De zac
van a
Lezers schrijven
en bij Golden Fiction
Ruim tweeduizend jongeren weer
geboeid door Toonkunstconcert
ZWAAN EN ZEE DOMINEREN
IN DE KOMENDE HAARMODE
De voetganger in liet verkeer
zit de zachtheid
waar ze hoortin de tabak
Het „open gesticht" beoogt de
wederaanpassing van delinquent
vrij
Opgericht 1 maart 1860
Dinsdag 29 september 1959
Derde blad no. 29860
Flipse bracht HaydnWagenaarDu kas
Ruim twee duizend jongens en meisjes hebben gistermiddag weer
In de Stadsgehoorzaal genoten!
Eduard Flipse en zijn Rotterdams Philharmonisch Orkest waren
als alle jaren present om, in het kader der Jeugdconcerten van de
Maatschappij voor Toonkunst hun kunnen en muzikaal enthousiasme
in de dienst der jeugd te stellen.
Het is niet eenvoudig, telkenmale voor de jongeren een programma
samen te stellen, dat hen boeit. Maar Flipse slaagt daar steeds won
derwel in!
Zijn korte, deskundige toelichtingen en zijn energieke directie zorgen
voor de rest: het wordt ook nu weer een prettig en vlot verlopend
concert (het 62ste!) tweemaal op één middag waarnaar gespan
nen geluisterd wordt.
Met de vijfde der Londense symfo
nieën, daterend van 1791, van Haydn
opent het programma. Wanneer men
weet, dat Haydn er niet minder dan 104
schreef, is het wonderbaarlijk, hoe hij
steeds een merkwaardige frisheid be
hield, die ook in deze symfonie haar
uitlaat vindt. Van de vier delen kwa
men er drie tot uitvoering, maar zij
waren voldoende, om te bewijzen, hoe
veel Haydn met een betrekkelijk klein
apparaat reeds wist te bereiken. Geheel
op dreef was het orkest hier evenwel
nog niet, de uitvoering had aan fijnzin
nigheid kunnen winnen. Een kolfje naar
Flipse's hand is altijd dr. Johan Wage
naars uit 1906 daterend symfonisch ge
dicht „Saul en David". Klankrijk, in
een meesterlijke instrumentatie gevat,
schildert Wagenaar hier de bekende
episode uit de bijbel: de sombere Ko
ning Saul, tegenover zijn gunsteling
David, die harp voor hem speelt. Totdat
de speer, muzikaal geïllustreerd door de
bekkenslag, naar hem geworpen en hij
vlucht. Na de hoogste extase, weer een
vervallen in sombere waanzin
Treffend is hier Wagenaars illustratief
kunnen, weliswaar menigmaal herinne
rend aan dat van zijn grote voorbeeld
Richard Strauss, doch de persoonlijke
verwerking wist hij te behouden. Mar-
got Flipse-Broeders hanteerde hier op
de van haar bekende voortreffelijke
wijze haar „Koninklijk" Instrument!
Het Rotterdamse orkest gaf er een
karakteristieke en suggestieve schilde
ring van, evenals van het hierop vol
gende geniale en wereldberoemde Scher
zo van Paul Dukas „L'apprenti sorcier",
dat het toch qua constructie en opbouw
van Wagenaar wint. De Tovenaarsleer
ling (1897), naar de ballade van Goethe,
het verhaal van de behekste bezem en
het steeds maar sneller stromende wa
ter, door de bezweringsformule van de
tovenaar tenslotte toch eindelijk tot
6taan gebracht, liet ook nu niet na in
druk te maken. Vooral door de bewogen
vertolking, culminerend in het magis
trale koperakkoord, waarna nog even
even iets van het mysterie blijft nawer
ken. Fagot en klarinet spelen in dit
alles een grote rol, het is een genot hier
de geestige thematiek te volgen. Deze
oude volkslegende sloeg, in Dukas'
„Bemiddelend optreden" bij
overlast in flatgebouwen
B. en W. van Den Haag hebben na
onderzoek geen aanleiding gevonden, in
de algemene politieverordening voor de
stad een bepaling op te nemen, waarbij
het bewoners van etagewoningen wordt
verboden, bewoners van lager gelegen
woonlagen bjj het verrichten van huis
houdelijke bezigheden (ophangen van
druipend wasgoed, uitslaan van zwab
bers en stofdoeken, rommel laten vallen
op lager gelegen balkons en in tuinen,
enz.) overlast aan te doen.
Dit euvel heeft wèl in enige gevallen
tot moeilijkheden tussen verschillende
bewoners geleid - het aantal klachten
bedroeg over een periode van twee jaar
79 - maar in 62 gevallen had de inge
roepen politiebemiddeling een gunstig
resultaat. Slechts in gevallen van aperte
onwil of plagerij schoot deze bemidde
ling tekort. Ook in andere grote ge
meenten wordt, aldus het college, in het
overgrote deel der gevallen met gunstig
resultaat de weg van „bemiddelend op
treden" gevolgd.
Generaal Lieftinck
op Ned. Antillen
Zaterdag is op Curacao aangekomen
genera al-majoor der Mariniers H.
Lieftinck, vergezeld door zijn adjudant
kapitein der Mariniers H. Martens. Zij
zullen drie weken op de Ned. Antillen
blijven.
Tot het einde van de maand septem
ber blijft de generaal op Curasao, daar
na bezoekt hij Aruba en tenslotte zal hij
gedurende drie dagen oefeningen van in
de Antillen gelegerde Mariniers op
Bonaire bijwonen. Ook op Aruba en
Curacao zal hij oefeningen bijwonen en
inrichtingen bezoeken. Er zullen be
sprekingen worden gevoerd met de com
mandant der Marine-eenheden in de
Ned. Antillen. Commandeur Van Strien
en met de commandant van het in de
Antillen gestationeerde bataljon Mari
niers, kolonel Pronk.
Vermoedelijk zal generaal Lieftinck op
16 oktober naar ons land terugkeren.
Generaal Schuyler naar
Nederland
De chef-staf van het NAVO-hoofd-
kwartier in Europa, te Parijs, de Ameri
kaanse luit.-generaal Cortlandt van
Rensselaer Schuyler, die binnenkort de
NAVO gaat verlaten, komt deze week
een afscheidsbezoek brengen aan ons
land. Hij zal vrijdag te Soestdijk worden
ontvangen.
Nederlands schip bij Japan
aan de grond
Het 10.972 ton metende m.s. „Tji-
tjalengka" van de Kon. Java-China
Paketvaartlijnen is zaterdag bij de over
Japan razende tyfoon bij Nagoya op
de Japanse kust aan de grond gelopen.
Noch het schip, noch de bemanning
of de 77 passagiers, voor het merendeel
toeristen uit Zuid-Afrika en Zuid-Ame-
rika, verkeren echter in gevaar, aldus de
berichten van de vertegenwoordiger der
maatschappij in Hongkong.
In Amsterdam voegde de directie van
de KJCPL hier aan toe, dat het schip
in modderige grond vast zit en vermoe
delijk geen schade heeft opgelopen.
eminente muzikale verbeelding, vanzelf
sprekend opnieuw hevig in. De fantasie
werd bovendien sterk geprikkeld; ook
dat is een voorname factor op een
jeugdconcert.
Flipse had het orkest hier ferm in de
hand, zodat het applaus bij voorbaat
verzekerd was!
Toonkunst heeft de jeugd weer een
interessante middag bezorgd.
H.
Slachtoffers van de
Jroogte krijgen liulp
Op royale wijze is gereageerd op de
oproep van de drie centrale landbouw
organisaties om de getroffen boeren in
de hogere zandgebieden de helpende
hand te bieden door het verstrekken van
voer in de vorm van bietenloof, stro en
hooi. De landbouwers in de Noordoost
polder hebben reeds meer dan 400 ton
voedsel toegezegd voor de boeren in
Overijssel.
Deze hoeveelheid werd binnen twee
dagen geboekt. Naar het zich laat aan
zien, zal de stroom toezeggingen nog
aanhouden. De ergste gevallen zullen
het eerst worden geholpen. Gisteravond
bereikte het eerste voedseltransport het
zeer zwaar getroffen Hardenberg, waar
twee vrachtauto's geladen met bieten
koppen, arriveerden. De provinciale
voedselcommissaris belast zich met de
verdeling, terwijl de plaatselijke bureau
houders toezicht houden.
Er is ook medewerking van de han
del. Velen stellen hun vrachtauto's be
schikbaar. Men heeft voor de hulpver
lening voorlopig als maatstaf aangeno
men bedrijven, welke ongeveer vier a
vijf koeien bezitten, het eerst te voorzien
van veevoeder. Of deze norm echter ver
hoogd zal worden, hangt af van de toe
zeggingen, die zullen volgen.
Eerder in Leiden dan in Parijs
Aangepast aan smaak
Nederlandse vrouw
Korte tijd geleden toerd de ge-
interesseerde wereldpers in Parijs
geconfronteerd met de nieuwe haar
mode. De modekoningen hadden ge
sproken, volgens de wetten der lo
gica moesten de figaro's wel volgen.
Ditmaal hadden die zich laten inspi
reren door de sierlijke lijnen van de
zwaan en de natuurlijke golven van
de zee. Dus zal de haarmode in het
komende seizoen beheerst worden
door twee lijnen: „La Cigne" en „La
Mer".
Maar al wist de wereldpers nu pre
cies hoe deze creaties eruit zagen, de
kapperswereld wist nog niet, hoe men
deze moest inzetten en uitwerken. Of
ficieel worden deze bijzonderheden
eerst over enkele dagen vrijgegeven. Het
geen echter niet wil zeggen, dat inge
wijden nog steeds in het ongewisse ver
keren. Ook de Nederlandse vereniging
van topkappers „Circle des Createurs"
heeft haar relaties met Parijs en langs
aie verbindingen zijn de details reeds
tot ons land doorgedrongen. Via Den
Haag zelfs tot in Leiden. Tot in de bo
venzaal van Zomerzorg, waar gister
avond de kammen en borstels door
blonden, bruine, zwarte en andere kleu
rige lokken gleden. Het bestuur van de
Leidse afdeling van de Vereniging van
Technische Clubs in het Kappersbedrijf
had alle kappers en kapsters in Leiden
uitgenodigd om een kijkje te komen ne
men. Toch was de belangstelling niet
overweldigend. Een diepe doorn in het
oog van de VTCK. „Hoe bestaat het in
hemelsnaam, dat zovelen in ons bedrijf
geen lid van de Technische Clubs zijn",
riep de heer L. van Tongeren uit in zijn
welkomstwoord. Hoe kan men dan bij
blijven met de verdergaande techniek en
de zich ontwikkelende mode?
En om verder te borduren op het stra
mien van de spreker, hoe kan men dan
te weten komen, dat „La Mer" zich
kenmerkt door „bolle oorpartijen, een
hoge volle bovenpartij, een naar de nek
uitlopende punt en een afgevlakte bo
venkant aan de achterzijde"?
En „La Cigne" door „een bolle boven
kant. twee platte zij partijen die tegen
de wenkbrauwen eindigen, een in een
punt uitlopende achterkant en een
denkbeeldige scheiding rondom het
hoofd ongeveer vier centimeter boven
het oor"?
Ongetwijfeld zal men het nog wel eens
kunnen lezen in de vakliteratuur, maar
gisteravond werden deze nieuwe lijnen
eerst gedemonstreerd door leden van
do afdeling Den Haag van de VTCK en
later door vier „Createurs", die duide
lijk - en fraai - de mogelijke variaties
lieten zien.
Want het is al net als met de haute
couture. Parijs kan wel decreteren, maai
de Nederlandse vrouw wil niet slaafs
volgen. Zij wil de mode aangepast zien
aan haar smaak en haar uiterlijk. Dus
hebben de Nederlandse kappers en kap
sters zo gemanoeuvreerd met die vele
en voor een leek onbegrijpelijke denk
beeldige driehoeken van de nieuwe lij
nen, dat naar hun gevoel de charme van
het vaderlandse zwakke geslacht het
best gediend wordt. Het resultaat is niet
altijd even bescheiden, maar in vele ge
vallen beslist gracieus en ook in ons
winderige klimaat goed draagbaar. Het
geen men bij de Parijse originele mo
dellen niet altijd kon zeggen. In ons
waterrijk landje hebben de kappers ook
„hun" zwaan en „hun" zee een zuiver
Nederlands karakter gegeven.
Niet één branche voor
(liep vriesha ndel
(Speciale berichtgeving)
De commissie adviezen vestigings
regelingen van de S.E.R. is van me
ning, dat het geen zin heeft de klein
handel in diepvriesprodukten aan
enige regeling op grond van de vesti
gingswet bedrfjven 1954 te onderwer
pen. De specialistische vakbekwaam
heid, benodigd voor deze detailhandel,
is van zo geringe aard, dat diepvries
produkten niet als kenmerkend voor
een bepaalde branche kunnen worden
gerekend.
Daarmee wijst de SER-commissie de
regeling van de kleinhandel in diep
vriesprodukten, zoals opgenomen in het
voorontwerp vestigingsbesluit levensmid-
delenbedrijven van de hand.
De commissie is van mening, dat voor
een goed afzetapparaat der produkten
een groot aantal verkooppunten is ver
eist.. Voor een economisch gebruik van
een diepvries container is voorts het
voeren van een volledig assortiment
veelal noodzakelijk, zodat het onjuist
zou zijn het complex van diepvriespro
dukten over verschillende specialistische
branches te splitsen.
Dr. Albert Schweitzer
in Kopenhagen gearriveerd
Dr. Albert Schweitzer is zaterdag in
Kopenhagen gearriveerd waar hem mor
gen door de universiteit de „Sonning
prijs" zal worden overhandigd. Behalve
de 100000 kronen van de prijs zal dr.
Schweitzer een cheque voor 50.000 kro
nen ter hand worden gesteld, de op
brengst van de vertoning in Denemar
ken van een film over zijn ziekenhuis
in Lambarene (Afrika).
Dr. Schweitzer had de reis vanGüns-
bach, zijn geboorteplaats in de Elzas,
naar Kopenhagen per auto gemaakt. De
84-jarige wordt vergezeld door Mathilde
Kaufmann, die al 35 jaar zijn secreta
resse is en een fotografe, die de auto
bestuurde.
Dr. Schweitzer verklaarde dat hij de
150.000 kionen voor zijn ziekenhuis zal
gebruiken en dat hij donderdag weer uit
Kopenhagen vertrekt. Hij zal een be
zoek brengen aan een kennis in Malmö
iZweden) en daarna een aantal univer
siteiten in Duitsland bezoeken.
Oud-minister Van der Meer
onderscheiden
Gouverneur Speekenbrink heeft aan
de afgetreden minister van Justitie van
de Ned. Antillen, mr. S. W. van der
Meer, diens benoeming tot ridder in de
Orde van de Ned. Leeuw bekendgemaakt
en de aan deze benoeming verbonden
versierselen uitgereikt. De voltallige
raad van ministers en familieleden van
mr. Van der Meer waren bij deze plech
tigheid aanwezig.
Soldaat op wacht gedood
Gistermiddag is door een ongeluk de
20-jarige dienstplichtige soldaat F. A. M.
van Bree door een schot uit een geweer
om het leven gekomen .De soldaat, die
was ingedeeld bij de staf en stafcompag
nie van de 12e gevechtsgroep (stoot
troepen), maakte deel uit van de wacht
en stond op post bij een bunker.
Te 13.15 uur werd een schot gehoord,
dat gelost bleek uit het geweer van de
soldaat van Bree. die levenloos op zijn
post werd aangetroffen.
De Koninklijke Marechaussee, die de
kwestie in onderzoek heeft, veronderstelt
een ongeluk. De omgekomen soldaat was
afkomstig uit Heeze (N-B).
Als er één groep van weggebruikers is.
die belang heeft bij een goed stelsel van
openbaar vervoer en het scheppen van
de voorwaarden daartoe, dan is dat wel
die van de voetgangers.
Dagelijks kan men waarnemen, hoe
tramreizigers bij de halte Stadhuis zich
soms als slangenmensen moeten gedra
gen bij het in- en uitstappen, terwijl
ook bij de bushalten dikwijls auto's ge
parkeerd staan.
Hoe denkt men dit op te lossen, wan
neer de tram gaat verdwijnen? Er ko
men op de Breestraat en elders nog vele
bushalten bij: de parkeerruimte op de
Breestraat zal dus drastisch beperkt
moeten worden, wat neerkomt op de
instelling van een stopverbod, resp.
wachtverbod, wanneer men de gewraak
te toestand wil voorkomen.
De opvatting, dat de tram de oorzaak
van de moeilijkheden is. komt zo wel
In een ander licht te staan!
Een wachtverbod dient reeds nu, in
ieder geval 's middags, tot stand te ko
men. om de volgende redenen:
1. Het tramverkeer gaat sneller, een
gevolg van gemakkelijker in- en uit
stappen bij de halten, sneller rijden,
doordat de wielrijders naast de tram
kunnen rijden inplaats van er vóór en
geen stremmingen meer doordat er er-
1 gens een auto te dicht bij de rails staat
of door „laverende" parkeerders.
2. Het bus- en autoverkeer verloopt
eveneens vlotter, om dezelfde reden als
bij 1. (Wel blijft het. bezwaar bestaan,
dat de bussen bij elke halte de baan
van de wielrijders tweemaal moeten
kruisen, waarbij deze wielrijders dan
weer midden op de weg rijden; boven-
ditn is het gevolg, dat de snelheid van
de bussen nadelig beïnvloed wordt).
3. Het bezwaar van de tramrails ver
valt voor de wielrijders, zij behoeven
niet meer over de rais te zigzaggen. Te
vens verdwijnt met de geparkeerde
auto's het euvel van de plotseling open
zwaaiende portieren. De huidige toe
stand vraagt om ongelukken.
4. Méér dan totnutoe komen automo
bilisten ertoe, om hun auto ergens an
ders (indien mogelijk buiten het cen
trum) neer te zetten en per tram naar
de Breestraat te gaan.
5. Het „verkeersbeeld" wordt over
zichtelijker en rustiger. In aansluiting
hierop nog iets over de exploitatie van
de stadstram. Tijdens de vergadering
van de gemeenteraad van 2 maart 1959.
waar het vervoersrapport besproken
werd, is de suggestie gedaan, om op de
spitsuren op de stadslijn grotere motor
wagens van de interlokale lijnen in te
In België zijn 12.000 Belgische
dienstplichtigen naar huis gegaan
als gevolg van het besluit van de
regering om de diensttijd te ver
korten. Een groepje van de geluk
kigen gefotografeerd bij hun ver
trek.
zetten in plaats van de stadswagen, ten
einde het comfort en de capaciteit te
vergroten. De wethouder bleek bereid
deze suggestie aan de directie over te
brengen.
Totnutoe is resultaat uitgebleven en
wat erger is: de frequentie op de stads-
lijnen is sedert 31 mei 1959 terugge
bracht van 6 op 7 8 minuten, wat blij
kens persberichten de komende winter
zo blijft! Waarom legt de NZH toch ge
makkelijk vervulbare wensen naast zich
neer. waar het de exploitatie van de
stadslijn betreft? Het is mij bekend, dat
de maatschappij o.a. beschikt over 5
grote motorwagens (een ander aantal
reeds gesloopt), die sedert de opheffing
van de lokaaldienst Voorburg-Scheve-
ningen buiten gebruik zijn op één na.
Deze wagens verkeren in goede staat en
zijn veel minder verouderd dan de
kleine stadswagens. Ik hoop niet, dat
de NZH het plan heeft genoemde rij
tuigen terzijde te laten staan of even
eens te slopen.
Het is met het beschikbare materieel
(de overige reserve meegerekend) bijv.
mogelijk, bij een totaal van 8 stadsdien-
ten om en om een grote en een klein
wagen te laten rijden gedurende de
drukste uren. Dit zal het openbare ver-
op volkomen
(Speciale berichtgeving)
ijwilligheid
„Het Nederlandse gevangeniswezen heeft thans de beschikking over twee z.g.
„open gestichten", maar het ligt niet in de bedoeling om de executie van de
vrijheidsstraffen te versoepelen of te humaniseren", zo verklaarde de directeur-
generaal van het Gevangeniswezen, mr. E. A. M. Lamers, toen hij in de Regen
tenkamer van de Rotterdamse strafgevangenis een uiteenzetting gaf omtrent
deze nieuwe vorm van strafexecutie.
„Het humaniseren van de straf bepaalt het beschavingspeil van een volk", zo
vervolgde hij, „maar het „open gesticht" vergt zeker niet een lichtere executie
van de vrijheidsstraf. Het opleggen van vrijheidsstraffen hier te lande is zacht
aardiger dan elders. Dit is voor een groot deel te danken aan de uitstekende
sociale voorlichting over de delinquenten, welke de strafrechter ten dienste staat.
Dr. J. van der Griend, hoofdambte
naar aan het departement van Jus
titie en voorzitter van de selectie
commissie, zeide dat de gedetineerden
uit de strafgevangenissen te Rotter
dam, Den Haag, Haarlem, Leeuwarden,
Breda, Vught en Norgerhaven in aan
merking kunnen komen voor plaat
sing in „open gestichten". Zij moeten
ten minste reeds vier maanden van
hun straf in een gesloten gevangenis
hebben ondergaan.
Geen voorwaardelijk
veroordeelden
Het „open gesticht" betekent slechts
een fase in de behandeling van de
delinquent in de tijd voorafgaande aan
zijn vrijlating. Voorwaardelijk veroor
deelden vallen niet in de categorie, die
voor plaatsing in een open gesticht in
aanmerking komt. Het open gesticht
j beoogt de wederaanpassing van de delin-
I quent. aan de maatschappij. Dergelijke
i instellingen bestaan ook in Engeland en
Frankrijk. Het is, aldus mr. Lamers, het
meest nodig voor hen, die er het sterk
ste behoefte aan hebben om een con
frontatie met de vrijheid te ondergaan.
Hij merkte op, dat de executie van de
j vrijheidsstraf in een „open gesticht"
zwaarder valt dan in een „gesloten ge
sticht", zij is zeker niet een gemakke-
1 lijker vorm.
Het gevangeniswezen heeft thans
twee open gestichten in gebruik, een
te Eygelshoven (Nievelsteen) en een
te Hoorn (De Sluis).
Selectiecommissie
De heer J. Dilling, directeur van de
Rotterdamse strafgevangenis, zeide dat
de gedetineeerden uit zijn strafgesticht
niet het grootste contingent voor de
„open gestichten" leveren. Hij somde de
moeilijkheden op, waar de selectiecom
missie zich voor ziet geplaatst, nadat
rapporten zijn samengesteld omtrent
hen, die in staat worden geacht de
„drie-kwart-vrijheid" te kunnen verdra
gen. Gegevens worden verzameld om
trent de omgang met familie, het ge
drag in het gesticht, de gezondheid, het
vak dat zij graag willen uitoefenen. Bo
vendien zal geen enkele delinquent
tegen zijn zin in een „open gesticht"
worden geplaatst.
voer momenteel meer ten goede komen
dan alle grote plannen voor een meer
of minder ver verwijderd verschiet!
Trouwens: ook het personeel kan er
geen bezwaar tegen hebben, wanneer er
wat meer ruimte in de wagens komt,
terwijl voor de omschreven maatregel
niet meer personeel nodig is.
Vele zullen de NZH er dankbaar voor
zijn, wanneer een en ander nog voor de
winter in orde komt; de recente tariefs
verhogingen komen dan zonder grote
kosten in een beter dienstbetoon tot
uiting
Met dank voor de plaatsing.
Hoogachtend,
W. van Rooi jen,
Marislaan 11.
Leiden
Met redelijke zekerheid kan van hen
worden verwacht, dat zij t.z.t. voorwaar
delijk in vrijheid zullen worden gesteld.
„Opneming", aldus dr. Van der Griend,
„in een open gesticht gebeurt niet eer
der dan vijf maanden vóór de datum,
waarop voorwaardelijke invrijheidsstel-
ling wettelijk mogelijk is. De directeu
ren van de „gesloten gestichten" stellen
aan het departement voor welke gevan
genen naar hun mening in aanmerking
komen voor overplaatsing naar een open
gestfcht. Van geval tot geval worden zij
door de centrale selectiecommissie be
zien. In deze commissie hebben zitting
het hoofd en het waarnemend hoofd van
de afdeling regime van de directie ge
vangeniswezen, de directeuren van de
beide open gestichten, het hoofd van de
onderafdeling reclassering van de hoofd
afdeling publiekrecht en een reclasse-
ringsambtenaar.
20 a 30 in het
„open gesticht"
„De tendentie is steeds aanwezig om
die mensen uit te zoeken", aldus dr.
Van der Griend, die het werkelijk no
dig hebben". En hij herhaalde: „het
gebeurt op een basis van volkomen
vrijwilligheid. Er zijn thans 4500 ge
vangenen verdeeld over de verschil
lende strafgevangenissen in Neder
land en naar schatting zou ongeveer
25 a 30 in aanmerking kunnen komen
voor plaatsing in een „open gesticht".
Omtrent het werk van de selectie
commissie deelde dr. Van der Griend
nog mee dat de commissie totaal 155
voorstellen tot plaatsing van gevange
nen in een open gesticht heeft behan
deld. Er werden 26 voorstellen afgewe
zen. Twee gedetineerden, die waren
„goedgekeurd" eaven achteraf de voor
keur aan verblijf in een „gesloten ge
sticht". Er werden 128 gedetineerden in
Nievelsteen en 39 in de Sluis bij Hoorn
geplaatst. Van hen is één man uit Nie
velsteen weggelopen niet terugge
keerd van zijn werk. Twaalf man uit
Nievelsteen en twee man uit De Sluis
zijn teruggezonden naar een „gesloten
;sticht".