ONTHULLINGEN VAN ATTLEE OVER RECENT VERLEDEN „DOWNING STREET 10" ZAL SPOEDIG WORDEN GESLOOPT Voorgevel en huisdeur gespaard „Ik ben zelf aansprakelijk voor mijn daden", riep oplichter uit Vloe was hei voor U, was het licht we kregen een nieuw \aar...noq piepionq en klein moge het voor U een heel best jaartje,in gezondheid ivyi 97ste jaargang Zaterdag 3 januari 1959 Derde blad no. 29635 „Churchill had sterke figuren in omgeving nodig om hem voor divaasheid te behoeden" (Van onze Londense correspondent) „Sir Winston Churchill was een grote parlementaire figuur, maar geen grote parlementariër". Dit is de uitspraak van Lord Attlee, die in het oorlogskabinet vice-premier was onder Churchill en hem later als eerste minister opvolgde. Ter gelegenheid van zijn 76ste verjaardag zou hij vandaag voor de BBC in een t.v.-film door zün vroegere perschef Francis Williams drie kwartier worden ondervraagd in een programma, getiteld: „Een premier herinnert zich Dit is de eerste maal, dat een programma van deze aard wordt uitgezonden. De opname geschiedde in Attlee's buitenhuisje, waar hü. terwijl hü aan zijn onafscheidelijke püp trekt, enkele onthullingen doet, welke een welkome aanvul ling geven op hetgeen er in de gedenkschriften der laatste jaren ten beste is gegeven. Enkele uitspraken van Attlee zijn thans reeds gepubliceerd. man. Oorspronkelijk was het Lord Att lee's bedoeling dat deze film voor het B.B.C.-archief zou worden gemaakt en dat niets ervan onder zijn goedkeuring gedurende zijn leven zou worden ver toond. Het werd een opname van an derhalf uur, welke tot een film van drie kwartier werd ingekort. Beste generaal was stafchef Alanbrooke Van Attlee wordt vaak gezegd, dat hij kleurloos en droog is, maar degenen die hem thans op de televisie aanschouwen, merken daar niet veel van. Want zijn commentaren zijn geestig en soms ge heel verrassend. Volgens Attlee was Alanbrooke, de Britse stafchef, de beste Engelse gene raal. Daarna komt Alexander en dan Montgomery. Attlee zegt dat Alanbrooke de beste militair was en dat diens kri tiek op Sir Winsten Churchill vol komen gerechtvaardigd is. „Wat Win ston altijd nodig heeft, is enkele sterke figuren rond hem heen, om hem voor dwaasheden te behoeden". „Alexander was het best voor een campagne, Monty voor een veldslag. Alexander was de beste strateeg, Mon ty de beste tacticus. Maar Monty zorgde er altijd voor dat hij het middelpunt was Ook generaal Slim was een zeer groot man, die er altijd in slaagde het met een minimum aan middelen te kunnen klaarspelen. Eisenhower was een man van grote moed, wiens voornaamste kwaliteit was dat hij mensen kon laten samenwerken. Hij was een goed mens en een goede diplomaat. Attlee had hem er voortdurend voor gewaarschuwd niet in de politiek te gaan Over Churchill zei Attlee nog. dat hij nooit de moeite nam om de procedure van het Lagerhuis te begrijpen. Hij had altijd het gevoel dat hij kon spreken, wanneer hij wilde Churchill nam het goed op Lord Attlee werd de vraag gesteld of hij op een andere manier kabinetsverga deringen leidde dan Churchill. Attlee zei, dat hij altijd met het werk wilde op schieten, terwijl er onder Churchill al tijd „meer door één persoon gepraat werd." Maar Churchills gepraat was su bliem Eens moet Attlee Churchill waarschu wen, toen hij steeds weer begon te spre ken over een zaak, welke al vele malen in het kabinet was gebracht. Attlee her innerde Churchill eraan, dat een mono loog geen beslissing is. Sir Winston nam deze opmerking welwillend op. Koning George VI was volgens Attlee groot ge noeg om met zijn tijd mee te gaan. Hij had het grote voordeel dat hij een van de jongere zonen was en dat hij een be gaafde vrouw had. Hij was een buiten gewoon menselijke figuur. Stalin was een volkomen genadeloze tiran, maar hij had een zekere zin voor humor en men kon hem in de maling nemen. Molotof lachte alleen met de mond, niet met de ogen. Hij is een hard mens. Chamberlain beschreef Attlee als een „koude vis". Een van Attlees meest verrassende op merkingen was, dat hij weinig afwist van de ontwikkeling van de Amerikaan se atoombom gedurende de oorlog. De Attlee's leven eenvoudig, hetgeen nog eens bleek uit de onthulling, dat zij er geen dienstbode op na houden. Attlee is wellicht de enige Britse ex-premier die zelf de afwas doet Het denkbeeld van deze t.v. film is een navolging van een dergelijke Ame rikaanse opname van ex-president Tru- Sipirok op de opstandelingen veroverd Het Indonesische leger meldde gis teravond de verovering van de noord- Sumatraanse plaats Sipirok op de opstandelingen. Volgens radio Medan was de plaats op 27 december zonder tegenstand genomen. Sinds de op stand 11 maanden geleden begon was Sipirok nog steeds in handen van opstandelingen geweest. In de haven van Soerabaja is giste ren een Amerikaanse onderzeeboot ja ger binnengelopen, welke deel uitmaakt van een Indonesisch opbouwprogram ma voor de vloot. Er zijn nog vijf an dere patrouilleboten in bestelling in Amerika. Een Indonesische bemanning heeft het vaartuig uit Hawaii opge haald. SPOEDIGE INDIENING ONTWERP WET DUURTETOESLAG De minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid a.i. dr. L. J. M. Beel heeft medegedeeld voornemens te zijn de zeer spoedige indiening te bevorde ren van een ontwerp van wet duur te toe slag 1959. waarvan de inhoud overeen stemt met die van de wet duurte toeslag 1958. Hij heeft dit verklaard in antwoord op een schriftelijke vraag van het Tweede-Kamerlid de heer van Thiel. (Van onze Londense correspondent) Sinds vele jaren Is de Britse minister-president in een bouwval lige woning gehuisvest. Want het beroemdste historische adres in Engeland, „10 Downing Street" is, mag men de deskundigen van bouw- en woningtoezicht geloven, niet veel meer dan een wrak. Het oude bruine houtwerk is vergaan en de vloeren kraken. Opknappen is niet meer mogelijk, zodat besloten werd het gehele ge bouw tegen de grond te gooien tege lijk met de aangrenzende percelen nrs. 11 en 12, waar respectievelijk de Kanselier van de Schatkist en de Chief Whip (letterlijk opperste zweep- Advertentle eeyp (//s iyZZz/yiêed taeMéd Z/ aZe (cZfc/z- -/Joold^/ya/yA^ ca Z&a///, e//sjyef.a/', Vad ddZ(Ms /fed t^ZZee (-eayae> Ztal taee'e een- ddeen^/e- ma, Vy?//ayeMs taad^/e>xe eaeMs eye/ ZZZed dez ■ZcM'. de a/a/ drager, lid van de regering, die tot taak heeft ervoor te zorgen dat de eigen fractieleden stemmen en die helpt de algemene parlementaire werkzaamheden uit te voeren), hun kantoren hebben. Dit zal pas na de volgende algemene verkiezingen, die uiterlijk in de zomer van 1960 moeten worden gehouden, maar waarschijnlijk nog in de loop van dit jaar plaats vinden. Maar in elk geval zullen de gebouwen in juli aanstaande worden ontruimd. Premier Macmillan of zijn opvolger verhuist dan tijdelijk naar het admira liteitsgebouw op Whitehall. Met hem verhuizen tienduizenden geheime stuk ken. De bouw van de nieuwe moderne re geringszetel, inclusief een nieuwe kabi netszaal, ontvangst- en eetzalen en de drie ambtswoningen zullen een bedrag van een miljoen pond vergen. De be kende voorgevel en huisdeur zullen in hun oorspronkelijke staat gehandhaafd blijven. Downing Street, waar het on ooglijke 17e eeuwse woonhuis het zenuwcentrum van het Britse Gemene best vormt, is genoemd naar Sir George Downing, die in de burgeroorlogen uit die tijd een belangrijke, doch twijfel achtige rol heeft gespeeld door Crom well, die hij diende, te verraden en als diens hoofd van de geheime inlichtin gendienst voor de verbannen Karei de Tweede te spioneren. Ambassadeur in de Nederlanden Downing werd verteerd door eerzucht en had Cromwells aandacht getrokken door een door hem gehouden fanatieke predikatie op de avond van de ont hoofding van Karei de Eerste. Na een mislukt avontuur in Amerika was hij namelijk in Londen in een afgedankte kerk gaan preken, geholpen als hij daarbij werd door zijn gladde tong. Downing werd door zijn werk voor Cromwell de grondlegger van de Britse geheime dienst. Toen hij begreep dat Cromwells bewind spoedig teneinde zou lopen, diende hij twee meesters. Na Cromwells dood werd hij in Breda door de jonge Charles Stuart in de adel stand verheven. Hij was als ambassa deur naar de Verenigde Nederlanden gezonden om de bewegingen van Prins Karei gade te slaan. Een van de voor waarden die deze stelde om later van zijn diensten gebruik te maken was, dat hij allen zou verraden, die een rol had den gespeeld bij het uit de weg ruimen van zijn vader Karei de Eerste. Dow ning stemde toe. hoewel dit het verraad van oude vrienden betekende, wien dood of marteling wachtte. Hij legde daar mee de grondslag voor zijn financieel fortuin. Maar zó geslepen was Downing dat hij zich al vast een inkomen wilde verzekeren voor de tijd dat hij uit de gratie bij Karei de Tweede zou vallen. Hij bouwde de huizen in Downing Street, waarvan er nu maar drie over zijn, maar die oorspronkelijk een soort pleintje vormden en de Koning gaf hem toestemming dit complex Downing Street te noemen. Advies der S.E.R. Vakopleiding in automatisering Aanpassen aan technische vooruitgang Het proces van automatisering ont- wijs voortdurend zullen moeten trachten wikkelt zich in het Nederlandse be drijfsleven zodanig, dat het nodig is geleidelijk wijzigingen tot stand te brengen in het bestaande systeem van de technische beroepsopleiding. Het besef hiervan heeft in verscheidne lichamen reeds geleid tot de verzor ging van bijzondere opleidingen, hetzij als nieuwe, hetzij als wijzigingen in bestaande. Aldus een der conclusies van de com missie voor vakopleidingsaangelegen heden van de SER in haar aan de mi nister van Economische Zaken uitge bracht advies over de vraag welke maatregelen zouden moeten worden ge troffen om de opleiding tijdig en op de juiste wijze aan te passen aan de eisen die de versnelde technische ontwikke ling, in casu de automatisering, stelt. Prof. H. W. Lambers is voorzitter van deze commissie; het advies is voorbe reid door een subcommissie onder voor zitterschap van prof. D. Dresden. De commissie is voorts tot de con clusie gekomen dat wat de elektronica als element in de automatisering be treft, op korter termijn herziening nodig is dan voor de automatisering in het algemeen geldt. De commissie meent dat ten aanzien van de inhoud van het onderwijs een principieel onderscheid dient te worden gemaakt tussen de technische school opleiding en de bedrijfsopleiding. In de technische schoolopleiding zal h.i. de nadruk moeten worden gelegd op de algemene aspecten van het onderwijs, in het bijzonder moet aandacht worden geschonken aan de algemene, gemeen schappelijke elementen van de uiteen lopende specialiteiten. De daarbij verwor ven kennis moet in deze opleiding door het hanteren ervan vooral tot geestelijk eigendom worden van de leerlingen. In de bedrijfsopleiding, aldus de com missie, worde de leerling op de basis die de schoolopleiding hem heeft verschaft, gespecialiseerd in de arbeid, welke hij in dat bedrijf eenmaal als volwaardige werkkracht zal verrichten. De commissie is verder van mening dat de leraren bij he* technisch onder uit de zich ontwikkelende techniek met haar vergaande specialisatie de gemeen schappelijke elementen te vinden, die voor een zich wijzigende basisopleiding nodig zijn. Om dit met succes te kun nen doen moet hen de gelegenheid wor den verschaft gedurende hun loopbaan zoveel mogelijk kennis te nemen van deze ontwikkeling. Anderzijds moet het bedrijfsleven voortdurend het onderwijs op de hoogte stellen van zijn inzichten omtrent de toekomstige aan de verschillende be roepsbeoefenaren te stelen eisen en de hoedanigheid van de opleidingen op de verschillende niveaus. Teneinde het re sultaat van het gegeven onderwijs zo veel mogelijk te verhogen behoren de leraren zich door studie en oefening te verdiepen in de grondslagen van kennis overdracht. Het verdient, aldus de commissie, aanbeveling bekwame krachten aan te stellen voor het bewerken van de leer stof. Ook hier moet worden onderschei den tussen de meer algemene leerstof voor de basisopleiding en de specialis tische, die in het bedrijf haar plaats dient te vinden. De commissie is tenslotte van oor deel dat deze grondslagen voor het technische beroepsonderwijs blijvende aanpassing mogelijk zullen maken, zo wel van de vakbekwaamheid van de werknemer aan de eisen die de arbeid in dit opzicht stelt, als van het tech nische beroepsonderwijs in zün geheel aan de veranderende eisen bij tech nische vooruitgang. Militairen in Sumatra voor de krijgsraad In een communiqué van het leger hoofdkwartier in Djakarta is bekend gemaakt, dat een aantal militairen in Zuid-Sumatra binnenkort door de krijgs raad zal worden berecht. Zij worden be schuldigd betrokken te zijn geweest by een „komplot van insubordinatie tegen de regering". De leiders van het komplot werden in arrest gesteld. Kanselier Nederlandse Orden Bij K.B. is met ingang van 1 januari 1959 benoemd tot kanselier der Neder landse Orden luitenant-generaal H. Schaper, chef van de Luchtmachtstaf. Door deze benoeming wordt hij tevens voorzitter van het kapittel der Militaire Willemsorde. Ingevolge de wet op de mliitaire Willemsorde zijn de beide functies namelijk gecombineerd. Luitenant-generaal schaper was al lid van het kapittel der M.W.O. Hij volgt in zijn twee nieuwe functies gene- raal-majoor H. Koot, die morgen ter kanselarij in Den Haag officieel af scheid zal nemen, op. Advies van S.E.R. over coördinatie van vervoer De commissie vryhandelsgebied van de SER heeft aan de ministers van Bui tenlandse Zaken van Economische Za ken en van Verkeer en Waterstaat advies uitgebracht over de coördinatie van het vervoer binnen het kader van de EEG waarin het vrije verkeer van vervoers diensten als beginsel is aanvaard. Uit gangspunt van haar advies was voor de commissie het over deze materie aan de EGKS uitgebrachte en aanvaarde rap- port-Kapteyn over de coördinatie van het vervoer. De commissie vrij handelsgebied van de Produktie en distributie elektriciteit in één hand? De in januari 1951 door de toenmalige minister van Economische Zaken in gestelde commissie tot bestudering van het vraagstuk der elektriciteits distributie heeft thans aan de minis ter van Economische Zaken rapport uitgebracht. De gevolgtrekkingen, waartoe de com missie is gekomen, pleiten, zoals zij stelt, nagenoeg alle voor de vereni ging van produktie en distributie van elektrische energie in een hand. Aan het rapport voegt de commissie nog een hoofdstuk toe, waarin de naar de mening van de' commissie meest gewenste wijze om in Nederland rechtstreekse stroomlevering door te voeren wordt beschreven waarbij re kening is gehouden met historisch ge groeide verhoudingen, verkregen rechten en met de financiële consequenties bij het overnemen van distributiebedrijven door produktiebedrijven. Het laten voortbestaan van enkele jrote distributiebedrijven wordt onder lepaalde omstandigheden en bepaalde voorwaarden niet uitgesloten. SER kan zich naar zij in haar advies aan de ministers mededeelt, in het alge meen wel verenigen met het rapport- Kapteyn. al komt de uitwerking op een aantal punten haar niet geheel bevre digend voor. Verdachte contra psychiaters De psycliopatenasiels zijn thans overvol (Van onze Haagse redactie) „Ik wens volledig aansprakelyk ge steld te worden voor myn eigen daden!" zo riep een 48-jarige oplichter uit Am sterdam, tot de leden van het Haagse Gerechtshof. Hü bekende zün bejaarde voormalige hospita en een andere oude dame uit Den Haag voor een bedrag van f. 200 te hebben opgelicht. Hij had dit geld van hen losgepraat met het ver haal dat hij advocaat was en dat hü even wat geld nodig had voor een cliënt, die zonder een cent op zak uit het Huis van Bewaring zou worden ontslagen. De Haagse Rechtbank had verdachte een jaar gevangenisstraf opgelegd en hem tevens ter beschikking van de rege ring gesteld. Deze laatste maatregel werd opgelegd op grond van psychia trische rapporten welke bü vorige gele genheden over de reeds herhaaldelijk veroordeelde verdachte waren opge maakt. Verdachte wordt in deze rappor ten niet toerekeningsvatbaar genoemd. Tegen deze conclusie trok de verdachte met felheid van leer. De zaak was al eerder door het Haagse Gerechtshof ge deeltelijk behandeld, doch werd toen aangehouden voor het uitbrengen van een nieuw psychiatrisch rapport over verdachte. Hij had echter geweigerd zijn medewerking te verlenen aan een onderzoek. Desgevraagd verklaarde ver dachte hierover: „Ik heb geen enkel vertrouwen meer in prychiaters. Ze ne men alles klakkeloos van elkaar over en schrijven rapporten soms zonder dat ze je zelfs ooit gezien hebben". Het Gerechtshof hoorde de Haagse zenuwarts dr. mr. F. M. Havermans als getuige. Deze verklaarde dat hy aan de hand van vroeger over de verdachte uit gebrachte psychiatrische rapporten en aan de hand van een reclasseringsrap- port met absolute zekerheid kon vast stellen. dat verdachte geestelijk gestoord is en wel in vry ernstige mate. In hoe verre ook verdachtes intellectuele ver mogens zijn achtergebleven in hun ont wikkeling, kon getuige niet met zekerheid zeggen. In vroegere rapporten wordt verdachte afwisselend licht debiel, ach terlijk en zelfs imbeciel genoemd, ge tuige achtte lichte debieliteit het meest waarschijnlijk. Van een en ander hangt af of verdachte licht, dan wel zwaar ver minderd toerekeningsvatbaar is. In een vlot en verstandig klinkend be toog bestreed verdaohte hierna dat hij debiel zou zijn. Hij wees er op, dat hij moeilyke intellectuele arbeid pleegt te verrichten en dus niet debiel kan zijn. Verdachte wenste dan ook als volledig toerekeningsvatbaar te worden be schouwd. Ook wees hü er op dat, toen hy de vórige keer na een ter beschik kingstelling in een psychopatenasiel was opgenomen hy al na 9 maanden met proefverlof ontslagen werd „Dat zegt niets", repliceerde dr. Ha vermans desgevraagd, „want de psycho- patenasiels zün zó overvol, dat men de verpleegden na 9 maanden wegstuurt, al meent men dat het nauwelijks gaat, om dat er plaats moet komen. Er zün enorme wachtlüsten". Nadat de procu reur-generaal bevestiging geëist had van het rechtbankvonnis, bepleitte de Haagse advocaat mr. P. H. A. L. Hendrikz dat zün cliënt slechts voorwaardelük ter beschikking gesteld zou worden. Mr. Hendrikz wees o.m. op de tegenstrijdig heden welke voor komen in de verschil lende over de verdachte uitgebrachte psychiatrische rapporten. Met voorwaar- delüke terbeschikkingstelling en een streng toezicht zün zowel de verdachte en de maatschappü het meest gebaat, aldus mr. Hendrikz. Uitspraak 16 januari. deze week namen we afscheid vaneen Heel oud jaar was hei zwaar 1 W mocht U soms denken „hoe kom ik dit lange jaar door het gaat vanzei t, 't is ai 3 januari sterkte hoor

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 9