Li
Royal Opera Hou je ::r„
DD V U
Enormeouderwetse zaal met desondanks
een wanne in timiteit - van - rode - pluche
Sfeer is heel wat waard, maar
vernieuwing is niet overbodig
Bloeiende traditie
WOORD
VAN
BEZINNING
fHOOFD NIET IN DE KOKER STEKENj
Jeugdige Amerikaanse pianist
vierde triomfen in Moskou
Zaterdagl4 juni 1958
111111111 1111 -111111
Margot Fonteyn viert triomfen in Tsjaikofski's „Zwanenmeer"
(Van onze Londense correspondent)
De Koninklijke Opera in Londen viert haar honderdjarig bestaan.
Dit geschiedde op 10 juni met een gevarieerd programma, waaraan
o.a. Maria Callas meewerkte. Koningin Elizabeth en de Hertog van
Edinburg waren aanwezig.
Op 15 mei 1858 werd het tegenwoordige operagebouw geopend.
Het is de derde schouwburg op de plaats, waar er sinds 1732 een
heeft gestaan. De beide vorige zijn afgebrand.
Het is eigenlijk de laatste plek in Londen, waar men zulk een
representatieve instelling als opera zou zoeken. Want de klassieke,
roomgele gevel ligt verscholen tussen de wirwar van nauwe, prop
volle straatjes, welke Londens voorwereldlijke groentemarkt vormen.
En alsof dit nog niet prozaisch genoeg is. heeft de opera zich de
politierechter tot overbuurman gekozen! Vroeger was het hier een
rustig, lieflijk oord, namelijk een kloostertuin, waaraan het verbasterde
„Covent Garden" („convent" betekent klooster) of „cuffen garden"
zoals de taxi-chauffeurs het uitspreken, herinnert.
Het theater, dat er in de achttiende eeuw verrees, werd al meteen
koninklijk, omdat de eerste eigenaar, een koopman uit de City, in het
bezit was van een door Karei II verstrekte bouwvergunning.
te eten. klonk plotseling een donde
rende ontploffing. Iedereen in de ka
mer werd bleek. Maar spoedig kwam
de opluchting. Een straatjongen had
tussen de benen van de agenten door
een stuk vuurwerk afgestoken en de
wereld laten beven
Handelspremières
In de eerste honderd jaar van de
oorspronkelijke schouwburg van Co-
vent Garden was toneel hoofd- en
opera bijzaak. Omstreeks 1740 was
Handel als operacomponist zeer actief
en vele van zijn werken beleefden in
Londen hun première. In het tweede
gebouw werden in het begin van de
negentiende eeuw verschillende onher
kenbare versies van Mozarts opera's
opgevoerd, waarbij de muziekdirecteur
Henry Bishop, er meestal nog iets bij
fantaseerde! Een belangrijke gebeur
tenis was toen Weber speciaal voor
Covent Garden zijn „Oberon" compo
neerde en in 1826 er de wereldpremière
van gaf.
In 1847 werd Covent Garden de Ko
ninklijke Italiaanse opera. Grote zan
gers als Grisi, Viardot. Mario, Tam-
berlik, Tamburini en Lablanche tra
den er op.
Van 1859 tot 1939, met uitzondering
van de jaren van de eerste wereldoor
log, werden elk jaar gedurende het
society-seizoen, dat niet veel langer
dan zes weken duurt, operavoorstellin
gen gegeven. Opera werd toen be
schouwd als een vermaak voor de wel
gestelde burgerij en de aristocratie.
Avondkleding was voorschrift. Het
eind van de vorige eeuw zag de glorie
periode onder Augustus Harris, gedu
rende welke Melba, de De Reszkes,
Zelie de Lussan en Nordica hun debuut
maakten.
HOE vaak was ik al aan de
kleine linnenkamer op
de eerste etage van het
ziekenhuis voorbijgegaan?
Nooit had ik die woorden ge
lezen, maar op die ene keer las
ik ze: „Hoofd niet in de koker
steken".
Wie onzer kent niet dat nut
tige instrument? Is er wasgoed
op de een of andere afdeling, je
werpt het maar in de koker,
en het komt daar, waar het
wezen moet. Die koker bespaart
hun, die in de inrichting wer
ken, heel wat heen en weer ge
loop.
wèl gewaarschuwd werd. Komt
men er nu met de schrik af, dan
heeft men niet te mopperen.
Maar daartegenover staat, dat
het ook weieens anders kan
gaan.
Heeft men daarom niet de
woorden op het luik voor de
koker geschilderd: „Hoofd niet
tegen de dag van morgen, want
de dag van morgen zal zijn
eigen zorgen hebben; elke dag
heeft genoeg aan zijn eigen
kwaad."
Wat kunnen wij het moeilijk
laten ons hoofd in de koker
de donkere koker van het
onbekende te steken. Wat pro
beren wij graag, datgeen wat
eventueel komen zal. van tevo
ren reeds te weten teneinde
onze maatregelen te treffen.
Wat zijn wy vaak onverant-
woprd nieuwsgierig, en wat be
roven wij ons zelf daardoor van
veel vreugde van het moment.
Nu weet ik niet hoe het U
vergaat, wanneer men op een
gegeven ogenblik het een of ar.-
der leest. Wat kunnen er aller
lei gedachten door je heengaan.
Je ziet daar b.v. iemand het
hoofd in de koker steken, wel
licht om te zien of de mand on
der aan de koker nog een
vrachtje kan hebben, en opeens
krijgt de persoon in kwestie een
lawine van lakens, slopen, hand
doeken en noem maar op boven
op het hoofd.
Dat is een minder prettige be
levenis, waar helemaal niet op
gerekend was, maar waarvoor
in de koker steken?" Houdt men
zich aan de goede raad. zo ge
beurt er niets. Is men vrolijk
met zijn werk bezig de blijd
schap wordt niet gestoord, wan
neer men het nuttige voorwerp
op de juiste manier gebruikt.
Ieder, die de koker gebruiken
wil, kan lezen, wat er op het
luik staat. Ieder „zonder enige
uitzondering, is een gewaar
schuwd mens.
Toen ik die woorden las, moest
ik onwillekeurig aan een woord
uit de Bergrede denken. Zegt de
Heiland niet in Mattheus 6 34;
„Maakt U dan niet bezorgd
in de eigen taal Van Cliburn won Tsiaikofski-concours
npf rip typwnnritp nm
Het „Royal Opera House" behoort
tot de selecte groep beroemde opera
gebouwen, die de wereld kent. zoals die
in Hamburg, Milaan, Parijs, Wenen
New York al plaatst zij zich met Brit
se bescheidenheid als laatste op de
ranglijst, omdat in Engeland de opera-
traditie in feite nog maar jong is.
In de eerste halve eeuw van zijn be-
staan werden in de Opera House ook
toneelvoorstellingen en concerten ge
geven. Verder trad er o.m. de beroem
de Engelse clown Grimaldi in Kerst
mis-pantomimes op.
Incident bij de opening
Die openingsvoorstelling op 15 mei
1858 vormde echter reeds een aanwij
zing voor de eigenlijke roeping van het
gebouw, dat met Meyerbeer's „De Hu
genoten" werd ingewijd. Dit liep fali-
kant uit. Het was een zaterdagavond
en de voorstelling was zó laat begon
nen, dat men tegen het middernach
telijke uur niet verder was gekomen
dan het derde bedrijf. Directie en uit
voerenden waren de 'wanhoop na bij,
omdat wetsovertreding dreigde. Im
mers op zondag mag er in Engeland
in het openbaar geen toneel worden
gespeeld. De voorstelling voortzetten
tot na twaalf uur zou de poppen aan
het dansen brengen.
Er zat daarom niets anders op
dan haar vroegtijdig te laten eindigen!
De directeur trad voor het voetlicht
om het pijnlijk besluit mee te delen.
Het deftige publiek deed wat elk ander
publiek zou hebben gedaan. Het pro
testeerde. Zo groot was de opwinding,
dat men ondanks de aanwezigheid van
Koningin Victoria schreeuwde schold
en floot. De dirigent redde de situatie
door het volkslied te laten spelen.
Ogenblikkelijk werd het stil. Zodra de
laatste tonen verklonken waren, ver
liet Koningin Victoria de zaal. De sup
poosten werkten daarop met de groot
ste spoed iedereen de straat op, zodat
klokslag 12 het gebouw ontruimd was.
Misschien was dit incident wel de re
den, dat men bij het honderdjarige be
staan van de reprise van „De Hugeno
ten" heeft afgezien
In de historie van Covent Garden is
Koningin Victoria, dank zij haar gro
te belangstelling voor opera en muziek
de centrale figuur. Haar beeltenis van
een eeuw geleden is aangebracht op
de brede fries boven het toneel. Ove
rigens is de architectuur gelukkig
niet al te Victoriaans. De drukke over
drevenheid behoort bij een latere pe
riode.
Ouderwetse intimiteit
Ondanks het feit, dat er ruim 2200
plaatsen zyn, bezit de zaal een ouder
wetse" warme intimiteit. Dit komt niet
alleen door het rode pluche, maar
vooral door de dubbele rij boxen, welke
de toeschouwersruimte in een groot
aantal salonnetjes verdeelt. Oorspron
kelijk bestonden de gaanderijen geheel
uit boxen. De nummers heeft men laten
staan. In vervlogen tijden huurden ge
goede families altijd een box, de goed
kope plaatsen voor de mindere man
vond men in de stalles. De Engelsen, die
aan traditie niet tornen, hebben de
afstand tussen de stoelen in de zaal
nog even groot gelaten, zoals die in de
tüd van de wijde hoepelrokken was
voorgeschreven
De huiskamersfeer wordt nog ver
hoogd door de langs de versierde gaan
derij-afscheidingen in bundels aange
brachte schemerlampjes. Hoog in het
schellinkje ontwaart men een reeks
roodovertrokken en verlichte muziek-
lessenaars, dit zijn de plaatsen voor
de studenten van het conservatorium
die zodoende hun partituur kunnen ge
bruiken.
Sfeer is natuurlijk heel wat waard,
maar het operagebouw is in vele op
zichten hopeloos verouderd. Er is geen
repetitieruimte, zodat de meeste repe
tities. ook die van het ballet, elders
moeten worden gehouden. Soms neemt
men zijn toevlucht tot de „crush bar"
de onlangs door Oliver Messel geres
taureerde grote buffetzaal met" haar
enorme schilderijen, vergulde stoeltjes
en kristallen luchter.
Protest van Bolsjoi-ballet
De eikehouten podiumvloer is vol
oneffenheden en het is onbegrijpelijk
dat men erop dansen kan. Dat het
Bolsjoiballet hiertegen protesteerde,
was dan ook begrijpelijk!/ Het plafond
van de koninklijke loge bladdert, maar
aangezien elke opera nu eenmaal arm
is, laat men het maar zo.
Hier zitten de vorstelijke personen,
wanneer zij een gewone voorstelling
bijwonen. Bij gala-voorstellingen nemen
de koninklijke familie en haar gasten
op de eerste verdieping tegenover het
toneel in het midden van de schouw
burg plaats. Regeringsleiders, zoals
Boelganin en Kroesjtsjef krijgen de
koninklijke loge toegewezen. De beide
Russen werd destijds in de kleine daar
bij behorende antichambre door Sir
Anthony Eden een diner aangeboden,
waarbij na elke pauze een gang werd
genuttigd. Generaal Serof, hoofd van
de Russische veiligheidsdienst, had
gevraagd om een extra drie honderd
politieagenten, die zich buiten onder
het raam moesten opstellen. Dit ge
beurde, maar toen het gezelschap zat
Harris brak met de gewoonte om
alle opera's in het Italiaans te geven.
Elke opera werd gezongen in de eigen
taal en het woord Italiaans werd uit
de titel van het gezelschap geschrapt.
Daarna volgde tot 1914 de periode van
Caruso, Scotti, Destinn en Tetrazzini
en van de Wagnervoorstellingen onder
Hans Richter. De artistieke leiders
vroegen zich toen af, of in Engeland
de opera dezelfde kans had als op het
vasteland, waar het publiek toestroom
de, niet alleen om beroemde zangers
te horen, maar ook om de operakunst
zelf.
In 1910 werd daarom Thomas Bee-
cham belast met de leiding van een
experimenteel operaseizoen.
Geld mocht hierbij geen rol spelen. In
voor het eerst in maart 1939 in het
Russische ballet naar Londen.
Hiermede deed de balletkunst haar
intrede in Covent Garden, hoewel er
al vroeger enkele grote dansers en
danseressen waren opgetreden. De
Sadler's Wells Company verscheen
voor heteerst in maart 1939 in het
theater bij een galavoorstelling voorde
president van Frankrijk.
Meubelopslagplaats.
Beechams werk sloeg in, maar spoe
dig trad de eerste wereldoorlog als
spelbreker op. Toen werd het Royal
Opera House verlaagd tot.meubel
opslagplaats, zoals het in de tweede
wereldoorlog danszaal werd, waar
avond aan avond de jazz klonk. In 1919
nam Beecham de draad weer op. Van
1934 tot 1939 deed hjj als artistiek lei
der van Covent Garden enorm veel
voor de opera.
Alle bekende opera's vinden er thans
een tehuis, evenals wereldberoemd
heden op het gebied van zang en dans-
Eva Turner, Sjaljapien, Kirsten Flag-
stad, Anna Pavlova, Nyinsky en Fokine
vierden er triomfen. Covent Garden
bevindt zich, zoals de meeste andere
opera-centra, eigenlijk in een voortdu
rende financiële crisis. Het Riik geeft
een jaarlijkse subsidie van drie mil
joen gulden, maar dit bedrag kan de
steeds toenemende exploitatiekosten,
die meer dan het dubbele bedragen,
nauwelijks dekken. Covent Garden
geeft niet meer, zoals eertijds, maar
een kort seizoen, doch werkt elf maan
den in het jaar. Na Wenen is het wat
de toegangsprijzen betreft de goed
koopste opera. Voor deze jubileum
periode koos men Verdi's „Don Carlos",
dat in waarlijk grote stijl door een
glanzende bezetting, waartoe ook Gré
Brouwenstijn behoort, wordt uitge
voerd.
De frontgevel van het honderdjarige Royal Opera House
Ook zijn moeder was
concertpianiste
De Grote Russische pianist Emil
Gilels had tranen in de ogen, toen hij
hem na het spelen van Rachmaninofs
Derde pianoconcert in de armen sloot;
de Russische componist Aram Katsja-
toerian verklaarde, dat hij „beter dan
Rachmaninof" zelf was en dat „een
virtuoos als deze slechts één- of twee
maal in een eeuw" wordt gevonden.
Deze „hij" in de vorige zinnen is Van
Cliburn, de 23-jarige Amerikaanse
pianist uit Kilgore in de staat Texas,
die in april het Tsjaikofskiconcours te
Moskou won, geestdriftig door pers en
publiek in Rusland toegejuicht en bij
zijn terugkeer in de Verenigde Staten
is verwelkomd op een wijze, die slechts
nationale helden en staatshoofden ten
deel valt. Toch is hij de bescheiden
heid zelve gebleven.
Na de mededeling, dat hij in het
concours had gezegevierd over 49 an
dere. pianisten uit 20 landen, riep hij
uit: „Ik ben nog nooit zo verheugd
geweest". Hij zei. dat de medaille voor
hem meer betekende dan de roebels en
voegde er aan toe: ..Het is zeer inspi-
Nog altijd de invloed van
Koningin Victoria
Over de vroegere tyd zyn nog tal
van anekdotes in omloop: Koningin
Victoria was een liefhebster van de
opera en bezocht herhaaldelijk het
Royal Opera House in Covent Garden.
Toen zij eens een uitvoering van
„Aida" bijwoonde, viel het haar op,
dat de figurerende soldaten er maar
wat bij hingen. Zij ontbood de direc
teur, die tekst en uitleg moest geven
van hun merkwaardige gedragingen.
Wat was het geval? In deze romme
lige buurt was een overvloed van
zwervers en dronkelappen, die het
operagebouw als verzamelpunt hadden
gekozen. Wanneer men figuranten
nodig had. werden deze vreemde lie
den, die altijd beschikbaar en boven
dien goedkoop waren, geëngageerd en
op enkele^epetities wat geoefend Het
resultaat was dan ook navenant!
Koningin Victaria maakte na de ont
hulling aan deze praktijken onmiddel
lijk een einde- Zij bepaalde dat voort
aan alleen leden van haar eigen gar
deregiment in opera's als soldaten
zouden mogen optreden. Dit is tot de
huidige dag zo gebleven! Vroeger wer
den zjj er niet extra voor betaald,
thans wel. Zij vatten hun operaplich
ten even ernstig op als hun gewone
uiterst strenge dienst. Ze verschijnen
met hun sergeant-majoor op het to
neel, die hen tijdens de repetities toe-
buldert zoals op het exercitieveld
De politiebureaus in heel Engeland
hebben bij de ingang blauwe lantaarns
als kenteken. Bij het tegenover het
Opera House gelegen posthuis ontbre
ken ze echter. Ook hiervan is Koningin
Victoria de oorzaak. Toen zij op een
avond de opera verliet, viel haar oog
op twee blauwe lantaarns. „Wat zijn
dat voor afschuwelijke lichten?", vroeg
de vorstin, nog helemaal onder de in
druk van de schitterende operascenes.
„Maar majesteit, dat is een politiebu
reauantwoordde de haar uitge
leide doende opera-directeur
Onverstoorbaar antwoordde de vor
stin: „Zorg dat ze verdwijnen!" „Ja
majesteit", stamelde de directeur, die
wel op hoog bevel veranderingen op
het toneel kon aanbrengen, maar over
een politiebureau natuurlijk geen zeg
genschap had.
Het toeval wilde echter, dat de vol
gende dag de opera werd bezichtigd
door een belangrijke figuur van het
departement van Openbare Werken,
waaronder ook de politiegebouwen val
len. De directeur herhaalde het ver
zoek van de Koningin en er werd ogen
blikkelijk aan voldaan. Het posthuis
deelt nu in de feestverlichting van de
opera en de naar huis kerende bezoe
kers, die nog in de wereld van fanta
sie leven, welke ze juist hebben aan
schouwd. wordt de rauwe werkelijk
heid nog even bespaard! Dank zij Vic
toria's wil, welke nog zo vaak in het
Engelse leven wet isII
rerend, maar tegelijkertijd vervult het
mij met zorg voor de volgende uitvoe
ring. Deze onderscheiding legt mij een
grote verantwoordelijkheid op de
schouders".
De Russen noemden hem „kleine
jongen uit het zuiden", een troetel
naam die zij hem gaven om zijn
Texas-accent, maar ook spraken zij
van „het Amerikaanse genie". Zij druk
ten hun verering op velerlei wijzen uit
en tijdens het muziekfestival brachten
1500 vereerders hem staande een tien
minuten lange ovatie.
Bij zijn terugkeer naar zijn tijdelijke
woning in de stad New York werd hem
een eremedaille aangeboden met oor
konde wegens „uitnemende en buiten
gewone verdiensten". Te zijner ere
werd een feestelijke intocht georgani
seerd, waarbij wolken snippers „ticker-
tapes", uit de wolkenkrabbers op hem
neerdaalden. President Eisenhower
ontving hem in het Witte Huis in
Washington en hij speelde in de Con
stitution Hall van Amerika's hoofd
stad. De vooraanstaande symfonie-or
kesten van het gehele land doen alle
moeite hem als solist te engageren.
Volgens vrienden van de jonge mu
sicus heeft Van Cliburn altijd zijn car
rière boven elk persoonlijk comfort
gesteld. Zo heeft hij tijdens het con
cours met een verbonden wysvinger
gespeeld, die hij tijdens een afmat
tende repetitie had bezeerd. Na afloop
van de tien dagen, die het concours
duurde, was hij zo uitgeput, dat hij,
toen hem de uitslag werd meegedeeld,
slechts „dank U" kon stamelen.
Zijn moeder. Rildia Bee O'Bryan
Cliburn, eertijds concertpianiste, heeft
hem les gegeven van zijn derde jaar
af, totdat hij op 17-jarige leeftijd naar
de beroemde „Juilliard School of Mu
sic" te New York City ging Mevr.
Cliburn heeft gestudeerd onder Arthur
Friedheim, een leerling van Franz
Liszt. De vader van de pianist is em
ployé van een oliemaatschappij.
Aan de middelbare school te Kilgore
speelde de jonge Cliburn klarinet en
marcheerde hij mee in de schoolband,
als er een voetbalwedstrijd moest wor
den opgeluisterd. Liszt, Chopin, Tjai-
kofski en vooral Rachmaninif waren
Neen niet het hoofd in de don
kere koker van de toekomst
gestoken, maar zich houden
aan de opdracht ons gegeven
eerst het Koninkrijk Gods te
zoeken en Zijn gerechtigheid, en
verder geleefd uit de overvloed
van Gods genade.
Niet bezorgd zijn en leven in
het geloof:
Laat Hem besturen, waken,
't Is wijsheid, wat Hij doet!
Zo zal Hij alles maken,
dat g'U verwondren moet.
P. A. Lefeber.
hervormd predikant te
Alphen aan den Rijn
zijn lievelingscomponisten.
Op twaalfjarige leeftijd lang en
mager, met helder blauwe ogen en een
jongensachtig voorkomen trad hij
voor het eerst op met een groot sym
fonieorkest, dat van Houston Spoed:1?
na zijn eindexamen aan de Juilliard
Muziekschool maakte hij zijn debimc.
in New York met het Philharmonisch
Orkest van die stad onder leiding van
Dmitri Mitropoulos.
Cliburn is zeker niet in Moskou ont
dekt. Hij heeft een half dozijn b-1->
rijke prijzen gewonnen, waaronder r'e
Edgar M. Leventritt Award en •-'?
Walter-Damroschprijs voor voort* -
zette studie aan Juilliard. Hij had o-
als lerares Rosina Lhevine. die Po
land voor de communistische revo
in 1917 had verlaten. Zij moed'?::e
hem aan, in te schrijven voor het cc -
cours in Moskou, omdat zij hem gor 1
genoeg achtte voor een der hoofdpru-
zen. Voordat hij naar Moskou ver
trad hij als solist op met de ckr- m
van Cleveland, Pittsburgh. Denver.
Buggalo, Dallas. - Detroit, Indianapo's
en een aantal kleinere steden, wa° -
onder Shreveport in de staat Lousier. i,
waar hy op 12 juli 1934 is gebom.
Toen zijn lerares er bij hem op a"--
drong mee te doen aan het concou-s,
studeerde hij twee maanden lang v~n
zes tot elf uur per dag Na het con
cours trad hij in verscheidene Ru s -
sche steden op. Uit alle delen van de
wereld ontving hij uitnodigingen om
te komen concerteren of opnamen te
maken.
In Moskou had hij als mededin~e-
de beste jeugdige musici uit de geV-'e
wereld. Daartoe behoord^ ond^-
'deren de Rus Wlasenko. die in 1F5P 1e
Boedapest eerste werd in het Interna
tionale Franz-Lisztconcours en die ie
Moskou de tweede plaats met een Chi
nese deelnemer deelde.
Op 22 juni zal deze jeugdige kunste
naar dus, tezamen met het beroemde
Philadelphia Orkest, dat op het ogen
blik onder leiding van zijn even ver
maarde dirigent Eugene Ormandy zijn
derde en grootste Europese tournee
maakt (43 concerten in 56 dagen!1,
één enkel concert geven in Nederland
en wel in het Concertgebouw te Am
sterdam, in het kader van het Holland
Festival. Van Cliburn zal als solist op
treden in Rachmaninofs Tweede pia
noconcert. Het programma vermeldt
verder het Adagio voor strijkorkest
van de Amerikaanse componist Samuel
Barber de Tweede symfonie van Jo
hannes Brahms en de Tweede suite
„Daphnis en Chloe" van Maurice
Ravel.
Een groot ogenblik in het leven van een jonge pianist: op 23 mei j.l.
gaf Van Cliburn een concert in het Constitution Hall in de Amerikaan
se hoofdstad Washington', nadat hij in Moskou winnaar was geworden
van het Tsjaikof ski-concours. Voordat hij optrad werd hij in het Witte
Huis ontvangen door president Eisenhower, die zowel de jeugdige
kunstenaar (links) als diens ouders feliciteerde met het succes in
Moskou.