In Woubrugge gleed „Brittenburg",
KW 121, met goed gevolg te water
Productie-capaciteit verhoogd
Grote onzekerheid over export
van snijbloemen naar Engeland
Ir. H. I. KEUS„DE BAN VAN
HET DIRIGISME VERBREKEN"
KOSTBARE TAPIJTEN UIT
WEENS MUSEUM GESTOLEN
Mogelijk verband met diefstal
in Amsterdamse Rijksmuseum?
BRANDTHANDELSREIZIGER
VOOR BERLIJNSE RECHTEN
WOENSDAG 4 FEBRUARI 1959
Gistermiddag om precies half vier werd, nadat de doopplechtigheid door mevr.
J. Ouwehand-Van Loo verricht was de nieuwe Katwykse treiler „Brittenburg",
K.YV. 121, met goed gevolg van de scheepsbouwwerf De Dageraad te Woubrugge
te water gelaten. Het schip wordt gebouwd voor de rederij fa. D. Ouwehand Azn.
Er bestond voor de tewaterlating van dit schip vooral ook van Katwijkse zijde
grote belangstelling.
De directeur van de werf, de heer J.
Boot, heette allen welkom, waarna hij
ook al met het oog op het winterse weer
de echtgenote van de reder D. Ouwe
hand Azn. meteen uitnodigde de doop
plechtigheid te willen verrichten. Na
het schip behouden vaart en goede
vangst te hebben toegewenst liet mevr.
Ouwehand de fles champagne tegen de
boeg stuk slaan. Direct daarop werden
de laatste hindemissen weggenomen en
gleed het schip met een harde slag in
het water van de Heimanswetering.
Het schip heeft een lengte van 41.71
meter, een breedte van 7.30 meter en
een holte van 3.80 meter. De visruimen
van dit schip zullen worden bekleed met
aluminium. Aan boord is een accommo
datie voor 18 man. Schipper wordt Kees
Dubbelaar, die thans schipper is van de
KW 122.
Oplossing puzzel
Kon. Wilhelminafonds
De oplossing van de puzzel van het
Koningin Wilhelminafonds was zater
dag j.l. op de foto niet duidelijk lees
baar, zoals ons o.a. uit enkele verzoeken
om inlichtingen is gebleken. Wij geven
derhalve nog eenmaal de volgorde,
waarin de kleuterfoto's geplaatst moes
ten worden: 2-1-5-6-3-4.
Het waren dus van links naar rechts
de jeugdportretten van dr. Max Euwe,
Z.K.H. Prins Bernhard, Abe Lenstra,
Fanny Blankers-Koen, dr. Eduard van
Beinum en Jo Vincent.
Vragen van de heer Egas over
Amerikaanse boterexport
Het Tweede Kamerlid de heer Egas
heeft aan de minister van Landbouw,
Visserij en Voedselvoorziening a.i., schrif
telijk de volgende vragen gesteld:
1. Is het juist, dat de regering van de
USA overweegt, grote hoeveelheden van
het Amerikaanse boteroverschot tegen
verlaagde prijs te exporteren?
2. Zo ja, in hoeverre wordt daardoor
de Nederlandse export van zuivelpro-
dukten geschaad en zijn bij eventueel
gevaar voor schade pogingen in het
werk gesteld ter voorkoming van markt-
bederf?
Subsidie voor
Avaarse grammatica
De Nederlandse Organisatie voor Zui-
.ver Wetenschappelijk Onderzoek heeft
prof. dr. C. L. Ebeling, hoogleraar in de
Slavische taal- en letterkunde aan de
gemeentelijke Universiteit van Amster
dam. een subsidie verleend voor een
studiereis om een wetenschappelijke
grammatica van de Avaarse taal samen
te stellen. Het Avaars, dat tot de onge
veer 37 talen van de Kaukasus behoort,
wordt gesproken in de aan de Kaspische
Zee gelegen republiek Dagestan. In deze
taal verschijnen op het ogenblik vrij
veel boeken, alsmede een aantal tijd
schriften en dagbladen. Hoewel het
Avaars minder belangrijk is dan het
Georgisch (de voornaamste taal van de
Kaukasus), neemt het toch in filologisch
opzicht een zeer belangrijke plaats in.
44.000 oud-lndië strijders
in de B.B.
■S
Van de 78.200 dienstplichtigen, die
e Sgeen mobilisatie oorlogsbestemming heb
ben en dientengevolge in de BB zullen
moeten dienen zijn 44.400 oud-Indië-
Etrijders. Aangezien echter de BB-
ienstplicht in werking zal treden in 14
emeenten en kringen, waar eenderde
van de Nederlandse bevolking woont, is
5t tpok pas eenderde van dit aantal oud-
torIndiëstrijders de dupe van de nieuwe
ajicjdienstplichtregeling, aldus blijkt uit het
antwoord van minister Struycken op
toedragen van het Kamerlid Visch.
icitl In het antwoord van de minister
nS.staat voorts, dat het niet mogelijk is
bo de bepaling „zonder mobilisatiebe-
«temming" de restrictie in te lassen
zonder dat een beroep wordt gedaan op
tende oud-Indiëstryders aangezien dit een
tete grote bres zou schieten in het be-
eenschikbare aantal dienstplichtigen. Zelfs
de inschakeling van deze veteranen zal
volgens de minister het personeelstekort
hiet geheel kunnen aanvullen. Over de
Buggestie van de heer Visch om buiten-
dieB^woon dienstplichtigen in te schakelen
[en,inplaats van veteranen zegt de minister,
fiat het noodzakelijk is zekerheid te heb-
hen over personeel te beschikken dat
irftwend is onder discipline te werken.
Jtomdat dit bij hulpverlening op grote
schaal een eerste vereiste is. Tot in-
schrijving van buitengewoon dienst-
.50 plichtigen als noodwachtplichtigen zal
worden overgegaan als de personeelsbe-
12 teetting beneden de maat blijft. In die
f (omstandigheden zal men gedwongen
jHUfijn over kostenverhogende factoren
neen te stappen als het ontbreken van
geoefendheid en het ontbreken van ka-
belJjder in de groep buitengewoon dienst
,^)lichtigen.
STEEDS DWARS
Tydens de bijeenkomst in het Oude
Raedthuys sprak de heer J. Boot woor
den van dank voor het geschonken ver
trouwen, waarbij hij erop wees, dat de
KW 122 in 1956 het laatste schip was,
dat overlangs van de helling ging, ter
wijl dit thans door het groter worden
van de schepen steeds dwars gebeuren
moet.
Hierna bood spr. mevr. Ouwehand
van Loo ter herinnering aan deze dag
een geschenk aan.
Vervolgens sprak de oudste firmant
van de rederij, de heer D. Ouwehand
Azn. Hij wees op de historische naam
„Brittenburg", de burcht, die door de
Romeinen gebouwd is, doch reeds lang
door de zee is verzwolgen. De nieuwe
aanwinst betekent geen uitbreiding van
onze vloot, daar vorig jaar de KW 50
uit de vaart is genomen. De produktie-
capaciteit wordt echter belangrijk ver
groot. Spr. wees vervolgens op de
afzetmogelijkheden voor vis en vispro-
dukten.
Hierna bleef men nog enige tijd
bijeen, waarbij het aan gelukwensen
voor scheepsbouwers en reders niet
ontbraJk.
(Foto Leidsch Dagblad)
Protectionistische houding niet te rijmen
met streven naar vrijer handelsverkeer
In Nederlandse bloemisterijkringen vraagt men zich op het ogenblik
met zorg af, hoe de snijbloemen-export naar Engeland, dat in 1958 na
Duitsland de belangrijkste buitenlandse afnemer van dit produkt was,
zich in de toekomst zal ontwikkelen. Het gevaar, dat het Britse import-
beleid onder pressie van de kwekers in dat land, een meer protectio
nistische richting zal inslaan, is namelijk niet denkbeeldig, zo deelt de
Vereniging ,,De Nederlandse Bloemisterij""
Momenteel bedraagt het Britse invoer
recht op snijbloemen 1 shilling 8 pence
per Engels Pond. De Nederlandse uit
voer van snijbloemen naar Engeland
bestaat grotendeels uit anjers en rozen.
Toen in mei 1954 de Britse invoer werd
geliberaliseerd, werd het invoerrecht,
dat nog van voor de oorlog dateerde,
drastisch verhoogd. Enkele jaren later,
in de herfst van 1957, werd door de Na
tional Farmers' Union bij de Board of
Trade een verzoek ingediend, het invoer
recht voor anjers, rozen, anemonen en
polyanthus-narcissen met 10 pence te
verhogen tot 2 shilling 6 pence en voor
andere soorten snijbloemen, met uitzon
dering van bolbloemen, met 4 pence tot
2 shilling per 1b. Over dit verzoek is nog
steeds niet door de Britse regering be
slist. Wel is aangekondigd, dat een be
slissing binnenkort te verwachten is. In
middels wordt de aandrang van de zijde
van de kwekers om spoedig tot deze ver
hoging over te gaan steeds sterker
Daarbij bedient men zich van de argu
menten, waarvan Nederlandse kwekers
en exporteurs niet zonder verwondering
hebben kennis genomen, aldus „De Ne
derlandse Bloemisterij".
GROTERE OPPERVLAKTE
Zo is onder meer aangevoerd, dat de
economische positie van de Britse bloem
kweker steeds meer door de importen
van de buitenlandse snijbloemen wordt
bedreigd. In Nederland vraagt men zich
echter af, hoe dit te rijmen valt met het
feit, dat in de jaren, die aan het verzoek
van de National Farmers' Union voor
afgingen, de met snijbloemen beteelde
oppervlakte in Engeland gestadig is
toegenomen.
Tussen 1951 en 1956 bedroeg deze toe
neming voor de teelt in kassen 30 pro-
oent, waarbij voor anjers een stijging
van ongeveer 12 procent kon wordien
waargenomen. Ook de teelt in de open
lucht steeg belangrijk en wel met onge
veer 15 procent. Bovendien is uiteraard,
dank zij de betere teelit-methoden, be
tere bestrijdingsmiddelen, enzovoorts,
de produktiviteit per oppervlakte-een
heid regelmatig verbeterd.
KOSTPRIJSSTIJGINGEN
Dat kostprijssverhogende factoren de
inkomsten van de Britse kwekers na
delig hebben beïnvloed, wordt zonder
meer aanvaard, maar dit geldt even
zeer voor hun Nederlandse collega's. De
kolenprijzen mogen in Engeland sterker
zijn gestegen dan in Nederland, daar
staat tegenover dat de stijging van de
lonen hier veel groter is geweest.
Bij dit laatste dient dan nog bedacht
te worden aldus de vereniging „De Ne
derlandse Bloemisterij", dat bij de teelt
van anjers, het belangrijkste produkt in
de handel met Engeland, weinig behoeft
te worden gestookt, terwijl het arbeids
loon een zeer belangrijk deel van de pro-
duktiekosten uitmaakt. Overigens kun
nen volgens Nederlandse exporteurs
kringen de produktiekosten in beide
landen elkaar nooit veel ontlopen, omdat
men nu eenmaal dezelfde teeltwijze toe
past, namelijk voor het grootste deel in
kassen. De Nederlandse kwekers maken
een normale winst en altijd blijft het
nadeel van hoge vracht, bijkomende
kosten en Invoerrecht
DE ZWAARSTE KLAPPEN
Wanneer de gevraagde verhoging van
dit invoerrecht onverhoopt werkelijk
heid mocht worden, zou uiteraard niet
alleen Nederland hiervan het slacht
offer zijn. Maar aangezien ons land ver
reweg de belangrijkste buitenlandse
leverancier van de Engelse «nijbloemen-
markt is, zouden hier onvermijdelijk de
zwaarste klappen vallen.
Hoe zwaar, valt gemakkelijk af te lei-
mee.
den uit het feit, dat in 1958 voor ruim
9,7 miljoen gulden aan snijbloemen naar
Engeland werd uitgevoerd. Een buiten
sporige verhoging van het invoerrecht
als die, waarop de Britse kwekers nu
aandringen, zou voor deze uiterst
belangrijke tak van export zeer ernstige
gevolgen hebben, zo meent de vereniging.
NIET TE RUMEN
Men beseft hier wel degelijk, dat in
landen, waar de handel jarenlang ach
ter de veilige muur van hoge bescher
mende tarieven heeft geleefd, de over
gang naar een vrijer internationaal han
delsverkeer met aanpassingsmoeilijk
heden gepaard gaat. Maar Nederlandse
kwekers en exporteurs zien niet in, aldus
de vereniging, hoe het aandringen op
meer bescherming van een lonende teelt
te rijmen is met het streven naar gro
tere economische eenheid, dat allerwege
in Europa merkbaar is. Dan is nog afge
zien van het feit, dat uitschakeling van
een gezonde concurrentie op de Britse
snijbloemenmarkt, die zich de laatste
tientallen jaren tot een traditioneel Ne
derlands afzetgebied ontwikkeld heeft,
nooit in het belang van de Britse consu
ment kan zijn.
Protest in Monaco
De voorzitter en de oud-voorzitter van
de Nationale Raad (parlement» van
Monaco hebben bij Prins Rainier ge
protesteerd tegen diens „ernstige aanval
op de politiek^ rechten van de bevol
king" door de grondwet op te schorten.
Zij deden dit in een open brief
namens de leden van de raad, die in het
afgelopen weekeinde in het geheim in
Italië bijeen waren gekomen.
Zoals bekend verbood Prins Rainier
vorige week alle politieke bijeenkomsten
in het prinsdom. Donderdag zei hij. dat
de vijandige gezindheid van de Natio
nale Raad verlammend werkte voor het
land en de binnenlandse en internatio
nale status in gevaar bracht.
De voorzitter van de raad. J. Simon,
verklaarde, dat er in de brief aan her
innerd werd. dat de politieke rechten,
die op 5 januari 1911 door de overgroot
vader van Prins Rainier. Prins Albert,
waren verleend, voor zijn opvolgers
bindend zijn. De onregelmatigheden in
het bestuur en niet een vijandige
houding jegens de Prins waren de
oorzaak van de houding van de Natio
nale Raad, aldus de brief. De Nationale
Raad is nooit zijn rechten te buiten
gegaan en heeft ook niet zyn bevoegd
heden misbruikt. Soms was zware
oontrole op de begroting uitgeoefend
omdat er fouten in de staatshuishoud
kunde waren gemaakt.
De leden van de Nationale Raad
wijzen alle verantwoordelijkheid voor
mogelijke gevolgen van de maatregelen
van Prins Rainier af.
De nieuwe premier van Monaco, Pel-
letier, die minister van Binnenlandse
Zaken in Frankrijk is geweest, deelde
gisteren mede. dat Frankrijk de maat
regelen van Prins Rainier alleen maar
kan goedkeuren.
Vijftig eieren minder.
In Hamburg hoorde een man, die
in een goederenwagon doende was,
de deur achter zich grendelen. Hij
zag geen kans de aandacht van het
spoorwegpersoneel te trekken. Toen
de trein zich in beweging zette, wist
hij nog niet dat de reis vier dagen
zou duren. Pas in Neurenberg, 500
km. verder, zag hij het daglicht
weer. Er waren toen precies vijftig
eieren minder in de wagon.
„GROOT ARSENAAL" TE NAARDEN
HERBOUWD EN GERESTAUREERD
Het „Groot Arsenaal" te Naarden, dat
op 22 november 1954 door brand gro
tendeels werd vernield, is thans met
medewerking van de Rijksdienst voor de
monumentenzorg heibouwd en gerestau
reerd.
Morgen zal de eerst aanwezend-
ingenieur der genie te Utrecht, majoor
J. Sneep, het gebouw, dat uit 1688
dateert, overdragen aan de gamizoens-
oomma ndant van Amsterdam, lui tena n t-
kolonel F. Rouffaer, waarna het in ge
bruik zal worden genomen door de
Kon. Luchtmacht en de Luchtdoelartil
lerie.
In Brussel werd een nationale
hulde gebracht aan de Belgische
pater Pire, die de Nobelprijs voor
de vrede verworven heeft. Prins
Albert in gesprek met de Nobel
prijswinnaar.
„Vertraagde aanpassing"
Voor het departement het Gooi van
de Nederlandsche Maatschappij voor
Nijverheid en Handel heeft gistermid
dag ir. H. I. Keus, oud-directeur van
de Heemaf te Hengelo, een voordracht
gehouden over „vertraagde aanpassing".
Spreker begon met een verzuchting aan
te halen, die Pierson heeft geslaakt in
„Vakkundige" aan het iverk
(Van onze Weense correspondent)
De Oostenrijkse politie zoekt naar een
man, die drie kostbare tapijten heeft
ontvreemd uit het museum voor toege
paste kunst in Wenen. In een op de
schrijfmachine getikte en met F. onder
tekende brief deelde de dader mede, dat
hy tot deze daad is overgegaan, omdat
de directie hem vroeger geen toestem
ming heeft gegeven de tapijten te ko
piëren. De brief is geschreven door een
gecultiveerd iemand, die tevens ver-
W at sullen de Amerikanen doen als Moskou
de zaken aan Oost-Duitslaiul overlaat?
„BERLIJN IS WEL
EEN REIS WAARD"..
(Van onze correspondent in Bonn)
De 44-jarige burgemeester van West-
Berlijn, Willy Brandt, begint morgen
aan zijn „wereldreis voor Berlijn". Als
een politieke handelsreiziger voor zijn
stad wil hij in de gehele wereld begrip
kweken voor de bizarre positie, waarin
West-Berlijn verkeert.
Vlak voor deze reis heeft Brandt ove
rigens nog met aftreden gedreigd. Tot
twee keer toe slaagden vakbondsmen
sen en linkse socialisten in de S.P.D.
erin, om een door Brandt voorgestelde
benoeming af te wyzen. Het ging hier
bij om de post van Westberlyns sena
tor voor sociale zaken, waarvoor Brandt
een zekere Albertz had voorgesteld, een
man die zijn sporen op dit terrein in
Hannover heeft verdiend. Maar de
linkse socialisten, zoals Brandts oude
tegenstander Neumann, wilden Albertz
niet. En de vakbondsvertegenwoordigers
namen het Albertz kwaiyk, dat hij eens
op de vraag, aan welke vakbond hy
contributie betaalde, had geantwoord:
„Vraag dat maar aan myn vrouw, die
regelt dergeiyke zaken
Brandt nam deze dubbele nederlaag
heel hoog op. „Ik ga niet als een soort
Staten weet men het knappe gezicht,
de bon-mots en de openheid van de
Westberlijnse burgemeester te waarde
ren. Men houdt in Amerika van een
man, van wie kracht afstraalt en opti
misme. Het vorige jaar imponeerde
Brandt tijdens zyn eerste Amerikaanse
reis heel Amerika door het feit, dat hy
in een paar weken tijd meer dan twin
tig redevoeringen hield, en dat in voor-
treffeiyk Engels. Thans gaat het om
andere zaken dan alleen maar het win
nen van populariteit. Men meent in
West-Berlijn, dat het hoogtepunt van
het Russische offensief tegen Berlijn
nog moet komen, en dat de zenuwen
oorlog nog beginnen moet. Concreet ge
zegd gaat het, zoals een der Westduitse
bladen het dezer dagen schreef, om de
vraag wat men in Washington zal doen,
als in mei of later een Oostduitse ma
joor Amerikaanse militaire auto's aan
houdt en naar de papieren vraagt, een
controle die de afgelopen veertien Jaar
alleen door de Russen mocht worden
gedaan. Wat doen de Amerikanen dan?
vraagt men zich thans in West-Berlijn
af.
Brandt zal deze vraag de komende
weken verscheidene malen op bedekte
wijze in New York, te Chicago, Was
hington, San Francisco en waar ook in
de Verenigde Staten, stellen, evenals
zulks trouwens zal geschieden in Tokio,
Nieuw Delhi, Rangoon en Karatsji,
waar men waarschijnlijk niet overal
precies zal begrijpen wat er in West-
Berlijn aan de hand is. En omdat vele
Aziatische landen in de Verenigde Na
ties op een dag voor de kwestie-Berlyn
kunnen worden gesteld en dan hun ant
woord klaar moeten hebben, èn omdat
het lot van West-Berlijn het lot is
.reisoom" \^oor Berlijn er op uit, ik ben van 2 1/4 miljoen mensen, daérom gaat
allereerst hier de burgemeester", zei hij
En hij dreigde met aftreden. Onder
deze omstandigheden en de tegenwer
king in zijn partij, moet Brandt dus op
reis. Het is een kleine zwarte vlek op
een groot en fraai 'blazoen,
ïn het bijzonder in de Verenigde
Brandt, handelsreiziger in Berlynse
zaken, donderdag op reis. De Westber
lijnse toeristenbureaus plegen te ad
verteren met de slagzin „Berlijn is wel
een reis waard". Voor Brandt geldt dit
in de zeer letterlijke betekenis van het
woord.
klaart dat hy de kunstschatten op
mei a.s. weer zal laten terugbrengen.
Door deze daad heeft hij tevens wil
len aantonen dat de veiligheidsmaatre
gelen in het museum volkomen ontoerei
kend zijn. En wat dit laatste betreft
heeft hij volkomen gelijk, want ofschoon
er vyf nachtwakers zijn aangesteld,
konden drie traliehekken in de nacht
met gemak worden doorgebogen. Ook
werden de ruiten van drie vitrines inge
slagen, nadat de inbrekers de ruiten
eerst met kranten hadden beplakt, zo
dat de scherven niet rinkelden. Eindelijk
zal men er nu toe overgaan ook in dit
museum een automatisch signaalsysteem
aan te brengen.
In Oostenrijkse kunstkringen is men
van mening dat hier een „vakkundige"
aan het werk is geweest, die zich waar
schijnlijk van geroutineerde inbrekers
heeft bediend.
Ook legt men verband tussen deze
ontvreemding en een inbraak in het
Rijksmuseum te Amsterdam, waarbij een
gouden vaas werd gestolen. Toen de
directeur van ons Rijksmuseum kortge
leden in Oostenryk vertoefde, meende
hij in het kunsthistorisch museum van
Wenen de man te hebben herkend, die
indertijd een nachtelijk bezoek had ge
bracht aan ons nationale museum - dit
is evenwel een veronderstelling, waar
aan door velen wordt getwijfeld.
De ontvreemde kunstschatten verte
genwoordigen een waarde van meer dan
een miljoen schilling. In hun soort zyn
het unica met 100 tot 200 knopen per
vierkante centimeter. Enkele eeuwen ge
leden konden vrouwen en kinderen zulk
werk nog vervaardigen, maar op het
ogenblik beschikt niemand meer over
een zo geschoolde hand, ook niet in het
Nabye of Verre Oosten. Op grond hier
van twjjfelt men er aan dat de dader
de tapijten alleen heeft ontvreemd om
ze te kopiëren.
PRIJSVRAAG STICHTING GROOT-
KEMPISCHE CULTUURDAGEN
De Stichting Groot-Kempische cul-
tuurdagen heeft, onder auspiciën van
het departement van O. K. en W. een
prijsvraag uitgeschreven voor studenten
uit Nederland, België en Luxemburg.
De studenten uit Nederland kunnen
mededingen naar een prys door het
schrijven van een essay, dat tot onder
werp hoeft „Welke Vlaamse dichters-
dichters van na 1880 zyn aan Neder
landse studenten bekend? Welke bete
kenis hebben hun werken voor dezen?"
Voor de Belgische en Luxemburgse stu
denten geldt hetzelfde onderwerp, zy het
dat zy een essay dienen te schryven
over Noord-Nederlandse schryvers en
dichters hun bekend.
Er zyn twee pryzen n.l. een eerste
prys van f250.en een tweede prijs
van f 100.met de eerste prys be
kroonde essay zal worden gepubliceerd
in het maandblad „Brabantia".
De jury bestaat uit prof. mr. A. Pitlo,
hoogleraar te Amsterdam, dr. L. Meerts,
hoofdredacteur van de Gazet van Ant
werpen en P. Mutsaers, bestuurslid der
Groot-Kempische cultuurdagen te Til
burg.
1878: „Talloze malen en in allerlei
vorm is het publiek ingelicht over het
geen er te vermyden valt ter voorko
ming van een crisis en nooit heeft het
iets gebaat". De visie van Pierson. al
dus ir. Keus, is gerechtvaardigd geble
ken en het had dus zin met het cycli
sche conjunctuurverloop rekening te
blyven houden ondanks de verzekering
der moderne economen dat men, door
het verbruik met goedkoop geld te sti
muleren, de weg naar een eeuwige
welvaart zou betreden.
Laagste welvaartspeil
Inmiddels heeft een rapport van de
organisatie voor Europese economische
samenwerking uitgewezen, dat Neder
land op Italië na per gezin tot het
laagste welvaartspeil in Europa is af
gezakt. Verbruik door intering heeft
het, gezien de daarmee gepaard gaande
muntontwaardlng, afgelegd tegen In
vestering door besparing (Duitsland).
Dat wordt helaas in ons land nog te
weinig ingezien. Uiteriyk lykt het ons
nog goed te gaan, maar intussen ver
keren de produktiemiddelenindustrieën.
die de vooruitgang in zo sterke mate
plegen te bevorderen, nagenoeg in de
gehele wereld andermaal in de hoek
waar de slagen zullen vallen, wy ver
geten de oude waarheid, dat een crisis
zonder prijsdaling niet tot een gezond
herstel leidt. Een stevige economische
fundering heeft voor de maatschappy
dezelfde betekenis als de fundering voor
een gebouw. Geleideiyk breekt nu het
inzicht baan dat er tussen economie,
moraal, cultuur en reële politiek een
samenhang en wisselwerking bestaat, en
dat geld niet een abstractie is. Een eco
nomie is pas gezond als het geld ge
zond is.
Muntontwaarding
De muntontwaarding hier te lande ls
een van die vele aanwyzingen, dat de
conjunctuurpolitiek van onze overheid
met haar dirigistische inslag en socia
lisatie bezetenheid volkomen mislukt is.
Kunstmatige industrialisatie der grond
stoffenlanden biedt niet alleen geen
directe vermeerdering van de vraag
naar kapitaalsgoederen maar, wat nog
erger is, zal zelden tot de gewensce
kapitaalvorming in die landen leiden.
Slechts een beproefd financieel beleid
en een herstel van concurrentie en con
vertibiliteit kunnen ons binnen enkele
jaren naar een gezond herstel leiden.
Ook de onlangs genomen eerste
stap op de weg naar convertibiliteit,
hoe verheugend ook, ls nog veel te
beperkt om van meer dan psycholo
gische invloed te zyn. „Wy zyn pas
weer vry, wanneer ieder van ons zyn
geld tegen goud kan inwisselen en
ook het kapitaalverkeer weer vry zal
zyn".
Ontwikkeling
De ontwikkeling van onderontwik
kelde gebieden dient weer aan onder
nemers met grotere armslag en kennis
van zaken te worden overgelaten, wy
moeten breken met welvaart te willen
financieren met behulp van tekorten.
Wy moeten breken met een vlucht in
nog altijd risicodragende aandelen en
indexleningen. Wy moeten terug naar
een goudgerande obligatie voor hen, die
met een redely ke rente genoegen wil
len nemen. Een staat die alles garan
deert. maar kapitaalvorming by een
snel groeiende bevolking bewust onmo
gelijk maakt, garandeert op den duur
alleen maar toenemende onrust en on
tevredenheid. Hy achtte het de plicht
van een ieder de nood te onderkennen
en in te zien dat het er om gaat de
gulden te redden en daarmee onze per-
sooniyke vryheid te herwinnen. ,.In
1581 brachten wy de moed op Phi-
lips-II plechtig af te zweren. Mogen
wy thans de moed hebben de ban van
het dirigisme te verbreken", aldus ir.
Keus.
Dividend Amsterdamsche
Bank 12 procent
Directie en commissarissen van de
Amsterdamsche Bank stellen voor over
het Jaar 1958 een dividend uit te keren
van 12 (onveranderd) op de gewone
aandelen.