uitstekend is. De varende eenheid
van de Marine in de Antillen, thans het
fregat Hr. Ms. Van Amstel, oefent ge
regeld tezamen met Amerikaanse een
heden die zijn gestationeerd in Guanta-
namo Bay en in Puerto Rico.
Het squadron van de Marine Lucht
vaart. Dienst, dat is gestationeerd op de
Dr. Albert Plesman luchthaven het
Dr. Alb. Plesman luchthaven het bur-
dergebracht zijn in de Marinierskazernes
Suffisant en Savoneta, op Curagao en
op Aruba, hebben hun eigen opleidings
programma en nemen geen deel aan
oefeningen met Amerikaanse eenheden.
Wel zijn er geregeld oefeningen van de
drie Marine-onderdelen onderling.
Parate kernen
Commandeur Van Strien verklaarde
niet te verwachten dat men binnen af
zienbare tyd in de Antillen zal kunnen
beschikken over atoomwapens of geleide
projectielen. Voorshands achtte hy dit
niet noodzakelijk en bovendien, is dit
een kwestie die meer de Nederlandse re
gering en de hoogste Marine leiding
aangaat dan de regionale bevelhebber in
de Antillen. „De in vredestijd in de An
tillen gestationeerde eenheden van de
Kon. Marine vormen parate kernen en
geen volledig bemande gevechtseenheden
In tyden van spanning en by mobilisatie
of in oorlogstijd zullen deze kernen
worden versterkt", zo zei hij.
Bovendien, vervolgde de Commandeur,
komt het nog al eens voor dat in Neder
land gebaseerde vlooteenheden voor
oefeningsdoeleinden naar de Caraibische
wateren worden gedirigeerd, aldus een
tijdelijke versterking vormend die zeer
welkom is omdat er dan gelegenheid is
om tezamen met het stationsschip te
oefenen.
Met de omliggende landen wordt op
normale wijze contact onderhouden door
middel van wederzijdse vlootbezoeken.
Moeilijkheden in verband met het il
legaal binnenkomen van de territoriale
wateren hebben zich niet voorgedaan.
Prettige samenwerking
De Marine onderhoudt uitstekende be
trekkingen met de landsregering, het
eilandbestuur en de bevolking. „Wjj heb
ben een bijzonder prettige samenwerking
met de autoriteiten en met de bevolking.
De Kon. Marine staat zeer in de be
langstelling en men ziet ons hier gaarne.
Er is bijzonder veel contact met zowel
officiële en niet-officiele instanties als
met de burgerbevolking".
De Commandeur vertelde nog hoe de
Marine bij allerlei zaken wordt betrok
ken, „van het opsporen van vermiste
sportvliegtuigen en verdwaalde prauwen
tot het opruimen van scheepswrakken
en het in kaart brengen van de zeebo
dem. Bij duizend-en-een dingen geven
wij assistentie".
Hydrografie
Hij ging uitvoerig in op de hydrogra
fische projecten waarmede het fregat
van Amstel zich thans bezighoudt. Op
het ogenblik zijn hydrografische opne
mingswerkzaamheden (dieptemetingen)
aan de gang by het eiland St.-Maarten,
in de grote en kleine baai. Het fregat
werkt met een echolood, dat sneller en
uitgebreider diepten registreert dan het
oude handlood. Voor de komende maan
den staan nog opmetingen op het pro
gramma in de Oranjebaai bij St.-Eusta-
tius, in het Spaans lagoon bij Aruba en
in het Spaanse water van Curacao.
Later, zullen er vermoedeiyk nog aan
vullende opmetingen worden verricht in
de Annabaai, de toegang tot het Schot-
tegat.
OPNIEUW VRAGEN OVER
AMSTERDAMSE GG EN GD
Het lid van de Amsterdamse ge
meenteraad, de arts J. A. de Jong (WD)
heeft B. en W. schriftelijk gevraagd of
het juist is, dat op maandag 12 oktober
j.l. een 55-jarige vrouw in haar woning
te Amsterdam is overleden, voor wie op
vrijdag 9 oktober door haar huisarts
ziekenhuisopname was verzocht. Voorts
vraagt dokter De Jong of het juist is,
dat de patiënte, die vrijdag door een
controlerend arts van de Gemeentelijke
Geneeskundige en Gezondheidsdienst is
bezocht en dat deze geneesheer heeft
verzuimd nog op dezelfde dag aan de
huisarts mee te delen, dat hij zieken
huisopname niet noodzakelijk achtte,
waardoor de huisarts in de veronderstel
ling kon verkeren dat zyn patiënt was
of zou worden opgenomen.
Indien dit juist is, welke maatregelen
zyn dan ten aanzien van deze arts ge
nomen?, zo vraagt de heer De Jong ver
der. Zijn B. en W. niet van oordeel, dat
het een onverbiddeiyke plicht is van de
controlerende geneesheren van de G.G.
en G.D. met de behandelende arts ter
stond overleg te plegen, indien zy zie
kenhuisopname niet of niet terstond
noodzakelijk achten. Voldoet de instruc
tie voor deze geneesheren van de G.G.
en G.D. wel aan deze eis en zo niet,
dient deze instructie dan niet onverwijld
in bedoelde zin te worden gewijzigd?
Open voor Antillianen
Commandeur Van Strien wees er ten
slotte op, dat ook voor Antillianen
dienstneming by de Kon. Marine open
staat. „Maar dan moeten zy ook dienen
zoals het andere personeel, in alle ge
bieden waar de Marineleiding dit nodig
acht". Hy voorzag de mogelijkheid van
de toetreding van meer geschoolde An
tilliaanse jongelui in de toekomst, in het
bjjzonder by een verslechterende ar
beidsmarkt. „De Marine neemt, indien
er in de onderscheidene dienstvakken
plaats is, iedereen op die aan de gestel
de eisen voldoet", co zei hy.
Proefvolkstelling
verliep naar wens
(Van onze Haagse redactie)
In verband met de volkstelling, die op
31 mei 1960 in het gehele land zal plaats
vinden, is voor kort door het Centraal
Bureau voor de Statistiek een proeftel-
ling in 1000 gemeenten gehouden. Hier-
by werden gegevens verzameld op 10.000
adressen over ongeveer 40.000 personen.
Nu alle gegevens van deze proeftelling
binnen zyn, kan het CBS zeggen, dat
het geheel een succesvol verloop heeft
gehad. Zowel van de zyde van de ge
meen tebesturen als van de zyde der be
volking werd grote medewerking onder
vonden.
De resultaten moeten nu eerst by het
CBS worden verwerkt, zodat concrete
cyfers nog niet verstrekt kunnen wor
den. Omdat de formulieren voor de echte
telling voor alle mensen geschikt moeten
zijn, zal men hier en daar vereenvoudi
gingen moeten aanbrengen en de volg
orde van de vragen moeten wijzigen.
Overleg met de gemeenten over een en
ander is reeds gaande.
In januari zal men met de proef ver
der gaan met de verwerking van de ge
gevens op de machines, die by de telling
zullen worden ingeschakeld.
Optocht „vijftien jaar
economische opbouw
(Van onze Haagse redactie)
Het Algemeen Haags Comité over
weegt, om ter gelegenheid van de vie
ring van de komende bevry dings dag,
5 mei 1960, in Den Haag een optocht te
organiseren van wagens, waarmee de
economische opbouw gedurende het
tydvak van 15 jaar vrede zal worden
gesymboliseerd. Door het deelnemen aan
deze optocht, welke dus zal worden ge
houden onder het motto: „vyftien jaar
economische opbouw", zullen de in de
Haagse agglomeratie of elders in den
lande gevestigde bedryven en instellin
gen in de gelegenheid zijn, in het open
baar te tonen, hoe zy zich de laatste 15
Jaar dank zy intensieve arbeid hebben
ontwikkeld.