DE BEER AU ÖE ore. De ruimtevaart-opera „ANIARA" in Stockholm enthousiast ontvangen ZAL NATUURMONUMENT OP EILAND ROZENBURG VERDWIJNEN? Belangrijkste vogelbroedplaats van West-Europa STF i) BFER" -ppDrrn"OEGAHG SAE:;A6J wets.„.-str KAARTUI VERKRIJGBAAR VOLG: Geen gemakkelijkmaar wel een bijzonder orgineel werk Hertog van Bedford: „pandjesbaas geeft niets voor je waardigheid" Verhoging ministerspensioenen in Bonn lokt protesten uit ZATERDAG 20 JUNI WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 4 Het huis van de vogelwachter. der gevarieerd. Om er enkele te noe men: gele hoornpapaver, parnassia (een overblijfsel uit de laatste IJstijd) en lamsoor de laatste kleurt in de nazomer het hele terrein aan zee rood- paars en verschillende orchideeën. Het vogelreservaat is een bezoek overwaard. U zult de rykdom en schoonheid van dit vogelreservaat ho gelijk waarderen. Ik weet zeker dat U vriend met „De Beer" zult worden en zich ertegen zult blijven verzetten als het vogelreservaat nog verder zou worden geschonden. F. van Ommen. De laatste maanden heeft U herhaaldelijk in de kranten kunnen lezen, dat een gedeelte van het Vogelreservaat ,,De Beer", gelegen tegenover Hoek van Holland op het eiland Rozenburg, zal verdwij nen, omdat er een supertankhaven „Europort" zal worden aangelegd. Zal dit de ondergang betekenen, van het belangrijkste zeevogelbroed gebied van geheel West-Europa? Onvervangbaar Natuurmonument Het vogelreservaat ,De Beer" is een uitgestrekt natuurmonument van ruim 1300 ha duinen, slik en stranden. Bij het inzetten van de najaarstrek vormt ,De Beer" een belangrijk tus senstation. De kuststreek en het vogel reservaat „De Beer" zyn de plaatsen, waar wij er het meeste van zien. In heel West-Europa is geen plaats, waar zich zo'n voedselrijk en ruim broedgebied bevindt, als juist op en N/J rondom „De Beer". Vele andere plaat sen bieden wel genoeg voedsel, doch zy zijn te gering van oppervlak of zij wor den zo sterk door de mens verontrust (b.v. verkeer te land en te water, in tensivering van de landbouw, bevol kingstoename) dat ze niet voldoen aan de eisen, welke de watervogels t.a.v. nest en veiligheid stellen. Op ,De Beer" bevinden zich zeer be langrijke broedkolonies van kluten, grote sterns, tevens broeden er flink wat visdiefjes, dwergsterns en kok meeuwen, terwijl er ook een kleine kolonie zilvermeeuwen geduld wordt. Al met al broeden er jaarlijks enige Bord bij ingang van vogelreservaat „De Beer". De hertog van Bedford, de „showman" onder de Britse adel, heeft onthuld, dat hij paddestoelen en herteoren placht te eten in een eetkamer, die hij met spinnen moest delen. De hertog vertelt dit in zijn autobiografie „De verzilverde lepel", die de zer dagen gepubliceerd is. Hij beschrijft hoe zijn grootvader als een kluize naar leefde, hoe zijn va der als een pro-nazi aan de kaak werd gesteld en hoe hij zelf bijeenkomsten van nudisten en andere staaltjes van op Ameri kaanse leest geschoeide reclame gebruikte om te bewerkstelligen dat zijn kasteel zijn huis kon blij ven. Jan de Dertiende, her tog van Bedford, zegt dat zijn grootvader, de elfde hertog, een jaarlijks inko men van 200.000 pond en 60 bedienden had. Maar de vader van de tegen woordige hertog verliet zijn huis, kwam met zijn gezin terecht in schamele kosthuizen en plantte zijn collectie vogels en spinnen in de eetkamer. De hertog zegt, dat zijn vader vaak alleen paddestoelen, her teoren, spreeuwen en paardebloemen verschafte voor de gezinsmaaltijden. Jan de Dertiende werd niet naar Oxford of Cam bridge of een andere uni versiteit gestuurd. Hij kreeg maar 98 pond per jaar om van te leven. De hertog trouwde, maar zijn vrouw stierf. Hij her trouwde en ging naar Zuid-Afrika, waar hij fruit teelde. Inmiddels probeerde zijn vader, toen de twaalfde hertog, met Hitier te onderhandelen over een vredesverdrag. Pa werd deswege voor nazi uitgekreten. „Mijn vader ging steeds vreemder doen", schrijft de hertog. Toen zijn vader stierf, ontving de tegenwoordige hertog de titel. Maar zyn vader en grootvader had den hun testament zo ge schreven, dat hij weinig anders kreeg. Terwijl vele van de 'andgoederen van Enge land verkocht zijn, opdat de hoge successierechten betaald konden worden, deed de hertog de beheer ders van de nalatenschap van zijn vader in woede ontsteken, door zijn kas teel tegen betaling open te zetten voor bezoekers. Het landgoed verrijkend met nudisten - bijeenkomsten, een dierentuin, espresso koffiebars en juke boxes, heeft de hertog van Bed ford verleden jaar onge veer een half miljoen ge wone mensen ontvangen, raison van een halve kroon (ongeveer f. 1.50) per persoon. „Mij is verweten, dat ik gebrek aan waardigheid heb. Dat klopt. Als je met je waardigheid naar de pandjesbaas gaat, geeft hij er geen stuiver voor. Mijn familie denkt dat ik gek ben, maar ik ben van plan bij de tijd te leven", schrijft de hertog. Ook andere leden van de Britse adel hebben hun landgoederen open gesteld om het geld voor de belasting te krijgen. Maar velen menen, dat de hertog van Bedford het te bont maakt en een „klas se-verrader" is. „Ik moet zeggen dat me dat koud laat. Als ze zelf wat vriendelijker waren, zou den ze misschien wat meer populariteit genie ten en wat meer succes hebben. Een showman zijn is veel leuker dan stil te zitten in waardigheid of fazanten neer te paffen". Legsel van de zeldzame kleine mantelmeeuw, die in 1958 op „De Beerbroedde tienduizenden water- en zeevogels; waarlijk een onvervangbaar natuur monument, waar wij Nederlanders te recht trots op kunnen zijn. Vogelken ners en vogelfotografen uit de gehele wereld komen naar dit vogelreservaat! In geringer aantal vindt men er nesten van bontbek- en strandpleivier, scholekster, bergeend, wilde eend, wa terral, bruine kiekendief en van veel soorten kleine zangvogels. Het nestelen van porceleinhoen en baardmees wyst op het belang van „De Beer". Onze gewone zeehond is in het vo gelreservaat, by de Brielse Maas, op de aan diep water grenzende zandbanken, op een afstand van 100 meter waar te nemen. Ik telde groepen van 28 en 42 exemplaren. Zeehonden gaan uitslui tend overdag en by vloed op jacht naar platvis, haring, ansjovis enz. Het is hoogst interessant deze grote zee zoogdieren in hun doen en laten te be zien! Ook de plantenrykdom is er bijzon- (Van onze correspondent in Stockholm) In Stockholm is een storm van enthousiasme verwekt door de wereldpremière van de Zweedse opera „Aniara". Die bij het Zweedse publiek ongekende geestdrift kwam reeds na het eerste bedrijf opzet ten. Wij durven nu al te zeggen, dat deze schepping van Karl-Birger Blomdahl over de hele wereld zal gaan en dat ook het epos van Harry Martinson nog vele vertalingen zal beleven. Het is een moei lijke taak u een voorstelling van dit stuk te geven. U zult veel fantasie nodig hebben. Aniara is een idee-opera, zegt de toonzetter zelf, maar dan zonder filosofie. Het is ook geen personen- of handeling-opera, maar kan eerder een situatie-opera worden genoemd, een collectief drama, dat de mensheid in het ruimte-tijdperk behandelt. De dichter echter noemt zijn werk een revue, terwijl anderen weer van een dramatische ballade spreken (omdat het toch tragisch ein digt) of het een oratorium noemen. Beeldspraak is niet schade, wordt uit zijn koers gerukt en vliegt nu uit ons zonnestelsel met on verminderde kracht in de ruimte van de Melkweg. Ondanks hun snelle vaart zullen de opvarenden nimmer het ruimteschip kumien verlaten. Een dood in de oneindige en lege ruimte is gewis. De passagiers zien nu hun leven een andere inhoud krijgen. De dood dat is de ruimte die het schip omgeeft, terwijl alles binnen de Ania ra een symbool is voor de kortheid van ons leven. Maar het is ook de plaats, waar de nood der zielen wordt weerspiegeld. Voor de ziel is de ruim te van een lichtjaar een geweldige leegte zonder doel, een zee, waarin zij verdrinkt. Wat de ziel zoekt is niet in deze lege ruimte maar in haar binnenste zelf. Maar als ook deze on- stoffelyke ruimte leeg is, is het nog erger dan de leegte die de ziel om geeft. Fantastische karikatuur In het stuk worden de laatste ja ren van de vlucht beschreven en ver schillende personen in fantastische karikatuur voorgesteld. Daar is Dai- si Doody ,een emigrante uit de vro lijke stad Dorisburg, die de leegte met dans en met woorden van vreugde vult. Niemand verstaat wat zy zegt, gemakkelijk De opera is gebaseerd op een epos in verzen. De 103 zangen moet men echter enkele keren lezen .alvorens deze taal vol van symbolen en aan duidingen te begrijpen. De dichter Harry Martinson, lid van de Zweedse Academie, maakt het ons zeker niet gemakkelyk. Met opzet speelt hy met lettergre pen ,die eigenlyk geen Inhoud heb ben, maar ons toch doen beseffen, waar het om gaat. Reeds het woord Aniara geeft aan leiding tot vele speculaties. Ni zou nikkel betekenen en ar argon. A-ni- ar zou dus kunnen zijn: zonder nik kel en zonder het edelgas argon. Dus: aarde noch lucht. De vergelijking van het ruimteschip met „een luchtbelletje in het geestes- glas van God" heeft zeker de ver klaring nodig, dat een luchtbelletje in een glas gedurende de loop der eeu wen een verschuiving ondergaat. De inhoud van het epos is in het kort. De volgende, van de symbolische planeet Doris vertrekt het ruimte schip Aniara met 8.000 mensen aan boord. De meesten van hen zyn emi granten, die de door stralen haast on bewoonbaar geworden Doris willen verlaten om op Mara een nieuwe toe komst te beginnen. Aangezien al duizenden ruimtesche pen deze reis eerder hebben gemaakt, werd het vertrek niet op byzondere wijze gevierd. Het is een gewone rou- tinevlucht. De reizigers dansen en hebben pret. Maar het gevaarte raakt in botsing met Leoniden, krygt stuur- In het luchtschip Aniara maar begrijpt uit haar klanken, dat zy tevergeefs levensvreugde wil sprei den. Daar is de blinde, verblind door oorlogsgeweld en de doof-stom gewor- dene, toen het lawaai zegevierde. En daar is Mima van mimiek), het door mensen vervaardigde toestel, dat alles wat op Doris gebeurt, weer kan geven, maar een eigen gevoel heeft gekregen. Voor ons is de opera een ervaring geweest, waarvan wy intensief heb ben genoten. Niet in de laatste plaats speelde ook het decor hierby een rol. Maar al was het een korte voorstel ling amper 2\<* uur toch was deze reis door de oneindige ruimte vermoeiend. -oFn-ijnnx- eny eny eny enyeny enij toond. En toohMen kent in ons land bij de laatste kabinetsformatie de vele vooraanstaande persoonlijkheden, die om „persoonlijke redenen" niet be reid waren een ministerieel ambt te be kleden. Dezulken vindt men bepaald ook in West-Duitsland, waar in de in dustrie en de handel salarissen worden genoten, die geen minister ooit in zijn ambt zal halen. Men gaat er hier dan ook van uit, dat een minister niet slechts een goed salaris moet hebben, maar daarenboven geen zorgen voor de toekomst moet kennen, wanneer hij een maal minister is. Ter andere zijde staan degenen, die zeggen, dat hij. die minis ter wordt, daarvoor dan maar het no dige risico moet lopen. Het toch al hoge inkomen, de eer, het aanzien, het pres tige na een eervol aftreden, dit alles telt. Nu en in de toekomst Het wetsontwerp spreekt niet over en verhoging van de salarissen der mi- nsiters. Die blijven voor een gewone minister 4860 mark per maand. Daarbij komen echter nog een toelage voor de woning van 3600 mark per jaar en een vast onkostenbedrag van 7200 mark per jaar. Totaal per maand 760 mark. De bondskanselier krijgt een salaris van 6075 mark, een jaarlijks bedrag van 3600 mark voor woningkosten en van 24.000 mark per jaar voor representatie en dergelijke. Totaal voor de Bonds kanselier per maand 8375 mark. Dit al les blijft zoals het is. Maar de pen sioenaanspraken worden wel degelijk veranderd. Op het ogenblik heeft een minister pas pensioenrechten, wanneer hy by zijn ontslag 55 jaar oud is en tenmin ste vier jaar als minister werkzaam is geweest. Dat pensioen bedraagt dan, en dan alleen. 35 van het salaris plus woninggeld, dat is 1806 mark per maand. Er zijn overigens nog over gangsbepalingen waardoor een ontsla- de te gebruiken, vooropgesteld dat hy deze rede niet reeds eerder had uitge sproken binnen en straal van 80 kilo meter van de plaats waar hy een rede voering zou moeten houden. Slechts eenmaal, zei hij, was hy hier door in moeilijkheden gekomen. „Door een enorme vergissing ik ge loof dat de vereniging haar naam had veranderd wasi k er niet zeker van voor wie en waar ik sprak. Ik hield mijn speech, maar het publiek reageerde niet zo goed als ik had verwacht. Toen stond de voorzitter op en zei met een plat En gelse accent: „Ik geloof dat wy allen met plezier de toespraak van Mr. Tho mas hebben aangehoord en, aangezien hij deze reeds twee jaar geleden voor ons heeft uitgesproken, geloof ik dat wy het er wel over eens zullen zyn, dat hy de toespraak aardig heeft bijgewerkt." gen minister niet direct zonder inkomen op straat komt te staan. De voorgestelde nieuwe regeling is heel wat gunstiger. Zij bepaalt, dat een mi nister, die vier jaar in dienst is geweest, automatisch op 55-jarige leeftijd wat hij dan ook doet! pensioen krijgt. Een minister, die 60 jaar is, krygt reds een pernsioen wanneer hij slechts een jaar dienst erop heeft zitten! E ndat pensioen bedraagt voor alle gevallen 35 percent van salaris plus wo ninggeld plus een toeslag van 3 percent voor ieder jaar, dat hy minister is ge weest. Iemand, die 60 jaar is. en een jaar minister was, krijgt dus 38 percent van zijn oorspronkelijke inkomen pen sioen, dat is 1.960 mark per maand! Ruim beloond, zeggen de tegenstan ders van het voorstel spottend Iets te ver Men heeft reeds uitgerekend dat de mi nister van Justitie Schaffer, die in 1961 negen jaar minister zal zijn, volgens het voorstel dan staat kan maken op een pensioen van 3.199,22 mark per maand! De jonge kabinetsleden Schro der Binnenlandse Zaken). Strauss (De fensie), Lücke (woningbouw), Stücklen (Post), Von Merkatz en Blank (resp. Bondsraad en Sociale Zaken) allen be neden de 55 krijgen op hun 55ste met een een hoog pensioen. Zouden Schro der en Strauss aftreden, dan kunnen ze over tien jaar rekenen op een paar dui zend mark per maand. Men heeft over het algemeen in de Bondsrepubliek begrip voor de hoge sa larissen en pensioenen van de minis ters. Maar velen geloven dat het nieu we voorstel te ver gaat. Zelfs zijn er die vragen waarom een minister pensioen moet hebben. Geen arbeider, geen amb tenaar. geen kantoorbediende krijgt met zijn 55ste pensioen, waarom een minis ter wel? Kortom, kritiek is er genoeg op het ontwerp. Kritiek vooral op de vol gens velen slechte stijl, die er uit spreekt. „Showman,, onder Britse adel beslist van plan om „bij de tijdte blijven leven VARIA Te veel van het goede Elke populaire redenaar zal kunnen sympathiseren met omroeper Wynford Vaughan Thomas, die dezer dagen in een BBC-programma de bekentenis deed. dat hij het tydsprobleem voor het in elkaar zetten van redevoeringen op loste door meerdere malen eenzelfde re- Bijna tweeduizend mark per maand voor 't bekleden van dit ambt gedurende een jaar Hoge salarissen in de industrie spelen een rol (Van onze correspondent in Bonn) Een wetsontwerp betreffende de pensioenen der ministers, dat de Westduitse regering dezer dagen naar de Bondsraad (Eerste Ka mer) te Bonn zond, heeft de ge moederen in de Bondsrepubliek in beweging gezet. Volgens dit ont werp zal een minister, die slechts één jaar in dienst is geweest, aan spraak kunnen maken op het prettige pensioen van 1960 mark per maand bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd. Uiteraard zijn er tegen dit wetsont werp direct protesten geuit. De socia listen trokken bijvoorbeeld fel van leer met de uitlating, dat hiermede al de mensen, die nu al jarenlang op sociale rechtvaardigheid wachten, bespot wor den. Maar ook de gewone belastingbe talers hebben zich ietwat verbaasd ge- Toen Mima de ondergang van Doris burg behoorde te rapporteren is zy in elkaar gestort. Dit is nu alles door muziek geïllus treerdgedeeltelijk door elektronische muziek. Toen wij zonder de inhoud te kennen bij het horen van enkele passages naar onze indruk werden ge vraagd, zeiden wij ietwat spottend: „Een holle doos uit blik in een holle ruimte". Er komen ongekende tonen in voor en er wordt gewerkt met on gekende geluidseffecten, die dan toch blijkbaar het juiste beeld wakker roepen. Het zal geen gemakkelijke taak zyn deze opera in andere landen ten ge hore te brengen. Het is noodzakelijk, dat men de inhoud van het stuk kent, om de vele fijne nuances en de woordspelingen te kunnen waarderen, en men heeft technische verklaringen nodig.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 16