Italic s wetgeving op liet bouwen
voldoende, maar alleen op papier
Zal men cle Beatrix afbouwen?
DE RAMP VAN BARLETTA
Onbegrijpelijke slordigheid
waarbij op gevaarlijke wijze
met levens wordt gespeeld
enthousiast zijn
Oud-KNIL militairen eisen
verklaring van recht
Zaak voor Haags Hofarrest over 6 treken
GEHEEL LIMBURG HOUDT DE ADEM IN
Indien ons land de olie in wil
laat men het dan ronduit zeggen
_*}aar
Belgische zeevissers zagen af
van spectaculaire demonstratie
Opgericht 1 maart 1860
Vrijdag 25 september 1959
Derde blad no. 29857
(Van onze Romeinse correspondent)
In vredestijd is er in Italië, tenzij bij aardbevingen, nooit een ramp
voorgekomen van de omvang van die welke Barletta heeft getroffen.
Hoe kon het gebeuren, dat een huis van vijf verdiepingen in een
ommezien ineenstortte? Dat is de vraag, die telkens weer terugkomt
en die (misschien) uit dit vreselijke ongeluk iets goeds geboren zal
doen worden.
Gebleken is, dat alleen enkele bewoners van de bovenste etage, er
zij het zwaar gewond, het leven hebben afgebracht. In de andere
etages heeft zich niemand kunnen redden. Het huis is ingestort vroeg
in de ochtend, een paar minuten voor zevenen, toen bijna alle inwo
ners nog sliepen. Het ging zo vlug, dat bijna allen in en met hun bed
verpletterd zijn. Want dit is het tragische en tegelijk het belangrijkste
aan deze ramp: niets heeft weerstand geboden; alle muren, alle steun
balken, het gehele geraamte van het gebouw (beton en bakstenen)
zijn tot gruis en stof geworden. Van een huis, dat dertig meter hoog
was, is niets over dan een berg gruis minder dan vijf meter hoog.
Meubelen, zelfs ijzeren ledikanten, ja lepels en vorken, zijn kapot en
ook de lijken zijn voor het merendeel verpletterd. Het enige wat „heel"
is gebleven, zijn matrassen en kleren. En vreemd genoeg, een goud
vissenkom met de nog levende vissen erin.
opgenomen, dat de huurder de even
tuele boete (duizend lire per vertrek)
betalen zal voor de bewoning van een
huis, dat nog niet is goedgekeurd. Is er
dan zulk een woningnood in Italië? In
tegendeel, er staan in alle steden tal
loze woningen te huur, maar doorgaans
van het duurdere soort!
Alle huizen 11a 1930
vertonen scheuren
en verzakkingen
Was dit een oud huis, een van de vele
middeleeuwse huizen, waaraan Barletta,
de kunsthistorisch meest belangrijke en
meest schilderachtige stad van Apulië,
zo rijk is? Integendeel, het bouwsel was
nog geen zes maanden oud en eigenlijk,
wat het binnenwerk betreft, nog niet
helemaal klaar. De „geschiedenis" van
het „palazzo" is leerzaam en doet ons
enigszins begrijpen hoe zulk een ramp
kon ontstaan. Ter plaatse was eerst een
grote garage voor de autobussen, die
Barletta verbinden met de omliggende
dorpen. Die garage was het eigendom
van zekere d'Oronzo (deze man heeft
bij de ramp acht van zijn negen kinde
ren verloren), die haar verkocht aan
Marozzi, ondernemer van de autobus
diensten. De grote garage, niet veel
meer dan een schuur, had een plat dak
waar eventueel een verdieping op gezet
kon worden. Dat „bouwterrein" werd
door Marozzi verkocht aan een bouw-
speculant, een in de laatste tien jaren
rijk geworden metselaar, Viola del Car
mine. Deze Del Carmine wist van de
gemeente verlof te krijgen om een ont
werp te laten uitvoeren van de bouw
kundige ingenieur Lombardi, een ont
werp waarbij op die garage maar liefst
vijf woonlagen kwamen te rusten!! In
Italië is het niet eenvoudig vergunning
te krijgen om een huis te bouwen. Er
komen heel wat paperassen aan te pas
en men zou veronderstellen, dat de in
stanties tot wie die papieren worden
gericht, ook terdege onderzoeken of het
bouwplan aan alle eisen van veiligheid
voldoet. En juist daaraan begint men
na deze ramp ernstig te twijfelen
Wie de resten van de steunbalken ge
zien heeft, schrijft, dat het gaat om
ijzeren staven, niet veel steviger dan die
welke gebruikt worden voor de carros
serie van een automobiel in ieder
geval: op de garage kwamen twintig
appartementen, waarvan er vijftien aan
mensen uit de kleine burgerstand (amb
tenaren, leraren, de stationschef van
Barletta, enz.) werden verkocht en reeds
bewoond waren. Het kan zijn, dat ook
in enkele der vijf resterende appar
tementen al gezinnen woonden, die hun
verhuizing nog niet bij de burgerlijke
stand hadden opgegeven. Men weet ook
niet nauwkeurig hoeveel kinderen elk
gezin had, hoeveel inwonende dienst
boden (afkomstig uit andere plaatsen)
er waren. Het aantal personen, dat zich
op het ogenblik van de ramp in het
gebouw bevond, wordt geschat tussen de
negentig en de honderdvijftien. Eerst
wanneer al het puin geruimd zal zijn
(en er werken zevenhonderd man, onder
wie vijfhonderd soldaten) om dat doel
binnen enkele dagen (en nachten) te
bereiken, zal men ongeveer het nauw
keurige aantalder doden weten. We
zeggen „ongeveer", omdat de meeste
lijken niet alleen onherkenbaar zijn
maar ook bij stukken en gedeelten wor
den gevonden. In ieder geval zijn het er
meer dan zestig.
Nog meer vreemde dingen
Er zijn enkele vreemde dingen bij die
ramp gebeurd. Het huis vertoonde al
sedert verscheidene dagen zware scheu
ren en men had de bouwondernemer
gewaarschuwd. Juist op de ochtend van
de tamp was de vroegere eigenaar van
de garage, d'Oronzo, met zijn jongste
zoontje vroeg opgestaan om opnieuw
naar Del Carmine te gaan. Hij kwam
hem op straat tegen en zei hem, dat de
toestand werkelijk onhoudbaar begon te
worden. Del Carmine beloofde steunen
te zullen laten aanbrengen, maar zei te
vens dat men zich niet ongerust be
hoefde te maken: het was een deug
delijk huis, door de gemeentelijke dienst
van woningtoezicht goedgekeurd. Op
datzelfde ogenblik hoorde men een hels
lawaai en zagen de twee mannen voor
hun ogen het huis in puin vallen.
D'Oronzo wist in dat puin acht van
zijn kinderen begraven. Maar hoe te
verklaren, dat het huis al niet de dag
tevoren was ontruimd?
De „Stampa" van Turijn schrijft, dat
de bouwwetten in Italië serieus genoeg
zijn, maar dat ze niet worden nage
leefd. In 1958 zijn er alleen in de stad
Turijn meer dan 15.000 boeten opge
legd voor bewoning van huizen, die niet
door de bouwinspectie waren gecontro
leerd en dat is Turijn, de meest „Euro
pese" en noordelijke stad van Italië.
Het blad schrijft, dat in vele gevallen
in het huurcontract een clausule wordt
Noorwegen heeft het paviljoen, dat
het op de Brusselse Wereldtentoonstel
ling had, ten geschenke gegeven aan de
Belgische gemeente Llmal, in Waals-Bra
bant. waar het als Jeugdherberg zal wor
den ingericht. Het gebouw dat geheel uit
hout is opgetrokken, heeft een opper
vlakte van 500 vierkante meter.
Tragische stad
In Barletta en in vele andere Zuid-
Italiaanse steden is er onder de bur
gerij een sterke voorliefde om nieuwe
huizen te betrekken, die meer comfort
bieden dan de oude. Ook het thans in
gestorte ..palazzo" bood voldoende com
fort en kon zelfs aanspraak maken op
de naam „luxeflat". Barletta is in vele
opzichten een tragische stad. Zij telt
ruim 70.000 inwoners en er zijn 85.000
onbewoonbaar verklaarde en natuurlijk
toch bewoonde „vertrekken", meestal in
oude huizen. Van alle belangrijke cen
tra van Italië heeft deze zeer arme stad
het hoogste sterftecijfer. In 1952 is er
een oud huis ingestort .waarbij zeven
tien personen om het leven kwamen. Op
14 maart 1956 heeft een uitgehongerde
massa er de magazijnen bestormd van
de pauselijke bijstandscommissie we
gens ontevredenheid over de soepuit
delingen. Er werd op de mensen ge
schoten met het gevolg, dat er drie do
den vielen en 17 gewonden. De toestan
den in die Zuiditaliaanse steden zijn
waarlijk al erg genoeg zonder dat bouw-
speculanten door het gebruik van on
deugdelijk materiaal en het bouwen van
hoge huizen op onvoldoende funderin
gen de zaak nog erger maken.
President Gronchi heeft een nauwge
zet onderzoek beloofd en tevens aange
kondigd, dat wanneer er schuldigen zijn,
deze voorbeeldig zullen worden gestraft.
De minister van Openbare Werken
Togni, die in deze dagen in Nederland
vertoeft, heeft verscherping van de wet
geving op de woningbouw in uitzicht
gesteld. Maar van vele zijden hoort
men, dat de bestaande wetten ruim
schoots voldoende zijn, mits men er
slechts de hand aan zou houden. Een
feit is, dat van de huizen in de laatste
dertig jaar gebouwd (en we praten over
huizen die er van buiten vaak uiterst
aantrekkelijk uitzien, niet over nood
woningen) er vrijwel niet één is zonder
scheuren en verzakkingen.
De Amerikaanse atoomduikboot
Patrick Henry" liep in Connec
ticut van stapel. Het schip is meer
dan 120 meter lang, meet 5400 ton
en kan Polarisraketten met atoom
kop, aangedreven door vaste
brandstof, zowel onder de opper
vlakte als aan de oppervlakte af
vuren.
Reünie Stichting
Oranjehotel
De jaarlijkse reünie van nabestaanden
van oud-gevangenen uit het Oranje-
hotel gedurende de tweede wereldoorlog
zal op zaterdag 10 oktober in het Kur-
haus te Scheveningen worden gehouden.
Deze reünie wordt voorafgegaan door
een défilé langs de dodencel 601 in de
gevangenis, die in de bezettingsjeren de
naam „Oranjehotel" verwierf.
Daartoe verzamelt men zich op een
binnenplaats. „Het „Poortje" wordt te
half elf geopend. Om elf uur zal de
voorzitter van de Stichting, prof. mr. R.
P. Cleveringa een inleidend woord spre
ken. Daarna vangt het défilé aan, langs
de dodencel en vervolgens langs het
monument aan de gevangenismuur. Dit
maal zal mevrouw B. Boon-Van der
Starp, die als voorzitster van de celcom
missie ieder Jaar vóór de reünie een
radiotoespraak houdt, daartoe wegens
ziekte niet in staat zijn.
Na het noenmaal in het Kurhaus ko
men de deelnemers 's middags in de
grote zaal bijeen. Als sprekers zullen hier
optreden prof. mr. S. Gerbrandy, minis
ter van Staat en ds. A. C. D. van den
Bosch uit Ginneken. Medewerking aan
deze bijeenkomst wordt verleend door de
voordrachtskunstenares mevrouw Hansje
van Gent. De secretaresse der stichting,
mej. M. van der Ent zal een kleuren
film van de Oorlogsgravenstichting in
leiden.
Vergadering
Ned. Ver. voor
Gemeentebelangen
De Ned. Ver. voor Gemeentebelangen
heeft gisteren in Arnhem haar jaarver
gadering gehouden. De voorzitter, de
heer J. C. Haspels, zeide, dat de instel
ling van examens en de ontplooide acti
viteiten in de afgelopen 75 jaar van niet
te onderschatten betekenis zijn geweest.
De resultaten zijn ten goede gekomen
aan het gemeentelijk apparaat en heb
ben ook bijgedragen aan de betere be
staansvoorwaarden voor de betrokken
ambtenaren, aldus de heer Haspels. Wat
de examens betreft wees hij op het in
1884 ingestelde examen „Gemeente
administratie I". Aan in totaal ruim
11.000 kandidaten is sedert de instelling
van dit examen de acte GA 1 uitgereikt.
De directeur van de Kema, prof. dr. ir.
J. C. van Staveren gaf vervolgens een
uiteenzetting over de toepassing van
kernenergie voor energieproduktie.
»Sir« scheermiddelen garanderen
feilloos en aangenaam scheren,
zowel met creme als met zeep.
»Sir« maakt het scheren tot
een genoegen.
»Sïr« schuimt buitengewoon sterk.
»Sir« maakt de hardste baard zacht.
»Sircc ontziet en beschermt de huid.
En na het scheren:
»Sir« SCHEERWATER
met het mannelijk-pittige accent,
activeert de huid en geeft
nog meer frisheid.
(Van onze Haagse redactie)
De civiele kamer van het Haagse Gerechtshof heeft zich gisteren beziggehou
den met het behandelen van het proces, dat mr. A. G. Maris namens de hier te
lande verblijvende oud-KNIL-militairen voert tegen de Staat der Nederlanden.
De KNIL-mannen eisen een verklaring van recht betreffende hun status, waarbij
zou moeten worden vastgesteld, dat zij nog steeds als militairen in staatsdienst
zijn. Dit wordt door de staat bestreden. De landsadvocaat, mr. E. Droogleever
Fortuyn, bepleitte dat het ontslag van de Knillers volkomen rechtsgeldig is
geweest en dat zij dus beschouwd moeten worden als burgers. De kwestie is
uiteraard van het grootste belang voor de betrokkenen, meest Ambonezen: niet
alleen hun eventuele salariëring hangt ervan af, doch tevens de vraag, of zij op
Rijkskosten zullen moeten worden teruggebracht naar Ambon.
De zaak werd in eerste instantie aan
hangig gemaakt voor het ambenaren-
gerecht te Den Haag. Dit wees de eis
toe. doch tijdens de behandeling in ho
ger beroep, voor de Centrale Raad van
Beroep te Utrecht, werd beslist dat het
Ambtenarengerecht om formele redenen
niet bevoegd was geweest tot oor
delen. De Ambonezen maakten de zaak
opnieuw aanhangig .ditmaal voor de
burgerlijke rechter. De Haagse Arron
dissementsrechtbank wees de eis echter
af. Gisteren vond de behandeling plaats
in hoger beroep.
Industrie wil weten, waar zij aan toe is
(Van onze Limburgse correspondent)
De mededeling, dat de directie van de Staatsmijnen op korte termijn
met de minister van Economische Zaken gaat praten over de toekomst
van Staatsmijn Beatrix, is in geheel Limburg ingeslagen als een bom.
Ofschoon de Staatsmijn-directie niet tot de conclusie gekomen is, dat
verdere afbouw van de mijn achterwege moet blijven, ontveinst men
zich, met name in de mijnstreek, de ernst van de toestand niet.
Het Eerste Kamerlid J. NI a c 11 c nlid van de NI ij n raad en voorzitter
van de KAB in Limburg zei ons: „Wanneer de mijn Beatrix niet zal
worden afgebouwd, omdat geen lonende exploitatie gewaarborgd is,
dan betekent dit, dat ook de mijnen in de bestaande mijnstreek geen
toekomst mee hebben". Zo voelt men het algemeen aan in Limburg
en in de mijnstreek in het bijzonder, waar men ook geschrokken is van
wat de nieuwe voorzitter van de Hoge Autoriteit, Piero Malvestiti,
woensdag j.l. in Straatsburg heeft verklaard, namelijk dat in de toe
komst de moderne industrie geen kolen meer zal gebruiken.
houtje allerhande beschermende maat
regelen voor hun mijnindustrieën tref
fen, terwijl onze regering praktisch
niets doet voor onze Nederlandse mijn
industrie. Daardoor zijn thans onze
praktisch onbeschermde Nederlandse
kolen in een dodelijke concurrentiestrijd
gewikkeld met de beschermde import
kolen en met de olie, die op de kolen
bevoordeeld wordt door fiscale en andere
maatregelen. Wij moeten in ons land
inderdaad komen tot een verantwoord
energiebeleid, gericht op een zo goed
koop mogelijke energievoorziening, maar
waarin de kolen him eigen plaats en
taak hebben. Zo lang dat beleid er niet
is, zal onze regering de Nederlandse
kolen moeten bijspringen om de scheef
getrokken concurrentieverhoudingen
recht te trekken. Dat is het minste, wat
onze Nederlandse mijnindustrie van
haar regering verwachten mag".
De heer Dohmen wees er ook op dat
men steeds en onder alle omstandig
heden de Limburgse mijnindustrie een
zekere basisproduktie zal moeten
waarborgen in hit belang van 's lands
economie en In *et belang van 's lands
Dodelijk concurreren
In dit verband zei de voorzitter van
de Katholieke Mijnwerkersbond, de
heer F. Dohmen, ons: „Ik heb vol
komen begrip voor de stap. welke de
Staatsmijnen bij de regering gaan on
dernemen. We mogen zo langzamer
hand wel eens weten waar we met
onze Nederlandse mijnindustrie aan
toe zijn. Een mijn is geen fabriek. Eer
een mijn in exploitatie is gekomen,
zijn er tientallen miljoenen guldens
geinvesteerd. En als een mijn eenmaal
in bedrijf is, kan zij maar niet, zoals
een fabriek, van de ene op de andere
dag op een nieuwe marktsituatie wor
den omgeschakeld.
Een mijn moet op lange termijn ver
zekerd zijn van stabilisatie in produktie
en werkgelegenheid. Nu duidelijk geble
ken is, dat de crisis in de mijnindustrie
van de K.S.G. van structurele aard is,
als gevolg van de wassende olie-vloed,
moet er een gecoördineerd energiebeleid
komen. In plaats daarvan zien wij hoe
de voornaamste K.S.G.-landen op eigen
onafhankelijkheid, niet alleen in eco
nomisch, maar ook in politiek en mi
litair opzicht.
Niet in de steek laten
Tenslotte zei hij: „Als men ook in
Nederland de olie in wil, laat men dat
dan ronduit zeggen. Dan weten we ten
minste waar we aan toe zijn. Onze Ka
tholieke Mijnwerkersbond zal met de
Katholieke Vereniging van Mijnbeamb-
ten en de werkgevers alles doen om door
de moeilijke situatie heen te komen.
Maar zowel regering als ondernemingen
moeten zich hier terdege van bewust
zijn, dat wij, die tijdens de hoogcon
junctuur in het mijnbedrijf toen er voor
ons zoveel te halen was, ons getemperd
hebben in onze eisen vanwege het alge
meen nationaal belang, thans, nu de
mijnindustrie zich in een laagconjunc
tuur bevindt, ons fel zullen verzetten
tegen iedere poging om onze mijnwer
kers en mijnbeambten in de steek te
laten".
Van de 50.000 georganiseerde mijn
werkers en mijnbeambten zijn er 42.000
georganiseerd bij de twee katholieke
vakorganisaties. Voor Midden-Limburg,
waar men z'n hele toekomst aan het
bouwen is op de Staatsmijn Beatrix,
zal een eventueel niet verder afbouwen
van de mijn een ware ramp worden.
Burgemeester E. Rutten van Melick,
Herkenbosch en Vlodrop, op welk grond
gebied de Beatrix in aanbouw is, ver
klaarde: „Ik hoop dat de regering mid
delen en wegen zal vinden om de
Staatsmijnen in staat te stellen de Bea
trix af te bouwen. Wij zullen voorlopig
maar gewoon doorwerken".
Doorwerken of niet?
Intussen houdt de mijnstreek en ge
heel Limburg de adem in. Van het
resultaat der besprekingen tussen de
hoofddirectie der Staatsmijnen en de
regering zal het afhangen welk lot het
mijnbedrijf is beschoren.
Zoveel is duidelijk geworden: de ge
schiedenis met de Beatrix is maar een
aanleiding tot wat er nu gebeuren
gaat. Zowel in werkgevers- als in vak
bondskringen houdt men zich over
tuigd, dat de inzet van de komende
besprekingen de vraag is of ons Ne
derlandse mijnbedrijf met steun van
de regering rustig kan blijven doorwer
ken of dat het langzaam maar zeker
zal aftakelen als speelbal in een steeds
meer ontluisterde E.G.K.S.
Er zijn twee kernpunten van geschil.
Is de algemene order 1935 van het Ne
derlands-Indische Gouvernement van
toepassing op de ontslagkwestie en zo
ja, hoe moet deze order geïnterpreteerd
worden?
Mr. Maris meent, dat de algemene or
der 1935 van toepassing is en dat het
dienstverband tussen de Staat en de
betrokken KNIL-militairen nog steeds
bestaat. Dat de order van toepassing is
blijkt volgens eiser uit de gemeenschap
pelijke beslissing 1950 van de ministers
van Oorlog en Uniezaken.
Volgens de Landsadvocaat is de al-
algemene order 1935 van toepassing op
de KNIL-militairen, behalve wat de
ontslagkwestie betreft. Het ontslag is
geregeld in de gemeenschappelijke be
slissing van 1950, aldus mr. Droogleever
Fortuyn, die op grond hiervan weder
om concludeerde tot afwijzing van de
eis. Het Hof zal waarschijnlijk over zes
weken arrest wijzen. De zitting werd
bijgewoond door een groot aantal Am-
bonese voormalige KNIL-militairen.
Charlotte Köhler oogstte
succes met „Olivia"
Zeer veel succes heeft mevrouw Char
lotte Köhler geoogst met haar nieuwe
voordracht „Olivia", waarvan zij gister
avond in de kleine zaal van het concert
gebouw te Amsterdam de première gaf.
Het verhaal waarmee de schrijfster on
der het pseudoniem Olivia een jeugdher
innering heeft verteld, is uit het Engels
vertaald door A. H. Nijhoff. De geschie
denis speelt zich af aan het einde der
vorige eeuw in een Franse meisjeskost
school, waar een der leerlingen, zelf ko
mend uit een stijf en weinig liefderijk
milieu, een dweperige liefde opvat voor
een der leraressen.
Charlotte Köhler werd na afloop ge
loond met een lang applaus en vele
bloemen.
Sterke aanwas ledental
Federatie Ned. Export
De Federatie voor de Nederlandse
Export (Fenedex), waarbij thans een
165-tal bedrijven en organisaties zijn
aangesloten, heeft heden in besloten
kring haar algemene jaarvergadering
(in hotel Hamdorff) te Laren gehou
den.
Mr. A. C. Jas, directeur van het bureau
van de Fenedex, memoreerde o.a. de toe
nemende belangstelling voor de Fenedex.
zich uitend in een sterke ledenaanwas.
Als nieuwe activiteiten van de Fenedex
noemde hU o.m. de oprichting van het
,3ureau Exportconsulenten" en de aan
stelling van permanente vertegenwoor
digers in het buitenland. Over het
Bureau Exportconsulenten werd mede
gedeeld, dat dit bureau zich ten doel
stelt de Nederlandse ondernemer
speciaal de middelgrote en kleine bedrij
ven commercieel-technische adviezen
voor de export te geven.
Hiertoe hebben exportspecialisten met
een jarenlange ervaring op het gebied
van de Nederlandse export zich bereid
verklaard voor het bureau als consulen
ten in de bedrijven op te treden. Van
deze adviezen kan iedere Nederlandse
ondernemer gebruik maken.
's Middags sprak mr. B. J. Geveke,
directeur van de Economische Voor
lichtingsdienst, over „exportbevordering
nu en in de toekomst". Aan het slot van
de jaarvergadering heeft het 'bestuur
gerecipieerd ter gelegenheid van het
eerste lustrum van de Federatie voor de
Nederlandse Export.
advertentie
[isigheid bij vat tg kou.
P'
>!askc HUISAPOTHEEK
IHeftAl/ l/Alfcn).
MEENK^S POEDERS helpen! Br zijn
Mcenk's Poedcr^fci hoofdpijn, kies
pijn. hoest, gritlp,.Marrhee, influenza,
rheumatick, koortsj^eid bij gevatte kou,
periodieke pijnen ^z. enz. Verkrijgbaar
in etuis met 6 [roeders maar ook in
een handige plastic HUISAPOTHEEK
(met 6 verschillende etuis 6 6 poeders),
zonder prijsverhoging. Vraag uw drogist.
r zijn
ies-
oortsigneiabij gevattèkou,
POEDERS*'
I lie K DATUCCf
Twee schepen verkocht: 150 werklozen meer
De Belgische zeevissers hebben op het
laatste ogenblik afgezien van een spec
taculaire demonstratie om de aandacht
van de Belgische regering en de open
bare mening op hun moeilijkheden te
vestigen. Bij enkelen van hen is enige
tijd geleden de gedachte opgekomen de
vissershaven Oostende, Zeebrugge en
Nieuwpoort met 200 van de 400 Belgische
vissersschepen te blokkeren om op deze
wijze een oplossing af te dwingen voor
de crisistoestand, die reeds twee Jaar in
de Belgische zeevisserij heerst.
Volgens vakbladen van de Belgische
visserij zijn de afgelopen maanden her
haaldelijk stappen gedaan bij de minis
teries van Landbouw en Verbindingen
om te komen tot drastische maatrege
len ter verbetering van de toestand.
Deze stappen leverden echter geen enkel
resultaat op en de situatie, waarin de
Belgische vissers zich bevinden, ver
slechtert met de dag.
De afgelopen weken zijn in Zeebrugge
verscheidene faillissementen uitgespro
ken tegen reders, die niet meer aan hun
financiële verplichtingen konden vol
doen.
In de Belgische pers wordt de crisis
in de visserij geweten aan de invoer uit
Nederland en Duitsland en aan het feit,
dat de tussenhandel de afzet volkomen
beheerst, waardoor grote verschillen be
staan tussen de opbrengst voor de visser
en de prijs, die de consument moet be
talen.
Verkoop in buitenlandse havens bracht
ook grote moeilijkheden met zich mee.
Deze ontwikkeling heeft er toegeleid,
dat, zoals gemeld, kortgeleden twee vis
sersschepen, die voor de vangst rondom
IJsland waren ingericht, aan een En
gelse reder werden verkocht, hetgeen
het toch al niet geringe aantal werk
lozen in België met 150 vermeerderde.
Volgens visserij kringen is vooral de Ne
derlandse concurrentie een factor bij het
ontstaan van de huidige situatie ge
weest. De Nederlandse vissers hebben
vis en garnalen op de Belgische markt
gebracht aldus zeide men tegen
prijzen die ver beneden de prijzen aan
de Belgische kust lagen.