Chief Whip RIPQLIM EXPRESS Nederlandse metaalindustrie moet op haar tellen passen! Tentoonstelling van werkstukken in de bedrijfsteclinisclie school opfoderslipl Niet slaaf worden van „liever kleine baas dan grote knecht" Het buitenland wapent zicli voor E.E.G. "zelP schilders! vraag geen verf vraag: (22X222» y^Tif1,1 Enig en zeer interessant HAD BUSCHAUFFEUR SCHULD AAN TRAGISCH ONGELUK? Opgericht 1 maart 1860 Woensdag 27 mei 1959 Tweede blad no. 29753 Grootste bedrijfstak vergadert in Leiden De immer strijdvaardige voorzitter van de Vereniging van Metaal industrieën, dr. J. C. Hooykaas, heeft in zijn vanmiddag uitgesproken rede op de jaarlijkse algemene vergadering van ae VMI in overdrachtelijke zin waarschuwend de vinger opgeheven en gezegd: gij, metaalindustrie en overheid, past op uw tellen met de EEG! Geen nieuw thema voor dr. Hooykaas, integendeel, en dan ook een principieel en reeds bij vele gelegenheden bereden stokpaardje- met-allure. Het is immers niet zo, dat het met kracht attenderen op de plaats, welke Nederlands metaalindustrie in ons land, in het ruimer verband van de EEG, en in het ruimst mogelijke verband van de gehele wereld, dient in te nemen, een soort hobby van dr. Hooykaas is. Geenszins. De voorzitter van de Vereniging van Metaal-industrieën pleit gedurig uit innerlijke overtuiging voor een (aanzienlijke) verster king van deze bedrijfstak, daar zij het anders in de nieuwe constellatie niet meer zal kunnen bolwerken, met alle voor onze economie dras tische gevolgen van dien. De Nederlandse metaalindustrie is na de oorlog toch uitgegroeid tot de grootste bedrijfstak van ons land, al hoewel de enorme krachtsinspan ning van onze industrie in haar ge heel, die er in hoge mate mede toe heeft geleid dat het Nederlandse volk vandaag een toestand van be trekkelijke welvaart kent, niet in de harten van ditzelfde volk leeft, al dus de heer Hooykaas, die er boven dien ook nog op liet volgen, dat het voor de regering soms moeilijk blijkt te zijn, hieruit de noodzakelijke con- quenties te trekken. Wat is immers het geval? Het buiten land spant alle krachten in om zijn (metaal)-industrie zo sterk mogelijk 'te maken, doch in ons land zit het indi vidualisme ons dwars. Het „liever kleine baas dan grote knecht", zo drukte dr. Hooykaas zich uit, heeft zo'n grote in vloed op ons handelen, dat wij dreigen hiervan de slaaf te zullen worden. Vol gens de stellige overtuiging van de VMI- voorzitter is de zwakke plek in de me taalindustrie: het gemis aan gezamen lijk optreden. Spreker ontveinsde zich niet, dat als nauwer samenwerken een feit zou zijn geworden, daarmede alleen de positie van de Nederlandse metaal industrie niet veilig kan worden gesteld. Wanneer uit die samenwerking de zo noodzakelijke efficiente arbeids- en pro- duktieverdeling zal voortvloeien ook al omdat de mogelijkheid van een be tere financiering zich hierbij zal kun nen voordoen dan blijven toch nog altijd wensen bestaan, waarvan de me taalindustrieën zelf de vervulling niet zonder meer in de hand hebben. Wat doet het buitenland De buitenlandse metaalindustrie is in opmars! En hoe omvangrijk die in dustrie wel is, blijkt uit de kille cij fers: de Nederlandse metaalindustrie legt op nauwelijks 5 percent van de totale produktie van de Euromarkt- metaalindustrie beslag. Een kleine groep vormt deze bedrijfstak dus in het groter geheel, doch een gipep, die kwalitatief toch waarlijk wel wat presteert en sterke innerlijke kwali teiten bezit. De klemmende vraag is echter of men krachtig kan blijven tenopzichte van de andere EEG-lan- den. Wat doet Frankrijk? De derde fase in het economische plan voltrekt zich thans. Bestond "fase één uit een zorg vuldige opbouw van de infrastructuur (met de nadruk op de energievoorzie ning en de verbindingen)fase twee uit de opbouw en modernisering van de grondstoffenvoorziening, fase drie be staat uit de modernisering van het in dustriële verwerkingsapparaat. Doel stelling is de Franse industrie een voor sprong te geven op de andere indus trieën in de EEG-landen. De regering te Parijs gaat er vanpit, dat dit niet mo gelijk is langs de weg van de natuur lijke ontwikkeling, maar door forcering van een snelle opbouw. Als mogelijk heden hiertoe biedt zij de Franse in dustrie o.a. talloze vormen van kredie ten met staatsgarantie en belastingfaci liteiten. Wat doet West-Duitsland? Naast het herstel van de vooroorlogse concern- verhoudingen maakt de industrie een opmerkelijke groei door naar nieuwe grotere eenheden. Dit wordt de aange wezen organisatievorm geacht om me nige moeilijkheid tot oplossing te bren gen. Van de bedrijven zelf uit wordt deze concentratie voortdurend gevoed, met als gevolg een steeds verder door gevoerde arbeids- en produktieverde- ling. Het offer van liquidatie van kleine, niet gespecialiseerde bedrijven wordt gerechtvaardigd geacht. Zetten de Duitse en Franse metaalin dustrie dus alles op alles om een bij zondere concurrentiepositie op de Euro- markt in te nemen, bovendien ontwik kelt zich in deze bedrijfstak een nauwe samenwerking waarvan de consequen ties voor ons land, aldus dr. Hooykaas, moeilijk kunnen worden overzien. Worden, zo vervolgde de VMI-voorzit- ter, ook in België de geesten wakker, in Engeland valt eveneens een steeds nau wer samengaan tussen de bedrijven te constateren. In Zweden legt men zich toe op een systematische opbouw van de toelevering tussen zelfstandige bedrij ven. te belangrijker omdat de toeleve ring in de metaalindustrie van uitzon derlijk groot belang is. Wat doet Nederland? De Nederlandse metaalindustrie die zowel wat. de waarde van de produktie het aandeel in de export als de bij drage tot de werkgelegenheid de eer ste plaats onder de bedrijfstakken in neemt exporteert bijna 40 percent van de produktie naar nagenoeg alle landen ter wereld. Of dit peil te handhaven valt, hangt van het elan van de industrie zelve gerugve- steund door de overheid af. Wel mag men vertrouwen in eigen kracht hebben, ontleend aan prestaties in het jongste verleden, doch dit mag niet tot zelfgenoegzaamheid leiden. Het dient alle betrokkenen heilige ernst te zjjn met het voornemen niet te blij ven stilstaan bij hetgeen reeds werd bereikt. Stelde dr. Hooykaas twee jaar gele den voor denkende aan de grote ka pitaalbehoefte in de bedrijfstak tot vorming van een industrieconsortium over te gaan, verleden jaar kon hij me dedelen, dat de instelling van een der gelijk consortium niet uitgesloten be hoefde teworden geacht. Thans hebben de gedachten van een samenlDundeiing in de metaalindustrie bepaalde vormen aangenomen. Mocht oorspronkelijk de klemtoon op het financieringsaspect ge legen hebben, thans treedt de noodzaak van een rationele regeling van de pro duktie-, arbeidsverdeling en marketing steeds meer op de voorgrond. Een verheugend verschijnsel noemde dr. Hooykaas deze evolutie, daar zij voortspruit ui,t een behoefte van de ge- interesseerde ondernemingen zelf. In de produktie en arbeidsverdeling schuilt de zwakke plek van onze in dustrie. Als export-industrie zal men niet meer kunnen volstaan met een veelvoudige doublering van produkties. Duidelijke restricties zullen gesteld moeten worden aan de economisch niet-verantwoorde gevolgen van onze zelfstandigheidswil. In dit nieuwe beeld zullen de middelgrote en klei nere bedrijven zoker een onmisbare functie kunnen blijven vervullen, doch dan met een beperking van het as sortiment, dat per bedrijf wordt ge produceerd. Het buitenland is op dit gebied al zeer ,ver en misschien aldus dr. Hooykaas, zullen ook wij nog eens tot het inzicht kunnen komen, dat men het besluit zal moeten durven nemen deze strakke lijn te volgen. De landen met een traditionele me taalindustrie zien de expansie van onze afzet ongaarne en zij vinden het van zelfsprekend, om ook via hun diploma tieke vertegenwoordigers hun eigen af zet te pousseren en daarmede onze ex port zoveel mogelijk terug te dringen. Hebben vechters nodig! In de praktijk blijkt echter helaas, al dus dr. Hooykaas, hiermede een al bg eerdere gelegenheden geuite kritiek herhalend, dat onze diplomatieke ver tegenwoordigers lang niet altijd in tensief genoeg voor de belangen van de Nederlandse industriële afzet in het buitenland opkomen. De strijd om het bestaan is voor ons land te moei lijk geworden om te kunnen volstaan met een buitenlandse dienst, die de nationale goodwill overwegend door middel van representativiteit meent te kunnen bewerkstelligen TT7:i heb ben vechters nodig! Maatregelen tegen dumping! Nederlands ondememingskracht wordt ook ontzenuwd wanneer er geen maat regelen worden getroffen tegen de dum ping, die bepaalde landen met hun pro- dukten op de Nederlandse markt toe passen. Hieraan moet op korte termijn paal en perk worden gesteld. In navol ging van Frankrijk zal een consequent anti-dumpingsbeleid moeten worden ge voerd, dat wellicht in een wet veran kerd zal moeten worden. De expansie van de metaalindustrie i? in hoge mate afhankelijk van het in stituut van de zelffinanciering. Elke aantasting van de zelffinanciering dreigt de expansie van het industriële apparaat op losse schroeven te zetten. Alles hangt er dan ook van af of nuch tere nationaal-economische bescoou- wingen het zullen winnen van politieke stokpaardjes, aldus eindigde dr. Hooy kaas. V.M.I.-eremedailles Na afloop van zijn rede reikte dr. Hooykaas een aantal VMI-eremedailles uit. In zilver aan ir. H. C. Wesseling. voor diens jarenlange medewerking aan het VMI-bestuur en aan de heer A. S- de Muinck Keizer wegens dezelfde ver dienste. De eremedaille in brons werd verstrekt aan het metaalbedrijf Rade- makers N.V. te Rotterdam ter gelegen heid van het 50-jarig bestaan van deze onderneming. Voor dit bedrijf ontving de directeur, ir. H. W. Beckering, de medaille. Aan deze bijeenkomst was een ont vangst in het Stadhuis voorafgegaan. Kon. instituut voor taal, land- en volkenkunde WORDT VAN DEN HAAG NAAR LEIDEN OVERGEBRACHT Het Koninklijk Instituut voor Taai- Land- en Volkenkunde, thans gevestigd aan de Van Galenstraat te 's-Graven- hage, zal in de naaste toekomst naar Leiden worden overgebracht. Dit zal ge schieden wanneer de centrale huisves ting van de Oosterse studiën te Leiden haar beslag heeft gekregen. Leids onderwijspsycholoog in Amsterdam gepromoveerd De heer S. Wiegersma, die verbonden is aan de afdeling geestelijke gezondheid van het Nederlands Instituut voor Prae- ventieve Geneeskunde alhier, is gister middag gepromoveerd tot doctor in de letteren en wijsbegeerte aan de Gemeen te Universiteit van Amsterdam op een proefschrift getiteld „Belangstellingson- derzoek bij de differentiatie na de lage re school". Promotor was prof. dr. A. D. de Groot, hoogleraar in de toegepaste psychologie aan deze Universiteit. In één der aan het proefschrift toegevoeg de stellingen, wordt opgemerkt, dat het in brede kring in ons land nog bestaan de gebrek aan trots op en vertrouwen in het Nederlands vakmanschap een sterk remmende factor is in het streven om het gemiddelde niveau van de vak bekwaamheid in Nederland op een hoog peil te brengen. Leidse Bloedbank Een gisteren gepubliceerd bericht van onze Rotterdamse correspondent wekt ten onrechte de indruk als zou alleen Groningen momenteel de beschikking hebben over een bloedbank ten behoeve van bloedtransfusies: Van bevriende zijde vestigt men er onze aandacht op, dat hier ter stede reeds jaren geleden onder auspiciën van de afd. Leiden van het Ned. Roode Kruis een dergelijk instituut werd opgericht, dat voortreffelijk func tioneert. Bij herhaling heeft men trou wens in dit Blad beschouwingen kunnen lezen, waarin werd opgewekt om zich als bloedgever beschikbaar te stellen, het meest recentelijk in verband met de toe nemende behoefte aan bloed als gevolg van de veel bloed vergende transfusies bij hartoperaties. De 5-jarige Johanna Singerling uit de Schoolsteeg is gistermiddag bij het plotseling oversteken van de Lange- gracht door een wielrijder aangereden. Het meisje brak haar linkeronderbeen. Aüvercenue Vrijwel volledige betaling schulden T. en D. De curator in het faillissement der commanditaire vennootschap op aande len Tieleman en Dros alhier deelt ons mee, dat in dit faillisement tot heden drie uitdelingen hebben plaats gevonden. Blijkens de gedeponeerde uitdelings- lijsten is hierbij een aan de C.V. ver leend boedelkrediet groot f. 399.585, ge heel afgelost. Aan preferente crediteu ren werd in totaal f. 951.594, uitgekeerd, waarmee deze thans vrijwel geheel zijn voldaan. De concurrente crediteuren ontvingen tot heden achtereenvolgens 14, 15, 48 en 15.5144% hunner vorderin- In de nu alweer twee jaar bestaande gemeentelijke bedrijfstech- nische school aan de Medusastraat wordt op het ogenblik een tentoon stelling gehouden van werkstukken, welke de leerlingen van deze school voor individueel technisch onderwijs in de afgelopen negen maanden zelf hebben gemaakt. Jongens zowel van het oriëntatiejaar als van het tweede en derde leerjaar hebben, tezamen met de twaalf leraren, aan deze bijzondere interessante expositie medegewerkt. Het werk van het eerste of oriëntatie jaar dit komt op de tentoonstelling ook duidelijk tot uitdrukking is niet direct gericht op het vak, doch brengt de jongens wel in contact met de ver schillende materialen zoals b.v. hout, metaal en verf. Gedurende dit oriënta tiejaar wordt tegenwoordig iedere jon gen psychotechnisch onderzocht, zo ver telde ons gisteravond in het schoolge bouw de huidige directeur, de heer F. C. Mabesoone. Een feit is, dat het rapport van de psycholoog meestal overeenkomt met de ervaringen, welke de leraren met de leerlingen opdoen. De leeftijden van de jongelui variëren van twaalf tot zes tien jaar. Dat dit bijzondere schooltype, destijds door wethouder J. C. v. Schaik gecreëerd, aan een grote behoefte, voor al hier in Leiden, voorziet blijkt wel uit het aantal leerlingen, dat men bij de aanvang van de nieuwe cursus in totaal verwacht, n.l. ruim driehonderd. Vrije expressie Zoals bekend heeft de gemeenteraad goedgevonden, dat de bedrijfstechnische school een uitbreiding zal krijgen aan de niet zo ver van de Medusastraat ge legen Timorstraat, waar dan o.m. een metselloods zal verrijzen. Een tentoon stelling zoals die vandaag nog in het schoolgebouw te bezoeken is, kan o.i. zonder al te veel moeite meerdere ma len gehouden worden. Het onderwijs, dat aan de eenvoudig begaafde jongens gegeven wordt, is immers geheel gericht op het maken van taken. Dat de con structieve arbeid voor de jongens van groot belang is wordt duidelijk wanneer men een rondgang door de verschillen de lokalen maakt. Allerlei vormen van vrije expressie zijn op deze expositie men heeft er een zinvol geheel van weten te maken te zien. Het indivi duele karakter van het onderwijs aan Een hoekje van de metselafdeling. De jongens hebben zelf deze fraaie borders aangelegd, met veel liefde en veel enthousisme uiteraard (Foto L.D./Van Vliet) de bedrijfstechnische school komt vooral in het schildersatelier sterk tot uiting. Zowel in de metaal- als houtafdeling staan vele nuttige gebruiksvoorwerpen ten toon gesteld. Plastieken Bijzonder fraai zijn de plastieken, die enkele leerlingen zelf hebben weten te vervaardigen. Enkele jongens maakten na een •museumbezoek maskers en pop pen na het zien van een poppenspel. Er zijn zelfs leerlingen, die op school mu ziekinstrumenten hebben gemaakt voor een gamelanorkest. Af en toe spelen zij er op in het Rijksmuseum voor Vol kenkunde, onder leiding van dr. Van Wengen. Al deze attributen zijn op het ogenblik in een der lokalen van het grote gebouw aan de Medusastraat te bezichtigen. Een aantal bijbels wijst er op, dat ook godsdienstonderwijs in het leerplan is opgenomen. Zowel protestan ten als rooms-katholieken bezoeken n.l. deze school. Foto's laten zien hoe de jongelui in de verschillende afdelingen werken. Noemen wy tot slot de zeer fraaie en omvangrijke werkstukken, welke zich in de metselafdeling bevin den. Er zijn o.m. gevelstenen, die door de leerlingen zelf ontworpen zyn. Vrije expressie dus ook in het metsellokaal VER. VAN ZUID-HOLLANDSE GEMEENTEN Op de vergadering van de Vereniging van Zuid-Hollandse Gemeenten, die op 3 juni in de schouwburg te Gouda ge houden zal worden, zullen mr. dr. K. F. O. James, burgemeester van Gouda, mr. G. E. van Walsum, burgemeester van Rotterdam en de heer A. J. Jongeleen, wethouder van Leiden, inleidingen hou den over het ruimtelijk probleem van elk van de mede door hen bestuurde ge meenten. Zij zullen daarin ook de be stuurlijke aspecten betrekken. gen, waartoe in totaal f. 1.062.448 werd uitgekeerd. Er zijn nog enige verdere uitkeringen te verwachten. Het uitzicht bestaat, dat uiteindelijk alle preferente schulden voledig en alle concurente schulden vrijwel volledig, zullen kunnen worden voldaan. Het is echter wel uitgesloten te achten, dat de baten toereikend zullen blijken ook nog een uitkering aan de aandeelhouders te doen, aldus de cu rator. K. VAN K. EN FABRIEKEN VOOR RIJNLAND In de donderdag 4 juni te houden ver gadering van de Kamer van Koophan del en Fabrieken voor Rijnland komt o.a aan de orde de benoeming van een voorzitter in dé vakature, ontstaan door het overlijden van de heer T. M. H. van Waveren. BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN GEBOREN Catharina, dr. van D. van Schoonder- woerd den Bezemer en S. M. van Koope ren; Irene. dr. van N. T. van der MeiJ en E. Sutterland; Bernardina Johanna Maria, dr. van T. J. M. van Geijlswijk en B. T. Berg; Helena Philomena Maria Jozef dr. van H. M. A. van de Sanden en H. F. J. M. Bertens; Ellen Marianne, dr. van W. Wagenaar en C. J. M. Welter; Andrea Johanna, dr. van W. J. van Es en G. M. van Opbergen; Guy, zn. van J. Hermenet en D. Roos; Gerrit Jan, zn. van W. J. Lardé en P. Binnendijk; Eleonore Susanna Maria, dr. van G. M. Zwetsloot en T. M. van Kesteren. GETROUWD Z. L&z&r en P. G. Schilthuls. OVERLEDEN W. Groen, 83 Jr., man; S. van Vlegen, 78 Jr.. weduwe van A. Rozenboom. Drama op onbewaakte overweg te Wezep Officier van Justitie eist f. 150.— boete Voor de rechtbank te Zwolle stond gisteren een 29-jarige auto- busconducteur uit Epe terecht, die op 1 oktober j.l, achter het stuur had gezeten van een bus, welke op een onbewaakte overweg te Wezep (gemeente Oldebroek) door een trein werd gegrepen. De ramp kostte vier inzittenden van de bus het leven. Tegen de voor- malige chauffeur werd 150 gulden boete geëist. In een zeer uitvoerige dagvaarding werd verdachte grove schuld aan dit on geluk verweten. Met een bus van deVe- luwsche Autodienst N.V.. waarin 46 pas sagiers zaten, was hij die avond op weg naar Kampen. In de middag van die dag was de spoorwegovergang bij het station te Wezep wegens wegwerkzaam heden geheel versperd. Tussen Heerde en Wezep hoorde verdachte van een hem tegemoetkomende collega, dat hij de normale route niet kon volgen. Hij kreeg de raad, de spoorlijn over te ste ken via de onbewaakte overweg in de Puttensteinse-Veldweg, even ten westen van het station. De collega zei hem echter goed uit te kijken, en de conduc trice te laten uitstappen om op het treinverkeer te letten, daar het uitzicht ter plaatse zeer slecht is en de rails bovendien tussen de overweg en het station een bocht maken, waardoor men een van die kant komende trein niet kon zien aankomen. Naast bieispad Op de 2.60 meter brede overweg raak te de bus, die 2.30 meter breed was. naast het bielspad. De motor sloeg af en de bus kwam tot stilstand. Op dat ogenblik, het was ongeveer twee minu ten over zes, naderde met een snelheid van 110 km per uur de sneltrein Zwolle- Amersfoort. Een passagier schreeuwde Moeite waard Kortom het geheel geeft een beeld van de tot dusver bereikte resultaten met het individueel technisch onder wijs. De tentoonstelling, welke gister avond is geopend en tot vanavond negen uur voor een ieder toegankelijk, mag zich gelukkig in een grote be langstelling verheugen. Gisteravond kwam o.m. wethouder Van Schaik er een kijkje nemen. Het loont zeer zeker de moeite om deze bijzondere expo sitie te gaan bezichtigen! „er komt een trein aan, spring eruit". Tien passagiers zaten nog in de bus toen het voertuig met een klap, die tot ver in de omtrek hoorbaar was, werd gegrepen. Drie van hen vonden in de ravage de dood, en zeven van wie er één later overleed werden gewond. Wist het niet Op de vraag van de vice-president van de rechtbank, mr. L. J. 't Hooft, hoe hij dacht dat het ongeluk was ge beurd, antwoordde verdachte, dat hij dat niet kon zeggen. Wel wist hij, dat de motor was afgeslagen en ook had hij gemerkt, dat de bus rechts voor: vast zat. Terwijl de sneltrein met grote vaart uit de onoverzichtelijke bocht kwam denderen, sloeg de motor van de bus af. Verdachte startte, liet de koppe ling opkomen ,maar de motor kon het gewicht van de volle bus niet trekken en sloeg opnieuw af. Weer startte de man de motor, maar ook toen kwam de bus niet van haar plaats .„En toen was de trein er en ben ik eruit gesprongen", zei verdachte, toen hij vertelde wat zich afspeelde in de dramatische seconden, die onmiddellijk aan de botsing vooraf gingen Schuin in de weg Verdachte verklaarde direct te hebben gezien, dat de overweg schuin in de weg ligt en rechts voor te zijn gereden. „Ik dacht het kan wel, al is er niet veel ruimte", zei hij. De president wees ver dachte erop, dat hij een groot risico nam door de lijn op te rijden, terwijl hij door de bocht een eventuele trein niet kon zien aankomen. „Als er op het ogenblik dat u de overweg opreed, een trein uit de bocht was gekomen, had u er dan nog over gekomen," zo vroeg de president. „Dat weet ik niet", antwoordde ver dachte aarzelend. Hij zei desgevraagd er niet aan te hebben gedacht de passa giers te laten uitstappen en de conduc trice had hij niet voor de bus laten uit lopen, omdat hij vond dat een „dame daar geen kijk op heeft." De officier van Justitie, mr. P. J. Stigter was van oordeel, dat verdachte inderdaad hoogst onvoorzichtig, licht vaardig en onverantwoordelijk te werk was gegaan en dat hij derhalve schul dig moest worden geacht. Voorts had hij het spoorwegverkeer danig in ge vaar gebracht. Dat alles bracht de Offi cier ertoe een boete van f 150,— te eisen. De raadsman daarentegen betoogde, dat niet is komen vast te staan, waar door de autobus is vastgeraakt. Dus kan ook niet worden gezegd, welke fout ver dachte gemaakt heeft. Hij achtte de grove schuld dan ook niet bewezen en vroeg vrijspraak. Uitspraak 9 juni.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 3