Wordt Denemarken neutraal tussen
Stam-oorlog beroofde Nieuw-Guinea-
expeditie van dragers
de Euromarkt en de „kleine zone"?
„Dankzij vaderlandse steun zien wij
toekomst weer met optimisme tegemoet"
Zivare keuze voor Kopenhagen
Denen trachten tussen Londen
en West-Duitsland te bemiddelen
Moeilijk dilemma
LEIDSCHES^
FAUTOBOXEN
IGAPAGE
Ministers wijzen grotere steun
aan N. Guinea-expeditie af
Kerkelijk Leven
Opgericht 1 maart 1860
Zaterdag 4 juli 1959
Derde blad no. 29786
Om een gesprek van drie minuten
met Nederland te hebben, moest ik dus
eerst vijf kwartier vliegen en dan nog
een half uur met een auto rijden. Het
heeft de mensen hier dan ook wel enig
vermaak bezorgd, dat een Nederlands
journalist mij vroeg hoe lang ik over de
reis gedaan had en of ik dezelfde avond
nog terug ging. Zo vlot zijn de verbin
dingen hier nog niet en nachtlandingen
in Sibil zijn niet mogelijk. De grootste
moeilijkheid voor ons was, wel dat over
ste Venema door het uitvallen van de
helikopters in Katern was gestrand en
dat wij dus weinig contact met hem
hadden. Alles moest door de mariniers
worden overgeseind en als men de
stroom moet opwekken door met hand
kracht aan een zwengel te draaien, dan
is het echt geen pretje om boodschappen
van driehonderd woorden over te seinen.
Op de morgen dat ik vertrok, kwam
er net post uit Nederland binnen en zo
kon er een foto gemaakt worden van
een stralende dr. Bar, die in een krant
de geschiedenis van zijn „hongertocht"
stond te lezen.
Ook in Hollandia bleek wel enige on
gerustheid over ons lot te bestaan, maar
dat was alles snel opgehelderd. Ik kan
niet anders zeggen, dat vier dagen in
Hollandia uitermate nuttig waren om
allerlei zaken te bespreken en dat ieder
een bereid was om zo veel mogelijk
steun aan de expeditie te verlenen. Zo
kon ook de postverbinding geregeld wor
den. Totnutoe was het zo, dat er wel
eens post uit Hollandia kwam, terwijl
de grote voorraad in Tanah Merah lag
of dat wij verbinding hadden met het
zuiden, terwijl onze post nog in Hollan
dia was. Dat is nu alles beter geregeld.
Op 5 juni vond 's avonds het telefoon
gesprek met Nederland plaats en daar
mee kreeg ik de opwekkende medede
ling, dat een extra krediet van f. 100.000
was toegestaan. Voor mij betekende dat
een hele opluchting, al geloof ik wel dat
uiteindelijk het bedrag nog wel wat ho
ger zal moeten liggen. De volgende dag
kon ik in Sibil dus een opgewekt bericht
doorgeven. Ik wist niet of men in Ne
derland het bedrag bekend zou maken,
dus stelde ik de luisteraars in Hollandia
en in het zuiden teleur door geen bedrag
te noemen, maar een rekensommetje op
te geven, hetgeen in Sibil op te lossen
was, maar onbegrijpelijk voor een ieder
ander.
Het sommetje luidde: neem de papie
ren, die op mijn tafel liggen, tel daar de
dragersionen bij op en f. 10.000,en
trek daar 40 pet. van af, dan heb je het
bedrag, dat wij hebben gekregen.
Toen bekend was, dat de zaak er nu
beter voor stond, kon men in Sibil be
ginnen met het veld in te trekken. Als
kopgroep vertrokken de geologen. Zo
vertrok op 9 juni als eerste dr. Bar naar
het bivak Nimdol in het dal van de Ok
Bon. Hij stuurde dragers terug om
nieuwe voorraden op te halen en daar
mee ging de heer Escher op 11 juni mee
naar hetzelfde bivak en tenslotte ging
ir. Cortel op 12 juni in die richting.
Voorlopig leek alles in orde, want einde
lijk zouden de helikopters komen en die
Een exploratiegroep gaat op pad.
Vele dragers moeten enkele onder
zoekers begeleiden, want de voed
selvoorraden, welke moeten worden
meegenomen, zijn groot. Hoe ver
der de tocht gaat, hoe meer moei
ook iedere drager aan eigen voed
sel meevoeren, hetgeen betekent-
dat er een maximum tochtlengte
is, waarboven de ravitaillering niet
met dragen kan geschieden
(Door dr. L. D. Brongersma, wetenschappelijk leider der expeditie)
In een vorig artikel schreef ik reeds, dat er dank zij de dropvluchten van de
Catalina van de Nederlands Nieuw-Guinea Petroleummaatschappü en die van de
Dakota van „De Kroonduif" genoeg voeding werd aangevoerd. Inmiddels kregen
wij uit de Nederlandse pers en uit telegrammen steeds meer de indruk, dat wij
wel als reddeloos verloren moesten worden beschouwd. Vandaar dat ik de kans
greep om naar Hollandia te gaan om met het bestuur van de Stichting Expeditie
Nederlands Nieuw-Guinea te telefoneren en om besprekingen met een aantal
gouvernementsinstanties te hebben. Op 4 juni zou ik vertrekken, maar de regen
val was te groot en wij zaten in een dikke mist, zodat de Twin Pioneer hier in
geen geval zou kunnen landen. Op 5 juni lukte het wel en zo kwam ik die dag
om half twaalf op het vliegveld Sentani aan.
De Ok Sibil wordt overgestoken
door de zoölogen met hun dragers.
De bagage is verpakt in blikken,
welke de inhoud moeten bescher
men tegen het zeer vochtige klimaat
in de binnenlanden.
de het tot donderdagmiddag voordat er
weer gevlogen kon woren. De volgende
dag werden er al twee vluchten gemaakt
en misschien zou er nog een derde ko
men, hoewel de lucht bijna geheel be
wolkt was. Zo blijft de opvoer nog wel
moeilijkheden opleveren, maar wij heb
ben nu het merendeel van de uitrusting
in het basisbivak gekregen en daarmee
worden meer mogelijkheden voor onder
zoek gegeven.
Zo zien wjj de toekomst met enig
optimisme tegemoet, alhoewel wjj nog
zullen moeten afwachten of de heli
kopters ons die steun kunnen geven,
Hier is een „tandarts" bezig in
het basiskamp een stamgenoot te
behandelen. Vermoedelijk zullen de
leden van de expeditie liever met
kiespijn blijven rondlopen!
zouden voor verdere opvoer zorgen. Eén
keer was er een helikopter uit Katern
gekomen om overste Venema te bren
gen en toen was het plan van de opvoer
uitvoerig met de chef-vlieger besproken.
Wat er echter gebeurde, helikopters
zagen wij niet. Twee van de vliegers, die
naar Hollandia waren afgevoerd, bleken
daar op 2 juni al weer uit het zieken
huis te zijn ontslagen. Op 10 juni gin
gen zij per Dakota naar Tanak Merah
terug. Onze verwachtingen waren hoog
gespannen, maar het duurde nog tot 18
juni voordat er een helikopter te Sibil
landde en dat met de mededeling dat de
andere helikopter te Katern stond met
door vocht beschadigde rotorbladen. Nu
moeten deze eerst uit Tenah Mareh naar
Sibil worden gebracht en dan per heli
kopter naar Katern. Gelukkig gelukte
het ons de vlieger te overtuigen, dat de
groepen Bar en Escher moesten worden
bevoorraad, omdat anders de beklim
ming van de Antares mis zou lopen.
Er werd eerst een verkenningsvlucht ge
maakt. waarbij de luitenant der mari
niers C. B. Nicolas als kaartlezer mee
ging. Nu de weg bekend is, heeft de he
likopter vandaag al vier vluchten ge
maakt.
Op 15 juni kwam de Twin uit Hollan
dia en bracht hier wat lading en ver
trok naar Tanah Merah om vandaar uit
nog enige tonnen uitrusting op te voe
ren. Dinsdag 16 juni werden twee vluch
ten gemaakt en toen was de olieleiding
defect. Daarvoor moesten onderdelen
uit Biak worden aangevoerd en zo duur-
die wjj nodig hebben. Daarnaast zal
een vrij groot aantal dragers nodig
zjjn, omdat wij erop zullen moeten
rekenen, dat er nog wel eens perioden
van slecht weer zullen komen en dat
dan alle luchtverkeer weer stil staat.
Hier zijn op het ogenblik geen dragers
te krijgen, omdat de oorlog tussen
Sagsaga en Lewengbon weer is opge
leefd. Het schijnt er nu ernstiger toe te
gaan dan de vorige keer. Een politie
patrouille keerde van het strijdtoneel
terug. Volgens de agenten waren zij
met pijlen beschoten en er zal deze
dagen een grotere patrouille heen
moeten. De mensen van de kampong
Betabib zijn kwaad, dat onze ethno-
loog daar in bivak is met twee agen
ten, want nu kunnen zij niet naar de
oorlog.
Dragers zijn dus niet in ongelimi
teerde hoeveelheden te krijgen. Soms
zijn er niet meer dan twee „drager-
tjes", die door de expeditieleden met
bepakking en al over omgevallen bo
men moeten worden getild. Er heerst
hier echter een opgewekte stemming,
want dank zij de steun uit het vader
land hopen wij het gestelde doel toch
te bereiken. Een bron van vermaak is
hier ook de radio en t.v.-correspon-
dent Van Sprang, die in de Ok Sibil
een krantje uitgeeft, dat de naam
..Het Oksibilletje" draagt.
(Van onze correspondent in Bonn)
Het bezoek, dat de Deense ministers Krag (Buitenlandse Zaken) en
Skytte (Landbouw) aan Bonn en Londen hebben gebracht, maakt het
duidelijk, dat het scheppen van een „kleine vrijhandelszone" grote
moeilijkheden zal kunnen veroorzaken. Men is in Bonn ernstig gaan
nadenken over de positie der Denen en daarbij tot de conclusie geko
men, dat Denemarken niet meer of minder dan een soort bemiddelaars
rol tussen Bonn en Londen, tussen de Euromarkt der zes en de kleine
vrijhandelszone der zeven begint te spelen. En wel uit puur zelfbehoud.
Denen en Westduitsers (Adenauer èn Erhard) waren het er over
eens, dat keiharde blokvorming met als gevolg een economische oorlog,
voorkomen moet worden. Ter ene zijde gaat het hier om de Euro
markt van Frankrijk, Italië, de Bondsrepubliek en de drie Benelux-
landen, aan de andere kant om de kleine vrijhandelszone-in-wording
van Engeland, drie Noordeuropese landen, Oostenrijk, Zwitserland en
Portugal. Openlijk is door laatstgenoemde landen gezegd, dat men met
zijn eigen vrijhandelszone een soort tegenwicht wil vormen tegen de
gemeenschappelijke markt, die verdacht wordt van protectionistische
tendenzen, van een afsluiting van de overige Europese landen.
een vraag. Zij zouden overwegen op 20
juli niet toe te treden tot de kleine vrij
handelszone, en de voorkeur willen
geven aan een neutrale positie tussen
deze zone en de gemeenschappelijke
markt; dan zouden zij kunnen bemidde
len en tegelijkertijd van beide wallen
kunnen eten. Op 20 juli zal te Stock
holm een ministersconferentie van de
De Denen zitten heirbi, in het bijzon
der in de klem. Immers, 37 percent van
hun export gaat naar Engeland, 32 per
cent naar de landen van de gemeen
schappelijke markt. Isoleert de Euro
markt zich, dan wordt Denemarken
even ernstig gedupeerd als wanneer het
zich zou buitensluiten van de kleine vrij
handelszone! Vandaar dat het mèt prof.
Erhard. de Westduitse minister van Eco
nomische Zaken, geporteerd is voor een
grotere gemeenschap dan elk van de
twee waarover het gesprek thans gaat:
het wil een economische eenheid tussen
alle zeventien landen van de O.EÜS.,
maar zo hard van stapel wil men te Pa
rijs bepaald niet gaan. Vandaar dat de
Denen het in Bonn niet verder brachten
dan een gemeenschappelijk communiqué
met de Adenaueriaanse woorden: „stre
ven naar een omvattende Europese mul
tilaterale associatie", een begrip dat voor
het eerst is opgedoken in de herfst van
het afgelopen jaar tijdens de besprekin
gen te Bad Kreuznach tussen Adenauer
en De Gaulle! Die „associatie" bedoelde
niets anders te zijn dan een verzwak
king van de vrijhandelszone der zeven
tien Europese landen, inclusief Enge
land.
De positie der Benelux
Of de Denen er nu in zullen slagen
hun huid te redden in het thans nog
slechts diplomatieke gevecht tussen
Euromarkt en vrijhandelszone is nog
zeven landen over de kleine zone worden
gehouden.
Maar niet slechts de Denen verkeren
In een moeilijk parket, ook de drie Be-
neluxianden. Reeds is te Bonn opge
merkt. dat de creatie van een kleine
vrijhandelszone van Engeland, Noorwe
gen, Zweden, Denemarken, Portugal,
Zwitserland en Oostenrijk niet de Fran
sen en de Italianen waartegen zjj in
eerste instantie gericht zou zijn zal
treffen, maar de Beneluxlanden die no-
tabene de grootste voorstanders binnen
de Euromarkt zijn van een vrijhandels
zone van groot formaat! En in Bonn
heeft men om dit alles juist zo'n grote
belangstelling voor de Deense positie
thans. Want ook de Westduitse handel
met de genoemde zeven landen is zeer
omvangrijk. Bonn boekte hierbij vorig
jaar een uitvoeroverschot van 900 mil
joen dollar, Nederland van 120 miljoen
dollar; 27 percent van de Duitse export
gaat naar de „zeven" van de kleine vrij
handelszone. Van de Franse export gaat
slechts 13 percent naar de zeven landen.
Bij dit alles zitten de Denen dus tus
sen twee vuren: de Britten willen hen
graag mee naar hun zone hebben, maar
kunnen Kopenhagen niet méér export
mogelijkheden aan boter, eieren, bacon
er. dergelijke geven dan thans, in ver
band met hun eigen èn de Australische
er. Nieuwzeelandse producenten. En Juist
omdat dit niet mogelijk is, vallen de
Denen op Bonn terug en daarmee weer
op de Euromarkt! Het is voor Denemar
ken een dilemma: toetreden tot de
kleine vrijhandelszone is net zo slecht
als toetreden tot de Euromarkt. Vandaar
dat overwogen zou worden om „neu
traal" te blijvenHoe zo iets in de
werkelijkheid toe zal gaan. of er niet
een strijd om de gunsten der Denen zal
ontstaan, tussen „kleine zone" en de
Euromarkt schijnt een vraag, die ln dat
geval onherroepelijk zal optreden....
Overheid draagt reeds
driekwart der lasten
Op vragen van het Tweede Kamerlid
de heer Van de Wetering in verband
met de financiële moeilijkheden, welke
de expeditie naar het Sterrengebergte
op Nederlands Nieuw-Guinea ondervindt
heeft de heer Korthals, minister van
Zaken Overzee a.i. mede namens prof.
Zijlstra, minister van Financiën geant
woord, dat de moeilijkheden die de ex
peditie heeft ondervonden, ten dele moe
ten worden toegeschreven aan tegenslag
bij de uitvoering, anderzijds aan organi
satorische oorzaken en een financiële
basis, waarbij in niet voldoende mate
rekening is gehouden met immer optre
dende onvoorziene omstandigheden, die
uitgaven tot gevolg kunnen hebben.
Zowel vanwege het Rijk als vanwege
het Gouvernement van Ned. Nieuw-
Guinea, is en wordt ook thans nog zeer
belangrijke steun verleend, zowel van
financiële als materiële aard. Zo werd
een subsidie verleend van f. 330.000
door het Rjjk en een vliegveld aange
legd door het Gouvernement. De sala
rissen der deelnemers, voor zover ln
overheidsdienst, worden doorbetaald en
de bewakingsdetachementen zijn zon
der enige vergoeding toegevoegd. Een
tief betreft waarvoor de overheid
naar schatting thans reeds ongeveer
driekwart van de geraamde kosten
draagt.
Waar het hier een particulier initia
tief betreft waardoor de overheid
uiteraard grote belangstelling heeft
wordt gemeend, dat het de taak van
de initiatiefnemers is stappen te doen
voor het verkrijgen van bijdragen van
andere zijde, waardoor het nationaal
karakter, dat steeds op de voorgrond
werd gesteld, behouden blijft.
GESCHENKEN VOOR C.N.V.
Het gouden C.N.V. heeft gisteren vor
stelijke geschenken aangeboden gekre
gen. De heer P. Kapinga, voorzitter van
de Ned. Chr. Bond van Overheidsperso
neel, bood namens de bij het C.N.V.
aangesloten organisaties een bedrag van
f. 100.467.05 aan. Van dit geld zullen tien
nieuwe, compleet ingerichte bungalows
worden neergezet op het C.N.V.-vakantie-
terrein De Talmahoeve te Oud-Millin-
gen.
Het fonds „Draagt elkanders lasten",
dat gisteren 40 jaar bestond, kreeg van
de leden een bedrag van f136.000.— voor
de aankoop van een rusthuis. Het ge
schenk werd op symbolische wijze aan
geboden door de voorzitter van het jubi
leumactiecomité, de heer H. L. van den
Boomgaard. Tevens werd de naam voor
het nieuwe rusthuis bekendgemaakt, ge
kozen uit ruim vijfhonderd suggesties
van de leden „Helpende handen".
NED. HERV. KERK
Aangenomen naar Oldemarkt en Paas-
lo (2de pred. pi.) H. P. Schouten, voor
heen te Paramaribo, thans woonachtig te
Katwijk aan Zee. Bedankt voor Amster
dam P. H. Quartel te Rotterdam.
GEREF. KERKEN
Aangenomen naar Zwaagwestelnde J.
Tevel. kand. te Middelburg, die bedankte
voor Dlrkshorn, Goes en voor Waterin
gen. Bedankt voor Ferwerd N. N. Nam-
mensma te Roodesehool.
CHR. GEREF. KERKEN
Tweetal te Vlanen M. S. Roos te Al-
êhen a.d. Rijn en P. Zwier te Zaamslag.
eroepen te Haarlem-Noord J. J. Rebel te
Murmerwoude
Aan N.V. Wemink's Beton Maat
schappij alhier is opgedragc.. het bou
wen van een watertoren te Assen voor
rekening van gemeentewerken en be
drijven aldaar.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Bodegraven en te Katwijk
aan Zee. te Aalst en te Glessendam P.
Blok. kand. te Rotterdam. te Enschede
en te Werkendam O. Wisse, kand. te Tho-
len.