m
3
€sso
Het was voor mij 'n onderscheiding
president der Spoorwegen te zijn
De ondergang
bezittingen in
van de Nederlandse
liet voormalig Indië
Over de toekomst geen twijfel
ESSO WAAKT TEGEN SLIJTAGE
Kwade gevolgen ener verkeerde
politiek meer en meer zichtbaar
WITTE
KRUIS
HELPT
~^ECHT!
VIJF JAAR GEEIST WEGENS
DOODSLAG OP FINSE VROUW
Met een cognacfles op het
hoofd geslagen
97ste jaargang
Zaterdag 6 december 1958
Derde blad no. 29614
Met dr. ir. Den Hollander op tournee:
„In vol vertrouwen geef ik 't roer over"
(Speciale berichtgeving)
J33? Op die vroege nevelzwarte ochtend deze week schoof het minuscule
ebr N.S.-directietreintje onder de overkapping van Utrecht C.S. de nieuwe
dag tegemoet, richting Zuid-Nederland. „Aan boord" twee mannen:
dr. ir. F. Q. den Hollander, de scheidende president der N.S. en
ten ir. J. P. Koster, de komende man, opgenomen in de nieuwe directie
der Ned. Spoorwegen. Beiden tussen de wielen naar Sittard, het
of centrum van het district, waar de heer Den Hollander afscheid gaat
nemen.
Het zoveelste afscheid deze maand.
„Mijn agenda is als een brood, zwart van de krenten. Van uur tot
uur is alles gepland. Wil je met me meerijden naar Limburg. Mij goed.
Op kantoor kan ik er geen uur meer afknijpen".
doodzonde dat dat ts gebeurd. Het heeft
mensenlevens gekost en dat is altijd
verschrikkelijk, geeft de heer Den Hol
lander bij het voorbijsnellen van de be
wuste wissel tot bescheid.
Fransje zei:
I „Spoor j ongen"
Naast ons op de riante zitpaats, van
waaruit ge een fascinerend beeld van
Nederland opdoet, achter brede half-
cirkelige ruiten, dr. F. Q. den Hollander.
Reeds in 1900 had de 7-jarige Fransje
den Hollander op de lagere school in
Goes maar één verlangen. Hij zwierf
uren rond het Goese emplacement en
zo jong als hij was, wist hü het: ik wil
spoor jongen worden!" Die grote wens
3 is in vervulling gegaan, ondanks verzet
van vaders züde. „Jongen, ik heb je hard
«11' nodig in de zaak" placht de oude den
Hollander te zeggen.
aM Leven één hoogtepunt!
Maar eens op een dag liet st-udent F.
Q. den Hollander zich tooh inschrijven
in Delft. En met lof deed hdj zijn inge
nieursexamen. Het oude Indië trok hem.
Ook daar echter bij de spoorwegen. En
dan later na de oorlog die eervolle
benoeming op 1 januari 1947 president
der Ned. Spoorwegen
Dr. ir. F. Q. DEN HOLLANDER
„Mijn hele leven is eigenlijk één hoog
tepunt geweest", zegt de heer den Hol
lander. Indië en 'hier. Ik heb voor de
N.S. gelukkig veel mogen doen, ik werk
graag op internationaal terrein en ik
het) x-lidmaatschappen (oja. curator
T.H. in Delft), tal van commissariaten,
een heleboel onderscheidingen, wat zal
ik uitkiezen?"
„Het ere-doctoraat in Delft wellicht",
veronderstellen wij van onze kant.
Ja, dat, mijmert „F. Q." voor zich heen
en (hij veert op, omdat hij toch nog iets
anders wéét ook) de Conrad-medaille,
die ik in 1955 kreeg als eerste (en tot nu
toe enige) ingenieur voor mijn voor
dracht over de toekomst der spoorwegen.
„Kijk", legt dir. ir. Den Hollander,
langzaam en nadrukkelijk uit, ik wil be
paald niet pedant zijn, maar zoiets doet
je iets, een medaille voor de beste voor
dracht en het beste artikel.
Over mijn ere-promotie nog dit: Ik zeg
tegen mijn promotor, ik heb niet eens
een dissertatie. Hij van znjn kant: dat
hoeft ook niet, alles wat je deed is je
proefschrift".
Alles wat je deed!
Is dat veel?
Een paar saillante voorbeelden:
N.S. in het den Hollander-tijdperk:
van hout op staal.
N.S. geheel geëlektrificeerd.
N.S. komt met TEE-treinen aan de
markt.
N.S. president-adviseur van het En
gelse spoorwegwezen (als enige bui
tenlander)
N.S. spoorwegnet: modelbedrijf voor
andere landen.
Aan dit bedrijf van 1947 tot 1959 F. Q.
den Hollander aan het roer.
Onbegrensde werkkracht
In zijn werk zoals in zijn voetbalsport
van vroeger: stijf, stug, met een onna
volgbare werkkracht met vernuft en
energie. Potig, door-én-door fatsoenlijk.
Respect voor de tegenstander, op het
veld en in HGB III.
Er is héél wat gefloten in het leven
van den Hollander. Op de groene mat in
Zeeland eerst en later op praktisch elke
spoorbaan. Dóór hem of vóór hem. Met
dit verschil: in zdjn spoorwegcarrière
geen fluitje voor de rust. Geen vrije tijd
überhaupt. „Ik lees nooit een boek of
het moet vak-literatuur zijn".
Den Hollander in het kielzog van
Kalf. van Dijk, Van Manen, Goudriaan
en Hupkes: de groten der N.S.
Hupkes getuigde eens van Den Hol
lander: een sterke persoonlijkheid met
onbegrensde werkkracht en een onge
lofelijk geheugen. Datum en uur ze
staan als gebeiteld in zijn hoofd.
Wij naderen Eindhoven.
Hier was het ongeluk bij Woensel,
Man van 't jaar? Nonsens
Wij leiden een ander onderwerp in.
Ergens lazen wij, zeggen we, dat u
wordt genoemd als „de man van het
jaar", omdat u bij de opbouw van de
N.S. het Nederlandse Spoorwegbedrijf
hebt gemaakt tot een van de beste in
Europa.
„Dat is nonsens", weert de president
af. „Wij zijn het natuurlijk met elkaar
geweest, die de zaak op poten hebben
gezet. Ik heb groot respect voor m'n
collega's, ook in het buitenland. Zoals
ik ook mijn voorgangers en zeker m'n
goede vriend Hupkes bewonder om
hun wilskracht. Maar weet u: de NB.
heeft altijd een unieke plaats bekleed ln
het Nederlandse organisatiebedrijf. Door
onze specifieke positie hadden we de
juiste middelen om te doen wat we
meenden te moeten doen. De Rijksover
heid geeft ons een grote armslag. We
mochten voortbouwen op de wijsheid
van die overheid, die ons een eigen zelf
standigheid toestond. Daardoor verkeren
wij omdat ons de middelen in de
hand werden gedrukt in een staat
van paraatheid. Daarom heeft de NB.
gelukkig zo'n goede naam.
De overheid dus.
Die altijd en altijd weer een vinger in
de pap heeft als het om de tarieven
gaat. Ir. Den Hollander lacht om onze
vraag over de tarieven. Ik weet er alles
van, zegt hij, al van toen ik (van okto
ber 1945 tot maart 1946) zelf directeur-
generaal van het verkeer bij het direc
toraat van het Verkeerswezen was.
De toekomst
„En u wilt nu weten hoe dat in de toe
komst moet, als we Europees gaan inte
greren. Met N.S. als selfsupporting be
drijf en vele andere landen met verlies-
makende spoorwegen. Ach, weet u, al
stoot het wel eens op elkaar, tarieven
moeten toch gebaseerd zijn op kostprij
zen. N.S. heeft voorlopig nog wel zijn
eigen leven, zijn eigen prijzen en zijn
eigen tarieven. Zo'n Europees tarief, dat
is heus niet van vandaag op morgen.
Voor de rest: laat die andere landen
maar eerst proberen hun verliezen in
winst om te zetten, zoals wij dat heb
ben gedaan!"
Advertentie
Alleen ESSO BENZINE
geeft Uw motor de EXTRA bescherming
van BOVENSMERING.
's Winters belangrijker dan ooit!
Esso Extra
(Winter Grade)
voor
zomerprestaties
in de winter!
MET ESSO BENT U BETER UIT!
Vergeet nooit: integreren is eigenlijk
niet anders dan optellen. En dan wat
de TKH.-treinen betreft. Zeker, die
kunnen nog best wat meer comfort ge
bruiken. Thans kampen we nog bij wijze
van zeggen met mazelen en pokken.
T.E.E. is nog diesel-tractie. Maar de
moet ook vol-elektrisch worden, liefst
tot Bazel toe.
Meer comfort. Geen open daken, dèt
niet.
Wel meer ontspanning. Prettiger zit
ten, nóg meer aandacht voor de indivi
duele behandeling. Naast veiligheid gro
tere snelheid. Beter communicatie ook
met de buitenwereld. Trouwens, binnen
234 jaar hebben de gewone treinen
óók communicatie met die buiten
wereld.
„Kijk", roept onze gastheer ineens,
zijn zin afbrekend: prachtig hè, die fa
zant die daar juist voor onze wagen
opvliegt. Een kort ogenblik slechts is de
president in vervoering, hij maakt ir.
Koster op die fraaie fazant attent.
„Neen", repliceert de heer Den Hol
lander vlak daarop: avond-en weekeind-
retours, of reizen met onbekende be
stemming, zoals vroeger, ze komen niet
Regelrecht naar
Heel weinigen willen onze taak overnemen
(Van onze financiële medewerker)
Bij het verzamelen en bestuderen van gegevens, nodig om tot een
ietwat gefundeerde beschouwing over Indonesië te komen, overheerst
boven alle gevoelens van verbazing, verontwaardiging, machteloze
woede of een schampere lach, de deernis met een volk, dat ten prooi
is overgegeven aan leiders, die het zelf niet heeft gekozen. Leiders,
die het onherroepelijk en snel naar de afgrond voeren, die het onder
hartstochtelijke politieke leuzen trachten op te zwepen tot besluiten
en daden, waarvan de kwade gevolgen van dag tot dag meer zicht
baar worden en niet meer te stuiten zijn. Dit volk, waarvan een groot
deel het onderscheid niet weet tussen zijn rechter- en zijn linkerhand,
wordt regelrecht geworpen in de armen van het communisme in zijn
ergste vorm, dat slechts via de chaos haar doelstelling kan bereiken.
het ergste communisme
Bijna volkomen
chaos
Welnu, die chaos is nagenoeg volko
men geworden in Indonesië, dat prach
tige land met zijn enorme mogelijk
heden. Hoeveel jaren zouden er nodig
zijn alleen al om te herstellen wat het
laatste jaar is verknoeid? Men behoeft
er slechts de jaarverslagen van de cul
tuurmaatschappijen op na te lezen om
te weten met hoeveel oprechte spijt en
intense droefheid de planters de on
dernemingen nu ongeveer een jaar ge
leden hebben verlaten, gedwongen door
de Indonesische regering. De onderne
mingen, welke zij juist met beperkte
middelen enigszins hadden hersteld
van de gevolgen van de oorlogstijd.
Hetzelfde geldt voor handels- en in
dustriële ondernemingen. In december
1957 is aan de meeste Nederlandse on
dernemingen in Indonesië het beheer
ontnomen en opgedragen aan een in
het leven geroepen overheidsinstelling,
de z.g. Poesat Perkeboenan Negara
Baroe (P.PN.Baroe) onder toezicht van
het militair gezag. Het is ondoenlijk te
vermelden welke wijzigingen deze in
beheerstelling inmiddels heeft onder
gaan door de inbeheerstelling van bur
gerlijke zowel als militaire instanties.
Deze inbeheerstelling duldt geen Ne-
aerlanders meer op de bedrijven in In
donesië, evenmin als in andere takken
van het economisch en staatkundig
leven. De spijt, de verslagenheid en de
verbittering van de uit Indonesië terug
gekeerde werkers heeft niet in de
eerste plaats betrekking op de finan
ciële gevolgen van dit alles, welke
praktisch ruïnes zijn. Dieper wordt nog
gevoeld de krenking dat zij hun le
venswerk. hetgeen zij met hart en ver
stand en handen hadden opgebouwd en
hadden zien groeien, moeten overlaten
aan onbevoegde en onbekwame krach
ten, wetende dat hetgeen een bron van
welvaart en culturele ontwikkeling kon
zijn. thans op zijn best een armzalig
bedrijfje wordt, dat zeker niet ia staat
is de Indonesische economie in stand te
houden.
Vergoedingen?.
Redelijk denkende elementen in
Indonesië piekeren nog over de ver
goeding van de onder beheer gestelde
ondernemingen, welke in feite reeds
zijn gcnafioi liseerd: Een der Mas-
joemi-afgevaardigden heeft dezer
dagen in het Parlement de vraag ge
steld hoe ter wereld de regering de
genationaliseerde ondernemingen wil
betalen. Het bedrag schatte hjj op
Rp. 26 miljard, een bedrag dat uiter
aard een slag in de lucht moet zijn.
Het begrotingstekort niemand zal
wel ooit te weten komen hoe groot het
in werkelijkheid is wordt reeds op
Rp. 10 miljard geraamd, en de bank-
biljettenomloop is tot een zodanige
hoogte gestegen dat de dekking nog
slechts 8% bedraagt. De Amerikaanse
dollar, met een officiële omrekenings
koers van Rip. 11.40, wordt met meer
dan Rp. 100 betaald. Hoe zal de Indo-
nesisohe regering vergoeding betalen
o.m. aan de ruim 2000 ondernemingen
(de 3000 planters op de boot), welke te
zamen een oppervlakte van ruim 1
miljoen ha beslaan?
De vrees werd uitgesproken dat de
Nederlanders de zaak voor het Inter
nationale Hof van Justitie zullen bren
gen, indien zij niet voldoende worden
schadeloos gesteld, een vrees, welke
niet denkbeeldig is. Door verschillende
organisaties, oun. door de Federatie
van verenigingen van bergcultuuron-
aernemingen in Indonesië, is uiteraard
protest bij de Indonesische regering
aangetekend, maar zelfs via het Inter
nationale Hof van Justitie kan men
van een kikker geen veren plukken, te
minder omdat van de grote mogend
heden, met name van de V.S., niet de
minste medewerking wordt ontvangen
om de rechten van Nederland te be
schermen. integendeel, de V.S. hebben
reeds ettelijke miljoen dollars kredie
ten aan de Indonesische regering ver
leend, o.a. voor de bouw van Diesel
elektrische centrales en wapenleveran
ties toegestaan zonder ook maar een
woord van afkeuring over de aperte
rechtsschending te spreken.
Machteloos
Intussen zjjn de cultuurmaatschap
pijen merendeels tot machteloosheid
gedoemd, ook al proberen zij in som
mige gevallen nog met 't bedrijf in
Indonesië voeling te houden. Enkele
hebben nog transfers over 1955 en
1956 ontvangen, de meeste over 1956
al niet meer. De situatie verschilt
plaatselijk zeer sterk en hierdoor
wordt verklaard dat de geluiden, wel
ke men over Indonesië en de toe
komst van onze cultures aldaar hoort,
niet gelijk zijn. Bedrijven als de
Shell en de Amerikaanse Standard
Vacuum kan men niet dwingen
maanden achter elkaar met verlies
te werken. Zij stoppen op een gege
ven moment eenvoudig en verdwij
nen zo nodig. De maatschappijen
zelve zijn financieel zo sterk, dat zij
er niet anders van worden. En in het
sterk gezwollen nationalisme heeft
men in Indonesië de gedachte ver
drongen, dat met de werkers ook de
„know - how" (weten-hoe-het-moet)
verdwijnt, waardoor men de prach
tigste ondernemingen bij gebrek aan
deskundigen in korte tijd in een wil
dernis ziet veranderen.
Er zijn enkele financieel-eterke cul
tuurmaatschappijen, die elders hun ka
pitaal. hun kennis en him onderne
mingsgeest produktief trachten te
maken. De H.V.A. heeft, zoals bekend
is, reeds grote bedragen geïnvesteerd in
Ethiopië (volgens de jongste opgaaf
f.41,8 miljoen), terwijl nog f.30 mil
joen voor een nieuwe suikerfabriek al
daar zal worden uitgegeven. De Deli-
maatschappij. de Amsterdam Rubber
en enkele anderen pogen ook in andere
delen vam de wereld voet te krijgen,
maar de meeste cultuurmaatschappijen
nemen een afwachtende houding aan.
Een groot aantal is reeds overgegaan
tot een gedeeltelijke terugbetaling van
het kapitaal, voor zover dit in Neder
land aanwezig is (was), anderen menen
him beschikbare gelden te moeten
vasthouden, niet alleen voor de finan
ciering van de verplichtingen jegens
het gerepatrieerde personeel, maar ook
omdat men nog altijd de hoop koestert
tz.t. het werk in Indonesië in de een
of andere vorm weer te kunnen hervat
ten.
Dit wordt b.v. door de Borsumij be
oogd, die aan haar belangen in Indone
sië een Indonesische rechtsvorm wil
geven en langs die weg nog een appa
raat voor het doen van handelszaken
in Azië poogt te behouden. Ook zijn
er enkele maatschappijen, welke op
hun aaaidelen een zodanig bod hebben
gekregen, dat de directies aandeelhou
ders adviseren daarvan gebruik te
maken. Zo is een tot nu toe onbekende
koper bereid de aandelen Soekowono
voor 185% over te nemen. Het betreft
hier vermoedelijk een buitenlandse
groep, welke in Indonesië meer bewe
gingsvrijheid en transfermogelijkheden
heeft dan een Nederlandse onderne
ming.
Nieuw pionierswerk
Als gezegd, gaat het merendeel van
de cultuurondernemingen tot een ge
leidelijke terugbetaling van het kapi
taal over, omdat zij er geen brood in
zien hun tenten elders op te slaan. Als
men in aanmerking neemt, welke grote
bedragen daarmee gemoeid zijn, valt
het niet te verwonderen. Op de tro
pische 1 andbouwdagen dezer dagen te
Wageningen gehouden, heeft dr. ir. J.
G. J. A. Maas, gewezen op de grote
moeilijkheden, welke de Indonesische
ondernemers in andere gebieden ont
moeten. Zij hebben wel trapenervaring,
maar zij moeten toch in nieuwe ge
bieden opnieuw pionierswerk doen.
Nergens vindt de Nederlander zulke
gunstige voorwaarden als in Indonesië,
waar hij het land en mensen, de na
tuurlijke voorwaarden, de bodemge
steldheid, de weersgesteldheid enz. kent
en niet te vergeten, de resultaten van
het wetenschappelijk onderzoek, dat op
hoog peil stond, te zijner beschikking
had. Al deze dingen mist men elders.
Terecht heeft daarom zowel dr. ir.
Maas als dr. ir. C. Coolhaas aange
drongen op samenwerking van de cul
tuurmaatschappijen. als zij elders wil
len wortelen en op een gezamenlijk
voorafgaand onderzoek van mogelijk
heden. De financiering komt dan wel
voor elkaar.
Indonesië heeft geen
vertrouwen
Intussen tracht de Indonesische re
gering zelf in het buitenland zoveel
mogelijk voet aan de grond te krij
gen. Haar praktijken van de laatste
jaren zijn er echter niet naar om
vertrouwen in te boezemen. Wanneer
de directeur van de „Beheersraad voor
overgenomen Nederlandse onderne
mingen" naar Europa vertrekt om
mogelijkheden te onderzoeken voor
het openen van kantoren in verschil
lende landen ter uitbreiding van de
afzetgebieden voor Indonesische on-
dcrnemingsprodukten. voorspellen wij
hem vooralsnog niet veel resultaat,
ook al doet de oude spreuk „Pecunia
non olet" (geld stinkt niet) in onze
wereld nog altijd opgeld. Men is
echter lang niet overal bereid de
plaats van de Nederlanders in te
nemen, terwijl ook een apparaat, no
dig voor het drijven van de Indone
sische produktenhandel maar niet zo
uit de grond kan worden gestampt.
Ook hier speelt de „know-how" een
grote rol.
Het is dus geen wonder dat de ex
port van produkten uit Indonesië dit
jaar reeds meer dan 35 pet. kleiner
is dan in 1957, waarbij men dan ook
nog het nadeel van de lage prijzen
heeft. En evenmin kan het verwon
deren dat de smokkelhandel in In
donesië welig tiert, in verband waar
mee thans ook Chinese zakenlieden
in hun bedrijf worden bemoeilijkt.
Indonesië is een troebele visvijver
geworden
meer terug. N.S. doet alles om zijn ta
rieven te bestendigen. NB. probeert
en dat lukt, want we hebben het laagste
tarief van Europa voor iedereen zo
goedkoop mogelijk te rijden!
Dèt moet de Nederlander goed inge
scherpt worden. Zo ook maar dat is
een gans ander onderwerp dat men
het rode licht van de onbewaakte strikt
te gehoorzamen heeft.
Er komt van onze kant een nog
betere controle op de loop van de
treinen, zoals ook het onderhoud van
de weg verbeterd zal worden. En zelfs
kan naar mijn mening het verplaat
sen van goederen meer economisch
geschieden.
„Ik zeg altijd", valt het de heer Den
Hollander nog in, dat lucht, land, wa
ter en trein de vier grote componen
ten zijn, die gezamenlijk het trans
portwezen in ons hele land vormen.
Ieder op de juiste plaats en samen
trachten tegen minimum-prijzen het
maximum te presteren.
En wat nu?
U wilt weten, wat ik na deze maand
ga doen. Een moeilijke vraag, doch laat
ik haar zó mogen formuleren: ik zal
trachten mijn verdere leven zodanig in
te richten als evenredig is met mijn
leeftijd. In bepaalde activiteiten zal ik
me moeten beperken, als ik blijf doen
wat ik deed naast mijn presidium. Dat
lijkt voorlopig net genoeg.
Dit afscheid van de N.S .-districten
vind ik erg moeilijk. Niettemin ben ik
dankbaar en blijmoedig en vooral ook
diep onder de indruk van wat men
overal voor mij doet. Dat overweldigt
me wel eens een beetje. Maandag ga ik
naar Parijs, naar mijn vrienden van de
Internationale Spoorweg Unie".
„Zie", zo leidt de president ons gesprek
in een gans andere richting, dat is je
reinste N.S.-beveiliging. Prachtig hè? Je
kunt zeggen: zo'n trein zoekt auto
matisch zijn eigen weg. Dat is toch
magnifiek", verzucht hij, als spijt 't hem
dit alles binnenkort vaarwel te zeggen.
Ofvaarwel zeggen?
Niet helemaal, want is niet kort ge
leden dr. ir. Den Hollander benoemd
tot commissaris der Ned. Spoorwegen?
Commissaris der N.S.
Hijzelf getuigt er als volgt van: „een
gezond bedrijf met een gezonde geest,
met mensen, die van hoog tot laag, al
hun kennis en liefde in dienst stellen
van „'t spoortje".
In vol vertrouwen geef ik het roer
over. Er is geen sprankje twijfel, dat
er iets zou mankeren bij wie dan ook.
Maar wél dit: er staat nog veel te ge
beuren, er is nog genoeg werk aan de
winkel. Het zal onder de nieuwe direc
tie ongetwijfeld goed gaan. Niettemin
acht ik het een voorrecht, ja zelfs een
onderscheiding dat ik N.S. heb mogen
leiden.
Het internationale researchwerk zal
ik voortzetten, dat trekt me.
Tot slot: ook voor mij zal na deze
zware maand nog werk genoeg over
blijven.
Ik heb wel eens gezegd en dat geldt
dan speciaal voor N.S.: wij zijn van
allen vóór allen. Als dat zo is geweest,
ben ik meer dan tevreden!"
Zoals wij gisteren meldden, zal de
heer Den Hollander zich o.a. ook wijden
aan de plannen op de kop van Rozen
burg inzake de stichting van een hoog-
ovenbedrijf en staalindustrie.
Advertentie
Een maand gaat vlug! Stop
dat opzien naar nare dagen
met WITTE KRUIS.
tabletten, poeders
of cachets!
Noorse zeeman voor Amsterdamse rechter
De rechtbank te Amsterdam heeft
een der geruchtmakende moorden be
handeld, waarvan bewoonsters in een
bepaalde Amsterdamse buurt het
slachtoffer zijn geworden. Verdacht
van doodslag, subsidiair zware mis
handeling op de 27-jarige vrouw
Henni Hyvarinen in de bedoelde
buurt bekend als „Finse Hennie"
in de nacht van 21 op 22 mei j.l. stond
terecht een 36-jarige gedetineerde
Noorse zeeman, die de vrouw in haar
kamertje aan de Sint Olofsteeg met
een cognacfles op haar hoofd zou
hebben geslagen na een ruzie over de
vraag, wie een nieuwe fles cognac zou
gaan kopen. De man zou voorts
volgens de dagvaarding met een
scherp voorwerp de vrouw zodanig
aan de hals hebben verwond, dat zij
kort daarop aan verbloeding overleed.
Aan het slot van de zitting eiste de
officier van Justitie tegen de genoemde
verdachte wegens doodslag 5 jaar ge
vangenisstraf met aftrek van de pre
ventieve hechtenis. De Noor verklaarde,
via een tolk, zich van die verwonding
niets te kunnen herinneren. Wel weet
hij vaag, dat hü Henni na de slag met
de fles uit het raam heeft geschoven.
Het ontzielde lichaam kwam op een acht
meter lager en juist boven het water
van de Oude Zijdsvoorburgwal gelegen
vlonder terecht, waar het spoedig daar
na door omwonenden werd gevonden.
De zeeman kon spoedig daarna in een
der cafeetjes ter plaatse worden gear
resteerd. Hij had toen nog bloedvlekken
aan zijn kleding en schoenen.
Onnozele ruzie
De officier van Justitie, mr. G. R.
Nubé, merkte in zijn requisitoir op, dat
deze trieste zaak is ontstaan uit een
„onnozele ruzie" om een fles cognac. De
Noor heeft volgens de officier in blinde
woede op het hoofd der vrouw geslagen.
Hü geraakte daarna in paniek en be
sloot de vrouw uit de weg te ruimen.
Met een kapot drinkglas bracht hü de
vrouw de dodelyke wonden toe aan haar
hals. Met het glas werd de slagader
doorboord. De man werkte toen het
lichaam het raam uit, doch toevallig
er een vlonder, waar door de vrouw
niet in het water viel en de doodslag
spoedig kon worden ontdekt.
De officier zei voorts, dat de verdachte
bekend is als een ambitieus man die,
volgens zün kapitein „behoort tot een
categorie zeelieden, die legende gaat
worden".
Het psychiatrisch rapport gaf geen
aanleiding tot verzachtende omstandig
heden. Wel zei de officier met zün straf
„rekening te willen houden, dat de man
zwaar onder invloed van sterke drank
heeft gehandeld"
Ontstellend moeilijk
De raadsman, mr. J. K. M. Mathuisen,
noemde in zün pleidooi deze zaak „ont
stellend moeilük". Hü zei, dat de zee
man een ernstige persoon is, met wie
een ieder goed kon omgaan. „De man is
geen misdadiger, men mag aannemen
dat hü het de bewuste avond ook niet
is geworden".
Uit de getuigenverklaringen waren
trouwens volgens de advocaat verschil
lende lezingen te halen. Naar zün me
ning is er in de kamer gevochten. Tü-
dens de ruzie heeft de vrouw óofc met
een glas gegooid. De vrouw is toen na
de slag op haar hoofd met de hals in
het glas gevallen. De vingerafdrukken
op het glas wüzen uit dat er niet of
nauwelüks met grote kracht mee kan
zün gestoken. Mr. Mathuisen achtte de
doodslag niet bewezen, ook al omdat de
opzet ontbreekt. De man heeft alleen
de bedoeling gehad de vrouw te slaan.
Hy' vroeg tenslotte vrijspraak of uiterste
clementie, indien de rechtbank mishan
deling bewezen mocht achten.
De rechtbank zal op 19 december as.
vonnis wüzen.
Historische surprise te
Valkenburg
Werklieden, die een kelder moesten
uitdiepen bü verbouwingswerkzaam
heden in een Valkenburgse cafetaria,
zün gestoten op een verzameling
schedels en beenderen, die tezamen
een twaalftal menselijke geraamten
bleken te vormen.
De beenderen lagen kris-kras door
elkaar, hetgeen het vermoeden heeft
gewekt, dat hier stoffelüke resten zün
gevonden van belegeraars van het oude
kasteel Valkenburg. De eetgelegenheid
ligt namelük aan de voet van de weste-
lüke hoektoren van de burcht.
Het bolwerk werd op 5 december 1672
voor de laatste maal belegerd en toen
verwoest. Indien de vermoedens juist
zün. heeft Valkenburg waarschünlijk
precies na 286 jaar in de vorm van
een lugubere surprise de resten ge
vonden van een historische slag.
Het is echter ook niet uitgesloten, dat
hier overblüfselen zün aangetroffen van
een vroeger kerkhof, omdat in de on-
middellüke omgeving eeuwen geleden
een gasthuis heeft gestaan.
PRIJZEN VOOR HET
AMATEURTONEEL
In de prijsvragen die de stichting
„Ons Leekenspel" ter gelegenheid van
het 25-jarig bestaan heeft uitgeschre
ven, is de tweede prijs van f. 500 voor
een „avondvullend spel voor het ama
teurtoneel' 'toegekend aan J P. M. van
Elswük te Uddel voor zün spel „Scher
ven brengen geluk". De jury heeft geen
der inzendingen met de eerste prijs be
kroond. De heer Carel Schrover te
's-Hertogenbosch kreeg een aanmoedi-
gingsprüs van f. 250 voor zün spel
„Hart van slag".