Bernard Buffet
Daarvoor dienden ze te goed!
Unieke amusementsafdelmg op
de Wereldtentoonstelling 1958
JONG SCHILDER IN R
Beroemde toren van Pisa hangt
nu al vijf meter uit het lood...
BEWONDERD EN VERS
VARIA
ZATERDAG 1 MAART
PAGINA 4
Twaalf meter brede wegen, omdat men met
overweldigend bezoek rekening houdt
(Van onze Brusselse correspondent)
De maatschappij, die
de concessie heeft ver
kregen voor het organi
seren van een amuse
mentspark op de We
reldtentoonstelling heeft
opdracht attracties te
tonen welke nog nooit
op vorige tentoonstellin
gen zijn gezien! Op het
terrein van de tentoon
stelling merkt men op
het ogenblik nog niet
veel van het werk der
heren van het „park dei-
attracties" en sommigen
vragen zich af, of zij
tijdig klaar zullen ko
men. Maar zelfs de
grootste staalconstruc
ties, zoals de draaimo
lens met de jetvliegtui
gen, worden in enkele
weken tijds in elkaar ge
zet. En men wil het
sensationele er al niet
bij voorbaat laten afkij
ken. Buiten het terrein
van de tentoonstelling
zullen eveneens allerlei
attracties te zien zijn. In
de eerste plaats Sam
Snyder's waterfollies,
naar het heet de groot
ste watershow in de Ver
enigde Staten. Er komt
verder een écht Hawai-
aans dorp. De beste Po
lynesische danseressen
komen naar Brussel en
zullen er dansen in een
4000 vierkante meter
groot dorp. Bernard
Lorjou schilderde voor
het amusementspark een
groot fresco van 75 meter
dat het leven van Rei-
naert de Vos voorstelt
en er zal een Nederlands
cabaret zijn, dat ln mo
derne decors de Jordaan
zal voorstellen.
Treintjes voor 26 perso
nen zullen op een hon
derd meter lange baan
van vrij grote hoogte een
overzicht van het park
bieden en wie met de
interplanetaire raket 'n
reisje wil maken, zal van
die raket uit door tele-
scopischekijk gaten Mars
en de Melkweg kunnen
zien. Voor de Expo werd
een radio-radar-televi-
sietoestel gebouwd, dat
men eveneens in de ra
ket zal kunnen zien.
Eén van de clou's van
de amusementsafdeling
wordt de 80 meter hoge
panoramische toren. Er
komt een autoweg met
twee verdiepingen. Men
zal er in moderne auto's
een race kunnen mee
maken. Sensaties zullen
verder de „round up" en
de „Boomerang" worden.
De round-up is een hy
draulische, luchtledige
constructie: zonder steun
zullen de 35 passagiers
tegen de lichtgevende
wand worden geplakt,
waar zij worden vastge
houden door de middel
puntvliedende kracht.
In een gekleurde draai
kolk zien zij plotseling
de gezichten van de toe
schouwers op de begane
grond De round-up is
nooit in Europa gezien.
De „Boomerang" schijnt
de attractie te worden
van de ware liefhebbers
van sensatie: vier ronde
wagens draaien rond een
centrale as. Wanneer zij
een grote snelheid berei
ken, schieten zij plotse
ling los en vliegen een
tunnel binnen. Aan een
grote draaimolen hangen
vliegtuigjes van het jet
type, waarin men als
een echte piloot bewe
gingen kan uitvoeren:
tot op twaalf mèter
hoogte gehoorzamen de
instrumenten van het
vliegtuigjeIn de
„swing-o-plane' kan men
trouwens alle sensaties
van de loopings en on
der meer een horizontale
vlucht over twaalf meter
op de rug meemaken. De
vermoeide bezoeker zal
kunnen uitrusten in de
Oberbayern of in het
Rome-Wenencafé, in
Trianon of in het Zwit
sers chalet. Men kan ook
gaan kijken in de schiet
tent oftewel schietbio-
scoop!: een wit doek
waarop een vluchtend
wild zwijn, vos of hert
te zien is. De dieren aar
zelen een ogenblik op
hun wilde tocht door het
woud. Dan verschijnt
een cirkeltje op hun
schouder en men heeft
net de tijd om op het
witte doek te vuren.
Schiet men raak dan
houdt de film op.
Om rekening te hou
den met de grote toeloop
en het feit dat zo'n be
zoek spoedig vermoeit,
zijn de wegen twaalf
meter breed gemaakt,
wat nog niet betekent,
dat het een rustig hoek
je wordt!
Prof. Donato wil nog verder verzakken
voorkomen door een „bed" van beton
Niet algemeen bekend is, dat de beroemde toren van Pisa reeds van het begin
af scheef is geweest: de bodem bleek te toren niet te kunnen dragen en van
het einde van de twaalfde eeuw ging het bouwwerk steeds meer hellen. Steeds
schever zakte de toren, die in 1830 reeds vier meter 65 cm. uit het lood stond
en thans ongeveer vijf meter! Al een halve eeuw lang zijn er onderzoekings
commissies in de weer geweest om de toren te redden en herhaaldelijk zijn de
grondvesten van de toren versterkt, maar dat alles nam niet weg, dat de toren
„in beweging" bleef. Elk jaar wordt de helling thans 7 mm groter. Slaagt men
er niet in dit proces te verhinderen, dan heeft de toren over een of twee
eeuwen geen toekomst meer. Sommige deskundigen houden het erop dat de
toren niet zal omvallen, maar wel zal afbrokkelen tot ongeveer de helft van
zijn hoogte, die 55 meter bedraagt.
bijna geen fatsoenlijk
mens meer te bekennen
ALLEEN het „Uitzonderlijke"
heeft dus kans 't oog te
trekken.
Nu is het 't voorrecht van de
fotograaf om als een detective
te speuren, naar datgene, wat
een ander niet of nauwelijks
ziet.
Het zou kunnen zijn, dat hij
op de korrel neemt, wanneer U
met een feestneus op door de
Breestraat wandelt, wat ieder
eerbaar mens wel eens overko
men kan, mogelijk schiet hij ook
een plaatje, als U het rode licht
voor een groen aanziet en dus
de verkeersagent bij de Gijse-
laarsbank in de luren legt, maar
zéker is hij er als de kippen bij,
als er in deze moderne tijd nog
van een paard sprake is.
Shakespeare zei al: „Een
Koninkrijk voor een paard" en
dat in een tijd, toen er nog
paarden te kust en te keur wa
ren.
Zoveel te meer dus de foto
graaf in een eeuw, waarin de
auto het trouwe, goede paard
meer en meer verdringt, zodat
zijn gehinnik steeds zwakker
wegsterft
NU zoudt ge U kunnen in
denken, dat U die „één
P.K-er" ontmoette op een
stille, rustieke landweg, maar
zeker niet in een van onze tun
nels, waarin de scheppingskracht
van de modernste architecten
zich kon uitleven. Het paard,
door de eeuwen heen onze vier
voetige, rustige metgezel, laét
zich eenvoudig niet verdringen
en handhaaft zich zolang het
kan, tot in de burchten van de
nieuwste zakelijkheid.
Het wit-zwart accentueert te
sterker zijn aanwezigheid.
De voerman is er wat trots op,
dat zijn vriend van zoveel jaren
geen krimp geeft e^ zijn vracht
jes nog van de een naar de
ander blijft brengen, tot het
voorgoed het (moede) hoofd
moet neerleggen, als tragisch
slachtoffer van de vooruitgang.
Foto Will Eiselin, Rijswijk
WIJ zouden nu zo graag
zien, dat geen enkel paard
dat lange tijd zijn plicht
voor de mensheid heeft gedaan,
als laatste gang die naar de
paardenslager moest doen.
Een paardebiefstukje mag op
z'n tijd misschien héél lekker
smaken, er zit tóch een vies
bijsmr ie aan, als ge bedenkt,
dat een trots paardenleven zo
zonder enig gerechtvaardigd
pensioen Ipruusk wordt afgeslo
ten.
Een liefhebber van paarden is
misschien in dit opzicht wat
sentimenteel, wat zeker niet past
in een tijd, waarin de Dafjes
inplaats van de paardjes langs
de wegen gaan draven.
Maar juist ddarom is 't goed,
U allen er even aan te herinne
ren, dat we ons niet zó maar
door Smaken van onze
vrienden kunnen afmaken.
Daarvoor hebben ze de wereld
tè goed gediend.
FANTASIO.
Duizenden verdringen zich
dagelijks voor het werk van
deze „apostel der wanhoop"
J eel geld voor grijze doeken
In Parijs pleegt de uitgaande wereld van de ene „rage"
naar de andere te leven. De jongste „gebeurtenis" is de ten
toonstelling van schilderijen van de „apostel der wanhoop"
Bernard Buffet, wiens werk enorme belangstelling trekt,
met de verkoop ervan schatten verdient en er eerlijk voor
uitkomt, dat hij dol is op al het geld, dat zijn kunst hem op
levert. Drieduizend Parijzenaars, mensen uit de „provincie"
(waaronder men in Frankrijk alles verstaat wat geen Parijs
is) en buitenlanders stromen per dag naar de Galerie Char-
pentier, de grootste particuliere expositie-ruimte in de Franse
hoofdstad, schuin tegenover het „Palais de l'Elysée" gelegen.
Reeds is het grootste gedeelte van de honderd, meest grijze
schilderstukken verkocht voor bedragen, welke variëren van
een half miljoen tot 2 miljoen franken, dat wil dus zeggen
tussen de vijf- en de twintig duizend gulden.
Vreugdeloos werk
Van het zolderkamertje in Parijs,
waar Buffet in 1945 zijn carrière begon,
is hij al sedert lang verhuisd naar een
kasteel in het zuiden van Frankrijk.
Behalve van dit kasteel is hij o.m. ook
eigenaar van een prachtige auto: een
magnifieke Rolls Royce van 35.000
gulden. „Michel-Angelo en ik", heeft
hij zonder bescheidenheid gezegd,
„houden van dezelfde dingen. Het
enige verschil is, dat Michel Angelo
niet van geld hield, maar dat ik er gek
op ben".
Buffet moge zich overigens met
Michel Angelo vergelijken, zo voor de
hand liggend is de vergelijking toch
niet. Want zo rijk als de uitdrukkings
kracht van de beroemde Italiaan is, zo
arm is die van de Fransman. Overi
gens beperkt hij met opzet zijn kleu
renrijkdom en hij bereikt er een eigen
schoonheid mee, waarvan men houden
kan of niet. Blijheid zit er in het werk
van Buffet bepaald niet zoals bijv.
in het werk van Renoir en trouwens
van zovele andere. Ook moderne,
Franse schilders maar vreugde is nu
eenmaal geen criterium in de beoorde
ling van kunst.
„Morsdood", iegt Mouriac
Vanzelfsprekend loopt het oordeel
over het werk van Bernard Buffet
nogal sterk uiteen. Zo schreef de be
roemde Franse schrijver en criticus
Francois Mauriac na een bezoek aan
de huidige tentoonstelling o.m.:
„Het werk van Bernard Buffet ver
spreidt zich als een dode zee over een
wereld, die dood is, geestelijk mors
dood".
Mauriac zegt ervan overtuigd te zijn,
dat de meesten van de mannen en
vrouwen, die door de „Galerie Char-
pentier" krioelen, het gevoel moeten
hebben gehad, dat zij het luid uit zou
den willen schreeuwen en zouden wil
len roepen: „Nee, nee, dat is niet waar.
Zo lelijk is de wereld niet".
Op een van de tentoongestelde doe
ken slaagt Buffet er in van de figuur
van een jong meisje, dat uit het bad
stapt, een akelig, hopeloos ding te
maken.. Twee naakte meisjes, die lig
gen te slapen op een zachte divan, zien
er uit als wezens, die in de hel leven
on Buffets genadeloze kruisigings
taferelen doen denken aan een beeld
uit het concentratiekamp Belsen, ln
het bijzonder wat de achtergrond er
van betreft.
Ondanks het feit, dat Buffet® doeken
grimmig en bewust on-schoon zijn,
slaat hij toch, vooral onder de Franse
jeugd, een snaar aan, die aan het tril
len is geslagen, nadat het land zich
langzamerhand is beginnen te herstel
len van de vernedering va de militai
re bezetting, wat zich ook uitte in het
pessimisme van Jean-Paul Sartre en
het existentialisme. De spichtige hand
tekening van Buffet bovenaan de grote
grijze doeken, werkt als een tover
spreuk voor een kunstmarkt, welke
bepaald hongert naar meer. Buffet, die
met schilderen op oude lakens begon,
toen zijn moeder stierf en hem als
wees op vijftienjarige leeftijd achterliet
behoort bepaald niet tot de impressio
nisten: men behoeft bij zijn schilde
rijen niet lang te zoeken naar wat zij
Hier ziet men de jonge Franse schilder Bernard Buffet bij een
van zijn schilderijeneen zelfportret.
voorstellen. De „waar", die hij verkoopt
is diepe wanhoop: een wereld van
clowns met gezichten alsof zij achter
volgd worden, van mannen en vrouwen
met hopeloos-trieste ogen en lelijke
naakte lichamen.
„Nog vijf of tien jaar"
De voortekenen zijn, dat Buffet, die
elke dag van twee uur 's middags tot
twee uur 's nachts werkt in zijn
„Chateau d'arc" (in de buurt van Aix-
en-Provence, met dertig hectare grond
erom heen), zijn produktie tot in het
oneindige zal kunnen voortzetten. De
schilder zelf is daar toch niet helemaal
zeker van. „Ik kan niet aannemen, dat
dit altijd maar zal voortduren", heeft
hij tot zijn vrienden gezegd. „Misschien
gaat de gemakkelijke verkoop van mijn
werk nog een jaar of tien voort, mis
schien nog maar vijf jaar. Maar zolang
men mijn schilderijen wil hebben, ga
ik door met schilderen".
Deze uitspraak getuigt niet van een
roeping in de kunst. De vraag is, of
dit nodig is. De grote Franse dichter
Rimbaud heeft na zijn jeugdjaren
niets meer aan zijn kunst gedaan
Intussen profiteert Bernard Buffet van
de hoogconjunctuur, welke hem een
fortuin oplevert.
IN onze werkwaardige con-
heidswereld trekt alleen het
uitzonderlijke nog aandacht.
Het is al confectie, waarin de
„topmannen" van vandaag ge
kleed gaan, het is al dezelfde
wagen, waarin het volk rijdt,
het is één zoete, weke melodie,
waaraan elk „song-festival"
mank gaat, een melodie, welke
moeilijk te verenigen valt met
de hardheid van de tijd, maar
die het oor als constrastwerking
te smachtender streelt.
We wonen bijna allen
onder dezelfde daken, luisteren
op het zelfde moment naar het
nieuwste nieuws, rennen naar
dezelfde wedstrijden en kruipen
bijna allen op hetzelfde
moment in bed of rollen er
alwéér bijna op hetzelfde uur
uit.
Want Holland is een regelma
tig land, dat zich, behalve in
Carnavalstijd en dan alleen in
het „duistere" zuiden, niet aan
uitzonderlijke buitenissigheden
te buiten gaat.
Als U in Leiden, na twaalven,
door de Steenstraat rijdt, ls er
Maatregelen nodig, anders is
het spoedig afgelopen
De toekomst ziet er dus somber uit
voor Pisa, want zonder die beroemde
toren zou het toeristenbezoek zeker
met de helft verminderen, ofschoon
de stad nog meer scheve torens bezit
dan deze ene. De S. Nicola en de S.M.
Scalzi hellen namelijk ook voorover,
maar hun scheefheid haalt niet bij die
van het beroemde bouwwerk. Scheef-
zakken is trouwens een specialiteit van
de gehele omgeving: niet alleen vele
andere bouwwerken dan de genoemde
torens zijn bezig te verzakken, dit
geldt ook voor de spoordijk van Pisa
naar Livorno, welke geregeld versterkt
moet worden. De oorzaak van dit
alles? De zachte, tè zachte bodem van
stad en omgeving.
Nu is redding voor de toren komen
opdagen in de persoon van prof. Do
nato, die niet alleen de fundamenten
van de toren wil versterken, maar ook
het gehele grote gebied rond de toren
zelf. Kosten: drie miljoen gulden!Prof.
Donato wil beginnen met de toren
letterlijk in de kabels te hangen en
vervolgens in het omringende en on
derliggende terrein difizenden metalen
binten aanbrengen, waartussen dan
grote hoeveelheden beton moeten wor
den gestort. De toren komt dan als het
ware op een enorm „bed" van beton
te rusten. Daardoor zal, volgens de be
rekeningen, de huidige druk'van de
toren op de bodem met 40.000 kilo per
vierkante meter verminderen. De „be
weging" van de toren zal dan tot stil
stand zijn gebracht, waardoor hij ge
red is voor afbrokkelen of instorten.
Ernie Swain was vijftien jaar lang op
passen in het leeuwenverblijf van
de Londense dierentuin geweest en
in al die jaren heeft hij niet een keer
een verwonding opgelopen van een
van de leeuwen. Niet zodra was hij
echter overgeplaatst naar 'het knaag
dierenhuis of hij werd venijnig ge
beten door een muis. Men vermoedt
nu, dat Swain kennelijk wat was
gaan neerkijken op het kleine grut
na zoveel jaren nauwe omgang met
de koning der dieren en dat de muis
dat gemerkt heeft.
Natuurlijk blijft de tegenwoordige af
wijking van de loodlijn bestaan. Ge
lukkig maar, want de belangen van
het toerisme mogen niet geschaad
worden