Reder van visserschepen heeft
heel waf zorgen aan het hoofd
GEEF
TOPY SMIT,
DE VANGARMEN DER VISSERIJ (XI en slot)
I I
Kosten enorm gestegen
-prijzen bleven te laag
GUNSTIGE VISSERIJ KOMT
HELE LAND TEN GOEDE
J
WOORD
VAN
BEZINNING
vol ijver en energie op
iveg naar goede toekomst
Zaterdag 7 juni 1958
Moeilijkheden zijn er genoeg, want niet alleen moet de
reder zorgen goede schepen te hebben met een goede be
manning, maar hij moet de zaak ook kunnen financieren,
en dat is vaak een groot probleem. Tegenover duizend -
en-één uitgaveposten staat maar één inkomstenpost: de
haring. Nu is de haring een veel gevraagde vis, maar toch
is er wel eens iets mis: de teruglopende vangsten, de
betrekkelijk lage prijs. De bedrijfskosten zijn vooral de
laatste jaren sterk gestegen en de prijs van de vis is niet
in verhouding meegegaan, waaruit gemakkelijk valt te
concluderen, dat het in vele gevallen moeilijk zal zijn een
sluitende rekening te krijgen. Dat de dikwijls noodzake
lijke vernieuwing van de vloot dan ook op het ogenblik
vrijwel achterwege blijft, ligt voor de hand.
Export naar Rusland
is een levensbelang
Reeds vroeg in het voorjaar begin
nen de werkzaamheden voor de ha
ringteelt. De netten moeten klaarge
maakt worden, hetgeen veel arbeid
vraagt. De graaiers. meestal personen
van wat oudere leeftijd, kijken de oude
netten na, zodat deze straks mee ter
visserij genomen kunnen worden. Te
gen de tijd dat de Haringrace begint,
komt ook de toekomstige bemanning
van de schepen naar de zolders om
alles gereed te maken voor de teelt. De
band tussen de bemanning en de reder
wordt dus al gelegd voor dat de eigen
lijke visserij begint. Overigens is het
vaak zo dat de schepen tussen de bei
de teelten in met de treil uitvaren,
zodat de binding het gehele jaar blijft.
In Katwijk schakelt ongeveer 2'3 van
de vloot over van de vleet op de treil
en in het voorjaar weer terug. Doch
het zijn niet alleen de netten, welke
gereed gemaakt moeten worden, er zijn
ook nieuwe netten nodig, die nog
een intensieve bewerking vragen voor
het haringseizoen begint. Het tanen
en prepareren met lijnolie vraagt veel
tijd en dus ook veel kosten. Bovendien
komt er bij het prepareren nog de zorg
bij. dat er de eerste dagen na deze be
werking met ljjnolie geen regen op de
netten mag komen. Daar dit werkje
altijd in de buitenlucht geschiedt op
het wantveld, ten noorden van de
Uitwatering moet er gezorgd worden
voor voldoende materiaal om de net
ten te bedekken.
Duizend en één post
Zo zjjn er duizend-en-een-uitgave-
posten, waarvan wij er slechts enkele
willen noemen. Een volledige opgave
zou ten ene male onmogelijk zijn, ze
ker in het kader van dit artikel. Een
belangrijke uitgave is de telkens weer
kerende grondige schoonmaakbeurt van
de schepen.
De schroef, de motor en het schip
worden uiteraard regelmatig gecon
troleerd, doch om de paar jaar komt
daar wat meer bjj kijken. De schroefas
komt om de drie jaar voor keuring in
aanmerking en het schip zelf om de
vier jaar. Dan wordt nagegaan of de
scheepshuid nog wel dik genoeg is, of
de spanten nog stevig genoeg zijn, of
de mast geen gevaar oplevert, en zo
zijn er tal van dingen meer, die gron
dig geïnspecteerd worden. Deze „grote
beurt" brengt altijd grote kosten met
zich mee, en die moet de reder beta
len.
Katwijk-IJmuiden
Reeds eerder schreven wij over de
moeilijkheden, welke een schip heeft
om door de binnenwateren van Kat
wijk naar IJmuiden of omgekeerd, te
varen. Die moeilijkheden liggen er
niet alleen voor de schipper en zijn
bemanning, doch evenzeer voor de
reder. Zonder schade verloopt zo'n
reis bijna nooit en hoewel deze door
verzekering wordt gedekt, beteken*
dat niet dat de reder er geen schade
van lijdt. De premies moeten immers
ook betaald worden! En blijft een schip
in IJmuiden liggen, dan betekent dat
grote sommen aan reisgeld en. voor
zover de arbeiders voor het klaarma
ken van het schip uit Katwijk komen,
ook een kortere werktijd, omdat de ar
beidsdag begint en eindigt in Katwijk.
De tijd dat er gereisd wordt gaat dus
van de arbeidsdag af en moet toch
betaald worden.
Een belangrijke post op de rekening
vormen ook de gages van de beman
ning. Er is een vast loon van f. 73,—
per matrozendeel en de andere ran
gen naar verhouding vastgesteld. Dit
bedrag moet dus altijd worden betaald,
ook als de besomming niet hoog genoeg
is om met het percentage, dat de be
manning in de besomming krijgt, dit
bedrag te bereiken. Overigens hoeft de
reder niet al te veel zorg te hebben
over de bemanning, aangezien de
schipper meestal zelf zijn bemanning
bij elkaar zoekt. De reder heeft na
tuurlijk wel een stem in het kapittel,
maar het meeste werk wordt, wat dit
betreft, door de schipper gedaan. De
reder heeft echter al zorgen genoeg
aan het hoofd, en hij laat dit dus
gaag aan een ander over. De arbeids
markt is op het ogenblik ruimer dan
enige tijd geleden; dus is het zoeken
van de bemanning niet meer zo moei
lijk als enkele jaren terug.
Tienmaal ze duur
Daarnaast zjjn er vele andere kos
ten, zoals die van de voeding, de klci-
(Van een onzer redacteuren)
In de reeds verschenen artikelen in
deze reeks is enkele malen over de reder
gesproken. Meestal was dit terloops, om
dat een ander aspect van de visserij de
aandacht vroeg, maar toch schemerde
steeds weer door, dat de reder in het ge
hele complex van de visserij een belang
rijke functie bekleedt. Wij geloven niet
dat men de reder boven de bemanning
mag stellen, noch de bemanning boven de
reder. Ieder heeft zijn eigen functie in het
bedrijf en die functies zijn niet met elkaar
te vergelijken. De reder kan niets begin
nen zonder zijn vissers en de vissers
kunnen niets beginnen als er geen reder
achter hen staat, die hun een schip geeft
en zorgt voor de financiering van het ge
heel. Als er een schipper-eigenaar is
en er zijn er vrij veel in Katwijk! dan
zijn beide functies in één persoon ver
enigd, doch dat neemt niet weg dat de
taken van de schipper en van de eigenaar
of reder dezelfde blijven. Alleen moet één
man dan de volle verantwoordelijkheid
dragen voor de twee functies, welke hij
op zich heeft genomen.
In ons eerste artikel hebben wij aan
dacht besteed aan de bemanning, en ook
artikel VIII, dat handelde over de vis-
serijschool, had hierop betrekking. In dit
laatste artikel van deze reeks willen wij
iets vertellen over de moeilijkheden, waar
mede de reder te kampen heeft.
nere benodigdheden aan boord, de
tonnen die ieder jaar weer opge
knapt moeten worden en de stook
olie. Nagenoeg alle kosten zijn in ver
gelijking met voor de oorlog enorm
gestegen. Het is geen vreemd ver
schijnsel dat bepaalde kosten zelfs tien
maal zo duur zijn als vroeger.
Tegen al die stijgingen staat ook wel
een enkele daling. De zeilen bijv. zijn
vrijwel afgeschaft en de kosten daar
van zijn dan ook aanzienlijk terug
gelopen. Maar tegenover de stijgingen
in andere onderdelen van de rekening
is dit van niet al te groot belang.
Naast deze kosten voor de technische
werknemers en technische apparatuur
staan de kosten van het administra
tief personeel, dat groter wordt naar
mate de rederij groter is of zich ook
met de handel bezig houdt. Wie iets
weet van de huidige voorschriften voor
de belastingen en sociale voorzienin
gen, zal weten dat men niet genoeg
heeft aan een „halve" kracht. De wal-
outillage vraagt eveneens grote som
men geld, zowel wat personeel als ma
teriaal en grond betreft; de opper
vlakte nodig voor opslag is bijv. in
verhouding tot andere bedrijven zeer
groot.
Eén inkomstenpost
Tegenover al deze uitgaven staat
maar één inkomstenpost: de op
brengst van de haring. Tot voor een
paar jaar was de haring een massa-
artikel. Er werd veel gevangen en dat
deed de kosten per kantje sterk dalen.
De vaste lasten blijven voor de rederij
geljjk en de veranderlijke kosten stijgen
niet aanzienlijk bjj een hogere vangst.
De vangsten zijn de laatste jaren ech
ter sterk afgenomen, vooral die aan de
Engelse wal en die op de maatjes. De
vaste lasten bleven echter en zo
stegen de onkosten per kantje. De
enige factor, welke dit goed kan ma
ken, is de prijs van de haring, en
daarover kan men al evenmin enthou
siast zijn.
Hoewel men over het algemeen niet
ontevreden mag zijn. is er toch geen
ij kunnen dit woord in
Wonze woonplaats weer
lezen. Ongetwijfeld zult
ook U, waar U ook woont, dit
woord tegengekomen zijn. Grote
spandoeken zijn er opgehangen:
„Helpt Uw Rode Kruis helpen".
Er wordt gevraagd te geven,
opdat er geholpen kan worden.
Wordt er een beroep op U ge
daan om in de beurs te tasten?
Daar gaat het deze keer nu
eens niet om. Het gaat thans
om iets, dat van heel groot be
lang kan zijn. Het gaat om het
geven van iets heel eigens. Om
het geven van Uw bloed.
Het gaat er om, dat U even
een moment pijn doorstaat wan
neer er een naald in Uw arm
gestoken wordt, opdat straks
met het bloed, dat U afstaat,
een ander, die wellicht in hevige
pijn ligt, en worstelt met de
dood, gered kan worden.
Geef! Neen rvu niet Uw geld,
maar Uw bloed feitelijk iets
van Uw leven. Ons Neserland-
sche Roode Kruis kent slechts
één doel geven. Het leeft om
te geven. Maar het kan slchts
geven, wanneer het zelf ont
vangt.
Het is de bewogenheid de
liefde het giunnen, welke het
drijft. Het is het leed dragen
over zoveel verdrietelijks, dat
ons mensen vaak kan treffen
wat het Rode Kruis aanspoort
om te pogen smart en leed op
te heffen of te verzaohten.
Geef Uw bloed. Er wordt een
beroep op U gedaan door het
Ned. Roode Kruis. Een beroep
op Uw liefde voor Uw mede
mens. Door Uw bloed kan
iemand anders, dlie U wellicht
nooit zullen kennen of niet
kient, miiisschien in het leven
behouden worden. Omdat U
dat graag ziet, wilt U geven.
Weet U ook, dat God U, die
in nood verkeert, lief heeft?
Voelt U evenals die zoeke Uw
leven wankelen? Beleeft U het,
dat het met U niet goed gaat?
Dat Uw bestaan ondanks al
Uw pogingen om het in stand
te houden meer en meer be
laagd wordt? Wilt U het dan
goed in U opnemen dat God
tot U zegt: Geef. Geef Mij Uw
leven. Vertrouw het aan Mij
toe. Ik zail U leven hèt
leven geven. God wil U hel
pen, niet omidat gij Hem eerst
daartoe iin staat stelt. Neen,
Hü gaf Zijcn Zoon.
Aam het kruis gaf Christus
Zijn leven. Stortte Hij Zjjn
bloed. Door het geloof in Hem
krijgt U deel aan zijn leven
Door Zijn bloed ontvangt U
hèt leven.
Door de werkzaamheid van
het Rode Kruis kan gelukkig
menig mensenleven gered wor
den. Daarom geef, opdat de
zieke, die zich vol vertrouwen
overgeeft aan de dokter, even
tueel leven mag.
Uw geven worde gedragen
door Hem die gegeven heeft
ook voor U.
P. A. LEFEBER,
herv. predikant te
Ailphen-aan-den-Rij n.
sprake van dat de prijs in dezelfde
verhouding is gestegen als de kosten.
De visserij laat zich dit jaar vrij gun
stig aanzien en ook de prijs is rede
lijk. Misschien komt er dus wat meer
evenwicht tussen kosten en prijzen.
Van veel belang zal het daarbij zijn
hoe groot het kwantum is. dat naar
landen achter het IJzeren Gordijn kan
worden geëxporteerd. Voor de haring-
handel hangt hier zeer veel vanaf.
Daar er anders een overschot blijft,
hetgeen nadelig op de prijs werkt. Weet
men, dat er een grote hoeveelheid ha
ring naar Oost-Duitsland en Rusland
gevoerd moet worden, dan is de aanvoer
voor het binnenland enigszins beperkt
en blijft er een redelijke prijs te be
dingen. Voor een willige markt zijn
deze communistische landen beslist
nodig.
Nu is de prijs niet geheel overgele
verd aan de vraag en het aanbod. Er
is een minimumprijsregeling vastge
steld en men kan er derhalve zeker van
zijn een bepaalde prijs voor zijn vis te
krijgen. Wordt deze prijs niet behaald
in de handel, dan wordt de haring
doorgedraaid hetgeen vorig jaar bijna
niet voorgekomen is.
Weinig nieuwbouw
Ondanks deze regeling is de prijs
niet van dien aard dat de reders er
gemakkelijk toe overgaan een nieuw
schip te laten bouwen. Er is thans heel
weinig belangstelling voor nieuwbouw.
Het ziet er naar uit dat de regering
subsidie of op zijn minst krediet op
gunstige voorwaarden moet verstrek
ken, willen er nog nieuwe schepen ge
bouwd kunnen worden. Thans is het
voor de reder een bijna bovenmense
lijke taak.
Maar dat kan snel veranderen.
Wanneer de teelt dit jaar zo gunstig
bly'kt te zijn. als deze thans lijkt, dan
is er misschien een kansje, dat enkele
reders ertoe overgaan opdracht te ge
ven tot de bouw van een nieuwe boot,
hetgeen dan echter nog niet wil zeg
gen dat alle moeilijkheden uit de weg
zijn geruimd. Voorlopig zal het wel een
zware opgave blijven.
©«BI Ss^/
m
"d 13818
De wijzer draait. Hoe zal de prijs worden? Een belangrijke vraagdie beantwoord wordt in het
het afslag gebouw van Vuurbaakte Katwijk
Volksbelang
Er zou in het kader van deze serie
nog wel meer te schrijven zijn, doen
wij geloven wel de belangrijkste facet
ten van het visserijbedrijf te hebben
belicht. Uit alles is wel duidelijk geble
ken dat de visserij niet beperkt is tot
de kustplaatsen en dat duizenden el
ders in den lande een goede boterham
verdienen in de visserij Gaat het de
visserij goed. dan gaat 'het die vele
anderen ook goed. Hebben deze laat-
sten het goed, dan profiteren daar
weer anderen van. En zo gaat het door.
waarmee wij maar willen zeggen dat
de visserij een volksbelang is en dan
zwijgen wij nog maar over de belan
gen, welke gediend worden bij de
export.
Het is dus niet alleen in het belang
van de vissersplaatsen, maar ook in
het belang van ons gehele land en
volk, als wij tot slot zeggen: „Behouden
vaart, goede vangst en een goede
prijs!".
ladere reder van haringschepen heeft grote terreinen voor opslag nodig.
zich in voor het „Cabaret
der Onbekenden". Dit le
verde haar in januari
1956 deelneming op aan
een televisie-uitzending
onder regie van Ger Lug-
tenburg, die haar in con
tact bracht met Gerard
van Krevelen.
ONVOLDOENDE
De dirigent van AVRO's
Theaterorkest was over
de auditie niet ontevre
den, maar achtte haar
techniek en ademhaling
nog verre van volmaakt.
Dankzij de lessen, die
Topy Smit op aanraden
van Gerard van Krevelen
bij Beb Ogterop volgde,
bereikte zij bij haar twee
de auditie, in mei 1957,
een aanmerkelijk beter
resultaat: in juni 1957
zong zij in Peter Kellen-
bachs programma „Een
lied en een vleugel". Ook
met het Theaterorkest en
het ensemble van Gerard
van Krevelen trad zij
reeds enkele malen op en
bovendien werkte zij mede
aan het programma Ho-
teldoradio. aan AVRO's
Tip Top Taptoe en aan
een recente uitzending
van de actie „Wie opent
de kluis?".
Haar eerste grammo
foonplaat komt binnen
kort op de markt.
Kortgeleden zong Topy
Smit voor de derde maal
in Peter Kellenbachs „Een
lied en een vleugel". Haar
moeder luisterde weer
kritisch en de band
recorder registreerde alles
feilloos.
De raadgevingen van
haar lerares en de kritiek
van haar moeder en zeker
niet het minst die van
haarzelf ter harte ne
mend, zal Topy Smit ver
der werken aan haar toe
komst. die er mede dank
zy haar onblusbare ijver
bepaald niet slecht uit-
„Als ze maar kansen
krijgt, wacht Topy een
goede carrière", zegt Bep
Ofterop. „En begrijpt TI
me goed, ze verdient het".
Teuntje Christina Smit.
Onder deze oerdegelijk
Nederlandse naam staat
sinds 16 februari 1927 bij
de Amsterdamse burger
lijke stand een zangeres
ingeschreven, die als Topy
Smit voor vele radioluis
teraars lang geen onbe
kende is. Verscheidene
malen reeds heeft het
laatste jaar haar warme,
gevoelige stem in de huis
kamers geklonken.
Ook bij haar thuis, waar
iedere uitzending met een
bandrecorder wordt op
genomen, zodat Topy la
ter aan moeders kritiek
haar eigen aanmerkingen
kan toevoegen.
Topy Smit. die na haar
muto-opleiding eerst op
kantoor heeft gewerkt,
daarna verkoopster en
pasdame is geweest en op
het ogenblik als telefonis
te het gesproken visite
kaartje is van Werkspoor,
weet terdege wat ze wil:
„geheel in de zang gaan".
Ze weet echter minstens
even goed, dat ze van de
harde weg naar het suc
ces nog maar een klein
gedeelte heeft afgelegd.
EERSTE CONTACT
Topy's eerste contact
met de radio-omroep da
teert uit de tijd. dat Jaap
Hofland haar als eerste
stem voor zijn vocale
groep „The Moonliners"
ontdekte bij het orkest
Joop Blankert, waar zij
Annie Plevier als zangeres
was opgevolgd. Met „The
Moonliners" zong Topy
Smit bij AVRO's dans-
orkest „The Skymasters".
Ongeveer terzelfder tijd
ging zij van het Amster
damse orkest van Joop
Blankert over naar het
Zaanse orkest „The Cale
donians". waar zij ook nu
nog bij zingt.
In 1955 schreef Topy
Smit, die geen middel
onbeproefd Het om de
aandacht op zich te vesti
gen om aldus vaste voet
in Hilversum te krijgen,